No. 872. Woensdag 12 December 1894. 10e Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Z e e u w sc h - V I a a n d e r e n. F. DIELEMAN, AXEL. Buitenland. FEBIIiliBTON. Binnenland. AXELSCHIÏ Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 8 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. nnmm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van l tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal- Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. De socialistische volksvertegenwoordi gers hebben de vorige week weer van zich doen hooren en niet zoo weinig. Bij de beraadslagingen over de dota- tiën, te verleenen aan leden der konink lijke familie, las Léon Defuisseaux na mens de socialistische afgevaardigden Donderdag in ae Belgische kamer eene verklaring voor als protest tegen de ci viele lijst en de dotatien. Daarop volgden teekenen van afkeu ring, waaronder zeer heftige. Georges Lorand, progressist, verklaarde zich er tegen 200,000 francs te geven aan den graat van Vlaanderen, die zoo rijk is, terwijl zoovele aibeiders van honger sterven. Als protest tegen de aanvallen van den socialist Vandervelde, stelde de mi nister president voor van Leve de koning te roepen. De leden der rechterzijde stemden met veel beweging en gewaai van zakdoeken met den minister in, waarop de socialis ten eveneens buiten zichzelve met een donderend Leve de republiekLeve het volk! antwoordden. Den zelfden dag had er in den Duit- schen ïijksdag iets dergelijks plaats. Reeds dadelijk na opening der zitting gaf de vergadering blijken van onrust en ge jaagdheid. Na een toespraak van den voorzitter noodigde deze den leden uit Leve de kei zer te roepen. Alle aanwezigen stonden daarbij op alleen op de, toen nog zeer ledige ban ken der sociaal-democraten bleven onge veer een half dozijn socialistische afge vaardigden zitten. Wat nu volgde kan men vernemen uit het onderstaande, ontleend aan de N. R. Ct. De conservatieven en nationaal-libera len schreeuwen den zitten gebleven so cialisten toe: foeier uit 1 eDZ. Daar springt Liebknecht op en roept aan de rechter zijde iets onverstaanbaars toe, hierbij met de handen een gebaar van verach ting makende De nationaal-liberalen slaan nu ook aan het schreeuwen, en de uit de voorhal binnenstormende socialis ten komen met louter krijgsgeschreeuw bet kleine hoopje hunner partijgenooten te hulp. Van de tribune al ziet men een dicht opeengepakten hoop van in het rond springende, brullende, woedende, menschen. waaruit enkele kreten als ongehoord lafheid schaamt u!" ter uit!" en zoo meer omhoog stjLjgen. Met V6el moeite slaagt de voorzitter er in, de orde te herstellen hij doet eerst eenige formaliteiten af, en zegt dar. op verwijtenden toon»Tegen alle ver wachting zijn bij het uitbrengen van een hoch op Z. M. den Keizer eenige leden van de uiterste linkerzijde blijven zitten Dit stemt niet ovoreen met de zeden van Duitsche mannen (levendige bijval), noch met de gewoonten van deze ver gadering, welker gevoelens beleedigd zijn (bijval). Ik betreur het, geen middel te hebben om dergelijke gedraging te wra ken" (levendige bijval). Onmiddellijk antwoordt Singer met luider stemme »Uit naam mijner paitij verklaar ik dat wij nu of nooit er toe zullen komen ons te laten dwingen om een hij leve! te roe pen voor iemand, die gezegd heeft dat hijverder kan Singer het niet 14. brengen. Van alle kanten ter rechter zijde en in het raidden barsten storm achtige uitroepen los. De voorzitter maakt zich met groote krachtsinspanning verstaanbaar»Ik kan niet toelaten," roept hij, „dat gij den persoon^ van Zijne Najesteit