Transvaal en Oranje Vrijstaat.
No. 1371.
Woensdag I November 1899.
15* «laai'i»
HET BEZOEK TE MARIABAD.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen
F. DIELFMAJV,
AXEL.
FEUILLETON.
Bniienland.
AXËLSCHË
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
A B 0 N N E M E N T S PR IJ S
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar olaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
In het jaar der vredesconferentie wordt
daar in het zuiden van het Zwarte We
relddeel een strijd gevoerd, waardoor een
vrij en onafhankelijk volk wordt bedreigd
een prooi te worden van geld- en goud
zucht En die strijd is het gevolg daar
van, dat de meer dan 80 jarige koningin
Victoria het oor heeft geleend aan hare
valsche raadgevers.
Dit is echter reeds zoo dikwijls en op
zoo verschillende wijzen gezegd, dat we
daarop niet verder zullen ingaan, om niet
in herhalingen te vervallen.
Een andere zaak is deze.
Zij, wier vrijheid en onafhankelijkheid
bedreigd worden, zij zijn van denzelfden
stam als wijhet zijn Hollanders. De
beide Boerenrepublieken Transvaal en
Vrijstaat zijn door hèt machtige Engeland
gedwongen de wapenen op te vatten ter
verdediging van hunne rechten, onder
een gezocht voorwendsel aangetast. Eerst
waren het de diamanten van Kimberley,
thans zijn het de goudmijnen van Trans
vaal welke de Engelsche begeerlijkheid
hebben opgewekt.
Is het wonder, dat de Boeren naar
de wapenen hebben gegrepen, is het niet
verklaarbaar, dat zij, waar een zoo zware
proef van hun geduld werd gevergd, het
wachten moede werden en den aanval
begonnen vóór de toch reeds zoozeer
gehate Engelschen een zoo groote over
macht hadden verzameld, dat van eene
verdediging met gunstigen uitslag bijna
geen sprake meer kon zijn?
Het oude Hollandsche bloed stroomt
Ik vond hem niet, doch '.vel den naam
van een anderen Maagdenburger, Dr. C.,
dien ik, wel is waar, niet kende, maar
toch besloot op te zoeken, dewjji ik hoop
te, bij hem eenig naricht van Hahn in te
winnen. Ik vond hem eindelijk in een kof
fiehuis, in een schaduwrijken tuin. Toen
ik hem mijn naam en voornemen had
medegedeeld, en hij mij zeide, dat de lang
gewenschte vriend met zijne vronw zes
uren van hier was, te Marienbad, trad een
eerwaardig, groot heer op mij toe, spreidde
zijne armen uit, en drukte mij, zonder een
woord te zeggen, aan zijne borst. Ik arme
vermoeide man, was op niets minder dan
op zulk een tooneel voorbereid, vooral in
zulk eene schitterende zaal omring door
zoo veel heeren en dames. Het was de
beroemde leeraar, proost Zerrenner, uit
Maagdenburg. Daarna kwam de heer W.
uit Kussen, ook een Maagdenburger, en
een beminnenswaardig man. Spoedig was
ik van Maagdenburgers omringd, en op eene
lastige wijze begroet. Het rijtuig van Zer
renner bracht ons alle vier naar eene an
dere lustplaats van het park, waar wij bij
een glas Boheemsch bier tot des avonds
acht uren bleven en vertrouwelijk pra
ten, Mijn gewoon uur van le bed gaan,
nog onvervalscht in de aderen dier wak
kere mannen, ook zij hebben bloed en
leven veil waar hunne vrijheid wordt
aangerand. En welk oprecht Hollandsch
hart klopt niet van sympathie voor die
Stamverwanten in de verre gewesten,
in het zuiden van Afrika.
„Arme, arme Boerenzoo zuchtten
wij Nederlanders, toen de opgeschroefde
tijdingen hunner nederlagen uit Londen
kwamen; door heel de natie trilde
het gevoel van woede en smart, als had
den wij zelf opnieuw den rug moeten
buigen onder Engelands geeselriem Geen
twijfel is er aan, wij Hollanders zien in
de Afrikaanders nóg onze broeders. Wij
staan op en leggen ons te ruste, van
deze ééne gedachte vervuld: hoe zal het
daar zijn bij de bergen van Natal?
Nietwaar als streed oud-Holland en ook
jong Holland daar weder tegen den erf
vijand van ons bloed."
