TWEE BEUIJEH.
No. 922.
Woensdag 12 I H5l.ll.
II' Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zee uwsch -Vlaanderen.
F. DIELEMAA,
AXEL.
Buitenland.
19. FEUILLETON.
AXELSCHE
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent;
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent;
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag: TWEE uren.
Voor de vrienden van rumoer bood
de Belgische kamer Donderdag een
schouwspel om van Ie watertanden. Bij
het begin der zitting stelde de voorzitter
aan de orde de stemming over de arti
kelen van het voorstel betrekkelijk de
invoerrechteu. Ter wille van de zeven
socialistische afgevaardigden, die het
jaarlijksch mijnwerkerscongres te Parijs
bijwoonden en niet tijdig genoeg naar
Brussel hadden kunnen gaan terugkee-
ren, omdat de stemming een dag was
vervroegd, stelde Lorand voor de stem
ming tot heden te verdagen. Deze mo
tie, uit billijkheidsgronden door den cleri
calen afgevaardigde Coremans onder
steund, deed een waren storm aan de
rechterzijde uitbarsten. De ministers,
natuurlijk geaccompagneerd door hun
hoogen beschermer Woeste, legde de
grootste opgewondenheid aan den dag,
maar terwijl de ministers De Burlet en
De Smet de Nayer Lorand's motie be
streden ter wille van de waardigheid
der vergadering, geraakte de minister
VandenPeereboom zoo buiten zichzelven,
dat hij zich verzette tegen de autoriteit
van den voorzitter. Te midden van een
hevig rumoer hoorde men opeens roepen:
»lk vraag het woord en als men het mij
niet geeft neem ik het.«
Na dezen uitval vermeerderde het
spektakel zoo zeer, dat allen hooien en
zien verging.
Tot de orde Tot de ordeweerklonk
het van links
De voorzitter. Ik handhaaf de orde
Roman van GOLO RAIMUND.
UIT HET DuiTSCH VERTAALD DOOR
AST1SA.
Eenmaal slechts, toen Kurt langen tijd
op reis was, drong een gerucht tot Gus-
taaf door, dat zjjn broeder verloofd was
met de scboone dochter van den opper
houtvester, die hem nog beter bevallen
was, dan al de bloemen, die hij zijn
gansche leven verzameld had in het woud.
Maar nog eer de verschrikte Gustaaf den
tijd had, dit gerucht ua te vorschen,
kwam Kurt terug, ernstiger zwijgender
nog dan te voren en de vraag zijns
broeders wees hij onvriendelijk af. Een
zekere treurigheid lag verspreid over zijn
gelaat, geheel in tegenspraak met di
huwelijksgeruchten en zijn energie week
nu eens voor een stille onverschilligheid,
die Gustaaf zich wist ten nutte te maken,
dan weder voor een rustelooze gejaagdheid,
die hem dreef van de eene plaats naar
de andere. Een onbedwingbaar verlangen
dreef hem opnieuw weg de wereld in
hjj wilde zich verzadigen aan de onuit
putteljjke bron van schoonheid en wijsheid,
der zaal en geef u het woord niet.
Links. De minister moet tot de orde
geroepen worden.
De heer Vanden peeieboom. Ik vraag
bet woord om uitleg te geven.
De voorzitter. Spreek dan maar
De heer Vandenpeereboom. Ik trek
in wat ik in een oogenblik van opge
wondenheid heb gezegd.
Vauuervelde. Wij zullen zoo ook eens
het woord nemen" zooals de minister,
om te zi3u of men ons niet tot de orde
roepen zal.
Links. Bravo ("Protest rechts.)
De heer Vandenpeereboom. Maar heb
ik nu toch zoo iets ergs gedaan?
Smeets. Ge zijt een revoltiuonnair.
Eene verklaring die luid gelach deed
opgaan Wie toch zou ooit al gedacht
hebben den braven vromen, patriarch en
minister der posterijen als >revolutionair«
te zien brandmerken
Eindelijk was het den heer Vanden
peereboom vergund, onder intrekking
zijner stoute woorden, het voorstel Lorand
te testrijden. Te midden van een on
beschrijflijk gewoel volgde de stemming
over deze motiemet 87 tegen 37 en
eenige onthoudingen werd zij verworpen
Bij de daarop gevolgde bespreking van
art. 1 stelde de Antwerpsche afgovaar
digde Coremans als amendement voor
splitsing van het regeeringsvoorstel, nl
scheiding van het voorstel tot afschaffing
der vuur- en bakengelden van dat op de
invoerrechten. Het werd door den mi
nister van financien bestreden en daa: Da
met 87 tegen 50 stemmen verworpen.