in het debat brengt." Singer, omringd door partijgenooten, roept nog luider„Ik moet mij schikken naar den wenscli des voorzitters, maar tegenover het feit dat in het vooruitzicht is gesteld dat, onder zekere omstandigheden, de soldaten, dus de zonen des volks, in u niform op hunne vaders en broeders zullen moeten schieten, en tegenover het feit dat wij staan voor oen wetsontwerp tegen de omwentelingspartijen, hetwelk rechtstreeks is tegen onze partij, verklaar ik het met onze eer en waardigheid on vereenigbaar, dal wat spreker (die in zijne eerste woorden doelde op de bekende toespraken des keizers bij de eedsafleggingen door recruten) weder zeide, gaat verloren in den nu opnieuw losbarstenden storm van verontwaardi ging. Alle personen, aan de voorzitters tafel, op de banken der ministers, en aan de tafel van den bondsraad gezeten, zijn opgesprongen. Van alle kanten ver neemt het oor slechts een woedend ge- druisch, ziet het oog siechts in wilden toorn omhoog gestoken armen, booze ge zichten, en een onbeschrijfelijk misbaai dreunt er door de gansche, groote ver gaderzaal. Wat men elkander nu nog toeroept, om verachting uit te spreken of om aan te vuren, is in het geheel niet meer te verstaan. Het is een chaos eene soort van parlementaire *Götterdam- merunq." Langzaam woedde de storm uit. In behandeling kwam een spoedei- schend voorstel der socialisten, strekken de tot het schorsen der strafprocessen tegen de afgevaardigden Hirscbel, Schip- pel en Gerbert gedurende de zitting van den rijksdag. Bij het debat voegden de socialisten en de conservatieven elkaar nog een aan tal grofheden en booze uitvallen toe, tot dat eindelijk de rijksdag, de gewoonte volgend, besloot tot het schorsen der vervolging voor zoolang als het par lement bijeen is. VERTELLING VAN HAWS WACHEWHÜSEW. UIT HET HOOGDU1TSCH DOOR ANNA. Pablo sloot de oogen voor het woord, dat hem in het hart scheen te hebben getroffen. Ben ik u rekenschap schuldig Neen Maar daar ik u zou willen hel pen, zult gij wellicht luisteren naar een voorslag Verbaasd keek Pabo hem aan. Gij hebt geld noodigIk zag u heden uw ledige portefeuille op de speeltafel de laatste banknoten nawerpen, die gij ver loren hebt en ik begreep u. Ik heb plan een zeereis te maken en bied u honderd duizend francs voor uw iacht. Pablo liet het hoofd nederzinken en zoo zat hij langen tijd de eene hand kramp achtig op de tafel gedrukt. Het zij zooriep hij eindelijk somber uit. Iu de verwachting dat ge zondt toe stemmen, heb ik een kleine verklaring geschreven. Hij haalde een papier te voorschijn. LeesGij geeft mij tegen ontvangst van het geld op dit oogenblik uw jacht over met geheel den levenden en dooden inventaris die aan boord is. Hij reikte hem een briefie over, legde, terwijl Pablo het papier in zijn bevende hand hield, een pakje banknoten op de tafel en hield hem ben potlood voor. On- derteeken Met alles wat aan boord is las Pablo met bevende stem. Ge zjjt onbeperkt heer op uw schip, voert de vlag van uwen staat en volgt alzoo uwe eigen wetten. levenden en dooden inventaris, 'as Pablo nogmaals zijn stem werd onhoor baar, maar zijn oogen vestigden op het gelaat van zijn vriend een onheilspellende 'uitdrukking hjj meende hem te verstaan. Zijn handen stonden op het. punt het papier te verscheuren toen viel zijn blik op de banknoten. In duivelsnaam dan, zeide hij knarse tandend, onderteekende en stond op De andere legde zgn hand op het geld. Nog eens! riep hij uit. Ge zult Monte Carlo en de Riviera binnen een uur ver laten Pablo lachte honend. Het zij zoo X Het wordt duidelijk gemaakt. Den volgenden morgen