Binnen land. Gemengd Nieuws. betering van de toestanden bij dq rech terlijke macht. Marine. De Lanessan, radicaal oud gouverneur van Indo China, de man die de eerste bekentenissen van kapitein Freystatter ontving. Handel. Millerand, socialist, een zeer welsprekend lid der kamer. Openbare werken. Baudiun, radico- socialist, ondervoorzitter van den Parij- sche gemeenteraad. Financiën. Caillaux, gematigd republi- keinsch lid der kamer, evenals Decrais die koloniën krijgt. Landbouw is voor den radicalen sena tor Jean Dupuy, terwijl Delcassé Buiten- landsche zaken houdt en Leygues onder wijs. Millerand en De Gallifet naast elkan der, ziedaar zeker een teeken, dat de ernst van den toestand beseft wordt, en dat velen zich doordrongen toonen van de noodzakelijkheid, grieven zelfs ernsti ge grieven terzijde te zetten, ter wille van een groot doel. Millerand zelf heeft dat erkend, door te verklaren, dat het behoud der repu bliek een wapenstilstand noodig maakte. De Gallifet zeide evenals in 1871 de meerderheid, de Grondwet en de wet te zullen dienen. Over de plannen van het cabinet, is officieel Datuurlijk nog niets bekend. Maar in de Petit Bleu leest men, dat de verklaring der regeering zeer kort zal zijn. Waldeck-Rousseau zal vragen dat het cabinet worde beoordeeld naar zijn daden, niet naar zijn samenstelling. Van die daden zou reed§ voor de bij eenkomst der kamer blijken, door ver schillende maatregelen tegen de oproeri ge generaals. Maar om geheel de vrije hand te hebben, zou de regeering na haar eerste ontmoeting de kamer voor een maand naar huis zenden. Zou men dan niet eerst afdoen het voorstel betreffende de motiveering van strafvonnissen Een van de laatste daden van den af getreden minister Lockroy was een scher pe maatregel tegen den directeur van de atillerie aan het departement van ma rine, generaal de la Rocque. Deze had zijn pensioen gevraagd, maar vernam dat het decreet, waarbij hij op pensioen zou worden gesteld, anders geredigeerd zou worden, dan hij wenschte. Toen de ge neraal daarop in een telegram aan den president der republiek protesteerde, leg de Lockroy hem streng arrest op, on middellijk gevolgd door zijn op pensioen stelling. De algemeene raad van het departe- moeten spelen bij maakte daarom tegen den bertog allerlei uitvluchten en zag ge durig naar de deur, om een gunstig oogen- blik waar te nemen en den dans te ont springen. De hertog daarentegen bemerkte den angst van den gewaanden prins en werd daardoor moedigerbij nam einde lijk den armen Philip bij den arm, en wilde hem naar de zaal brengen. »Wat wilt gij van mq," riep Philip in vertwijfeling, en slingerde den hertog terug. »Naar den koning antwoordde de her tog woedend: »bij zal hooren. hoe schan delijk men aan zijn hot eonen vorstelijken gast behandelt." »Goed," zeide Philip, die zich niet beter wist te helpen, dan het karakter van den prins weder aan te nemen, »kom, ik ben gereed gelukkig heb ik het briefje bij mij waarin gij het bakkersmeisje eigenhandig de verzekering gaaft »Dit is mij onverschillig 1" antwoordde de hertog, »dat was een van die grappen die men wel eens met een burgermeisje heeft; toon het aan den koning, ik zal mij daarvoor verantwoorden." Intussohen scheen het den hertog met dat verantwoorden niet geheel ernst te zijn hij drong er in het geheel niet verder op aan, om Philip hij den koning te brengen en dat was dezen reeds aangenaam, doch des te onstuimiger stond de hertog er op, dat zij zich in den