No. 1270. Woensdag 2 November 1808. 14® Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwse h -Vlaanderen F. DIELEMAA, Buitenland. FEUILLETON. DE WURGERS VAN PARIJS. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonder!, numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER AXEL. Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei naar olaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. 't Is niet de eerste majjl, dat bericht woidt dat Marchand Fashoda heeft ver laten. Maar 't schijnt werkelijk waar, dat hij Vrijdag te Khartoem aankwam en vandaar naar Kaïro doorreisde. Zijn manschappen zijn echter gebleven, onder bevel van kapitein Germain, zoodat dit vertrek geen politieke beteekenis heeft. Men beweert te Parijs dat Marchand de reis maakte om zelf zijn rapport naar Kaïro te brengeB. Ander Fashoda-nieuws is er thans niet. Met het oog op mogelijk oorlogsgevaar is de verzekeringspremie op Engelsche schepen met 1/6 pet verhoogd. Donderdag hebben niet minder dan 20 leden van het Lagerhuis redevoeringen over de Fashoda kwestie gehouden. Aan het einde van zijn rapport kwam de raadsheer mr. Bard tot de conclusie, dat er van de beschuldiging tegen Dreyfuss niets overblijft. Hij stelt de vraag of er geen grond is om het vonnis eenvoudig te vernietigen, zonder verwijzing naar een anderen krijgsraad. Maar hij adviseert dat het Hof een geheel nieuw onderzoek zal doen plaats hebben door een commissie uit het Hof. De advocaat van mevrouw Dreyfuss, mr. Mornard, vraagt in zijn conclusie een nieuw onderzoek. De procureur generaal, zijn requisitoir aanvangend, vroeg revisie, in 't midden latend of het Hof wil gebruik maken van zijn recht om zelf een onderzoek in te stellen. De cassatie zonder verwijzing naar een HOOFDSTUK LXXII. Florine wordt diep gevoelig. De naam, dien haar echtgenoot daar genoemd bad, was voor Florine eene openbaring. Jagon heette niet Jagon. Zij droeg den zelfden naam als Mathilde. Zij was alzoo zijn bondgenoote, zijn bloedverwantmis schien zijne dochter. Al wat Florine tot nu toe niet helder geweest was, was haar nu verklaard, alle nevels waren ver dwenen. Sedert lang reeds had zij de zedelijke overtuiging gehad van Lorenz's mede plichtigbeid aan den daad van Jagon. Maar de bewijzen, het steunpunt ontbrak baar. Nü was zij gevonden, gevonden onder dezen naam. Mathilde was de band die deze beide contrasten vereenigd had tot eene daad voor haarhaar vader en haar bruidegom hadden den kapitein vermoord om harentwille. Florine begreep nu ook het gedrag van Simmonnet, die op een onschuldige kwade vermoedens geladen had, om den man te redden, dien zijn kind beminde. Hij had hem ook de middelen tot ver rijking gegeven, die hij in de advokaten- nieuwe behandeling acht hij juridisch onmogelijk. De advokaat van mevrouw Dreyfuss, mr. Mornard, wees, in zijn Zaterdag voortgezet betoog, vooral op de onregel matigheden, die in het proces van Ester hazy zijn voorgekomen. Deze zond een zeer belangrijk telegram aan zijn advocaat Tezenas om »hen« toch eens te gaan uitleggen dat er eene bepaalde overeenkomst bestoud om samen te overwinnen of te vallen. Dit telegram is van 26 Augustus, toen Esterhazy zag, dat de raad van onderzoek ongunstig over hem dacht. Mornard houdt vol dat het bordereau niet van Dreyfuss is. Het hof trok zich hierop in ïaadkamer terug. De beslissing wordt spoedig verwacht. De Temps bevat iu zijn woordelijk verslag van het proces den tekst van den brief van Picquart aan Sarrien, waarin hij zijn mededeelingen over het geheime dossier