No. 1220.
Zaterdag 7 Mei 1898.
14e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
J voor Zeeuwse h - Vlaanderen
F. DIELEMAN,
AXEL.
Buitenland.
FEUILLETON.
DE WURGERS VAN PARIJS.
AXELSCHË
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdtffavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25'cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei
naar olaatsmimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
De opstootjes te Madrid vingen reeds
Zondagavond aan. Eenige groepen, die
uit vorige demonstraties bekend waren,
verzamelden zich eerst voor de woning
van generaal Weyler, later voor die van
Sagasca. De prefect gelastte de menigte
uiteen te gaan en deed de gebruikelijke
sommaties. Daarna werd de menigte uit
een gedreven, waarbij eenige belhamels
werden gearresteerd. Later verzamelden
de betoogers zich weer in een andere
straat, waar de prefect hen toesprak en
hun verzekerde dat de kapitein-generaal
van Madrid hen anders tot reden zou
brengen.
De Puerta del Sol werd door de hu
zaren bezet, terwijl een escadron van de
Paviahuzaren bij het telegraafkantoor post
vatte. Ook de burgerwacht kwam onder
de wapens en maakte patrouilles door
de straten.
De meerderheid der pers keurde het
gebeurde streng af.
Nadere berichten zyn niet ontvangen,
een waarschijnlijk gevolg van de strenge
telegraafcensuur.
Particuliere berichten in overeengeko
men taal gewagen echter van onlusten
te Madrid en in de provincies.
Te Weenen vreest men het ergste de
aartshertogin Elizabeth is naar Madrid
gegaan, om haar dochter in deze moeilijke
dagen gezelschap te houden.
Ook te Londen en te Berlijn zou men
door een omwenteling allerminst verbaasd
zjjn.
Alle berichten uit Madrid, vooral die
aan de Engelsche bladen, maken melding
»Maar zonder eene positie in de wereld
zonder grondkapitaal kur.t gij dit doel
nooit bereiken. En uwe positie in ae
wereld heb ik u voorbereid. Dank de
papieren, die ik u overgeven zal zult gij
met alles in orde en klaar zyn gij zult
eenen naam eenen titel hebben. Aan
u ligt het dan mijn werk te voltooien,
u verbinding met kennissen te verschaf
ten. Mathilde heeft bereids eenige, gij
zult die voltallig maken en uw salon zal
een der meest gezochte van Paijrs zijn.
Wat het geld betreft ik heb vijfhonderd
zevenentwintig duizend francs in mijn
portefeuille. Er ontbreken zoo als gjj
hoort, drie duizend francs aan die ik ge
bruikt heb O, niet voor mij maar
voor u. Om uw affaire voor te bereiden.
Gij zult deze som in twee ofdiiedeelen
splitsen die u in staat zullen stellen er
goed van te leven tot op den oogenblik.
waarop gij over die groote inkomsten
zult kunnen beschikken welke ik u be
loofd heb.
»Zoo zal mijn droom vervuld worden
Mathilde zal rijk en aanzienlyk worden,
en mij mij alleen zal zij dit te danken
hebben. Gij zult haai niets gegeven heb
ben want gij zijt mijn werk ik ben het
van de toenemende populariteit van Ge
neraal Weyler.
Nu de vorige gouverneur van Cuba,
zoowel door zijn redevoering in de Cor
tes, als door de staatsbetoogingen op den
voorgrond treedt, en wellicht de man van
de naaste toekomst wordt, is het niet
ondienstig een en ander mede te deelen
uit den jongsten brief van den Madrid-
schen correspondent van de O. H. Crt.
