I2e Jaarg, De zoon van den Galeiboef 1010. W oensdag April 1896. iio. m.k IN i e u w s- e ii Advertentieblad voor Zeeuwse h-V laan de re ii F. DIELEMAN, AXEL. Premie yoor de lezers van ons blad. 's Levens Eb en Vloed, ,6 I' E 11.1. E T OO URANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrij dagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonder!, numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. We zijn in de gelegenheid om onzen lezers, dóch ook alleen aan dezen eer. bij uitstek goedkoop Piemiewerk aan te bieden, bestaande in een boeiende roman, getiteld OF ter dikte van bijna 160 pagina's in kwarto formaat, voor den spotprijs van 25 cents Bestellingen worden ingewacht aan het bureau van uit blad. DE UITGEVER. Axel, April 1896. Itniteiilaiid. Het Hbl. van Antwerpen houdt niet van de emancipatie der vrouwdaarin heeft het van zijn standpunt gelijk. Wanneer de vrouwen beginnen te denken en zelf standigheid te kennen, loopen ze niet meer gedwee aar. den leiband der »paterkens" Het Hdbld. stelt daarom allen »geëmanci peerden vrouwen" de Dominicaner nonnen nabij Ling Williams Town in de Kaap kolonie ten voorbeeld. Deze zusterkens loopen niet »iand en stad af om haar gelijkheid met het sterkere geslacht te betoogen, maar zij zijn een heel eind op weg om die te bewijzen." En het blad verhaalt dan hoe die vrouwen ploegen en eggen, timmeren en smeden en dan ten slotte nog >rustig neerzitten voor borduur werk'' en flink met naald en draad omgaan. UIT DE 18e EEUW. Gemakkelijk valt het te begrijpen, welk eene ontsteltenis deze gebeurtenis in het huis van Carlo te weeg bracht. Alles was daar geheel verslagen en in verwarring maar voor Dianora was deze gebeurtenis nog ontzettender, toen zij, in plaats van den beminde te ontmoeten, naar wiens komst zij met al de teederheid eener op rechte liefde had verlangd, eenen brief out ving, In welken men haar meldde, dal haar aanstaande bruidegom thans in den kerker der Inquisitie verzuchtte. Eene zware ziekte was het dadelijke gevolg eonei langdurige bezwiiming, en men vreesde een gerui.hen tijd voor haar leven, totdat hare jeugd eindelijk de overwinning be haalde, en zij langzaam herstelde Natuurlijk bracht mijn vriend de ver schrikkelijkste uren door. Hi) zuchtte in eenen akeligen kerker, in welken nauwelijks een enkele lichtstraal kpnde doordringen terwijl hij onophoudelijk door vrees en hoop werd geslingerdi en hij onbewu-t »De boerderij dezer nonnen - aldus luidt de conclusie van het Antwerpsche blad - is de katholieke oplossing van een gedeelte der arraenkwestie. Hier leer'-n de kinderen der armen werken en bidden." Hier zouden wij dan toch onzen clericalen confrère willen opmerk n dat »de kinderen der armen" recht hebben op iets meer dan te leeren werker, en bidden. Ook zij behoeven, evenals de kinderen der rijken, ontspanning van lichaam en geest Te Verviers bestaat er gevaar voor een werkstaking in de weverijen. De eigenaars willen het weven op twee getouwen in plaats van op een invoeren daar zij volgens hun beweren anders de concurrentie met Engeland niet kunnen volhouden. Reeds het vorige jaar staakten de wevers het werk wegens dit veranderd systeem. Ook thans willen zij er niet van hooien. De Weversbond heett een stemming uitge schreven over deze vragen Wilt gij op twee getouwen weven en zoo neen, zijt gij dan genegen mee te werken tot een algemeene werkstaking? De eerste vraag is' door 1605 werklui met neen, door 82 met ja beantwoord, de tweede door 1129 met ja, door 475 met neen. Zooals te verwachten, was, hebben alle wevers te Verviers het werk gestaakt, behalve op twee fabrieken, waar de werklui 50 centiem opslag hebben gekregen In de rede. door den hofpredikant Wend landt bii de begrafenis van den