en de overlegging aan den krijgsraad bevestigt. Daarin o.a. de merkwaardige bijzonder heid, dat toen, Picquart deze stukken met Boisdeffre besprak, deze vroeg waarom ze niet volgens afspraak waren verbrand. Dit is o. i. vooral bedenkelijk, omdat Boisdeffre dat niet zou hebben gezegd, als hij wist dat de stukken echt waren. Dan zou men ze toch niet willen ver branden. Picquart zegt dat niet hij met de over brenging aan den piesident van den krijgs raad belast is geweest. Indertijd is de vrees geuit, dat de ver volging tegen Picquart alleen ten doel kanselarij verzameld had en aan wier voordeel zij zelve nu haar aandeel had. Al deze gedachten vlogen bliksemsnel door hare ziel. Maar haar echtgenoot moest daarvan niets bemerken. Zij deed alzoo een paar diepe trekken uit het si gaartje, om te bedaren, en zeide toen eerst rustig»Simonnetzegt gij. De moordenaar J igon heet Simonnet Voor alle», zijt gij er zeker van »Zeer zeker. Hij werd door eenen vroegeren kameraad herkend." »Gij zijt dus niet alleen in het bezit van dit geheim?" vroeg zij onveischillig. »Neen, maar Loustalot zoo heet die mensch zal het niet verraden. Hij was te bang voor Jagon." »Ach, en al deed hij het ook," zeide zij slordig. »Deze naam Simmonnet heeft immers geene bijzondere beteekenis." »Integendeel, hij moet van groote be teekenis zijn voor de zaak, want de po litie heeft zich alle moeite gegeven, den waren naam van Jagon gewaar te worden ten dien 6inde heeft men hem zelfs van gevangenis lot gevangenis geleid. Men moet de politie er dus kennis van geven zij zal de waarheid ontdekken, en de waarheid moet immers den armen Blan chard redden »Ja, gij hebt misschien gelijk," hernam zij. »ïk ken de heeren van het gerecht ik wil met hen over de zaak spreken, en als het mogelijk is, zullen wij uwen ar men Blanchard redden." heeft, hem als getuige onschadelijk te maken. Dat men den staf goed heeft doorzien, blijkt nu Generaal Gonse heeft aan mr. Bard geschreven, dat het niet waar is dat hij de door Picquart overgebrachte uitlatingeu over het compromiteereu van Mercier en Saussier heeft gebezigd. En hij zegt te hopen dat meu hem toch wel meer zal gelooven, dan iemand die wegens valschheid vervolgd wordt! Onnoodig aan te toonen, hoe verdacht deze redeneering is. De vervolgens tegen Picquart is aan gevangen na dat hij zijn bezwarende verklaringen aflegde. Ging de stelling van Gonse op, dan zou men elke getui genverklaring door een latere, geheel uit de lucht gegrepen vervolging kunnen vernietigen. In de zaak Henry is het natuurlijk andersdaar heeft men het materieele bewijs van schuld en een bekentenis. Labori neeft terstond bij Lockroy, als waarnemend minister, tegen den brief vau Gonse geprotesteerd. Hij beroept zich op het feit, dat de verklaringen van Picquart tot dusver waarheid bleken en vraagt andermaal verlof tot Picquart te worden toegelaten om met deze den brief van Gonse te bespreken. Te Parijs verwacht men dat Dupuy, die Donderdag tot laat in den avond bij Faure was, een kabinet zal vormen. De Petit Bleu noemt Constans, de groote bedwinger van het Boulangisme, als minister van justitie. Delcassé en Bougeois zouden aanblijven. Ribot zou financiën nemen. Hij stond op en greep hare beide han den en riep luidkeels »A1& gij dat doet, dan vei geef ik u veel. Het bevrijden 7an dezen ongelukkige ziet u, is nu mijne eemge gedachte. Hem een weinig goed doen, nadat ik hem zooveel kwaad gedaan heb. Als hij dan huiswaarts keert, zal ik tol hem zeggen »Ik ben het, die toen de misdaad begaan heeft, voor