No. 888. Zaterdag 9 Februari 1895. IC/ Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuw sc li - V laandereu. F. DIELEMAN, AXEL. FEUILLETON. De overwinning der liefde 0L!lïiVl\T. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Ad ver ten tien van 1 tot 4 regels 25 oent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, ui ter hik tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Verbroedering 1 Onder dit opschrift schrijft G. A. V. v, O. in het jongste nommer van het Weekblbad voor Z. VI. (W. D.) We vonden in de Westvlaamsche Land bouwer, ons door vriendenhand toegezon den, het volgende stukje, waarvan wij de aandachtige lezing aanbevelen. Mijnheer de Hoofdopsteller. In den Westviaauischen Landbouwer 7an Zaterdag laatstleden, 19 Januari, lees ik met verwondering, dat het ge rucht in omloop is, dat het Hollandsch vee weldra weer in ona land zal mogen tomen. Evenals gij, durf ik hopen, dat dit gerucht ongegrond is en dat wij de concurrentie der Hollanders niet meer zullen te vreezen hebben. Sedert het vreemd vee in ons land niet meer ingevoerd wordt, zijn onze koeien gezond, niettegenstaande het nat en vochtig weder, dat wij voortdurend hebben. De Hollanders hebben sedert jaren hun land voor onze koeien geslo ten omdat deze, houden zij staan, ziekton in hun land brachten. Wij, landbouweis, weten maar al te wel dat dit een loutei uitvluchtsel is; overigens de goede en kloeke gezondheid van ons vee sinds het Hollandsch vee uit ons land verbannen is zeat ons klaarblijkelijk genoeg wie van ons, de Hollanders, of wij, de ge zondste dieren hebbeD. Wat meer is het sluiten onzer gren zen is niets meer dan rechtvaaidig. De flollanders hebben ons aan de deur ge zet, waarom mogen zij ook met de maat, waarmede zjj meten, niet gemeten wor den, u Het sluiten der grenzen voor buiten- landsch vee is het eenige dat ons red den kan Men heeft ons echten op de granen beloofd, maar schier hoort men daar niets meer var. spreker,. Hier of daar zegt men nog wel eens Het zou moeten ia moeten zijn, maar het zal ongelukkiglijk niet gaan Sinds de gren i zen geslopen zijn, zijn de vette koeien meer dm honderd frank per kop gedierd. Welk schaarsch sommetje maakt dat niet voor den landbouwer, die vier of vijf koeien te verkoopen heeft. Het is bijna de pacht. Door de dierte der koei beesten zijn de zwijnen opgeslagen. Zij zijn, well's waar, niet duur, maar waren de koeibeesten goedkoop, wat zouden wij met onze varkens doen Ze zelf opeten of aan eenen lagen prijs verkoopen Ja, dat kan al gaan. Maar waarmede dan geleefd en pacht en schuld betaald? Sinds de koeibeesten goed getrokken worden, kunnen wij jong goed aan kwee ken en bet graan vervoederen, dat wij anders niet kunnen kwijt geraken. Er zijn menschen, die houden staan, dat de opening der grenzen den afslag der beesten niet voor gevolg zal hebben. Waren zij. die alzoo spreken, Dinsdag te Brugge op de markt geweest, zij hadden zich daar zonder moeite kunnen over tuigen, dat zij alles behalve waarheid spreken. Er is nog maar spraak var. de grenzen te openen en reeds waren de prijzen, zoowel van magere als van vet te dieien aan het dalen. Wij, landbouweis, vragen dus dat de grenzen gesloten blijven en verlangen, dat het staatsbestuur ons de verzekering geve dat het voor goed is. De koopers zullen ons dan niet meer zeggen gelijk wij nu reeds moeten hooren wanneer wij de waarde vragen. Hurk, boertje, houd uwe beesten, ge zult Z6 te naaste W9ek voel goedkooper geven, de Hol- landsche komen in. Ik durf verhopen, Mijnheer de Hoofd opsteller, dat gij dit briefje in uwe gazet wilt opnemen. Misèchien zal menig landbouwer aangespooid worden om ook het zijne bij te dragen tot het bekomen van bescherming voor