No. 1245. Zaterdag 6 Augustus 1898. 4e Jaai'g', Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwse h-Vlaanderen F. DIELËMAN, AXEL. Uitsluitend yoor de Abonné's v/d blad. SIBISIPWAÏ Buitenland. si FEUILLETON. ^WÜRGËRSJAN PARIJS. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. nutnm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Met het oog op het aanstaande Kronings feest, heeft de Uitgever van dit Blad het in hel belang van zijn lezers wenscheüjk geacht een voor zijne abonné's verkrijgbaar te stellen. Deze plaat is zeer mooi afgewerkt en heeft eene afmeting van 63 bij 78 c. M. In het midden der plaat bevindt zich het zeer gelijkend Portret van H.M. de Koningin, met den Kroningsmantel om hangen en met de eene hand rustende op de Grondwet, terwijl daar naast de Kroon is nedovgelegd. Boven aan de plaat bevinden zich de Portretten van H.H.M.M. Koning Willem I en Willem II, van on deren de Portretten vnn H.H.M.M. Koning Willem III en Koningin Emma. Tusschen beide laatste Portretten bevindt zich de Nieuwe Kerk van binnen gezien, waar H. M. gekroond wordt. Tegen afgifte van achterstaande Bon kan men aan ons Bureau deze Plaat voot den prijs van f 0,20 bekomen. Voor buiten de stad is de prijs met bet oog op de emballage en franceerkosten t 0,35. De naaste aanleiding tot den dood van Bismarck wordt gezocht in het gebruik van een paar glazen champagne op Vrij dagochtend, waardoor het wat sneller vloeiende bloed, geronnen bloed uit de beenen in het lichaam, vooral in de lon gen, deed doordringen Na de ontvangst der doodstijding zond HOOFDSTUK XLVIII. Hij is herkend. Florine wachtte niet tevergeefs. Hel i duurde niet lang, of uit een huis op de Rue Cbateaudum trad een jong man van tusschen 20 en 30 jaar, met eene siei lijke houding en gekleed naar de laatste mode. Hij was bruinharig en speelde met veel welgevallen met zijn glanzend zwarten bakkebaard. Ja, dat was de markies Lorenz José de Ribas y Castello dit maal in zijne natuurlijke grootte, zooals Florine hem in Saint Augustin bij bet trouwen gezieD bad. Hij ging baar voorbij en zij kon de schoonheid zijner oogon bewonderen en den glaDs van zijn blik. Overtuigd, dat ieder, die hem had kunnen volgen, zijn spoor bijster was, was hij weer aan zich zelf gelijk geworden en bad zijn jeugd, schoonheid en ijdelheid teruggekregen. Hp reed uu direct huiswaarts, Florine dacnt er volstrekt niet aan, hem verder te volgen. Waartoe ook? Zijne identiteit was vastgesteld, zijne woning was haar bekend. Ook zij begaf zich naar hare wouing, Rue de la Suresnes. Nadat zij eenige vei sterking bad ge- de keizer aan graaf Herbert het volgen de telegram, dat Maandag is openbaar gemaakt in den Reichsanzeiger, welk blad in een rouwrand verscheen „In diepe droefheid, deelend in de smart die u allen heeft aangegrepen om den dierbaren groote doode. betreur ik het ver lies van Duitschland's grooten zoon, die door zijn trouwe medewerking aan het werk der hereeniging van het vaderland voor gansch zijn leven de vriendschap had verworven van mijn in Gode rustende grootvader, den grooten Keizer, en voor eeuwig den onvergankelijken dank van het geheele Duitsche volk. „Ik zal zijn stoffelijk omhulsel een laatste rustplaats bereiden te Berlijn in den Dom naast mijn voorvaderen." Giaaf Herbert antwoordde dat de over ledene uitdrukkelijk een begrafenis op Friederichsruhe had verlangd. Zonder dat zou 's keizer wensch voor de familie wet zijn geweest. De keizer deed de vlag van zijn jacht halfstok dalen, gelastte dat de Zondag- sche scheepsparade niet zou plaats heb ben en zond aan den