wagen zetten, en de hemel weet, waarheen rijden zouden, om de zaak van eer met pistool en sabel af ment der Seine nam een motie aan ten gunste van het ontwerp om alle straf vonnissen te doen motiveeren en ten gunste van de opheffing der krijgsraden in tijd van vrede. Quesnay de Beaurepaire belooft voor den krijgsraad te Rennes twee getuigen van onverdacht gehalte voor te brengen, die de schuld van Dreyfus onwraakbaar zullen aantoonen. Men verwacht te Parijs het aftreden van den prefect van politie Blanc, die van plaats zou wisselen met een zijner ambtvoorgangers Lepine, thans lid van den Raad van State. Zoowat alle Parijsche bladen van eeni- ge beteekenis hebben buitengewone ver slaggevers naar Brest en naar Rennes gezonden. Waar nu die heeren ongaarne niets doen, heeft de telegraaf naar Parijs het erg druk. Uit de vele kolommen wordt nog deze bijzonderheid aangestipt dat er nog een bijzonder schot voor het raam van de kamer van Dreyfus komt, om te beletten, dat een nabijwonend looier in de kamer van den gevangene kan zien. Harduin vertelt in de Matin, dat Me vrouw Godard, die haar huis ter beschik king van mevrouw Dreyfus heeft gesteld, mevrouw Dreyfus niet kende, doch in de couranten had gelezen, dat niemand te Rennes haar een woning dorst te verhu ren en zelfs verscheidene hotels gewei gerd hadden haar te logeeren. Zij meende toen, dat het haar plicht was, mevrouw Dreyfus als hare gast vrouw te ontvangen, en hoewel zij we duwe is en reeds grijs haar heeft, vreest zij den haat niet die zij in Rennes zal verwekken. »Wellicht loopt zij gevaar,* zegt Harduin. »zoo zijn de hartstochten opgewekt »Wat kan mij dat schelen!* zeide mevrouw Godard glimlachend, «als ik sterf, zal dat geen gewone dood zijn Rennes is kalm zegt een ander bericht. Mevrouw Dreyfus was Zondag nog niet aangekomen. De militaire overheid heeft strenge maatregelen betreffende de tucht en de openbare orde genomen. De officie ren van de drie regimenten te Rennes hebben de volgende bevelen gekregen: 1. Geen café te bezoeken, behalve de cercle militaire; niet langer dan te elf uur 's avonds aldaar te vertoeven 2. Steeds in uniform gekleed te gaan, om, zoo ongeregeldheden zich mochten voordoen, gereed te zijn bij 't eerste signaal 3. Er voor te waken dat men geen anarchistische bladen onder de soldaten verdeelt. De verloven der officieren zijn ingetrokken te doen. Dat kwam nu den benaauwden Philip in het geheel niet gelegen hij stel de den hertog al de kwade gevolgen van dezen stap voor, doch deze liet zich in zjjne gramschap door niets van zijn ver langen afbrengen, en verzekerde dat hij reeds voor alles voorzorgen genomen had, en na het eindigen van hun bedrqf nog in den nacht afreizen zoude. »Wanneer gij niet de lafste mensch in uw land zjjt," voer de hertog voort, »volg mij dan naar den wagen, prins »lk ben geen prins," antwoordde Philip die zich tot het uiterste gedreven zag. »Gij zijl hetieder heeft u hier op het bal herkend; ik ken u aan den hoed, gij misleidt mij niet." Philip trok het masker af, toonde aan den hertog zijn gelaat en zeide »nu, ben ik de prins Hertog Herman sprong, toen hij dat wildvreemde gezicht aanschouwde terug, en stond als versteend het vermeerderde zijne verbazing en verlegenheid, dat hij zijne geheimste belangen aan eenen on bekende verraden had en eer hij zich nog daarvan herstellen kon, had Philip reeds de deur in de hand en was verdwenen. XI Zoodra Philip zich in de open lucht be vond, nam bij zoo