Landbouw.
Kerknieuws.
Rechtszaken.
(«emengd Nieuws.
rich niet zal laten bewegen tot een groote
expeditie om de Somalia te tuchtigen.
Van avonturen heeft men in Italië meer
dan genoeg.
Invoer van \ederlansch vee
De kamervergadering van Donderdag
was geheel gewijd aan de verdere be
raadslaging over de interpellatie van den
Gentschen afgevaardigde Maenhaut, aan
gaande het geopend houden van de grens
voor Nederlandsch vee ondanks het hier
heerschende mond - en klauwzeeren veel
van wat Donderdag door de Belgische
regeering is meegedeeld, kan beschouwd
worden als een aanvulling van hetgeen
in de vergadering van Woensdag is op
gemerkt.
De minister van öuitenlandeche zaken
de Favereau was Woensdag blijkbaai niet
voorbereid op de insinuatie van den
leperschen afgevaardigde Colaert, die uit
een verklaring van onzen minister van
buitenlandsche zaken in de Tweede Kamer
de gevolgtrekking had gemaakt dat er
een soort van koop iusschen de beide
regeeringen was gesloten als de Belgen
de grens openden voor ons vee, zouden
wij de overeenkomst omtrent bet kanaal
van Terueuzon goedkeuren. Tusschen de
vergaderingen in had baron de Favereau
uog eens nagekeken wat minister Röell
gezegd had, en kwam nu Donderdag voor
den dag met deze verklaring
»De heer Colaert heett volstrekt on
juiste gevolgtrekkingen getrokken uit een
verklaring, door den heer Röell aan de
Nederlandscüe Tweede Kamer gedaan.
Zooals ik Woensdag reeds aangestipt heb,
is er ten aanzien van bet sluiten van
de grenzen geen overeenkomst of schik
king hoegenaamd getroffen Toen de hoer
Röell verklaarde dat de grenzen niet zouden
worden gesloten dan om ernstige en drin
gende redenen, gegrond op den gezond
heidstoestand van het Nederlandscbe vee,
herhaalde bij eenvoudig wat hier reeds
bij zooveel gelegenheden gezegd is. Geen
overeenkomst, geen afspraak, geen belofte
was noodig. Waai om de Nederlandsche
minister van buitenlandsche zaken deze
verklaring afgelegd heett Omdat de
openbare meening in Holland overtuigd
js dat België zijn grenzen wil sluiten niet
bij wijze van gezondbeidsmaalregel, maar
om zijn eigen veeteelt te beschermen.
Daarom heeft de Nederlandsche regeering
erop aangedrongen dat onze grenzen enkel
gesloten zouden worden om dringende
redenen, gegrond op den toestand van
den landbouw."'
Plotseling ging de deur open, en twee
mannen traden bij haar binnen om op
haren vertwytelden uitroep aanvankelijk
antwooiJ te geven.
Het waren vrome Leffert en Alfings
bovenknecht.
Zij kende beiden van zeer nabij en had
hen dikwijls met vriendelijke voorkomend
heid in haars meesteis woning ontvangen.
Daarom deed het haar goed, dezulken in
hare nabijheid te zien, van wie zij meende
troost en hulp te mogen verwachten.
Doch hoe jchrikte zij, toen haar minzame
groet met een koelen wedergroet beant
woord werd. Eerst na bemerkte zij de
duistere blikken, die de binuengekomeuen
op haar wierpen, en haar voor eene wijle
geweken angst keerde met verdubbelde
kracht terug.
»God, Leffert," riep zij uit, „'k word
bang voor uw gezicht zeg toch, wat gij
hier wilt uitvoerim
»Wij komen hier," antwoordde Leffert
onbewogen, »otn u af te looneu en te
Zeggen dat gij dadelijk van hier moet
vertrekken."
Een kreot van smart en van veront
waardigiag tevens ontsnapte de bejaard
dienstbode. De tranen schoten haar in de
oogeu en rolden over hare bruine geriru
|riiide wangen maar ze haastig met een
stip harer >tnagge" (wollen voorschoot
m vegende, tintelden die zalfde oogen van
een vuur dat wie ze ontmoette, dieigde te
verslinden.
