HET mwm MOUW. No. 1321. Zaterdag 6 Mei 1899. I5e Jaarg. Nieuws- en Advertentie!) lad voor Zeeuwse li- Vlaanderen F. D1ELËMAN, Buitenland. FEUILLETON. COURANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. A B N N E M E N T S PR IJ S per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonder!. nunnn. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER AXEL. Advertentien van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Uit vele mededeelingen blijkt, dat de Aurore gelijk had, toen dit blad mede deelde dat President Mazeau kapitein Freystatter den mond snoerde, waar de ze over onwettige mededeeling van stuk ken wilde spreken. Maar nog erger is wat blijkt uit het slot van het relaas, onlangs gaf. Du Paty de Clam deelde mede, dat hij zijn neef Cavaignac. voor diens be ruchte rede van 7 Juli, inlichtte over het stuk van Henry en over de vermoe delijke valschheid van andere stukken. Maar Cavaignac gaf het reeds gemelde antwoord. Deze verklaring, zoo verhaalt de Figa ro, maakte zooveel sensatie, dat Du Paty de Clam verschrikt werd en vroeg haar terug te nemen uit het proces ver baal, dat door hem zou worden onder teekend- Het hof van cassatie gaf Dü Paty de Clam acte van dezen wensch en zijn verklaring werd opgeteekend, terwijl men besloot, dit speciale punt in het proces verbaal stilzwijgend voorbij te gaan. Ook het hof van cassatie schijnt er dus zijn eigen geheim dossier op na te houden. Wat nu de andere verklaringen van Du Paty de Clam betreft, deze zijn weer te geven met dit enkele woord: Hij was soldaat en deed enkel wat men hem gelastte. Maar de slechte dingen zijn niet van hem. l)u Paty de Clam neemt slechts voor zijn rekening de eerste ontmoetingen met Esterhazy, uitvloeisel van een bevel, hem »Hoe riep vrouw Walter ontzet, »gij ons verlaten toch niet voor aliyd »Zeer waarschijnlijk." >Om Gods wil en waarom Kan de heer van Wallenroth Hedenavond verneemt gij meer" Zwijgend en weenend verliet vrouw Walter hem. Koenraad werkte voortzijn besluit was genomon. Hij nad eenen jeug digen, verdienstelijken rechtsgeleerde, dien hij in de naburige stad kende, voorloopig en in afwachting der goedkeuring van den heer van Wallenroth tot zijn opvolger benoemd; voor hem, zoowel als voorden rentmeester, eene uitvoerige instructie ge- schreve betreffende de loopende zaken en andere bozigheden. Met zonsonder gang ging hij aan öet inpakken der noo- digste behoeften want hij bad niets min der in den zin, dan eene reis te doen, naar Oost-Indië. Heer Schmidt had hem namelijk eenen brief van den heer Marbel gozonden, dien deze uit Kalkutta in Bengalen geschreven bad. De heer Marbel meldde daarin, dat hü al zyn goed, waarop hij de reebtma- tigste aanspraak had, door bedrog verlui en bad, en in behoeftige omstandigheden ver door Gonse in tegenwoordigheid van Hen ry gegeven, en eenige brieven aan de Libre Parole en aan den president der republiek, uitvloeisel van een bevel van Gonse, handelende in overleg met en gedekt door Generaal Boisdeffre. Dit komt overeen met de mededeeliDgen van Esterhazy, dat Boideffre wilde ingrijpen en niet kon. omdat minister Billot hem niet over de zaak sprak, waarna werd besloten den minister te dwingen Bois deffre in de zaak te kennen. Wat de andere stukken betreft, de verantwoordelijkheid daarvan valt op ko lonel Pauffin de St. Morel en Henry, die tot handlangers hadden Decrion en Gue- nèe Decrion is de man die bij de politie was weggejaagd wegens het beramen van valsche aanslagen, en dien toen bij den generalen staf in dienst kwam en daar het oude handwerk voortzette. Hij wist nl geheel onschuldige personen te ver lokken tot handelingen, welke dan door zijn toedoen