schielijk mogelijk boed en zijden mantel af, wikkelde den eeiste in den laatsten, en zoo met beiden onder den arm, sprong hjj de straat langs naai Een tijding van Havas zegt, dat de Sfax, Zaterdag de wateren van Madera verlaten heeft, (1050 K M. van Lissabon) waar kapitein Coffinières de Nordeck, ge zagvoerder van de Sfax, instructies uit Parijs heeft in ontvangst genomen. Men meent derhalve, dat de Sfax niet voor 29 Juni te Brest zal arriveeren. In de Belgische kamer heeft Vanden- peereboom Vrijdag voorgesteld de behan deling der kieswet 5 Juli te doen aan vangen. Na een opgewonden debat zou tot stemming worden overgegaan. Maar Vandervelde verzette zich daartegen, op grond dat volgens het reglement van orde stemmingen alleen tusschen tweën en vijven mogen plaats hebben. Dit werd door Vandenpeereboom betwist en door anderen volgehouden. Toen toch tot stem ming werd overgegaan, verliet de geheele linkerzijde als protest de zaal. De kamer was daardoor onvoltallig, zoodat toch geen stemming kon plaats hebben. Men houdt zich te Brussel zoo bang, dat de behandeling der kieswet zal lei den tot ongeregeldheden, dat men het garnizoen met twee bataljons van het 10e regement wil versterken. In het Lagerhuis deelde de heer Cham berlain mede, dat de bepalingen, waaraan de Engelsch-Indische koelies in Transvaal onderworpen worden, een der punten is waaromtrent de inzichten en de wenschen der Engelsche en Transvaalsche regee ring uiteenloopen. Uit Londen wordt bericht, dat de re geering in stilte de uitzending van 18000 man naar Zuid-Afrika voorbereidt. Terwijl de uitlandeis aldoor maar kla gen over de onveiligheid en over de druk kende lasten, welke de nijverheid tot ondergang doemen, zijn volgens de volks stem in de eerste vijf maanden van het loopende jaar in de Transvaal niet min der dan 64 nieuwe maatschappijen en syndicaten opgericht, met een maatschap pelijk kapitaal van ruim 14 millioen pond sterling. Beter bewijs voor de kwade trouw der klagers is al niet denkbaar. Atjeh. Uit Batavia is aan de N. R. Crt. geseind: «De troepenmacht van Heutz is Peu- sangan doorgetrokken en heeft zich met de oeloebalans vereenigd, zij is nu te Geuong in bivouac. Aan onze zijde werden di ie manschap pen licht gewond; de vijand liet 35doo- den achter. Tji Peusangan vluchtte naar de Gajou- landen. Partijgangers van Tapa zjjn nu in Bo ven Geudong. Nabij Telok Samawé zijn vele benting3 opgericht. De merine heeft in Geudong manschap pen aan wal gezet.'1 Een Vrijdag ontvangen telegram luidt: »Vijand bood alleen in passangan ge ringen tegenstand en werd bij Ajot-Pi geheel verslagen. Toekal Tji Passangan de Gregoriënkerk. Daar stond Roosje reeds in een hoek naast de hooge kerkdeur en wachtte hem »Acb Philip, lieve Philip," zeide zij tegen hem, zoodra zij hem herkende en drukte zijne hand. »wat hebt gij mij eene vreugde verschaft! O, wat zijn wij gelukkig; zie, ik had geen rust meer bij mijne vrien dinnen God lof, dat gij er zijt. reeds bijna een kwartier sta ik hier te bevriezen, maar ik denk van vreugde in het geheel niet aan de koude, die ik lqde. En ik, lieve Roosje, dank God ook, dat ik weder bij u ben moge de duivel al de luimen van de groote heeren halen Nu, ik vertel u op een anderen keer wel eens van de dolle tooneelen, die ik gehad heb zeg mij hartekind, boe gaat het u toch? Hebt gij mij nog een weinig lief?'1 »Ei gij zijt nu een groot heer geworden Philip, en daarom mag ik welaan u vragen, of gij mij nog een weinig lief hebt «Hoe drommel weet gij het reeds.dat ik een groot heer was?" Wordt vervolgd) gevlucht. Colonne is Woensdag naar Ge- dong voortgerukt, alwaar in de boven streek versterkingen zijo, met vooruitge schoven benden. Een Maandag ontvangen officieel tele gram luidt «Vijandelijke «telling Kenda Gedong ge nomen met verlies van twee gesneuvel den, een verdronkene en zeven gewonden. Vijand liet vijf en dertig dooden achter. Sterke heuvelstelling in Blang-Mangat ge nomen, onzerzjjds een gesneuvelde en twaalf gewonden, vijand had zesenveer tig dooden." AXEL, <len 27 Juni 180». De stemming voor vier leden van den gemeenteraad, zal plaats hebben op 10 Juli a. s. Herstemming op 24 Juli. Heden zijn bij den burgemeester twee candidatenlijsten ingeleverd. De lijst der kiesvereeniging «Onze Belangen* bevat de heeren L. Lamaitre, F. Dekxer Fz., J. Ramondt en A. Esselbrugge. De lijst der Anti-Revolutionaire Kiesvereeniging bevat de heeren P. Dieleman Wz., P. Dregmans, G. Weijns, en C. N. Jansen van Roosendaal. De aftredende leden zijn de heeren P. Dregmans, C. N. Jansen van Rosen- daal, L. Lamaitre en G. Weijns. - Men schrjjft uit koewacht: In den loop dezer week moet in den modder, die van den bodem van den be- wusten put is opgehaald, door iemand van Koewacht een niet te groot mes met een scherpe punt gevonden zijn. Te be twijfelen is het, of d?t het. mes wezen zal, waarmede de moord heeft plaats ge had. Het is evenwel de politie ter hand gesteld. Meer gewicht wordt gehecht aan het volgende Op Zaterdag 22 April, dus 9 dagen nadat vrouw H. hare woning verlaten had, moet door een persoon van Koewacht in een herberg beweerd zijn, dat vrouw H. wel niet meer te vinder, zou zijn; bjj wist van dat zaakje meer. Het zal later blijken, of die persoon werkelijk iets meer van de treurige geschiedenis weet. Dit houdt men wel voor zeker, dat M., die haast niemand vertrouwde, in hem nogal vertrouweu scheen te stellen al- thaus, ze gingen weieens met elkaar om. Nu kan het zijn dat die persoon met de toedracht der zaak bekend is en dan zal de justitie een heele schrede voor waarts zijn op net goede pad. Eerstdaags zal deze persoon waarschijn lijk voor den onderzoekrechter te Gent moeten verschijnen om zich nader te ver klaren. Zondag heeft te Middelburg een nood lottig ongeval plaats gehad, dat door on voorzichtigheid is veroorzaakt. Toen de tram, die des middags te 2 u. 5 min. van Middelburg vertrok, den nieu wen Vlissingschen weg passeerde, wilde een man, zekere van Z., uit Vlissingen, erop springen, maar stapte tnis. Hjj hield zich evenwel aan de tram vast, werd eeni- ge meters ver medegesleurd, kwam in aanraking met de langs den weg staande boomen, en werd tegen eeu der tramwa gens geslingerd, tengevolge waarvan hij doodeljjk aan bet hoofd werd verwond. De tram stopte zoo spoedig mogelijk en de heer A. Butner, chirurgjjc-majoor, die toe vallig op den tram stond, verleende ter stond zjjo hulp. Het mocht evenwel niet batende ongelukkige leefde nog slechts enkele minuten. Het lijk werd naar Middelburg vervoerd. Donderdag avond was er een heel standje in de Palmstraat te Rotterdam, waar een man zgn vrouw ernstig mishan delde. Spoedig kwamen een paar agenten van politie erbij, die den wildeman te ljjf gingen. Zij kwamen echter van een slechte reis, want de kerel, geholpen door zijn paar zoons, sloeg er in het portaal van zijn woning zoo duchtig op los, dat beidë

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1899 | | pagina 2