ceremonie meester Yon Sclirader gehouden, kwamen O.a. deze zinsneden voor »Nog bestaat het vijfde gebod, maar averechtsche eerbegrippen stellen het dik werf ter zijde, zoodat duisternis in de plaats van het licht treedt. Slechts door blee!, welk lot hem was beschoren. Zoo veel ik naderhand heb vernomen, heeft hij zijn lol steeds met eene voorbeeldelooze gelatenheid gedragen, en zijn gedrag, zoowel in den raad, als in den kerker, was steeds zoodanig, dat allen verwonderd waren, over het rustige en vertrouwende, hetwelk in zijne gansche houding doorstraaldemet een woord, hij betomde hier ten volle, dat hij deugdzaam en onschuldig was Men kan licht demcen, dat ik «au het voorgpvallene niet lang onkundig bleet, en ook niet stil zat, om mijne verdere maat regelen te nemen; echter liet ik aan Dianora noch aan Carlo's bloedverwanten niet in het minste blijken, dat ik van de zaak onderlicht was, totdat ik, eeivge dagen daarna ren u brief van Ca.lo's vader ontving, welke mij alles mededeelde, en tevens mijne medewerking verzi cht. om, zoo het mogelijk a e, zijnen zoon 'e redden. Ik antwoordde hem hierop op de vriendschappelijkste wijze, betuigde hem mijn leedwezen eu mijne deelneming, en dat ik natuurlijk niets liever zoude wen- schen, dan mede te werken tot de bevrijding van mijnen vii nd waartoe ik hem be loofde, al wat in mijn vermogen «a-i te zullen aanwenden, niettegenstaande zulk- bij eene dergelijke rechtbank /.eer inoaielijk was. Hel spreekt van zelf, dat dit dies slechts traaie beloften waren. Het eenigsie wat ik deed, bestond hieri i, dat ik aan het lid der Inquisitie (van wren is u reeds dit licht moeten wij ons den weg laten wijzer. Ook deze doode heeft gefaald en niet recht gedaan naar Gods woord, dat hij dezen weg is gegaan wat de Heer zegt, dat gaat boven alle vooroordeelen, alle verkeerdheden der wereld. Wij staan niet hier om een oerdeel te vellenmet zijn eigen leven heeft hij geboet voor zijn misstap. Des te luider willen wij echter klagen over de verwarring van onzen tijd en hem beklagen, die het slachtoffer van een verkeerde levensopvatting werd wij willen hem beklagen, dat hij zich door vooroordeelen van stand liet drijven den weg te gaan, dien hij na een harden zielestrijd meende te moeten gaan. De geslachten komen en gaan, alles vergaat op aardeook de wreede eere codex zal vergaan, die zooveel onheil heeft, gesticht en trouwe harten in rouw en droefheid heeft gedompeld. Misschien zullen latere geslachten ontzet zijn over de v.ooroordeelen van onzen tijd. Er is geen andere eer voor den Christen Jan de eer Gods, en het woord van Christus bestaat in eeuwigheid." De Egyptische wetgevende raad heeft geprotesteerd tegen het gebruik van geld uit de schuldenkas voor de Dongola expe ditie. Wat de Engelschen ook mogen beweren, de veldtocht is alles behalve populair in Egypte. Te Berlijn toont men zich alles behalve vriendelijk gezind jegens Engeland over ^e krijgstoerustingen in Zuid-Affika, daar men geleerd heeft de bedoelingen der Engelschen te wantrouwen. Dit .vantrouwen is opnieuw opgewekt door het voorstel van een paar Engelsche bladen, om dr Jameson naar Matabele- land te zenden ten einde den opstand te heb gesproken) schreef, dat hij zijn best moest doen, om de zaak van Carlo op de lange baan te doen schuiven, en hem in- tusschen zoo zacht mogelijk te behandelen, aan welke beide verzoeken, tot mijn ge noegen, werd voldaan. Ik brandde thans van verlangen, om naar Venetië terug te keeren, hetwelk dan ook eindelijk, ruim twee maanden na de inhechtenisneming van Carlo, gelukte. Bii mijne aankomst te Venetië, begaf ik mij vepds den volgenden morgen naar het huis van Carlo, om ziine ouders te troosten, en hem nogmaals mijnen hijstand te beloven, of eigenlijk veeleer, om