wien gij zoolang geboet hebt. Ver geef mij, o vergeef mij ik heb immers ook zooveel geleden en heb berouw in het diepste mijner ziel 1" Maar ach, hy zal mij niet kannen vergeven. Zijn kind is gestorven, terwijl bij gevangen is. En zijne arme vrouw Maar zij zal mij ten minste niet vervloeken, want ik heb haar immers het leven gered." »Gy 1" riep Florine uit, die haren echt genoot met de grootste oplettendheid be schouwde. »Ja, ik, de Voorzienigheid heeft het zoo gewild. Zij wilde zich uit wan hoop dooden en storte zich in de Seine. It was juist bij de hand, en de lieve God liet het toe, dat ik haar redde. Eerst later heb ik vernomen, hoe zij heette. Zy dankte mij Men wilde my eene belooning geven, maar ik liep weg. Als ik wist, wat van haar geworden is, was ik tot haar gegaan en had haar gezegd »Ik heb iets gewichtigs vernomen, den waren naam van den dader Ga naar de rechters naar de politie Maar ik weet niet, waar zij heengegaan is. Ook blijft er sprake van De Freycinet voor oorlog. Het stenographisch verslag van de kamerzitting van Dinsdag werpt een een eenigszins ander licht op de stem ming over het amendement De Mahy, waarin der regeering verweten werd, dat zij de beleedigingen van het leger niet heeft doen vervolgen. Piou heeft uitvoerig geantwoord op de mededeelingen van Sarrien, betreffende de herhaalde weigering van Chanoine om een klacht in te dienen. Hij wees daarbij in het bijzonder op de woorden van Sarrien, dat de minister raad de circulaire, waarin de procureurs generaal werden uitgenoodigd vervolgin gen uit te lokken, had goedgekeurd. De uitvoering van het aldus, op voor dracht van Sarrien genomen besluit had niet mogen afstuiten op het verzet van éen minister. Men had Chanoine moeten dwingen heen te gaan of een klacht in te dienen. Nu men de zaken liet zooals ze waren, kreeg de circulaire een platonische be teekenis. Men heeft feitelijk een mysti ficatie op touw gezet. Geheel ongelijk had Piou, achteraf niet. Maar als de regeering generaal Chanoine eens gewipt had, dan ware het kabaal zeker tienmaal erger geweest! Bij de Landdag-verkiezingen in Pruisen heeft te Berlijn de vrijzinnige volkspartij een groote overwinning behaald. Ook de uitslag van andere districten wijst op een kleine opschuiving wijstop een kleine opschuiving naar links. Het centrum handhaaft zijn positie. Italië kreegt weer moeilijkheden in Misschien kan ik het gewaar worden." zeide Florine. >Dat heb ik ooit gedacht. Gij kent iedereen, gy zijt zoo bekwaam, gij zult al uwe keunissen ontbieden, om haar den echtgenoot terug te geven, niet waar? Gij hebt immers ook schuld aan haar lijden want alleen om u heb ik den diefstal begaan Zij begreep, dat zij haren man ver trouwen inboezemen moest, en zeide daarom hartelijk Reken op mij, reken op mij 1 Ik ga hem redden. Ik beloof het u." Zij schikte zich met hare gewone be kwaamheid in baren toestand en veinsde eene sterke ontroering, drukte zijne han den aan haar borst en keek hem met tranen in de oogen aan. Zij had haar overleg veranderd. Daar zij haar echtgenoot niet door de zinnen boeien kon, nam zij hem door haar hart voor zich in. HOOFDSTUK LXXIII. Hst handelshuis Lorsnz Co. Zooais de meeste menschen, was bet dos morgens by het ontwaken in den be- valliger. dommel, dat Florine hare zaken overdacht en hare besluiten nam. Zoo ook op den morgen na het bezoek van haren echtgenoot. Voor alles vroeg zij zich af, of zij naar markies de Ribas zou gaan on hem zeg-

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1898 | | pagina 1