»Wat generaal Weyler op Cuba geweest
is weet iederhij heeft de Alva'sche
traditiën van bloedhond voortgezet, maar
men beleedigt de nagedachtenis van dezen
grooten veldheer door de vergelijking met
generaal Weyler voort te zetten. De
hertog van Alva verpersoonlijkte de uiter
ste wreedheid, in een tijd, toen ieder beul
of slachtoffer washij was een hidalgo,
hij was een ridder. Aan zijne handen
kleefde bloed, maar er bleef geen geld
aan hangen, dat hij in zijn zak stak. De
eerste daad, die generaal Blanco, opvol
ger van Weyler, op Cuba deed was de
door Weyler gesloten contracten voor de
leverantie van oorlogsbehoeften te ver
breken, en de rekeningen te verminderen
met 30, met 40, met 50°/0. Ieder, dien
gij hier over generaal Weyler spreekt
vertelt u, dat deze op Cuba, tydens zijn
bewindschap, vier millioen peseta's ge
stolen heeft. Nemen wij aan, dat hij
viermaal overdrijft, en dat zijne ongure
winst slechts slechts één millioen
bedraagt, dit bedrag gevoegd aan het on
bekende, gestolen door minder hooge amb
tenaren en officieren, die het voorbeeld
van den chef wel moesten en te gaarne
wilden volgen, verklaart voor een deel
waarom Spanje met een reusachtige
die het u verschaft. Doch slechts daarom
wijl zij u aanbidtwant wanneer ik my
uwer niet onttfcrmde wat zou er van u
worden arme jongen En gij moet toch
iets zijn om harentwil."
Met deze woorden liep hij naar de tafel
op welke de lamp stond en trok drie
pakketten papieren uit zijnen zak. Het
eerste bevatte aanteekeningen in klein
ineengedrongen schrift.
Dit zyn uwe dokumenten," zeide hy,
terwijl hij ze aan Lorenz overhandigde.
Het tweede pakket bevatte geboorte en
doodakten huwelijks-contracten enz.in
het kort alles, wat tot den burgerlijken
stand van elk individu behoort, zijne at
komst en zijne bewijzen wie of wat men
is. De geschriften waren met de onder-
teekeningen en zegels van verscheidene
buitenlandsche gezantschappen voorzien.
Toen nam hij rustig en zonder zijn
gelaat te vertrekken het papieren om
hulsel van het derde pakket en haalde
de roode portefeuille voor den dag waarin
kapitein Guériu de vijfhonderd dertig
duizend francs bewaard had het kapitaal
van zyn hartelijk geliefd kind.
Simonnet nam de banknoten, legde die
op de tafel, ging naar aen haard, wi< rp
de portefeuille in de vlammen en zeide:
»die moet vernield worden. Zij kon mij
compromitteeren."
En hij wachtte zoo lang bij het vuur,
tot dat de portefeuille tot asch verteerd
was. Toen trad hy naar de tafel terug
krachtsinspanning van 250.000 soldaten,
waarvan meer dan honderdduizend op
Cuba gebleven zijn, met een geld-inspan-
ning van een milliard, niet een leger van
nog geen honderdduizend opstandelingen
heeft kunnen verslaan. Ziehier wat Spanje
in de laatste jaren aan zijne conserva
tieve partij dankt."
Dat een generaal ondanks dit alles een
volksheld kan worden, dankt hij voor een
groot deel aan zijn persoonlijke eigen
schappen.
»Men kan" zoo seint de correspon
dent van Daily Telegraph »geen drie
minuten met generaal Weyler praten, of
men gevoelt welk een krachtig man hij
is. Hij is een soldaat en een heerscher
Of hij daarom nu reeds aan het bewind
zal worden geroepen?
Velen verlangen hem als dictator aan
het hoofd der zaken te zien. Waarom
ook niet! Er ligt iets waars in de be
kende woorden van Napoleon III die, toen
een zijner Engelsche vrienden uit de ja
ren der ballingschap hem verweet dat hij
door een dievenbende omringd was, tot
antwoord gaf„Dat is zoo maar zij
die nu aan het laadje zitten zijn half
verzadigd. Verving ik ze, dan kwamen
er niets dan hongerenden in hunne plaats
en begon het lieve leven van voren af
aan."
Het laatste telegram uit Madrid, waarin
van den binnenlandschen toestand werd
melding gemaakt, is van Maandagavond.
Toen heette het, dat het oproer in alle
staten woedde. Sedert zwijgt de tele
graaf en worden slechts officieele mede-
deelingen over de gebeurtenissen in de
Spaansche hoofdstad doorgelaten.
en wees op de banknoten.
„Neem," zeide hij tot Lorenz, >neem
deze, waarvan ik voor mij zelf niets be
geer, maar die ik echter niet versmaad,
voor u." En daar Lcrenz zeer bleeK
werd en sidderde en beafde. zeide Simon
net: »het schijnt wel aast, dat gij vreest
deze banknoten aan te nemen, omdat
men alzoo in u den schuldige zou mee-
nen te viuden, als mou ze in uwe han
den aantrof Bemoedig u on wees ge
rust. Ik heb ze een voor een opmerk
zaam bekeken zelfs met een oogglas.