nadere berichten van Dianora in te winnen. Tot mijne innige vreugde vernam ik, dat Dianora aanmerkelijk begon te herstellen want waarlijk, ik vreesde voor haar leven, waardoor ik de reeds opgpvatte hoop zoude verliezen, en Carlo ie vergeefs zijn opge offerd. Zoodra Dianora in zoo ver was hersteld, dat ik haar met voegzaamheid konde bezoeken, begaf ik mij naar Trevigo. Maar welk een tooneel was mij daar wachtende Nauwelijks zag mij de doods bleeke, diep bedroefde Dianora, of zij ijlde naar mij toe, viel mij om den hals, en bad en smeekte mij, haren Carlo toch te redden. Lang duurde het, eer ik haar konde doen bedaren. Ik zelf was geheel ontroerd, en het begon mij te berouwen, deze daad te hebben verricht. Ach waie dit berouw oprecht geweest! misschien dempen. De Nordd. Allg. Ztg zegt hier over, dat, als de Matabelen opstand reeds zoo'n omvang heeft genomen, dat men te Londen nog alleen den helden Jameson en Rhodes genoeg energie toeschrijft om hem spoedig te onderdrukken, het toch gepast schijnt er aan te herinneren, dat Jameson's jammei lijk avontuur den opstaDd heeft uitgelokt. Ook meent het blad, dat de Engelschen in Zuid Afiika over het byeentiekken van groote Britsche strijdkrachten anders denken dan de Londensche organen van de Chartered Companydie in de eerst6 plaats de be trekkingen tusschen Transvaal en Enge land trachten te verbitteren en een breuk willen veroorzaken. De National Ztg. laat zich zeer scherp uit over den oorlogszuchtiger! toon van de Times en de Daily News en verwijt Chamberlain dat hij met twee monden spreekt, al naardat hij zich in het Lager huis of tegenover president Kruger uitlaat over de militaire maatregelen. Volgens dit blad rust Engeland zich in Zuid Afrika uit tot een aanvallenden oorlog, en de Matabelen-opstand biedt daartoe een wolkom voorwendsel. Generaal Frederick Carrington, comman dant der infanterie te Gibraltar, heeft hevel gekregen zich onmiddellijk naar Zuid-Afrika te begeven ten einde het bevel over de troepen in Matabeleland Óp zich te nemen. Uit Boeloewayo wordt geseiud, dat een patrouille van 42 man bij hei aanbreken van den dag de voorhoede der Matabelen heeft aangevallen en teruggedreven. Des Middags ontmoetten de scouts den vijand «pnieuw dicht bij de stad. De toestand was ernstig, doch volgens bericht aan had ik dan nog gelegenheid gehad, het gebeurde te herstellen, door de vrijheid van mjjr,en vriend te bewerken, en ik had mijn geweten met geene grootere misdaden bezwaard, door twee zulke deugdzame menschen nog ongelukkiger te maken. Dan te vergeefsDe omhelzing van Dianora wekte mijnen hartstocht op nieuw op, en ik verlangde meer dan ooit naar haar bezit. Daar het, volgens myn voor geven, noodzakelijk was. dat ik Dianora dikwjjls konde spreken, om daardoor beter het een en ander, betrekkelijk Carlo, te vernemen, hetgeen mij dienstig konde wezen in de bewerking zijner vrijheid zoo stelde ik Dianora en hare ouders voor, dat zjj zich voor eenigen tijd naar mijne zuster op rle Villa zoude begeven, waar ik haar dagelijks konde zien, terwijl het ver keer niet mijne zuster haar tevens eene gunstige afleiding of verandering zoude verschaffen. Na lang aarzelen, nam zjj dit eindelijk aan, en acht dagen daarna vertrok zij naar mijne zuster, die haar met liefde en deelneming ontving. Dagelijks liet ik mij nu op de Villa vinden, om haar gezelschap te kunnen genieten. Daar onze gesprekken meestal over Carlo liepen, zoo had ik hier weder een nieuwen storm door te staan van de zijde mjjner zuster, daar deze zulk een levendig deel nam in den toestand van Dianora, dat zij mij bijna nog meer dan deze aanzette, om toch alles aan te wenden, wat ter bevrijding van

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1896 | | pagina 1