Deze woorden van De Amsterdammer
zijn ons als uit het hart gegrepen en
menigeen heeft zeker den stillen wensch
geuit: Mochten wij onze Broeders maar
helpen Ofschoon geheel Europa, behalve
Brittannië natuurlijk, zich aan hunne
zijde schaart, mogen wij toch niet mee
gaan oorlogvoeren. Het eenige wat wij
doen kunnen, is geldelijke steun verleu
nen; het verzamelen van geld en het
treffen of voorbereiden van vreedzame
maatregelen, die den Boeren van nut
kunnen zijn.
Door het geheele land is reeds in dien
geest een beweging op touw gezet. In
groote en kleine plaatsen, in steden en
dorpen, overal zijn de laatste weken
commissies aan het werk geweest, of
het negende namelijk, was reeds lang voor
bij, toen ik mij ter rust begaf, en tot des
morgens vijf ure sliep.
Ik zie nu wel, dat mijn incognito een
ijdel voornemen is. Ik leef in eene vroem-
de wereld, en wordt ovei al vriendelijk ge
groet en aangesproken. Mijn gelaat is rood
geworden ik weet niet of het door de
zonnestralen of door het vele blozen is.
Ik kan niet zeggen, hoe goed men mij be
handelt, en schaam mij somtijds vooi mij
zei ven.
Karlsbad ligt lief tusschen de groene
bergen in. De natuur is schoon, en de
kunst is hier de natuur meer te hulp ge
komen, dan bij ons. Ik bad den geheelen
dag wel willen rondwandelen, want ik
kon mij niet verzadigen in het zien van
zoo vele prachtige winkelsik zou den
geheelen dag op eene bank kunnen zitten,
en zien naar de menigte wandelaars. De
dames gaan in ware balkleedereo, en zijn
zeer kostbaar opgesierd. Onder mijn venster
drinkt men des morgens van 6 tot 8 ure
van het bronwater. Ieder draagt daarbij
een porceleinen beker met een hengsel
aan de hand. De vrouwen verschijnen
voor het grootste gedeelte in zijden of
gazen kleederen, met zijden mantilles, die
somtijde tot den grond, of tot de knie, of
tot de dijen reiken. Deze mantels zijn
van allerlei kleur, maar niet zwart. Ik
zelf ben een pronker geworden, en heb
zelfs eene rotting gekocht (eigenlijk een
worden commissies gevormd om gelden
bijeen te brengen voor de Afrikaansche
Hollanders. Ook in onze gemeente zal
spoedig met hetzelfde doel eene vergade
ring gehouden worden, zoo deelde men
ons mede. Het bijeengebrachte geld zal
besteed worden voor het uitzenden van
volledige ambulances of verbandmiddelen
naar Zuid-Afrika door tusschenkomst van
de Nederlandsche afdeeling van het Roode
Kruis; voor het ondersteunen der in den
strijd verminkten of achtergebleven be
trekkingen van op het slagveld gebleven
burgers en voor zoodanig doel als gepast
zal voorkomen ter verzachting van de
gevolgen van den oorlog
Reeds is een ambulance met genees-
heeron, verpleegsters en verplegers op
weg naar het oorlogsterrein. Zaterdag
zijn ze van Amsterdam vertrokken.
Het Nederlandsche volk toont reeds
door daden, dat het ernst is en dat het
die hulp verschaffen wil, welke alleen
mag geboden worden.
Verder gaan kunnen en mogen wij
niet. Welnu, laat ons dan hopen, dat
de bijdragen zoo mild mogen vloeien,
dat het beoogde doel in ruime mate kan
verwezenlijkt worden.
De leugenachtige Engelsche regeering
die dezen schandelijken oorlog heeft uit
gelokt, blijkt niet alleen de waarheid
in haar politiek, maar zelfs de telegraaf
vervalscht te hebben De Hollanders
die heetten verslagen te zijn, hebben
zonder een aanval van beteekenis te
doen, generaal Symons buiten gevecht
gesteld en zijn opvolger generaal Yule
gedwongen met zijn troepen Glencoe en
Dundee met achterlating van de ge won-
zwarte doornstok, met den hamer van een
bergbeklimmer, in plaats van knoD,) dewjji
geen heer zonder stok uitgaat, en ik niet
weder op den burgemeester van Schaf
hausen wil gelijken. De wonderlijke wijze,
op welke men hier mineraalwater van
allerlei aard verkrijgt, zal i< u wel mon
delijk verhalen. Zulk een rijkdom van
zeldzame fossileu vond ik nergens op eene
zoo kleine ruimte. Ik heb voor het ka
binet van naturaliën 100 steensoorten ge
kocht. Het 60 graden Reaumur heete
water, smaakt als vleescbnat, en is uit
jjzerdeelen, globuzout en koolzure natron
zamengesteld. Men kookt in dit water
eenden, ganzen en ook zwijnen.