Art. 1, afschaffing van vuur en baken
rechten, werd met algemeene stemmen
waaraan de natuur de dorstigen laaft, die
den twijfelaars geloof, den droeven vreugde,
den rusteloozen vrede schenkt Verre
vreemde landen wilde hij zien in hun
pracht, en in hun schoonheid, de plaatsen,
waar eens trotsche geslachten geheerscht
hadden en toen verdwenen waren, waar
slechts overblijfselen van een lang vervlogen
tijd tot ons spreken van die dagen. Hij
wilde navorschen en verzamelen, en de
eindelooze macht, die werelden schept en
vernietigt, die macht zou aan zijn geest
onderwerping leeren, aan zijn hart vrede
schenken.
Nadat de toebereidselen gemaakt waren
voor een langdurige afwezigheid, ging
Kurt, na een kort afscheid van zijn
broeder genomen te hebben, op reis. Hij
doorreisde Griekenland en ging naar
Egypte en vandaar kieeg Gustaaf bericht;
hij ontving ook de tijding, dat Kurt zich
anderhalf jaar later naar Zuid-Ame-
rika had ingescheept, dat een jaar
nog kon verstrijken of wellicht nog langer,
eer hij aan terugkeeren dachtmaar deze
korte berichten en de regelmatige voldoe
ning van zjjn wissels waren de eenige
teekenen van leven die hij gaf. En
plotseling verstomde ook dat, een jaar
ging voorbjj en nog een en nog een, de
korte berichten bleven uit, de wissels
weiden niet meer geincasseerd en Gustaaf
maakte zich vertiouwd met de gedachte
dat Kurt niet zou wederkeer en en dat
hjj zichzelven nu beschouwen kon als heer
aangenomen.
Bij art. 2., invoerrechten, stelde de
minister-president De Burlet in wel wat
gezwollen bewoordingen, doch wier be-
teekenis duidelijk was, de kabinets
kwestie. Hij verklaarde dat, indien
eenige bepaling van het wetsontwerp
werd losgemaakt, de harmonie daarvan
verstoord zou zijn en de regeering dan
zou te raden moeten gaan over de maat
regelen, welke zulk een geval mede
brengt.
Met deze materieele bedreiging in de
ooren, verlieten Donderdag de afgevaar
digden het parlementsgebouw.
President Faure is van zijn reis in het
Zuid-Oosten te Parijs teruggekeerd. Dood
vermoeid zal hij voorzeker zijn van alle
ovaties, toespraken die hij heeft moeten
aanbooren en beantwoorden.
Op het jaarljjksche mijnwerkerscongres
te Parijs is met 870,U00 tegen 99.000
het voorstel aangenomen, om den acht
uurwerkdag vast te stellen voor de ploe
gen die in de mijnen werken. Ook werd
het van Fransche zijde gedane voorstel
goedgekeurd om deze regeling uit te strek
ken tot de werklieden aan de oppor
vlakte.
Naar de Daily News mededeelt is te
Parijs een overeenkomst gesloten tot het
uitgeven eener Chineesche leening van
15.000.000 16.000,000 p. st. door een
consortium, aan welks hoofd de »Banque
de Paris* staat, onder waarborg van
Rusland.
Het blijkt achteraf dat alle mooie be
richten der Spaansche regcering over het
spoedig te verwachten einde van den
opstand op Cuba wel overeenkomstig de
van Sturzach. Hij had zjjn broeder zoo
verre gestaan, ja in den laatsten tijd bjjna
vijandelijk tegenover hem, zoodat deze
gedachte hem volstrekt niet kon bedroeven.
