No. 4037.
ff oensdag 20 1896.
I2e Jaarg-,
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuw SC h-Vlaanderen
F. DIELEMAN,
AXEL.
Bnitenland.
i FEUILLETON.
Voor honderd jaren.
Een drentsch verhaal.
AXELSCHE
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag-en VrUdaïavend.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent;
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlgk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TM EE uren.
De opportunistische partij in Frankiyk
heeft een groot verlies geleden in den
heer Spulier, die te Sombarnan in Lote
d'Or is overleden. Op raad zijner genees
heeren was hij hierheen gegaan om herstel
te zoeken van een maaglij len.
Spulier was indertijd Gambetta s rech
terhand.
Den 8sten December 1835 geboren, begon
de heer Spuller zijn loopbaan als advocaat,
wijdde zich van 1863 af uitsluitend aan
journalistischen arbeid, deed den 7den
October 1870 met Gambetta de luchtvaart
uit het belegerde Parijs naar Tours, werd
in 1876 lid der Kamer en in 1881, in
het kortstondig ministerie van dien volks
leider, vice-minister van buitenlandsche
zaken. In Mei 1887 aanvaardde hij de
portefeuille van onderwijs in het kabinet
Rouvier, in Februari 1889 ouder Tirad
werd hij minister van buitenlandsche zaken,
onder Casimir Perier (1892 1894) weder
minister van onderwijs Sedert 1892 was
hjj lid van den Senaat.
Hij was de man, die gedurende zijn
laatste ministerschap gewaagde van den
„nieuwen geest" van verdraagzaamheid,
waarvoor het vroeger anti-clericalisme op
den achtergrond diende te treden.
De heer Spuller laat, behalve tal van
redevoeringen enz., in 1888 bijeen verza
meld uitgegeven, een werk over Loyola
en de Jezuïten, eene levensbeschrijving van
Michelet, verzamelingen populaire verhan
delingen eu andere geschriften na.
Het bekende feil dat een Engelsch ge
zagvoerder 100 frs. per hoofd heeft geëiseht,
voor bet aan land brengen der passagiers
van de gestrande »Général Chanzy, noemt
Daily News een schandvlek voor Engeland.
Het blad verlangt een interpellatie deswege
en trekt een parallel tu-scken deze inha
ligheid van een Engdschmm en de edel
moedigheid, waarvan de eenvoudige
visschers van Ouessant en Moléne by de
noodlottige schipbreuk de. Drummond
Castle" hebben blijk gegeven.
Bij de verdere behandeling van het
proces tegen Jameson c. s. legden Donderdag
verschillende getuigen voor het hof te
Londen verklaringen af over den marsdi
der expeditie. De postdirecteur te Maf'eking
deelde mede hoe de telegraatdaden werden
doorgesneden. Daarna vertelde de heer
Bouwer, een jonge Transvaler, die als
schrijver werkzaam is in dienst van
generaal Joubert. dat hij etm brief had
overgebracht aan Jameson, afkomstig vau
sir Jacobus de Wet, den Engelschen
awent te Pretoria, en het antwon-d van
sir Jacobus van Jameson had ontvangen
De heer Rowland, een wielrijder, ver
klaarde dat hij berichten uit Johannesburg
aan Jameson had georaebt, en dat hij
Jameson mededeeldedat twee duizend
Johannesburgers gereed waren zich bij
hem te vósgen en dat de aanval der Boeren
op Johannesburg ieder oogeublik kon
verwacht worden. Hij had er nog bijge
voegd, dat het woord van oom Paul
(president Kruger), niet vertrouwd werd.
Vervolgens werden verkl irihgen afgelegd
betreffende den rit van Eloff naar bet kamp
van Jameson, het in beslag nemen van
mijo.r Whites de^path-box na het gevecht
bij Doornkop, en de verschillende telegram
men, die tusscben de leden van het Reform
comittee te Johannesburg en Jameson
gewisseld werden.
Sir ThomasSauuderson, permanent ouder
staatssecretaris van buitenlandsche zaken,
legde formeele bewijzen over, dat dr.
Jameson geen vergunning had van Harer
Majesteits regeering om de expeditie uit
te rusten.
De heer Fleichat, vroeger hoofd van
het civiel departement in de Zuidafrikaan
sche republiek, indentifieerde verschillende
stukken en brieveu. Hij verklaarde, dat
Jameson hem in de g-vangenis vertelde,
dat hij hoopte alle billijke uitgaven voor
de expeditie vau het Johannesburgsche
Hervormingscomité te zullen terugkrijgen.