dat aanzien van spionnage kregen. Deze man, die nu wegens een andere spionne-zaak gevangen zit, moet een handig vervalscher van stukken zyn geweest Tipysch is de term in een communiqué, dat nu onthuld is het bestaan eener fa briek van valsche stukken ten dienste der waarheid En als men nu vraagt waarom dat alles, dan weet Du Paty de Clam het •antwoord van generaal Gonse mede te deelen. Al die bedriegerijen waren noodig, om oorlog te voorkomen, want hetFransche leger was volgens den onderchef van den generalen staf, niet strijdvaardig! keerde, dat hjj geenen advocaat betalen kon, om het proces voor hem te voeren, noch genoeg had om met eenig fatsoen te kannen leven. Gaarne wilde hij naar Europa terugkeeren, maar het ontbrak betn aan geil voor de reisgaarne wilde hij arbeiden, maar hij was oud en zwau en de engelsche taal Diet machtig. Hjj verzocht, dus den heer Schmidt naar den jongen Koenraad Eek, dien hij had opge voed, te vernemen, dezen zijn lot te mel den. en voegde er by, dat hij op hem alleen nog zijne hoop stelde. De heer Scnmidt mocht hem schrijven, hem vragen of hij naar den heer Marbel reizen, zijn proces op zich nemen, en de dagen des ouden mans met den arbeid van zijn hoofd en handen verlengden wilde. Wan neer Koenraad daartoe besluiten kon, vei - zocht de heer Marbel hem met het noo- dige reisgeld te willen ondersteunen, in geval Koenraad de tot zijne vestiging uit gezette tweehonderd Louis d'or reeds ge bruikt mocht hebben. »Kan Koenraad," zoo eindigde de brief niet komen en mij helpen of mij onder houden, of weet gij de plaats van zijn op onthoud niet uit te vorsohen, of is hij niet meer in het leven, dan bid ik u, ontferm u mijner uit oude bekendschap, en zend mij eenig geld. Ik heb voor de weinige jaren mijns levens niet veel meer noodig." Bij dezen treurigpn brief had de heer Schmidt in een afzonderlijk schrijven aller- aanmerkingen gemaakt, ongeveer van den De nieuwe »cadres de moblilisation" waren in de maak, eu de oude werkten niet meer. En wijl het nieuwe veldge schut (dat beroemde stuk 120 court dat van 1890 dagteekend en dat in 1894 door den schrijver van het bordereau verraden werd) in 1897 nog altijd in studie was, had men geen kannonen. Ziedaar nu de toestand van hetFransche leger, door den sous-chef van het leger geschilderd, 26 jaar na den dag waarop het Fransche volk aanviüg de grootst denk bare offers te brengen, zijn generaals te vereeren. als waren zij half god, half held en zijn leger als onverwinbaar te verheer lijken. Het Fransche leger niet strijdvaardig! Zij, die den generalen staf hebben leeren kennen, zullen daarover niet verbaasd zijn. Maar wat moet in 's hemels naam toch wel worden gedaan, om een strijdvaardig leger te krijgen De Temps vernam van een vriend van Du Paty de Clam, dat het verhaal van de Figaro zeer vele onwaarheden bevat. Maar de Agence nationale zegt dat de mededeelingen op alle punten juist zijn De Figaro houdt vol dat de verklaring van Du Paty de Clam juist is, vooral ten aanzien van de mededeeling, dat hij aan Mercier de commentaar zou hebben ge geven. die hij maakte op de stukken van het geheim dossier. De Figaro voegt hier nog aan toe, dat na die verklaring de procureur-generaal Man au zeer bewogen opstond, zeggende oumiddelijk conclusiës te zullen nemen, tenzij het hof dadelijk zijn eisch toestond om den minister van oorlog uit te noodi- gen langs officieeleu weg generaal Mercier volgenden inhoud Bljjf gij, mijn waarde schout, over het lot van den goeden Marbel onbezorgd want ik zal zekor uit oude vriendschap iets vooi hem doen. Het spreekt van zelf, dat gij niet van Altek gaan en naar Oost-Indië loopen kunt, om eenen ouden man