No. 88-2.
Zaterdag '19 Januari 1895.
I0e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
J voor Zee u w sc h- Vlaanderen.
F. UIELEMAN,
AXEL.
3. F E 0IL L E T 0 N.
De overwinning der liefde
wii.sr.Hi:
COURANT.
Dit Blad verschjjnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Door de werklieden vereeniging Steunt
elkander te "Wagenborgen, is aan Hare
Majesteit de Koningin-Weduwe Regentes
der Nederlanden, liet volgende adres ver
zonden
Geeft eerbiedig te kennen de werklie
den vereeniging Steunt elkander te Wagen
borgen, dat zij zich reeds vroegei tot de
Wetgevende macht wendde, met verzoek
om tegen heffing van een invoerecht op
granen, enkele drukkende accijnzen af
te schaffen.
Dat sedertdien tijd uitzicht is gegeven
op pensionneering van werklieden.
Dat zij meent dat het moeilijk zal zijn
het daarvoor noodige bedrag te vinden en
dit daardoor nog jaren zal moeten aan
houden.
Dat evenwel het daarvoor noodig be
drag gevonden zou kunnen worden door
een invoerrecht op granen.
Daar naar zij meent door een invoer
recht van ƒ3,— op Tarwe; ƒ2,50 op
Rogge; ƒ2,50 op Boekweit; ƒ2,- op
Gerst2, op Haver 2,50 op Maïs
en Rijst en 5, - op Koolzaad, alles per
Hectol. ƒ5,— per 100 kilogram op Meel.
Rijst, Grutten en Raapolie de schatkist
ca. 30 millioen gulden jaarlijks zal ont
vangen.
Dat het niet ontkend kan worden, dat
een deel daarvan ten laste van den bui
tenlander, doch ook een deel ten laste
van den gebruiker in Nederland komt.
Dat, wanneer deze belasting aangewend
zou worden voor pensioensverzekering,
het h. i. wenschelijk en billijk zou zijn,
dat alle consumenten daarin deelden,
zoowel mannen als vrouwen, zoowel be
middelden en ambtenaren als armen, om
dat zij allen gelijkelijk hebben bijgedragen
tot de vorming van dit fonds.
Dat het door de heffing van dit in
voerrecht mogelijk is het pensioenfonds
dadelijk in werking te doen treden, ter
wijl, wanneer een fonds door bijdragen
vei kregen wordt, de thans levende ouden
van dagen daarin niet meer zouden kun
nen deelen.
Dat naar hunne berekening in Nederland
omstreeks 260,000 menschen boven den
leeftijd van 64 jaar zijn, de grootste helft
uit vi ouwen bestaande.
Dat naar een pensioen van f 150, -r
per hoofd daarvoor benoodigd zou zijn
omstreeks 40 millioen gulden.
Dat er om dit pensioen te verzekeren
aanvankelijk nog ongeveer 10 millioen
gulden utt andere inkomsten gevonden
zou moeten worden.
Dat, naar zvi meenen, in de eerste
plaats daarvoor in aanmerking kan ko
men de aanslag van alle nu vrijgestel
den in do bedrijfsbelasting, wat veel on
tevredenheid zou wegnemen.
Dat dit billijk zou zijn, daar allo land
bouwers en veehouders en teelers van
vruchten van onzen bodem veel voor
deel op een invoerrecht op granen zou
den hebben en dit dus belangrijk kan
opbrengen.
Dat de bedrijfsbelasting daarvoor ook
wel iets verhoogd kan worden en met
een inkomen van ƒ400.— kan begin
nen, daaj ieder, die een inkomen van
ƒ400,- bezit, gaarne ƒ1,— per jaar
zou kunnen en willen bijdragen voor een
pensioenfonds.
Dat zoo noodig ook invoerrecht zou
kunnen worden geheven van enkele nij
verheidsproducten.
Dat ook het invoerrecht op granen bij
vertelling van MAX RING
UIT HET HOOGDUITSCH DOOR
ASSA.
Deze bedaardheid of onbeschaamdheid
verdroot den heer Von Zierel zoozeer, dat
hij zjjn schoone buurvrouw een boosaar
dige aanmerking toefluisterde waarop ook
zjj den vreemdeling aankeek, dien zij tot
dusverre wellicht opzettelijk niet de ge
ringste aandacht waardig gekeurd had.