Inderdaad was het de algemeene opinie
in Nederland dat het sluiten van de gren
zen een protectionistische maatregel is,
en al moet men na deze stellige ver
klaring van den Belgischen minister wel
gelooven dat de regeering er andere bedoe
lingen mee heeft, er is niet de minste
twijfel aan dat het de Belgische agrariërs
er voornamelijk om te doen is, sluiting
van de grenzen te verkrijgen om de
Belgische veeteelt op te schroeven dat
is vroeger herhaaldelijk onverholen uitge
sproken in Belgische vakbladen en kran
ten. Vandaar dat er onmiddellijk geroepen
wordtsluit de grenzenals er zich
ergens in Belgie mond- en klauwzeer
vertoont; want natuurlijk heet het altijd
dat die ziekte door Nederlandsch vee
is binnengebracht, Degenen die het hardst
om sluiting van de grens roepen, zijn
dan ook altijd de protectionisten, de
opper-agrarier Hyacinth Cartuyvels voor
aan, verder zijn naamgenoot Clément
Cartuyvels, de voorzitter van den Land-
bouwersbond Maenhaut, Colaert, en nog
veel anderen.
De minister van landbouw heeft ronduit
partij gekozen tegen dit gezelschap. Het
gevaar was overdreven, zeide hij Woens-
en hij herhaalde hot Donderdag.
Hij sloot de grens alleen om ernstige
redenen. Het was zijn plicht zijn land-
ge nooten in staat te stellen goed vee te
koopen in Nederland, en daarvoor moest
de grens open zijn, aan den anderen kant
moest hij maatregelen nemen om te ver
hinderen dat besmet vee in Belgie binnen
kwam. Als bij voldeed aan die beide
eischen die m6n hem kon stellen, dan
had hij zijn plicht vervuld. Als de toe
stand verergerde, als er maatregelen
noodig werden, dan zou hij ze nemen.
De minister-president de Smet de Nae-
yer heeft zich Woensdag ook in het debat
gemengd, in de eerste plaats om nog eens
te antwoorden op de reeds genoemde
bewering over een afspraakje tusschen
Belgie en ons land. Hebben we ons
door een dergelijke overweging als men
ons nu ten laste legt, vroeg de minister,
laten terughouden om de margarine en
andere Hollandsche producten te belasten
Caatuyvels erkende dat dat niet gebeurd
was. Welnu hernam de Smet de Naeyer
triomfantelijk.
De Nederlandsche regeering kreeg verder
een pluimpje van hem wegens haai loyale
houding in de zaak van het kanaal var.
Terneuzen. Ten onrechte had men vroeger
de Nederlanders willen bepraten dat de
laatste oeconomische hervormingen (de
verzwaring van de invoerrechten) tegen
Nederland waren gericht. Dat was niet
waar die hervormingen waieB -nood
zakelijk gemaakt door de oeconomische
maatrogelen van andere landen.
Maar wat nu het vee betreft. Van de
5000 stuks horenvee die in November
uit Nederland waren ingevoerd, is bij
twéé ziekte geconstateerd. Daarmee kan
men toch de sluiting van de grens niet
ïechtvaardigen. Zoo vaak het noodig is,
zeide de premier ovenals zijn ambtgenoot
De Bruyn, zullen we sluiten juist zooals
we het vroeger hebben gedaan. Maar op
't oogenbük zou sluiting van de grenzen
een lout zijn.
Tegen deze stellige verklaringen ver
mocht de stormloop van de agrariërs
niets. De uitkomst van het debat is
zeker voor onze boeren hoogst verblijdend
en het is te hopen dat ze zullen mee
werken om den gunstigen toestand te
bestendigen door te goeder trouw te
handelen en geen vee uit te voeren
waarvan zij weten dat het verdacht is.
De sluiting van de Fransche grens is in
dat opzicht een goede les. N. R. Ct.
Wegens de uitbreiding, die het
mond en klauwzeer in de laatste weken
heeft gekregen, en in verband met het
vermoeden, dat in verscheidene gevallen
de veemarkten tot die verspreiding hebben
bijgedragen, maakt uitvaardiging van
mai kt verbod op groote schaal thans een
punt van overweging bij den minister
van binnenlandsche zaken uit.