Majoor White had zijn dagboek terug
gevraagd, doch de attorney general de?
Zuidafrikaansehe republiek had geweigerd
dit verzoek in te willigen
Uit Saloniki kwam Donderdag het be
richt, dat eene bende van 125 man, met
drie paar len. welke am nunitie droegen,
Zaterdag bij Nezerosn Platamona de Griek
sehe grens is overgetrokken, de Halyacmm
rivier over, en zch toen nestelde te
Herolivado, vier uur van Veria Troepen
trokken op uit Salonika.
Ook in den Italiaanschen senaat had dfe
minister president Di Rudini zich te ver»nt
woorden over de jongste ministerieelo crisis.
Hf) schreef haar" toe aan het voorstel tot
reorganisatie van het leger, dat een botsing
dreigde te zullen veroorzaken tusschen de
beid"e kamers. Markies Di Rudini naai de
verantwoordelijkheid geheel op zich, maar
verklaarde, dat hij niet anders kon handelefc.
De omstindigheden hebban, zeide hij voorts,
de militaire staatkunde van het kabinet
gewijzigd, maar verder heeft geen enkel
ander punt van het programma verandering
ondergaan
Generaal Ricotti, de afgetreden minister
van oorlog, verklaarde, dat hij het gedrag
van markies Di Rudini in deze ciisis niet
kon goedkeuren.
Tnsschen de Turken en de Kretensische
opstandelingen heeft een botsing plaats
gehad te Rotinao. Men verzekert dat de
Turken den wapenstilstand hebben ge
schonden.
De verloving van den koning van Servie
met prinses Helena van Montenegro wordt
als een beklonken zaak beschouwd. De
offieieele kennisgeving wordt, volgens het
N. Wienér Tgbtbinnen een tiental dagen
verwacht. Prinses Helena heeft den leeftijd
van 231/2 jaar bereikt, de koning is 20
jaar, de verloving zal waarschijnlijk te
Cettiuje plaats hebben.
Volgens een telegram uit Boeloewayo
aan de Chartered Compagnywas kapitein
Laing. die een kamp had betrokken in de
streek der Metoppa heuvels, Maandag met
het aanbreken van den dag tot den aanval
overgegaan. Er volgde een hardnekkig
gevecht; de vijand werd teruggedrevenen
verloor negentig dooden. De verliezen
der Engelschen bedroegenaan dooden
vier blanken en 25 inlanders, aan gekwet
sten elf blanken en 25 inlanders
Volgens Datly News beeft LiHungChang
verlof ontvangen van den keizer, om van
Londen direct naar Wasbinton te gaan,
zonder een bezoek te brengen aan Weeuen
en Rome, zoodat hij in October, vóór de
herfststormen beginnen, naar zijn vaderland
kan terugkeeren.
Tevens wordt verzekerd, dat bmuenkort
een Cnineesch gezaut te Rome zal worden
benoemd en dat de gansche diplomatieke
dienst van China zal worden gewijzigd.
Er is een tijd geweest, dien enkele boog
bejaarde Drenthenaron zich niet alleen
levendig herinneren, maar waarover zij
tevens met eene geestdrift weten te spreken
die hun de belangstelling van het jongere
geslacht niet zelden verzekert. Wij be
doelen dien bij hen zoo goeden aarts
vaderlijken tijd, toen Drenthe zijnen alouden
naam „Landschap" nog niet met de uit-
he6msche benaming van provincie had ver
wisseld; toen het nog onder zijne eigene
wetgeving leefde en op zijn eigen «land
recht" boogde toen zijne «Scholten" nog
met klimmende zon en nuchteren," dat
is, voor het middagmaal, «het Rochthegen,"
met andere woorden, de vierschaar spanden
toen de „Landdrost' uogzijne «Goorspraken"
en de «loffelijke Etstoel" nog zijne „Lot
tingen" hieldtoen die Etstoel nog, als
het hoogste rechterlijk collegia, in bur
gerlijke en lijfstraffelijke zaken beide, als
de «wijsheid van den lande" werd geroemd
en geëerbiedigd toen Drenthe, wars van
vreemden invloed, geene vreemde meesters
Kende, noch andere zeden en gewoonten,
dan zijne eigene, gedoogde toen het nog
geene uitheemsche praal of opschik onder
zijne bewoners scheen te dulden, en, door
zich geheel aan zjine eenvoudige leefwijze
te houden, ook de aan eene meerdere weelde
ei renaardig verbondene lasten en uitgaven
niet kende toen zijne bevolking zond-r
morren schot en lot betaalde en droeg, en
onbekend met de vele en veelsoortige be -
iastingen van unzen tijd, in het burgerlijke
slechts een betrekkelijk gering hoofdgeld
en in het kerkelijke enkel het zoogenaamde
pastoorsgeld" had op te brengen; toen
het, nog trotach op eene eigene kerkorde
de kerkelijke tucht met onverbiddelijke
rechtvaardigheid op eiken moedwilligen en
halsstarriger! overtred u- binnen zijn gebied
zag toepassen eindelijk dien tyd, waarin
de™ Drenthnnaren wellicht meer dan ooit
aan hunne eeuwen-oude instellingen ge
hecht en aan hunne voorvaderlijke zeden
en gewoonten verkuocht, met angst hunne
blikken naar het gistend en oproerig
Frankrijk wendden, van waar eene profe
tische stem liuu, ja. der geheele toenmaals
beschaafde wereld als toeriep: Ziet, de
grond-dagen der maatschappij zullen worden
veranderd, en eene nieuwe orde van zaken
zal wat oud en krachteloos is geworden
in duigen doen vallen en vernietigen
Uit den boven bedoelden tijd dag:eekmt
zich het navolgend verhaal, t welk den
lezer aanvankelijk verplaatst in een weini
bekend dorpje van Drenthe.
