No. 1134. Zaterdag 10 Juli 1897. 13 Jaarg, Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwse li-Vlaanderen F. DIELEMAJV, AXEL. Buitenland. 12 FEUILLETON EEN YERHAAL UIT VIRGINIA. tuisciii: UNT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. A BONNE ME NTS PRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentien van 1 tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maa Aclvertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag TWEE uren. In de Belgische kam9r heeft een inter pellatie plaats gehad over de weikstaking in de Borinage. De minister Nyssen antwoordde dat de nieuwe wet op de ar beidsreglementen aan de werkgevers voor schrijtt een nieuw reglement vast te stel len. De verschilende nijverheids- en ar beidsraden hebben vergaderd om een ty pe voor zulk een reglement vast te stel len en 8 van de 10 hebben met algemeene stemmen van patroons en arbeiders dat gedaan. Dit reglement is den 24en Juli aangeplakt in de mijnen, waar thans de werkstaking is uitgebroken. De ontevre denen hadden h9t recht bezwaren te for muieeren en deze op de bij de wet be paalde wijze in te brengen, maar zij ga ven er de voorkeur aan het werk te staken. Zich daarop tot de afgevaardigden van de Borinage (mijnwerkers) wendende, vroeg de minister waarom hij thans zou moeten tusschenbeide komen in een werkstaking welke zij hadden uitgelokt. Gij hebt slechts een wooi d te spreken en het werk wordt hervat. Ik zou buiten mijn bevoegdheid gaan, gelijk gij buiten de uwe. Gij hebt de orde verstoord, die ik niet heb te herstellen De arbeids-inspecteurs hebben te waken voor de uitvoering der wet. In de verderen loop van het debat werd de minister er hard over gevallen dat hij de verantwoordelijkheid had ge legd op de zes mijnwerkers, die de Bo rinage in de kamer vertegenwoordigen, terwijl een dezer verklaarde, eerst in de kamer te hebben vernomen dat de werk- Te gelijker tijd was Alice met de vreem de kleeding van den Wilde eigen geworden scheen geneigd kennis met hem te maken want zij naderde hem al meer, en stond eindelijk naast hem met al die nieuwsgie righeid en belangstelling beschouwende, welke hare blauwe oogen konden uitdruk ken. De Indiaan streek haar over het hoofd en gaf haar een stuk vleesch van den scho telwaarop zij hem honig en melk aan bood, welke hij zoo zeer naar zijn smaak vond dat het kind langzamerhand alles zag verdwijnen terwijl hare angstige blik ken haren deelgenoot zeer vermaakten want hij gaf haai de ledige kom terug met eens buiging, vergezeld van eeu zoo zachlen en welluidenden lach, dat Philip hoe langer hoe meer behagen in hem schepte en hem nu wezenlijk schoon vond. Ein delijk stond hi) op en wees naar da deur welke zijn jonge vriend dadelijk opende en hem naar den tuin volgde. „De roode man zal zich de vriendelijk heid van den blanke berinneren zijne schaduw heeft de wigwan van zijn vijand niet verduisterd." „Wij zijn uwe vjjanden niet," zeide Philip ernstig. staking was uitgebroken. Het debat wordt heden voortgezet. De Fransche Kamer beeft eindelijk de credietaanvraag voor de reis van den president naar Rusland ontvangen. Hano- taux diende haar Maandag in bij de kamer welker zitting door een bijzonder groot aantal leden werd bijgewoond. Reeds Dinsdag heett de Fransche be- grootingscomrmssie verslag uitgebracht over de credietaanvraag voor Faure's reis, en natuurlijk tot aanneming geadviseerd. Dejeante bestreed de voordracht heftig Men heeft in Frankrijk niet de republiek uitgeroepen om hulde te gaan brengen aan- een dwingeland, en men deed beter het geld, dat nu verspild zal worden, aan te wenden tot leniging van den nood der werklieden. Brisson merkte