Hunne blikken ontmoetten elkander en
beiden huiverden onwillekeurig, als waren
zjj door den bliksem getroffenMartha
sloeg de schitterende oogen neder en ook
de vreemdeling gevoelde een lichte onge
wone verwarring.
De overige dames namen geen notitie
van de tegenwoordigheid des onbekenden,
hun niet voorgestelden mans, die zwijgend
naast den knaap daar zat. Het schoone
meisje was plotseling stil gewotden en
nam geen deel meer aan het gesprek van
haren geleider. In gedachten vdrzonken
boog zij zich diep over den rand van de
boot, die daardoor naar een kant overging.
Meiuffrouw, zeide de heer Von Zierel
bezorgd, door u zoo over te buigen, zoudt
gjj het evenwicht kunnen verliezcu.
den tegenwoordig lagen prijs nog wel iets
hooger gesteld kan worden, daar de prijs
der tarwi met bovengenoemd invoerrecht
slechts op 7,50 de hectoliter komt,
terwijl de middenprijs van graan over
de laatste 100. jaar ƒ12,- was, en de
kosten van malen, bewerkingen minder
binnenlands transport, belangrijk minder
bedragen dan circa 50 jaar geleden.
Dat, wanneer niet besloten wordt tot
een invoerrecht op granen, de toestand
onhoudbaar wordt door aanhoudend toe
nemende werkeloosheid.
Dat het toch genoeg bekend is, dat
de tegenwoordige prijs van graan geen
winst en pacht of intrest voorden land
bouwer oplevert.
Dat de algeraeene toestand sedert de
invoering van het vrijhandelstelsel door
betere en goedkooper middelen van ver
keer zoozeer gewijzigd is, dat de Neder
landsche landbouwe: thans bij veel meer
lasten moet kunnen concuireeren met
den landbouwer in Rusland en Engelseh
Indie, omdat de vervoerkosten van graan
van daar naar Neaerland thans niet meer
bedragen dan de lasten, die de landbou
wer hier meer heeft dan in die landen.
Dat, om de concurrentie vol te houden,
niot alleen de prijs van den grond of de
pacht belangrijk lager zal moeten gaan,
doch ook do eenmaal verkregen levens
standaard ten plattelande zal moeten
worden vaarwel gezegd.
Dat de landbouwer bier dan weer zal
moeten leven als een honderd jaar ge
leden, als de landbouwers in Rusland en
Engelsch-Indie, waartegen zij moeten
kunnen concuireeren, zoodat alle verbete-
ïingen der laatste jaren komen te verval
len en dat bij dit alles natuurlijk de
Voor mij behoeft gjj geen angst te koes
telen, hernam zij, Ik ken geen vrees.
Maar men kan niet voorzichtig genoeg
zgn op het water. Hoe spoedig is een
ongeluk gebeurd.
De dood is geen ongeluk, maar vaak
een verlossing.
Mijn God, hoe kunt ge zoo iets zeggsn 1
Dat begrijp ik niet.
Er is zeer veel dat ge niet begrijpt en
het minst mijne gedachten, zeide zij spot
tend.
Maar hst volgende oogenblik, als ge
voelde zij berouw over hare zonderlinge
woorden, lachte zjj weder en reikte haren
beleedigden aanbidder de slanke blanke
hand, die hij teeder aan zijn lippen drukte.
Weldra nam zij ook weer deel aan het
onderhond, dat hoofdzakelijk liep over ge
beurtenissen en personen uit do Munche-
ner en Weener wereld, waarin de vreem
deling geen belang stelde.
Daarbij toonde Martha een vrooljjke
bijna overmoedige luim vol geest en spot
ternij, hoofdzakelijk tegen den heer Von
Zierel gericht. Het was als wilde zjj
zichzelf (intvlieden en hare gedachten een
andere richting geven. Weldra sleepte
hare meer kunstmatige dan natuurljjke
vrooljjkbeid de anderen mede en deed hen
onder lachen en schertsen het nog dreigend
gevaar vergeten.
Eeu doft» donderslag, door de bergen
honderdmaal weerkaatst, maakte onver
arbeiders het meest zullen verliezen.
Dat zij evenwel gelooven, dat dit veel
eer tengevolge zal hebben, dat de eige
naar van den grond er op bedacht is
het land groen (groenland) te maken,
omdat hij dan altijd nog eene behoorlij
ke huur of intrest van den grond kan
i naken.