wie weet of gij bem in het leven zult vinden een winderig proces te helpen voeren ot hem, bij het ontbreken van bet daartoe gevorderd vermogen met schrijnwerkersarbeid te onderhouden ik weet het niet, hoe de goede man op den inval gekomen is. Hij is zeker reeds een of twoe en zestig jaren eu vermoedelijk door verdriet over mislukte plannen zeer verouderdbovendien zijt gij ook door een verdrag met mijnen vriend, den neer van Wallenroth, te zeer gebondengy moet bij is thans in Regensburg, waar hij slechts tot den negen en twintigsten der ioopende maand blijft, dan gaat hij ver- mobdeltjk naar Parijs teruggij moet de zaak eerst met hem afdoen, waüt hij al leen heeft het ïecht u van uwe plichten te ontslaan, en een man van eer als gij breekt zijn woord niet. Vindt gij intus- schen goed den heer Marbel eenig geld te doen toekomen, dan ben ik bereid hem dit met goede wissels naar Kalkutta over te maken. In dat geval verzoek ik u my dpoedig te melden, hoe veel, want er is geen tijd te verliezen ik zal den beer Marbel daarbij melden, dat uw opontboudt mij tot hiertoe onbekend gebleven is, en bedoelde commentaar te vragen. Het hof willigde dien eisch in. De meeste revisinitische bladen hechten weinig waarde aan de verzekering van La- guerie dat hij niet in opdracht van de regeering met Esterhazy heeft onder handeld. Maar het kan ook wel een streek zijn geweest om Esterhazy in bedwang te houden, toen hij voor het hof van cassatie verscheen. Het Hbld. meldt dienaangaande dat La- guerre zich van 13 tot 16 Januari te Am sterdam ophield waar hij in de Alliance franqaise was opgetreden. Hij logeerde in het Paleis Roijal, (toevallig juist het café waar de Amsterdamsche journalisten samenkomen) en daar zag een der redac teurs van het Hbld. hem Zondagavond den 15en voor de ramen in een zeer leven dig gesprek gewikkeld met Esterhazy. Wij wachten den majoor op en deelden hem, toen hij huiswaarts ging, het pas ontvangen telegram mede, meldende, dat de strafkamer hem een vrijgeleide had gegeven voor zijn getuigenverhoor in de zaak Dreyfus Dit vernomen hebbende, keerde Esterhazy naar het hotel Paleis Roijal terug en confereerde ondanks het late uur (half twee des nachts) nog langer dan een uur met den heer Laguerre op diens kamer." Een paar dagen later volgde het ver hoor, en toen dus het gevaar voor een beëedigde verklaring voorbij was, vermin derde belangstelling in den gevaarlijken getuige. Slechts in zeer enkele plaatsen heeft men het noodig gevonden nog iets over de Meibeweging te seinen, en de telegram- dan zijt gij bij hem genoegzaam ver ontschuldigd," »Mij nheei Schmidtriep Koenraad, toon by deze brieven gelezen had, met sidde rende jippen, met tranen in de oogen, mijnheer Schmidt, gij zijt een schurk van goeden toon, een laaghartig mensch met de beste houling, zooals onze deugdzame lieden tbaus gewoonlijk zijD. Ik ben Mar- bels zoon en hoofdschuldenaar, want by heeft mij tot eenen mensch gemaakt. Voort, Koenraadnaar Oost-Indië, help uwen vader Hij maakte alles gereed voor zijn ver trek en pakte in. STRIJD. Hij ondderriebtte den rentmeester van het noodwendige, opdat door zijn plotse ling vertrek niets verwaarloosd werd ook zeide hij hem, dat hij over Regens burg ging, om van den heer van Wallen roth zijn ontslag te nerneD, en dat hij dezen bewegen zou om den voorgestelden nieuwen schout te bevestigen. Vrouw Walter smolt in tranenJose phine zat sprakeloos en in gedachten ver zonken in eenen hoek des eetkamers, toen Koenraad binnen kwam. »ls het ernst vroeg Vrouw Walter. Volkomen; ik moet voort wel licht voor altijdik ga naar Oost- Indië." Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1899 | | pagina 1