Rechtszaken.
Ivemcngd Nieuws.
blijkt dus daarvoor de rente te worden
berekend volgens een standaard van
71/2 Pet-
Men mag aannemen, dat jaarlijks dooi
de suikerfabrikanten in ons land 7 a
t >0,000 gld. voor de beetwortelen wordt
oetaald en dat verreweg de meeste land
bouwers het voorschot ontvangenhet
blijkt dus, dat doo»-de bietenverbouwende
meren in ons land alleen ieder jaar meer
dan een half millioen tegen deze hooge
rente van 7^2 pet wordt geleend.
De cijfers, in de laatste dagen bekend
gemaakt, brengen nog eene andere eigen
aardige verhouding by deze contracten
aan het licht.
Het vorige jaar werd d9 prijs per
duizend kilo bieten door de fabrikanten
)ij onderling overleg tusschen hen vast
gesteld op ƒ9; noodzakelijk zoo laag,
werd beweerd, wegens den ongunstig«n
stand der suikei markt, ÏO1/^ Thans
is die markt geklommen tot 183;'4 en
de verhouding zou dus moeten zijn
minstens HV2 Per duizend kilo beet
wortelen. Toch is deze prijs, zooals wij
hierboven zagen, thans niet hoog6r dan
10, natuurlijk eveneens door onderliDg
overleg der fabrikanten.
Wij vragen waarom niet op gehalto
contracteeren Waar blijft de nibuw
op te richten coöperatieve suikerfabriek
Is deze zaak geheel in den doofpot?
Antwoord wie bet wete! M.Ct.
- Het zou niet bijzonder veel moeite
kosten om een heel boekdeel te vullen
met getuigenissen over het onmisbaar
noodzakelijke van het boekhouden in bet
landbouwbedrijf. Genoeg zij voor 't oogen
blik hier in herinnering te brengen in
welke bewooi dingen zich daarover de
groote landbouwer Koppe de zoon eens
arbeiders, heeft uitgelaten, nadat hij zich
tot een aanzienlijk grondeigenaar had
opgewerkt. Hij heelt gezegd
>Als ik thans aan het eind v.id mijn
loopbaan al? landbouwer er over nadenk,
aan welke omstandigheid ik het voor
namelijk te danken heb, dat ik in stof
felijk opzicht zoo begunstigd ben, dan
acht ik mij genoopt te erkennen, dat
eene doeltreffende boekhouding daarop
van rechtstreekschen invloed is geweest,
omdat ik er door gedwongen werd na te
denken over het wezen en den samen
hang van heel het landbouwbedrijf en
daardoor om de mij ontbrekende weten
schappelijke ontwikkeling aan te vullen."
De fabel van den landbouwer, wien 't
in zijn zaken slecht ging en die den raad
ontving, des morgens vroeg en des avonds
laat stal en schuren met een licht door
te snuffelen, is aan menigeen bekend.
De raad was probaat, want er werden
tal van verkeerde dingen en gebreken
ontdekt, die verholpen konden worden.
Dat licht - 't is boekhouden, want een
landbouwer zonder boekbouderij is gelijk
aan een zeeman zonder kompas. Deze
ware woorden heeft men dikwerf gehoord
en de landbouwer Arndt beeft dan ook
wei terecht gezegd: „Een landbouwer
dag te bereiden haar overredingskracht,
haar bidden en voorstellen was het gelukt,
hare vriendin terug te leiden in de wereld,
zij had waarlijk geen geiing aandeel in
het geluk van dezen dag en daarom be
schouwde zij het als een recht, de bruiloft
in Sturzach te doen plaats hebben.
Alexander's scheiding van Marie, die
in een langen brief aan hare moeder
verklaaiae, niet te willen wederkeeren,
noch tot den echtgenoot, die haar niet
verslond, noch tot haren vader, die in
onrechtvaardige hardheid vertoornd op haar
was, de scheiding was spoedig uitgesproken.
De vorst, inziende dat Felicita toch voor
hem verloien was, dat zij onveranderlijk
denzelfden wer.sch, hetzelfde verlangen
voedde als vroeger, waar zijn wensch voor
z t rigen moes', de vorst had grootmoedig
Alexanders echt laten oplossen, zonder
zich te houden aan den anders noodigen tijd
(Wordt vervolgd.)
zonder boekbouderij is een jachthond
zonder spoor."