onzen zoo diep getroffen stiel. Een Landbouwer. Eenige grove on waai heden, zooals daar zijn, dat Nederland slechts onder hei voorwendsel van ziekte zijne grenzen sloot voor Belgisch vee en dat het Belgisch vee eene kloeke gezondheid geniet, sedert de grenzen voor Hollandsch vee gesloten werden, voorbijgaande met de opmerking, dat men de officieele opgaven over de ziekten onder het Belgisch vee, in dit weekblad van tijd tot tijd medegedeeld, slechts behoeft na te gaan, om te weten, wat er, bij den slechten veterinaiieu dienst in Belgie, van die kloeke gezond heid gedacht kan worden - willen wij meer opzettelijk stilstaan bij deze uiting: Wij, landbouwers, vragen dus, dat de gren zen gesloten blijven en verlangendat het staatsbestuur ons de verzekering geve dat het voor goed is. Aangezien nu de tegewoordige regee ring van Belgie hare meerderheid uit sluitend aan de landbouwers, die de slui ting vragen, te danken heeft, zullen de grenzen gesloten blijven. Maar toch met éene uitzondering. De tijd nadert, waarop de Belgische boeren mest zullen moeten overbrengen naar de landerijen, die zij aan deze zijde van de grenzen bebouweniets later komt de tijd, dat zij de weiden met Belgisch vee moeten beleggen, nu, tegen dien tijd zal Belgie voor Hol landsch vee open gaan. Het mond- en klauwzeer zal dan nog wel niet geweken zijn, maar het zal dan riet zóo erg zijn, of met eenig toezicht op de grenzen zal men het kunnen toe laten. Zoodra nu de landerijen bemest en de iveiden belegen zijn, wordt de ziekte, we zenlijke of ingebeelde, weer erger, en de grenzen van Belgie gaan opnieuw potdicht. Belgische kooplui met armen, die tot in Brussel reiken, krijgen vergunning hun vee, en 't vee, dat zij wegens de slui ting tot voordeelige prijzen hebben aan gekocht, in te voeren en onze grens boeren zijn de dupes van de geschiede nis. de slachtoffers van Nederlandsche lankmoedigheid en Belgische handigheid. Zoo iets nu, hopen wij dat dit jaar niet vertoond zal worden. In Belgie heerschen mond en klauw zeer niet alleen, men heeft daar voort durend gevallen van besmettelijke long ziekte. Wij hopen daarom, dat de Nederland scbe grens onherroepelijk gesloten blijve voor den invoer van mesi, van rundvee en van varkens Er moet geen enkel dier toegelaten worden, hoegenaamd geen Schreeuwen zullen onze Zuiderbroe- ders met al de bevalligheid, die hun eigen isde hardhoofdige Hollander zal uitgescholden worden voor al wat leelijk maar uitgeloeid en klaar met schelden zullen er stappen worden ge daan tot verbroedering d. w. z. de vertelling van MAS RING UIT HET HOOGDUITSCH DOOR ausa. Evenwel liet mevrouw Huber, als de meeste moeders in zulke gevallen, niet na, hare dochter te bestormen met voorstellen en beden, haar steeds opnieuw te bezwe ren, een zoo schitterende partij niet af te slaan en de wenschen harer ouders te vervullen, die toch alleen haar bestwil op het oog hadden, al moest zij ook toege ven, dat de heer Von Zierel als ieder man zijn' kleine zwakheden en fouten had. Maar de liefde gaf Martha de kracht, de beden zelfs de tranen harer anders zoo teeder gelietde moeder te wedei staan en den onvermjjdeljjken toorn haars vaders niet te vreezen. Met eene te voren nooit gekend» vastheid en energie bleef zij haar voornemen getrouw, tot zij de goede me vrouw Huber ten laatste had overtuigd van de nutteloosheid van al hare verma- ningen. Even weinig liet Friedrich zich afschrik ken door de hem dreigende hindernissen, •ofschoon hij zichzelven moet bekennen, dat er bijna onoverkomelijke zwarigheden bestonden. Evenwel gaf hjj de hoop ni?t op, mettertijd den tegenstand der ouders te overwinnenen vroeger of later zijn doel te bereiken, vol vertrouwen opzijn geluk en op