commandant van Altona zijn bevelen betreffende het zen den eener eere wacht naar het sterfhuis. Verder verordende hij een rouw van tien dagen voor het- hof, van acht dagen voor het leger- De vlaggen op alle ge bouwen in den rijks- of staatsdienst moe ten tot na de begrafenis halfstok hangen. Het lijk is Zondagavond gebalsemd. De keizer had een plechtige begrafenis gewild met een groote lijkplechtigheid op de monumentale trappen van het rijksgebouw, dat is bij- de Victoriazuil. Daar zou een katafalk verrijzen en bruikt, ging zij in een leuningstoel zitten en liet aan baren geest de gebeurtenissen van dezeD dag voorbijgaan. In de eerste plaats hielden bare ge dachten zich bezig mot den markies de Ribas. Zij moest bekennen, dat deze maikies een grappig en beneridig man was, van wien do beste comedianten en de bekwaamste agenten nog konden laeren. Welk eene kunst en volmaking in de maskerade. Zijne eerste, n. m. do advo- katenkop was, tot in de kleinste bjjzon derheden van eene volmaakte fijnheid on geheel en al een vindingrijk beeld geweest dat alle bewondering van den kenner vei- diende. En ten tweede nog, de verkleeding. Aan dezen gezétten burger merkte men juist het fijne zijner rechtsgewoonte. En welk een voorzichtigheid en voorzorg 1 Zich tweemaal in een uur geheel veran deren, om onder een nieuwen vorm het waarnemend oog te ontgaan, dat misschien tegen den eersten argwaan bad kunnen koetsteren. Eu dan nog naast le verkleeding welken rijkdom aan woningeD en welke bekwaamheid in de keus der huizen. En dat zou de edele markies de Ribas v Castello zijn, eerst sedert drie maanden in Frankrijk, die zich zoo kleedde zoo laliijke pleisterplaatsen had, zoo dikwijls van gelaat veranderde en het groote Parijs zoo door en door kende t daar zouden de geheele keizerlijke familie, de Duitsche bondsvorsten en alles wat in 's keizers oogen hoog genoeg was in den lande, een laatste hulde brengen, voor de kist naar den Dom ging. Ma,ar deze plechtigheid, waarvoor de keizer reeds alle bevelen had gegeven, komt nu te vervallen. Alles zou zich nu bepalen tot een een voudige plechtigheid in de kerk welke ter eere van Willem I is opgericht. Maar de keizer, die veel van praal houdt, en gevoelt dat het Duitsche volk ver wacht hem te zien voorgaan, laat zich door dit alles en door den pijnlijken in druk van de bekende onthulling, geen duim breed afvoeren van den weg, dien hij meent te moeten volgen. Te Kiel werd hij Maandagavond op gewacht door de keizeriü, die in zware rouw was gekleed. Na te Kiel te hebben overnacht, begaf dé keizer zich met de keizerin en Yon Bülow en zijn gevolg naar Friederichsruhe, waar men des mid dags te zes unr aankwam. Een eerewacht was opgesteld en de zoons van Bismarck ontvingen de keizer lijke bezoekers. Wilhelm kuste prins Herbert 00 beide wangen en liet zich daarop naar de sterfkamer brengen. Deze was met rouwlaken behangen om de kist stonden zuilen met 48 kaar sen en aan het hoofdeinde een kruisbeeld. Het voetstuk was onder bloemen begraven De dorpspredikant hield een toespraak door den Bismarck zelf aangewezen tekst. Alles ging zeer vlug en de bezoekers vertrokken reeds een half uur na hun aankomst. Waarom niet. Florine was dan ook niet zoo argeloos, ook maar een seconde daaraan te twijfelen. Maai welk doel had hg, deze valsche markies Wat voor beroep had hij Wat fabriceerde hij zoo in het donker Want Florine geloofde evenmin, dat hij zich al deze woningen uitgezocht ge huurd en terecht gemaakt had, alleen om een proces onbekend bjj te wonen. Dit woord „proces" verwekte een an deren gedachtongang in