Hoeveel landbouwers doen aan boek
houding? Welke landbouwer kan nauw
keurig zeggen de opbrengst zijner akkers,
die van zijn vee, die van zuivel enz.
Wie van hen kent de juiste hoeveelheid
melk van iedere koe Dat zij uit boven
staande het nut van boekhouden leeren.
't Zou naar ons gevoelen tal van hen veel
beter gaan wanneer nauwkeurig alles
opgeschreven werd. Veelklagende boeren"
zouden uit hunne boeken kunnen zien
ir de fout schuilt, zo zouden »land-
bouwers" worden.
- Van het pas verschenen 2e gedeelte
van het verslag over den landbouw in
Nedeiland gedurende 1892 en 1893, op
gemaakt op last van den minister van
waterstaat door het Nederlandsoh Land-
bouw-comité, is de burgemeesters een
exemplaar toegezonden.
Bevat dit gedeelte van het verslag groo
tendeels tabellarische overzichten welke
ook in de vorige verslagen voorkwamen,
tevens maakt het melding van zaken
waarvan sedeit 1886 geen statistieke
overzichten zijn gegeven. Daarop wordt
in het voorwoord gewezen.
Zoo blijkt daar 0. m. dat op 1 Januari
1887 slechts 17 stoom-natuurboterfabrie
ken met 182.5 nora. P.K. in ons land
aanwezig waren, terwijl er op 1 Januari
1894 niet minder dan 219 stoomzuivel
fabrieken met 1635 nom. P.K. werden
aangetroffen.
»Van deze 219 fabrieken" aldus
het verslag waren er echter 36
waarin uitsluitend kaas gemaakt werd
zonder dat hierbij van eene stoommachine
gebruik werd gemaakt, zoodat wij in den
loop van 6 jaren eene toename van
stoom natuurbotei fabrieken constateeren
ton getale van 183 en 1452.5 nom. P.K.«
Omtrent het verwerken en verbouwen
van suikerbieten het volgende
„Tabel 52 van dit verslag bevat mede
een hoogst belangrijke opgave omtrent
de hoeveelheid verwerkte suikerbieten op
de 30 daar genoemde fabrieken. Deze
hoeveelheid beloopt ruim 638 millioen
Kg., eene waarde vertegenwoordigende
van ruim 7 millioen gulden. Daar de
totale verbouw van suikerbieten in ons
land in 1893 eene oppervlakte innam
van 28,375 H.A. met eene gemiddelde
opbrengst van 26,715 Kg. por H. A., be
droeg de geheele opbrengst in ons land
ruim 768 milloen Kg., zoodat er voor
uitvoer nog 130 millioen Kg. beschikbaar
bleef, die mede berekend tegen den
gemiddelden prijs in 1893 a ƒ11 per
1000 Kg. - nog ruim 1,100,000 cp
brachten, zoodat de totale opbrengst van
de 28,375 H. A. suikerbieten bedroeg
ƒ8,500,000 of ƒ300 per H.A."
Ericusde aardige schrijver van menig
leerzaam artikel in bet A. v. d. D., schreef
dezer dagen 0. a het volgende
Het wakkere Friesland heeft een uit
stekend voorbeeld gegeven, dat algemeene
navolging verdient met het oog op den
uitvoer van ons vee.
Zooals men weet en leest wordt zeer
veel vee naar Beigie uitgevoeid. Echter
neemt men op de grenzen maatregelen
om te voorkomen dat tuberculeus vee
(altijd en overal, vooral in de beste vee
streken eenigszins voorkomende) woidt
aa genomen, en terecht.
Lang niet altijd is het aan koeien,
varkens, schapen en andere dieren uit
wendig te zien of zij lijden aan deze
zoogenaamde parelziekte, of zij tubercu
leus ongans zijn. Immers, vele zien er
daarbij nog zeer goed uit, ja ze zijn
meermalen vet.
Nu heeft men, om dit vast te stellen,
een inspuiting met „tuberculine" leeren
toepassen, waardoor deze ziekte steeds
wordt aangetoond. Natuurlijk mag dit
slechts door veeartsen gedaan worden
na de inspuiting wijst de stijging der
lichaamswarmte in de eerstvolgende da
gen de zieke dieren aan.