Dat dorpje heet Zweelo en ligt in een
betrekkelijk afgelegen gedeelte der pro
vincie. Doch hoe weinig bekend en hoe
afgelegen het ook zijn moge, is er evenwel
iu onze schatting geen liefelijker plaatsje
in geheel Drenthe en wellicht geen schil
derachtiger in ons gansche vaderland.
Uit de barre heide, die het met zijne
vier weinig minder schoone boerschappen
als met een donkerbruinen gordel omsluit
vertoont het zich als eene oasis in de
woestijn, ot gelijk een vruchtbaar eiland te
midden eener kalme zee. Met welgevallén
laat de peinzende natuurbeschouwer zyn
oog, de opgetogen schilder zijn blik op het
heeHjjk landschap rusten, dat zich hoe
langer hoe schooner schijnt te ontwikkelen.
Maar dat oog fonkelt en die blik schiet
stralen bij de inwendige beschouwing van
het dorpje zelf, dat met zijn hoog en
prachtig geboomte, met zijne hier eu ginds
verspreide, als bjj toeval daarheen ge
worpene woningen en schuren, met zijne
talrijke breede wegen en bevallig slinge
rende voetpaden groepen vormt of verge
zichten opent, die den bewonderaar dei-
natuur doen stamelen God, hoe heerljjk
is uwe schepping terwijl zij den verrukten
landschapschilder vol geestdrift doen uit
roepen hier, hier moet Hobbeuia de ge
heimen der natuur bespied, in deze oorden
moet hij zijn i kmsljuweolen gewrocht heb
ben. In een woord, naar ons bescheiden
oordeel is Zweelo een kort begrip van al
het natuurschoon in Drenthe.
't Is op een schoonen morgen, omstreeks
het midden der maand October van het
jaar 1789, dat wij er den lezer binnen
leiden.
Heerlijk en prachtig was de zon dien
morgen verrezen. Door geen enkel wolkje
in het opwaarts klimmen belemmerd, wierp
zij vroljjk en kwistig haar licht in de bla-
derenkroon der boornen, waar het de biuine
en gele najaarstinten verhoogde, hare om
trekken scherpte en, langs takken en stam
men nederglijdende, den mistdrop, welke
aan de bladeren kleefde of aan de bleeke
grasspiei trilde, als kristal deed schit
teren.
Eene plechtige stilte, by wijlen slechts
afgebroken door het klingelend belgeluid
der schapen, het gebas van dezen ot genen
hond en het getjilp der vogels in heg en
sLuiken, verhoogde den indruk van het
schoone morgenuur een uur, misschien
meer dan eenig ander geschikt, om bij^ t
aanschouwen der ledige korenakkers, bij ^t
zien zweven der witte najaarsdraden, bij 't
ontdekken hoe alles van tint en kleuren
verwisselde en hoe de anders zoo milde
overvloed van veld- en hof-bloemen van
lieverlede verminderde, den raensch aan
zijne hoogere bestemming te herinneren.
Want al wekte die liefelijke ochleudstond
ook allen bij vernieuwing op tot leven eu
gen-eten, niettemin was de guische natuur
eener leveude beeldspraak gelyk, die met
ernst eu nadruk de waarschuwing predikte