Alvorens evenwel daartoe over le gaan,
heeft de minister inlichting gevraagd van
de Commissarissen der Koningin van de
maatregelen, welke ten aanzien van het
toezicht op de veemarkten door de ge
meentobesturen wordeo genomen.
>'t Is wol," sprak zij met bevende stem
»ik zal gaan en de woning veriaten,
waarin ik langer dan dertig jaren heb
gediendik zal dit huis ruimen, binnei
welks muren ik mijne beste krachten heb
verspild, waar ik mijne maag dikwjjls
maar half heb gevuld om het vermogen
mijns meesters te helpen vermeerdereu
ik zal van onder dit dak uitgaan, gelijk
ik er onder gekomen ben, met handen,
die nooit op oneerlijke wijze naar bet goed
van anderen zich hebben uitgestrektmaar
ik zal dien drempel niet overstappen, zonder
hem duizend uialen te hebben vervloekt,
die mij noodzaakt dus van hier te gaan
zegt hem dat en zegt hem er tevens
bij, dat ik al wat het zijne is in der
eeuwigheid vervloek, dat ik
„Zeg hem dat zelve," viel Leffert haar
koelbloedig in de rede.
»Dat zal ik antwoordde zij in
de uiterste woede wreken zal ik my zoo
waar ik leef ik zal hem en de zijnen
geen oogeriblik
»Maak voort," riep Leffert met
klem
Dat bevel scheen haar te treffen.
„Leffert, Leffert," riep zij uit, „nog
geene drie weken geleden heb ik u nog
zoo getracteerd en hoe vele malen heb ik
dat vroeger niet wel gedaan. Wij zijn
altijd zulise goede vrienden geweest nooit
hebt gij hier eene oefening gehouden of
ik was er b(j. Wat hebben wij niet
menig stichtelijk uur te zumen doorge
AXEL, den 8 December 1896.
Aan de beden gehouden verkiezing
voor een lid van den gemeenteraad alhiör
namen er van de 345 kiezers 225 deel.
Vrjjdag werd te Middelhui g aanbe
steed de verbetering van de rijkswater-
leiding beoosten het kanaal van Ter
Neuzen, tusschen den Buth- en den
Spuiduiker, raming f 10,600, hebben inge
schreven de heeren J de Bree Fz. voor
13,500M. A. VerscbelÜDg voor
13.470 K. de Vos voor 12,850 G.
J. Balkenstein voor 11,500 A. Vermorken,
te Hontenisse voor 10,500D. de
Doelder voor f 10,450 en A. Tnolens
Dingz. voor 10.290. Alle inschrijvers,
behalve de heer Veimorken, wonen t.e
Ter Neuzen.
Zaterdagvoormiddag werd in het ge
bouw der sociëteit »St. Joris" te Middelburg
door den directeur der registratie en do-
bracht. Weet ie nog wei van dien avond
toen ik je zoo veel geld gegeven heb om
je te redden
»Ik zeg, maak voort," gebood Leffert
andermaal.
>Is dat vroomheid, Leffert?" hernam
zij »is dat de dank voor dien kostelijken
avond, toen ik je
Schei uit met dat gelamenteer en pak
je boel," sprak Leffert op een toon, dien
hij nu voor het eeist tegen Peete bezigde
omdat hjj van haar geen 't minste voor
deel meer zou kunnen trekken, omdat de
invloedrijke dienstbode van den vermogen
den Kraughand waar hij gewoon was z,ijn
luien buik te voeden, tot den bedelstaf
was gébracht.
»En ik zeg je,< barstte zij uit, „dat je
een lage huichelaar zyt ik zal je dat be
wijzen en het overal uitbazuinen, en zoo
wel de oudsten als de jongsten in het
dorp zullen 't weten
„Zwijgdonderde hij, en toen op
Peetes kleerkist wyz6nde riep hij tot dén
bovenknecht: »help mij."
Daarop droegen de beide mannen de
kist naar buiten, waarna Leffert, haastig
terug keerende, Peete bij den arm vatte
en haar met geweld de woning wilde doen
verlaten.