Het is veel beter, dat vee, werkelijk
lijdende aan deze kwaal, hier aan de
markten wordt afgekeurd, dan aan de
Belgische grenzen, waarvan dan door
»welwillende« protectionisten, geholpen
door eenige bonderden ontevreden smok
keiaars, de noodige of liever ocnoodige
ophef wordt gemaakt.
Nu is te Leeuwarden de tuberculine
kosteloos bescbikbaai gesteld, opdat alle
ter markt komende dieren terstond, al
thans voor den uitvoer, kunnen worden
onderzocht, nl. wanneer men de dieren
daar 3 dagen wil laten.
Een zeer navolgenswaardig voorbeeld
voor alle groote marktplaatsen. Het zal
er wellicht spoedig kunnen toe komen,
dat geen ander, dan op deze wijze in
gespoten en daarna goedgekeurd vee meer
door de Belgiscne, later ook door andere
buiteulandsche veekoopers wordt aange
kocht of dat het ingespoten vee veel
duurder wordt betaald.
Nou zou het m. i. te wenscben zijn.
dat ook onze binnenlandsche veehande
laars en particuliere koopers vooral ook
voor fokdieren deze inspuitingen eisc 1 ten
Dat onze eerste veeaitsen zich daarbij
aan de spits stellen, geeft in dezen het
volste vertrouwen. Evenmin als wij
onkruid zaaien, behoeven wij ziek vee
te fokken.
Waarom deze nuttige zaak niet ferm
van regeenngswege aangepakt en overal
kosteloos gelegenheid gegeven tot in
entingen en inspuitingen Daarop konden
zulke dieren van een bepaald merk wor
den voorzien, waardoor men weet, dat
zij inenting of inspuiting ODdergaan
hebben
Nu laat men alleen inenten, als de
ziekten naderen zoodia het gevaar ge
weken is, laat men >1e ander later ge
boren dieren niet meer inenten Dat
moet anders worden.
Moge spoedig daarvoor een onafhan
kelijk laboratorium worden opgericht
met een onafhankelijk directeur, waar
veeartsen steeds kunnen werken, waar
met de uiteiste zorg, met den meesten
ijver en volharding gezocht wordt naar
een middel, een afdoend middel, ter voor
koming en genezing ook van mond en
klauwzeer, dan zullen ook de Duitsche
grenzen voor ons vee worden openge
steld.
Engeland wil nu allo vee, dat daar
aankomt (ook uit do Australische koloniën)
slachten. Echter moet ik heeren protec
tionisten aldaar in overweging geven
althans paarden, vooral koetspaarden, uit
te zonderen. Ik althans zie niet in hoe
men die doode paarden weer in dral zal
brengen; paaiden zullen dan ook wel
niet bedoeld zijn deze mag ook Neder
land nog lovend invoeren.
Aan fokvee vooral met het oog op de
melkproductie, heeft Engeland ook steeds
behoefte. Als men dezen maatregel dus
algemeen toepast, zal het Engelscbe vee
spoedig zoo achteruitgaan, dat de invoer
weer gewenscht wordt. Als men dan
•ns vee maar weer toelaat en nu toestaat,
dat het in Engeland bij aankomst wordt
geslacht. Zoodra wij middelen ook een
inenting tegen mond en klauwzeer, heb
ben en deze, evenals die tegen miltvuur,
van staatswege verplicht wordt toege
past, gaan wij dien invoer, ook van
levend vee, keicgezond lokvee, eiscben
bij eer, derden tocht naar Chactam.
Natuurlijk moeten wij in afwachting
daarvan zeiven doen, wat wjj kunnen,
om veeziekten le voorkomen. N.v.d. D.
WEL, den 7 Februari 1806.
In de Woensdag gehouden vergadering
van het College van Kerkvoogden der
Nederl. Herv. gem. alhier, is tot kerke
lijk ontvanger benoemd de heer M. Loof,
in plaats van wijlen den heer I. Cransberg.
Woensdagavond gaf de rederijkers
vereeniging „Tot Nut en Vermaak" alhier
eene uitvoering in haar gewoon lokaal.