Het aantal Duitscbe lamilien neemt
steeds toe het zijn allen lieve monschen,
maar toch begint het mij hier wat nauw
te worden, eu Hahn is nog niet van Ma
rienbad terug. Ik verwacht hem heden,
gisteren reed ik met den proost Zer
renner en andere bekenden naar een na
bijgelegen stadje, om eene kettmgbrug te
bezichtigen. Al die heeren waren met
eigen ekwipaadjes en bedienden :n liverei
naar Karlsbad gekomen. Ik maakte een
arm figuur onder hen, en stelde den echten
Zwitser voor. Men wierp het plan op,
'neden in een hotel, als een paleis, het
middagmaal in de zoogenaamde vriend
schapszaal te houden, begrensd door een
beerlijken tuin. In den beginne waren
elf personen hiertoe bereid, en nu hoor
ik, dat het aantal reeds tot zeven en
den prijs te geven, zij hebben een heel
eskadron huzaren krijgsgevangen ge
maakt, kortom, zij hebben het reeds
zoover gebracht, dat men in Engeland
alles behalve gerust is over den toestand
waarin het leger bij Ladysmith verkeert.
De Boeren hebben zich buitengewoon
dapper gedragen en honderden, misschien
reeds meer dan duizend hunner vijanden
gedood, gewond of krijgsgevangen gemaakt.
Hun vrienden, door de Engelsche leugens
voor een oogenblik misleid, zijn opnieuw
vol moed.
Ja, wij zijn vol moedmaar laten wij
dan ook aan onze Afrikaansche Stam
verwanten in ruime mate toonen, dat
wij alles deden wat mogelijk was om
hen in hun reuzenstrijd voor recht en
vrijheid te helpen.
Het escadron Engelsche huzaren, dat
aanvankelijk zoek was, zit thans goed
en wel te Pretoria. Na het gevecht bij
Elandslaagte achtervolgde het de Boeren,
doch de achtervolgers werden zelf ge
vangen genomen. Zonder dat er iets
bijzondere voorviel werden zij te Pretoria
ontvangen. Onder een doodsche stilte
stapten de soldaten den trein uit en zon
der dat het minste geluid vernomen werd,
werden zij overgebracht naar de renbaan,
waar zij thans verblijf houden.
Chamberlain heeft in het Engelsche
Lager Huis gezegd, dat de Boeren de
Engelsche wapens waard zijn De eeiste
minister had die woorden niet moeten
spreken, die overtuigingen krijgen wij
wel uit de gebeurtenissen. De Boeren
twintig geklommen is. Ik moet tegen
wil en dank met den stroom mede, alle
licht heeft zijne schaduw.
Des avonds zet ik mij gaarne op eene
bank neder te midden van bet gewoel
der wandelaars, en luister naai- de mu
ziek. Er bestaat geen aangenamer wijze
van op te merken, en te bepeinzen Bad
gasten van allo natiën van dit werelddeel
bewegen zich om mij de taal eu tongval
vac bet noorden en zuiden mengen zich
ondereen. Indien gij er behagen in schept
geef ik u eene mijner overdenkingen,ten
beste. Stel u echter voor, dat de muziek
inmiddels steeds voortspeelde Die bo-
beemscbe virtuozen zijn ware toovenaars.
Anders hebben de Duitschets dit
waren mijne gedachten, - over het alge
meen, even als de meeste bewoners van
bet noorden, weinig eigenlijken kunstzin,
neiging en gevoel voor het schoonedit
schijnt eene plant te zijn, die uit zachtere
hemelstreken overgebracht is, en door
kunst aangekweekt wordt. Grieken, Fran-
schen en Italianen vonden die plant bij
hen inheemscb, althans spoediger ryp
wordende. Dat veel daarvan werkelijk
op rekening van het kli iaat gesteld kan
worden, valt niet te ontkennen.
De bewoner van het noorden heeft
verre weg met veel meer behoeften te
kampen hij moet de onvriendelijke natuur
temmen, en zijn streng klimaat leeren
overwinnen. Hij is genoodzaakt, overal
bet nuttige op te sporen, en het boven