Dat was te veel voor haar. Hare oogen
vonkelden van eene namelooze woede. Zy
wilde spreken, maar de dritt had haar
zoodanig ovei meeslerd, dat zij niet dan
enkele scheldwoorden kou uiten.
meinen voor Zee'and ea het westeljjk
gedeelte van Noord Brabant aanbesteed
het leggen van een Zeedijk ter lengte van
5463 meters ter bedijking van ongeveer
580 H. A. buitengronden in het verdronken
land van Saeftingen, vóór de polders van
Alstein, Louisa en Prosper; benevens
het maken van eene haven en verdere
werken. Raming 296.500. -.
Ingekomen waren vier biljetten, nl. van
de heoien: J. Smit te Haarlemmermeer
voor 293.000, (mits art. 17 33 van
bet bestek vervalt)A. v. d. Straaten te
Bergambacht ec F. Klein te Dordrecht
voor 329.600K. van Boven te Amster
dam voor 335.800 en K. Bos te Haar
lemmermeer voor ƒ338.000. De drie
laatste inschrijvers mits art. 17 van het
bestek vervalt en uit 35 van art. 19
de woorden wegvallen »nn de voorversching
van den nieuwen zeedijk over de geheele
lengtb tot minstens 1.50 M. boven peil
is opgewerkt." M. Cl.
- Door den Kerkeraad der Gerefor
meerde Kerk A. alhier is ter beroeping
van een leeraar een tweetal opgemaakt
bestaande uit Ds. C. Kapteijn predikant
te Andel, en G. Renting arts ïd de
theologie te Groningen.
In de namiddag godsdienstoefening
van 3 Januari 1897 hoopt Ds. A. Doorn
afscheid te prediken.
Arrondissement# - Rechtbank te Middelburg.
Zitting van 8 December 1896.
E. N. R., 29 j., stadswerkmau te
Hulst, is wegens beleediging van een
ambtenaar veroord. tot 0,50 boete of
1 dag
lo. H. J. v. D., 19 j., voermansknecht,
2o. A. J. d. Z., 21 j., schippersknecht,
beiden te Ter Neuzen, is de le wegens
dronkenschap, de 2e wegens het in het
openbaar de orde verstoren, en beiden
wegens wederspannigheid veroord. tot
3 of 3 dagen en 7 dagen gevang.
P. J. H., 23 j., zonder beroep te Ter
Neuzen, is v\ egens huisvredebreuk veroord
tot 3 of 3 dagen.
Men meidt uit Haarlem aan de
N. R. Ct
Vrijdagochtend te 11 uren werd voor
het huis van bewaring alhier bij trommel
slag ingedaagd de vooitvluchtige 2o luite
nant der artillerie A. P. van N., die op
Leffert voerde haar intussohen naar
buiten, legde haar loon op de kist, sloot
de huisdeur en verwijderde zich met den
knecht, zonder dat een van beiden zich
verder aan Peete stoorde.
Zich zelve schier geeu meester meer,
hurkte zy naast hare kist neder.
Arme, ongelukkige Peete 1
Daar zat nu de wraakgierige, om door
haar voorbeeld de waarhe'd te staven van
de bedreiging met de maat waarmede gg
meet zal u uitgemeten worden.
Daar zat zij nu de rampzalige die zoo
menigmaal Heere, Heere had geroepen,
maar geen acht had geslagen op des
Heeren woord: Wat gjj wilt, dat anderen
u doen, doe gij hun desgelijks.
Daar zat zjj nu met een gevoel van
verlatenheid, alsof er ook voor haar niet
geschreven stond Werp al uwe bekom
mernissen op den Heer.
Rampzalige Peete, wel had zjj voor de
menschen vroom geschenen, maar ach,
hoeverre was zij daarvan nog af 1 Zjj
had een oogenbük die blinkende glasscher
ven geleken, die de onkundigen als echte
diamauten waardeeren, en zoo ooit, dan
waren thans Vondels woordpn op haar
van toepassing
Geen armer wees op aarde zwerft,
Dan die der weezen Vader derft.
(Wordt vervolgd.)