op, dat het geen geld verspillen is, als men een bezoek brengt, dat getuigt van hoffelijkheid en vriend schap. Maar de socialisten bleven het voorstel bestrijden. Renaux sprak van schorsing van het presidentschap. Faberol zeide dat niemand over ae reis voldaan was Jaures zeide dat iedereen haar betreurde. Faberot noemde het een geldverspilling om een bezoek te brengen aan den beul van Rus land, Vooral deze uitlating wekte een stroom van protesten, terwijl Brissón verklaarde dat deze woorden door gansch Frankrijk veroordeeld zouden woiden. Langdurige en herhaalde toejuichingen volgden, waaraan ook de uiterste linker zijde deelnam. De credieten werden met 447 tegen 29 stemmen goedgekeurd. Dsjeante riep De Indiaan biet zich trotsch op „Zijt gij mijne vrienden 1 Ziet de donkere woorden aan, en zegt: Als alles lucht is, en er geene wouden meer zullen gevonden worden, dar. zal de roode man het bleeke aangezicht zijp. vriend noemen bij vergeet niet vriendelijke woorden hij zegtvrede zij mijnen broe der en dezer wigwan en hij haalde een kunstig bewerkten gordel van wampum voor den dag en bood dien Philip aan, zeggende: ,Wij zijn vrienden." „Zullen wij den naam van onzen vriend niet hooren vroeg Henry Randolph, die op dat oogenblik bij hen kwam. Een straal van hoogmoed en toorn flik kerde in de donkere oogen van den vreem deling, gelijk de bliksem de wolken van eene stormachtige lucht verlicht die nau welijks zichtbaar, ook reed< weder ver dwenen is. Hij antwoordde op een ge dwongen koelen toon, hoewel zijne woor den den trotschen toorn verrieden, dien hij in weerwil van zijne geveinsde nederig heid gevo lde te gelijker tijd op het zin nabeeld op armen en borst wijzende „De zoon des arends is bij de blanke mannen niet bekend Waarom vragen zij naar zijn naam Een groot Opperhoofd onder zijn volk is eene vrouw, een klein kind in den Raad van uwe wijze mannen gaat. gaat een bleek aangezicht hoort heden mij.; naam, en beeft dien morgen vergeten „Neen," zeide Philip smeekend, „zeg ons den naam van onzen vriend en hij daarop „Leve de wereld-republiek," waar na de kamer overging tot behandeling van het rapport over de verkiezing van abbe Gayraud te Brest, welke beraadsla ging eindigde met de nietigverklaring. Gelijk men weet, heeft deze afgevaar digde reeds geruimen tijd zitting in de kamer en zelfs een levendig aandeel in de beraadslagingen genomen. De credietaanvraag is onmiddellijk naar den senaat gegaan. De Lareinty achtte het bediag onvoldoende voor een waardi ge vertegenwoordigingen stelde voor het te verdubbelen, maar Hanotaux verklaar de dat de ontvangst van den czaar in Frankrijk waardig was geweets, en dat de presid:nt ook wel zorgen zal voor de waardigheid bij bet tegenbezoek. Het voorstel De Lareinty werd ve.iworpen en het crediet m6t algemeene stemmen ver leend. Volgens de Figaro heeft de czaar keizer Wilhelm verzocht niet over zee terug te keeren, daar zijn eskader anders het Fransche zou tegenkomen. Keizer Wilhelm besloot daarop over land te reizen. De laatste berichten uit het Oosten zijn nog weinig bevredigend. Uit Kcnstantinopel wordt gemeld, dat de sultan, na een oogenblik op wat spoed te hebben aangedrongen, thans weer op zijn beslissing laat wachten. Evenals de beide vorige malen kon ook Zaterdag de conferentie niet door gaan, daar de TurkscUe gevolmachtigden hun komst deden afzeggen. Men vordert dus niets, tot groote teleurstelling van de Griekon. Bovendien wordt veel beteekenis ge wond zich den wampum om, met zulk blijk baar genoegen dat het hem een antwoord verschafte. „Als de blanke knaap in het woud is, dat hij dan naar „Oneyda vrage." Deze woorden werden met ernige aarzeling