Een talrijk publiek was opgekomen om
van het spel der dilettanten te genieten,
en er was waarlijk te genieten ook. want
zoo kranig als de stukjes worden afge
speeld, 't was een lust om te zien. Een
tooneelspel in twee bedrijven, drie big
spelen en een kluchtige voordracht,
ziedaar een programmatje om van te
watertanden, ton minste voor menschen
die graag comedie zien, of niet te trotsch
zijn om er heen te gaan. Maar dit laatste
zal wel niet mogelijk wezen, want goed
beschouwd, waar moet ten mensch
eigenlijk trotsch op zijn Doen laten wo
daarover niet filosofeeion; de rederijkers
hebben hun begunstigers weer eens een
prettigen avond verschaft en tevens ge
toond, dat ze in de edele kunst niet zijn
achteruitgegaan en dat ook zij het Excelsior
in hun vaandel hebben geschreven.
- In den afgeloopen nacht ls onze
gemeente door kippendieven bezocht.
Een drietal ingezetenen vermisten heden
ochtend geheel of gedeeltelijk hunne
kippetjes en gaven daaivan natuurlijk
kennis ter plaatse waar het behoort.
Gisteren had te Ter Neuzen ten
overstaan van de notarissen De Ridder
te Ter Neuzen on Dregmar.s te Axel de
verkooping plaats vau de onroerende
goederen van de erven Jac. de Feijler Pz.
Koop 1, massa 7000; koop 2, massa
f 2000 koop 3, ƒ1510; koop 4, 5 en
6 ƒ970; koop 7 ƒ1100; koop 8, 9 en
10 950; koop 11 en 12 ƒ1220- alles
per 44 A. 56c.A; koop 13 en 14. massa
f 620; koop 15, 1110; koop 16, 1000;
koop 17, 18 en 19 580; koop 20, 21
en 22 640, alles per 44 A 56 c.A
koop 23, ƒ25 en koop 24 41.
Her, geheel bracht op bijna 83,000.
Predikbeurten te Axel.
Zondag 9 Februari 1896.
Ned. Herv. Gemeente.
Voorm. 91/, ure Leeskerk.
Nam. 2 ure Ds. A. Timmerman.
van Ter Neuzen.
Gereformeerde Kerken.
Kerk A.
Voorm. 9 ure Dhr. C. Oranje.
Nam. 2 ure Dhr. C. Oranje,
Theol. Student.
Kerk B.
Voorm. 9 ure Leeskerk.
Nam. 2 ure Leeskerk.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Zitting van 7 Februari 1896.
C. S., 19 jaar oud, arbeider te Koe
wacht, thans gedetineerd te Middelburg,
is wegens zeven feiten van diefstal, mis
handeling, iwee feiten van verstoring
der orde. wederspannigheid, schennis dei-
eerbaarheid en vernieling veroord. tot
17« jaar gevangenisstraf met in mindering
brenging der doorgebrachte hechtenis,
alsmede 2X6 dagen hechtenis.
P. V., 42 jaar oud, schipper te Cauter
(Clinge), is wegens smaad vrijgesproken.
E. B., 24 jaar oud, schipper en vis-
scher te Philippine, is wegens het niet
voldoen aan een bevel van ambtenaren
veroord. tot 10 of 10 dagen.
C. V. d. H.. 32 jaar oud, kleermaker
en bierhuishouder te Westdorpe, is wegens
het belemmeren van handelingen van
een ambtenaar vei oord. tot 5 of 5 dagen.
lo. F. R., 18 jaar oud,*2o. A. R., 17
jaar oud, veldarbeidsters te Koewacht,
zijn wegens mishandeling veroord. ieder
tot 3 boete of 3 dagen.
In zake Willem Cornelia van de Vol-
kere, 33 jaar, onderwijzer te Vlissingen,
apellant van een vonnis van den Kan
tonrechter te Middelbarg, waarbij lig ter
zake van het geven van huisonderwijs
in vakken tot het middelbaar onderwijs
behoorende is veroordeeld tot 20 boete,
is bij op beden door de Arondissements-
Rechtbank ;te Middelburg in hooger beroep
gewezen vonnis, het in eersten aanleg
gewezen vonnis vernietigd en op nieuw
ïechtdoende de appellant ontslagen van
rechtsvervolging voor wat betreft het
geven van onderwijs aan den leerling
Leeuwenberg (het geven van middelbaar
ondeiwijs doch aan één leerling) en vrij
gesproken voor wat aangaat het geven
van onderwijs aan dun leerling Van
Noppen (als zijnde geen middelbaar
onderwijs.)
- Te Dordrecht is Maandagochtend
op een ongehuwde vrouw door den man,