haar en nare opmerkingen namen nu 69n andere meer juistere richtingdeze markies was immers de echtgenoot van Mathilde Si- monnet. Zoo was het dan toch niet geheel zonder grond, dat de veiligheidschef haar eens opgediagen had, Mathilda Simonnet te bewaken. Deze jonge dame was alzoo eenigermato in de zaak betrokken, uie zoo pas afgespeeld was, omdat het proces haar echtgenoot zoo bijzonder veel belang inboezemde. Toen overdacht Florine dit geheele proces nog eenmaaldaar was voor alles de jonge advokaat uit Toulouse, zoo onbe weeglijk, opmerkzaam, zijn bril stijf op de beschuldigden gericht misschien op een hunner. En dan de ^bijzonderheden van het proces. Da bewering van den verdedi ger, dat Blanchard het slachtoffer van eene sluwe kuipeiij was, dat hij voor een ander boeten moest, die zyne gedaante Men schijnt te Madrid geneigd de vredes voorwaarden aan te nemen. Het meest verzet wekt de bepaling, dat Spanje be last blijft met de schuld der af testane koloniën. Een later telegram van de Temps meldt echter dat de pers te Madrid zich tegen den onvoorwaardelijken afstand van Cuba en Porto Rico gaat verklaren. Men verwacht echter een brief van Castelar aan de Spaansche jongelingschap waarin hij verklaart dat Spanje behoefte heeft aan den vrede, maar dat men een voortzetting van den oorlog boven een niet eervollen vrede moet verkiezen. Van de Philippijnen zijn voor Amerika weer ongunstige berichten ontvangen. De regeering weigert den juisten aard daar van op te geven. Men weet echter, dat generaal Merritt geseind heeft, dat de houding der opstandelingen dreigt aan leiding te geven tot een openlijke breuk met de Amerikanen. Andere telegrammen houden in, dat generaal Merritt gevraagd heeft om aan vulling van zijn strijdkracht tot ten minste 50,000 man, voornamelijk wegens de houding der opstandelingen. Merritt zal zijn best doen de burgers te beschermen tegen de losbandigheden dezer laatsten. Hij zal met dit doel te zamen met admiraal Dewey een aanvraag zenden tot capitulatie van Manilla. In het Lagerhuis heeft Curzon mede gedeeld dat er geen onderhandelingen met Amerika worden gevoerd ten aanzien van de Philippijnen. Hij weet echter dat de Australische kolonies veel belang stellen in deze zaak en zal daarom het verloop der zaak met aandaent volgen. Dat haè trachteo aan te nemen En dan de beweringen van den beschuldigde zeiven en zijn blik zijne oogen vol bete. keDis waaraan alle getuigen hem her kend hadden. De markies had ook zulke levendige oogen oogen, die men niet vergat en die Florine niet vergeten had. Zij zweeg, zij bbval hare phantasie, niet verder te gaan zij wilde niet op het eindelooze veld der gissingen ver dwalen. Wat zij echter tot nu toe aan feiten ontdekt had, had waarde genoeg wanneer zij op den volgende dag naar den veilig heidschef ging en het hem mededeelde was zij zeker zeer welkom en kon op de gunst der politie rekenen. Wanneer ik denk," zeide zij meteen ironiscben glimlach, dat de beer Claude mij gezegd heeftGa, mijn waarde, ga gij verstaat uw werk niet!" Ondertusschen versta ik het beter dan de gestrenge heeren zeiven, geloof ik, en heb heden in eenige uren meer uitgevoerd en vernomen dan zij in drie maanden. Zou zij hun echter werkelijk haar ge heim verkoopen Welk armzalig voordeel was daarvan te wachten Welk eene kleine voldoening voor hare ijdelheid Was het dan wer kelijk} zoo aanlokkelijk, »een duurzame, bezoldigde en officiëeie agent te worden Waarachtig, zij was ecöter tot iets hoo- gors geboren Wordt vervolgd.]

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1898 | | pagina 1