uit gesproken, e de Indiaan keerde zich haa stig om, en verliet hen. Hij wandelde langzaam naar de rivier, en zij zagen hem na, totdat hij achter den groenen heuvel, die zich tusschen den stroom en hunne woning bevond ver dween. „Waar toch heb ik hem meer gezien zeide Henry peinzende toen hij zijne wo ning weder binnentrad. „Ga nu naar Roelof Gilles, mijn zoon en help hem tot van middag, wanneer ik hoop terug te zijn. Philip gehoorzaamde vroolijk en bereik te spoedig de plaats, waar Roelof bezig was de boomen om te hakken of weg te mimen en hij moest ze naar eene opene ruimte brengen om ontschorst te wor den. „Gjj zijt lang weg gebleven, Mr. Philip en wij moeten voor den avond dit alles nog omver hebben." „Wel, zie maar, of ik niet zoo hard werk als gij, Roelof! geef mij mijn mes, en ik zal evenveel doen als gij." Het werk was zwaar en beide hielden dikwerf stil, om zich bet zweet van de gloeiende aangezichten te wisscben. Philip hield echter voldoch lioelol hecht aan bet aanstaande vertrek van den Franschen ambassadeur naai Parijs. Men brengt dit in verband met de be noeraing van een gouverneur van Kreta. Reeds voor eenige weken werd aan keizerin Eugenie het voornemen toege schreven de candidatuur van een prins Lodewijk Bonaparte te pousseeren, e9n prins die in Russischen dienst staat, en aan het bof te Petersburg zeer gezien is. Dh welwillende ontvangst van de ex- keizerin door den sultan vestigde de aan dacht, dat nu weer als oorzaak wordt genoemd voor het vertrek van Cambon, die de regeering te Parijs zou gaan raad Nog vreemder is een bericht dat Neli- doff naar Rome wordt verplaatst. Ook uit Thessalië komt een ongunstig bericht. De Turken hebben Kalabaka in het Noorden van Thessalië bezet na een gevecht met de inwoners. Te Pireaus, de haven van Athene, had Zondag een ernstige botsing plaats tus schen een deel der bevolking en dronken Russische matrozen. De Russische officier Nelidoff. een zoon van den gezant van den czaar te Konstantinopel, kwam tus- schenbeiden en kreeg vrij ernstige kwet suren. Er is weer een nieuw geschil tusschen de Turkscbe overheid op Creta en de Europeesche beyelbebbers. De Fransche commandant van Estella had de levens middelen der Europeesche troepen doen invoeren zonder betaling van belasting, waarover de caimacan van Sitia zich oe klaagde. De andere bevelhebbers gaven allen den Franscüman gelijk. Tusschen Duitschland en de Vereenigde was niet voornemens voort te werken, zon der zijn a>beid van eenige aanmerkingen te vergezellen en snapte van tijd tot tijd met zijn jongen Meestei voor wiens sciiran derheid hij de grootste achting hadook kon hij geen aangenamer makker heb ben. ,,Ik heb er eens over gedacht, Mr. Philip hoe alles, sinds wij bier aan land stapten, veranderd is; toen waren de boo men verbazend dik, en zij namen de lucht en den grond in gij zoudt niet van hier tot daar hebben kunnen gaan. Er moet nog een goed gedeelte van het bosch weg. Wel lieve tijd, hoe bot alles uit! er zijn haast bladeren aan zoodra is de winter niet over, of de zomer is daar." „De lente is er vroeg." hernam Philip. „Gij hebt vele veranderingen gezien sedert wij hier kwamen." „Dat is waar, Mr. Philipwant wij waren hier het eerst. Ja, en een vervelenden tjjd hadden wij. Ik was een blozende knaap van zeventien jaar, toen ik Mr. Henry volgde, en nu ben ik zoo bruin als een Indiaan. Ach d*ze zon is niet die van ons goede, oude En geland zelfs gij, die zulk een lief kind waart gjj zijt bijna zoo rood als een Wilde."L „Vader heeft bet niet gaarne, dat wij over de Indianen spreken, men mocht ons hooren f Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1897 | | pagina 1