Sedert Kurt's vertrek was hjj vader ge
worden, zjjn vrouw had hem kort achter
elkander eeu zoon en een dochter geschon
ken en deze gebeurtenissen die bij na een
vijfjarige echtverbintenis nauwelijks meer
gewacht had, diende alleen daartoe, om
zjjn hevig verlangen naar bezittingen en
aanzien te doen toenemen. Tot zijn eigen
geruststelling liet hjj nasporingen naar
zijn broeder doen en verzuimde niet, toen
die zonder gevolg bleven, overal het stellige
vermoeden te verspreiden, dat Kart dood
was Het was hoog tijd, dat dit gerucht
zijn crediet( nu ook sedert geruimen tijd
niet meer door zjjn broedei ondersteund,
weder herstelde. Den nieuwen grond
bezitter, den rijken erfgenaam, wiens
schoone bezitting nog onbelast was,
stroomde kapitaal toe zooveel hjj maar
noodig had, en verwierp ook het gerecht
de doodsverklaring van graaf Kurt, door
Gustaaf verspreid, op een besliste wijze,
zoo werd dit toch algemeen slechts als
een vorm beschouwd, waaraan voldaan
moest worden, zonder dat men twijfelde
aar, den dood van den vroegeren bezitter.
Gustaaf leende aanzienlijke sommen, deels
om oude drukkende schulden te voldoen,
deels om zich op een meer schitterenden
voet in te lichten. Drie jaren waren
verloopen sinds hij op Sturzach was geweest,
wenschen der Spaansche autoriteiten
maar niet in overeenstemming met de
feiten waren.
Naar men verzekert zal de generaal naar
Cuba gezonden worden om maarschalk
Martinez Campos ter zjjde te staan. De
credietaanvrage, die de regeeripg beden
bij de kamer zal inbrengen, bedraagt 15
millioen peseta's.
Te Budapest maakt niet weinig op
schudding het volgende geval van insu
bordinatie van officieren tegen den keizer.
De officier Semneiz van het 81e reg.
Honveds, was veroordeeld tot 8 maanden
gevangenis wegens majesteitsschennis in
een artikel tegen het burgerlijk huwelijk,
dat hij schreef in Magyan Allan.
De officieren van dat regiment kwamen
bijoen en hebben met 31 stemmen tegen
1 besloten, dat die officier dergeljjke straf
niet verdient.
In den laatsten tijd hebben de Turken
het, naar het schijnt, er op aangelegd
zich door hun ruwheid gebaat te maken
bjj de overige Europeesche naties. Behalve
de Armenische gruwelen, het gebeurde
te Moesj en te Djeddah verneemt men
thans van een Turksch officier, die zich
Zondag op de stoomboot van Trebizonde,
behoorende aan de Fransche Mailcompag
nie, had begeven en weigerde extra voor
zijn bagage te betalen. Bij den twist,
die hierover tusschen hem en de scheeps
officieren ontstond, trok de Turk de sabel
en wondde een hunner. Dadelijk werd
hij opgepakt, geboeid en aan boord van
het Fransche wachtschip „Pétrel" gebracht,
waar nij nog gevangen zit. De Fransche
gezant te Konstantinopel zal bij de Porte
een vertoog houden tot het bekomen van
en nu nadat Kurt sedert drie jaar reeds
geheel verdwenen was, besloot Gustaaf
den zomer daar met zijn familie door te
brengen. Zijn verschijning daar verwekte
bij het geringe aantal bedienden, die nog
op Sturzach waren, meer verwarring en
pijnlijke verwachting dan vreugde. Was
hjj de heer, of was hij het niet Moesten
zjj Kurt gehoorzamen of Gustaaf, en wie
was het meest te vreezen, als de eerste
toch eens wederkwam Dit waten de
vragen, die de hooiden der goede lieden
beangstigden en verwarden, welke Gustaaf
tocb eenvoudig hierdoor oploste, door op
te treden als onbeperkt heer en gebieder.
De lieden voegden zich stilzwijgend en
onderworpen naar de nieuwe heerschappij
en de nieuwe orde. Graaf Gustaaf liet
ben geen keus en nam door zijn beslist
optreden, iedere verantwoordeljjkbeid van
hen af.
En nu begon in die stille vertrekken
een schitterend leven; er weid gelucht en
gestoft, geschilderd en met tapijten belegd,
de oude meubels moesten wijken voor
nieuwe kostbare inrichting, bezoeken
werden afgelegd en ontvangen, diners en
landelijke feesten losten elkander af, en
het slot weergalmde van het gejubel der
ongewone genietingen,
(Wordt vervolgd.)