besteeg ridder Foix, een hupsch jong man, eene der aan den oever van Mentone liggende booten. Van den gouverneur-generaal van Ned. Indie is onder dagteekening van 7 dezer bij het departement van koloniën ont vangen het navolgende telegram, betref fende de gang van zaken op het eiland Lombok Voornaamste Sasaksche hoofden door generaal Vetter opgeroepen sommigen, waaronder Goeroe Bangkol, reeds geko men de anderen in aantocht. Dat.oe Pangeran (zoon van Anak A- goeng K'toet), die Goeroe Bangkol ver gezelde, is 9 d6zer naar Batavia gegaan. Woensdag bezocht colonne Bangkol. Alles lustig. De correspondent der N. R. Ct. te Batavia seint onder dagteekening van 8 dezer De troepen op Lombok keeren deze maand teiug. Generaal Vetter stelde voor twee ba taljons, twee batterijen en eene sectie sappeurs op Lombok te doen blijven. Alles is nu rustig. Het volk verzoent zich en is boos op Hij, de zoon van een groot grondbe zitter uit de Pyreneën, hij was het ge weest die Cordelia in Parijs, waar hij haar zag aan den arm van een naar zijne o- vertuiging haar niet waardigen begeleider, op wel niet indringende, maar haar toch verontrustende wijze vervolgde, die, van daar geroepen, haar uit het oog verloor en haar in Monte Carlo aan de zjjde van Pablo, eens zijn schoolkameraad in een Pyreneesch college wedervond. Hij had, sedert hij het college had ver laten en in Parijs was opgevoed, van Pa- blo San Juan hooren spreken als van een woest geweldig mensch hij had gehoord van Pablo's deelneming aan zijns vaders smokkelhandel, die verarmd zich uit Span je op zijn bezitting in Andorra had te ruggetrokken en hier zelfs de dienstplich tige stoutmoedigste mannen tegen hooge soldij als smokkelaars had aangeworven. Hij moest, beschermd door de rotsholten van Andorra, de douanetroepen der beide naburige staten weerstand geboden, op nieuw groote rijkdommen verzameld, maar een spoedigeD dood gevonden en zjjn zoon alles nagelaten hebben. Pablo, zoo had men hem verteld, zou den smokkelhandel moe geworden zijn en als aanvoerder van een afdeeling in den Carlistenoorlog een rol gespeeld hebben. Na onderdrukking van den opstand had De Foix hem in de Spaansche speelzaal vluchtig ontmoet, maar beiden waren elk ander vreemd geworden. Nu had hij op zijn reis in de Spaansche havens, aan de Algerijnsche en Siciliaansche kusten hoo ren vei halen van een graaf San Julian y Setubal en zijne schoone gade en hier ein delijk in de laatste tot zijn verrassing- dezelfde persoon herkend, die hjj bg zijn terugkeer naar Parjjs tevergeefs gezocht had. Pablo als geliefde, als vrouweneend, als echtgenootDe Foix, in weerwil van zijn eigenliefde, beklaagde de bekooilijke vrouw aan zijne zijde hij hield zich op een afstand, alleen waarnemend, en zag hoe gegrond zijn medelijden met haar was, toen hij zijn schoolkameraad aan de speel tafel wedervond als een onvoorzichtig spe Ier. De Foix, een man wien de fijnste opvoeding een volkomen zelfbeheersching geleerd had, die gewoon was met koele berekening zijn kansen te meten, De Foix vermeed Pablo's nabijheid. Hoe eng ook de ruimte was op het plateau van Monte Carlo, hjj wist Pablo te ontwijken, zon der hem uit het oog te verliezen. Hij bespiedde ook de lijderes, die op het schip als een gevangene leefde, en het geluk scheen hem gunstig. Hij was het, die, toen Cordelia in de speelzaal machteloos nederzonk, toesprong, die, toen Pablo om hooge sommen streed, haar met ridderlijk feeder gevoel zijn hulp verleende, haar, niet herkend door de nog steeds half bewusteloos naar het station

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1894 | | pagina 1