Maitha's liefde. In dit vooruitzicht werd hij nog ver sterkt door de mededeeling van den pro fessor, dat de prins Von Hohenzollern had afgezien van de Spaansche kroon, waardoor iedere aanleiding tot ooi log was weggenomen en d« vrede opnieuw ver zekerd scheen. Onder deze omstandighe den meende Friedrich ook zijn vertrek te moeten uitstellen en Martha niet te mogen verlaten. Iedereen behalve de heer Von Zierel was verheugd, het meest echter Friedrich, wien ieder uur met Martha doorgebracht een groot geluk toescheen, al kon hij ook de geliefde de volgende dagen slechts vluchtig zien en met ongestoord spreken, daar hare moeder niet meer met haar aan het gemeenschappelijk ontbijt op het bal kon verscheen en om bekende redenen zyn gezelschap vermeed. Beiden voldeed reeds een vluchtige blik in het voorbijgaan met elkander gewis seld een beteekenisvol lachje, een woord, waarachter zich een diepe zin verborg, om elkander hunne w, derzijdschè liefde te verzekeren en zich te verheugen over hun wederzijdsch geluk. Maar zelfs deze spaarzame lichtpunten weiden maar al te spoedig weder verduis- i terd door de donkere wolken, die opnieuw aan den staatkundigen horizon zich sa menpakten. Zooals de couranten meldden, verklaai de zich de Fransche regeering door den afstand van den prins Von Ho henzollern gpenszins beviedigd, maar ver langde nog een uitdrukkelijke schriftelijke verzekering van den koning van Pruisen, dat deze ook op geen anderen tijd tot de candidatuur van den prins zijn toe stemming zou geven en geen plan had gehad, (ioor de vroegere volmacht het belang en de waardigheid der_ Fransche natie te na te kómen. Natuurlijk had de koning een zoo be- leedigende aanmatiging met waardigheid at'»ewezen en den Franschen gezant te Ems, toen deze hem op de wandeling hinderlijk vervolgde, naar plicht afgewe zen, evenals hij hem de verlangde audiëntie' weigerde, zoodat de oorlog onvermijdelijk was. Als een bliksemstraal vloog het tele grafisch bericht door de wereld en ont brandde in de harten, niet alleen van alle Pruisen, maar van het gar.sche Dmtsche volk. de vlam eener vaderlandsehe ver ontwaardiging over den Franschen over moed. Ieder Duitscher gevoelde zich be leedigd en bewonderde evenzeer de edele kalmte en de waardige standvastigheid van koning Wilhelm, evenals hij de sma delijke kuiperijen en de kleingeestigli id van den Franschen keizer vloekte, die, vervuld van njjri, eergierigheid en afgunst, zonder eenige aanleiding Pruisen uitdaag de en gewetenloos den rampzaligen oorlog in het leven riep. Onder dezen machtigen indruk verdwe nen alle onderlinge twisten, die tot dus verre hadden bestaan en de Duitsche stam men scheiddeu, verzoenden zich de oude tegenstanders, reikten de pas nog ver toornde broeders elkander de hand tot een vast verbond tegen den gemeensehappe- lijken vijand, stond Duitsche eenheid op uit haien duizendjarige slaap, tot steun en heil van het bedreigde vaderland. Door zulke gevoelens was bovenal Frie drich bezield, hoe zwaar hem ook juist op dit oogenblik het afscheid van Martha vallen moest, daar bijna tegelijkertjid met deze oorlogsberichten haar vader van Mün- chen aangekomen was. Ontsteld en on gerust ijlde Friedrich dadelijk naar den professor om van hem iets naders te ver nemen van den heer Huber en diens plan nen. Heeft Martha, vroeg hij bezorgd, niets van zich laten hooren Weet ge niets van haren vader Meer dan mij lief is, hernam de pro fessor. Ik heb werkelijk verdriet over het arme meisje. Om 's hemels wilwat is er voorge vallen Ge legt me op de pijnbank, Spreek toch Nauwelijks was de oude aangekomen, of het onweer eu de storm tegen Maitha

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1895 | | pagina 1