Dat dit evenwel niet veel beter zal
zijn, daar dit tengevolge zal moeten
hebben eene belangrijke ontvolking van
het platteland met nog jaren lange ellen
de en werkeloosheid, omdat op groenland
veel minder arbeiders en ambaebts -
lieden werk kunnen vinden dan op bouw
land.
Dat verwacht kan worden, dat bij hef
fing van genoemd invoerrecht op graan,
de landbouwer weer zal kunnen be
staan en veel meer aan zijn land zal
kunnen doen, zoodat er dadelijk meer
werk en verdienste zal komen, niet al
leen voor boerenarbeiders, doch ook voor
ambachtslieden winkeliers, en andere en
bedrijven ten plattenlande.
Dat bovengenoemd invoerrecht wel
niet zoo hoog is, dat daardoor veel groen
land in bouwland zal veranderen en dus
de invoer vau granen niet veel zal ver
mindei en.
Dat de invoer van granen echter iets
zal afnemen, doordat de landbouwer meer
in zijn land zal laten werken-
Dat daardoor hooger opbrengst verkre
gen kan worden en hei fonds dat jaar
lijks uit invoerrecht verkregen wordt,
langzamerhand wel iets zal afnemen.
Dat evenwel de draagkracht der inge
zetenen dan door meer werk en verdiens
ten zóó belangrijk zal toenemen en dus.
de belastingen zóóveel meer zullen op
wacht een einde aan de vrooljjke stemming.
De dames huiveiden verschrikt en stieten
een min of meer luiden kreet uit.
Om 's Hemels wil, riep mevrouw Von
Zierel verschrikt uit, het dondert
Daar hebben wjj het al, merkte haar
zoon op. Het onweder hangt juist boven
ons. Wat zullen wjj beginnen
Na het luide vruolijke gesprek was
een diepe stilte ingevallen. Allen zaten
daar stom en bleek met uitzondering van
Martha en den vreemden toerist, die alleen
hpune bedaardheid bewaard hadden. Duis
tere onweerzwangere wolken bedekten de
zon, het meer was geheel zwart gekleurd
en de opgezweepte golven deden de boot
rjjzen en dalen als een lichten bal, waar
mede zjj hun spel speelden.
In weerwil van de aangewende pogin
gen van den schippsr en zjjn jongen kwam
het vaartuig niet van zyn plaats, maar
draaide in een kring rond, door den wind
heen en weer geworpen, 't Was duidelijk
dat de zwakke krachten der beide lieden
niet toereikend waren, om de boot tï
regeeren, die op het bewogen water be
denkelijk zwenkte en dreigde te kantelen.
De gevaarlijke toestand gaf ook aan
het stil geworden gezelschap de sprank
weder. Klachten en voorslagen werden
geuit in wilde c'naostische verwarring. Een
gedeelte vorderde onstuimig dat men da-
deljjk naar den Pertisau zou terugkeeren,
ofschoon dit even uioeiljjk zou zjjn als
naar het pension te varen. Anderen sloe*
gen voor te landen aan de eerstvolgende
beste plaats een onderneming die w egens
den steilen rondom door rotsen omgeven
oever onuitvoerbaar was en eindigen moest
met een zekeren ondergang.
Ook ontbrak het niet aan verwjjten en
beschuldigingen, hoofdzakelijk gericht te
gen Martha. De dames klaagden over
hare eigenzinnigheid en voorai mevrouw
Von Zierel overstelpte haar met bitterhe
den, afgewisseld door aanvallen eeDer hys
terische vertwjjfelmg.
In het aangezicht van bet nakend ge
vaar legden deze welopgevoede en be
schaafde menschen hunne gewone voor
zichtigheid en fijne vormen af, toonde
zich hun egoïsme in zjjn gansche treurige
naaktheid. Menig schoon oog fonkelde
nu van stomme woede en van de teedere
lippen vloeiden nu harde verwjjtingen en
scherpe aanmerkingen als een hagelvuur.
Tegen hun wil kwamen hunue geheim
ste gedachten te voorschijn en de lang
verborgen toorn en nijd der dames tegen
Martha brak los als een storm. Nu zeide
ieder de ongelukkige waterparjj afgeraden
en afgekeurd te hebben. Zelfs haar eigen
moeder waagde het niet haar te veidedi
gen tegen de hevige aanvallen en alleen
de heer Von Zierel waagde een zwakke
poging, om de bewogen gemoederen, voor
al dat zjjner vertwjjfeide moeder, tot
kalmte te brengen.