Zij hebben geen bijz ndere kenteekenen
hoegenaamd en zien er precies uit als
alle andere. Geloot mij, wat u betreft,
drijf ik de voorzichtigheid tot het uiterste.
Deukt gij, dat ik u een gescneurd, be
morst, doorstoken banknoot geven zou,
bij welks aanblik zich de notaris herin
neren kon: „die heb ik d.n kapitein
Guérin gegeven Neem zo dus aan
zonder de minste vrees. Of wilt gy ze
wellicht liever in het vuur werpen, zoo
als ik de portefeuille gedaan heb? Mij
wel, maar dan is eenvoudig <le armoede
en de ellende voor u ea voor tiaar. Ja,
aet is dan met een vrij zeker, uwe schei
ding van Matnilde, want zij is geeD ar
moe gewoon, maar haai hart verlangt
weelde en gemak en dus zoude de liefde
zeker niet lang stand houden zoo zij aan
uwe zijde armoedige dagen moest slij
ten."
Toen vatte Lorenz gejaagd, krampach-
De maatregel heeft natuurlijk het tegen
gestelde gevolg, daar men aanneemt dat
geen censuur zou worden geoefend, als
de volksbeweging van geen beteekenis
was. Men verwacht berichten over
Bayonne of over Portugal.
Alleen de hier verschijnende editie van
de New-York Herald schijnt bericht te
hebben dat in Madrid onlusten voorvielen,
waarbij gewapende Cataloniërs in de stra
ten geweerschoten losten. De gendarmen
achtervolgden hen. De gouverneur van
Valencia ontving machtiging, ook daar
den staat van beleg af te kondigen. Te
Talavera en Gijon zouden onlusten heb
ben plaats gehad, maar deze waren meer
het gevolg van de hooge broodprijzen.
De hulp der troepen is ingeroepen.
De eigenlijke oorlogsberichten zijn vrij
schaarsch.
Van de Philippijnen komen geen be
richten, daar de telegraaf kabel is afge
sneden, en admiraal Dewey de kabel nog
niet aan boord van een zijner schepen
heeft kunnen brengen. Alles moet dus
over Hong Kong gaan.
Vandaar wist men eerst te seinen dat
het bombardement van Manilla was aan
gevangen. Een later bericht, dat natuur
lijk niet te controleeren was, meldde dat
de stad zich had overgeven.
Maar daar een zeer snelvarende boot
altijd nog 30 uren noodig heeft om van
Manilla Hong Kong te bereiken, valt aan
deze berichten niet veel waarde te hechten.
De naar Hongkong verbannen leiders
van den opstand hoopten door de Ame
rikanen te worden teruggeroepen, teneinde,
onder toezicht van dezen laatsten, met
het bestuur te worden belast.
tig bevend de massa banknoten aan en
sloot ze in eenen schrijftalel.
Simonnet kende maar ai te goed het
laatste middel, om alle vrees en tegen
stand van zijn scholier weg te nemen.
Dezelfde liefde voor hetzelfde wezen ke
tende deze beide misdadigers aan el
kander.
Toen Lorenz zich omkeerde, zeide Si
monnet
„Ik heb heden alles in orde willen
brengen, wy! ik niet weet, of ik u ooit
weder zien zal."
Verlaat gij Parijs vraagde Lorenz
levendig.
>Zoo dom ben ik niet. Ik verlaat noch
Parijs, noch het huis, dat ik bewoon, noch
de betrekking, die ik bekleed. Het beste
middel, om zien verdacht te maken is.
zyne gewoonten te veranderen. Ik zal
mij daarvoor alzoo behoeden. Maar in
dien de vlucht gevaarlijk is, zoo is het
mijn blijven alhier wellicht evenzeer. Om
u en Mathilde dus niet noodeioos aaD ge
vaar bloot te stellen, is het noodig, dat
wij elkander niet weder zien. Al onze
veibindtenissen houden van af heden op.
Daarbij blijft het.'' Toen zeide hjj lang
zaam, nadrukkelijk „wanneer het gebou
ren mocht, dat men mij arresteert, dan
moogl noch gij, noch Mathilde, ouder wel
ke omstandigheid ook, ooit veriaden, dat
gij mij gekend hebt.
Wordt vervolgd.)