Jaarg. No. 869. Zaterdag 1 December 1894. Nieuws- en Advertentieblad 11 1 l voor Zeeuw sc h-V laanderen. F. DIELEMAN, AXEL. ii. FEUILLETON. m Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag;- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 8 Maanden 5Q centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 8/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, ui ter lp tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag TWEE nren. Het adres van den gemeenteraad van Zuiddorpe in de Staten van Zeeland. (Slot.) De heer Hammacher. Met genoegen heb ik gezien, mijnheer de voorzitter, dat Gedeputeerde Staten in het algemeen verslag aanleiding hebben gevonden een wijziging te brengen in hun conciusie en eenigszins willen tegemoetkomen aan den wensch, in de vele adressen uitgedrukt. Ofschoon daarvoor dankbaar, zoo ben ik. evenals de vorige spreker, toch niet vol daan. Ik kan mij met de gewijzigde conclusie niet vereenigen, ten minste Diet geheel. Er is in de afdeelingen ver scheidenheid van gevoelen over de kwes tie van urgentie geweest. Me dunkt het is niet de vraag of sluiting van de grens nu gemotiveerd is of niet als Belgie zijne grenzen nu sluit, dan heeft het daartoe volkomen recht. Maar het raakt hier het feit dat Belgie op de meest willekeurige wijze zonder opgaaf van redenen den invoer van vee weert. Ik zal hier in geen verdere details treden. In de afdeelingen zijn door verscheidene leden ook door mij voorbeelden aange haald, hoe Belgie te werk gaathet geachte lid uit Zuiddorpe, de heer Moer dijk, heeft er zooeven nog eenige her haald. Mij dunkt de Staten van Zeeland zijn het vrij wel eens, dat de toestand met is zooals hij behoort te zijn. De sluitings decreten van Belgie komen als een on weer uit een helderen hemel, en zijn voor onze veehouders, wier positie toch al niet schitterend is, zeer nadeelig. Aan den bestaanden toestand moet een einde komen. De zaak is deze: wacht men met optreden tot een einde aan de vee ziekte is gekomen en de toestand is ver beterd, dan laat men in het midden, wat vroeger door Belgie is gedaan. De groote kwestie sedert jaren is de onge motiveerde wijze, waarop Belgie zijn grenzen voor den invoel van vee heeft gesloten Dit is ook de portée van het adres, dat opgesteld werd, toen er geen veeziekte heerscnte. Op dit oogenblik kan de invoer van vee niet gevraagd wordeD. Tengevolge van den veranderden toestand na het opstellen van het adres is in mijn afdeeling het denkbeeld gerezen een andere con clusie te maken dan in het adres. Na lang durig overleg met de andere leden der afdeeling heb ik gemeend in de afdee linger, een voorstel te moeten formulee ren om Gedeputeerde Staten uit te noo digen zich namens de Staten van Zee land te wenden tot H. M. de Koningin- Regentes met verzoek, dat H. M. Re geering, zoodra de piovincie Zeeland vrij zal zijn verklaard van besmettelijke vee ziektö, met die van Belgie in overleg trede om een zoodanige overeenkomst te treffen, dat da invoer van rundvee en varkens uit Zeeland in Belgie voort aan beter veizekerd zij, dan in-de laat ste jaren het geval was. Die clausule »zcodra de provincie Zeeland vrij zal »zijn verklaard van besmettelijke vee- ziekte", is er op vei langen mijner me- deafdeelingsleden ingebracht. Maar na afloop der afdeelingszitting ben ik met andere leden, die mijne oorspronkelijke meening waren toegedaan, in overleg ge treden en heb een wijziging in mijn voor stel gebracht, onafhankelijk van het ai of niet bestaan van veeziekte en ook in andere opzichten eenigszins gewijzigd. Mijn voorstel luidt thans De ondergeteeker.de heeft de eer voor te stellen Heeren Gedeputeerde Staten uit te noodigen zich namens de Staten der provincie Zeeland te wenden tot Hare Majesteit de Koningin-RegeDtes met verzoek dat Harer Majesteits re geering met die van Belgie in overleg trede om zoodanige overeenkomsten voor ge heel Zeeland ot voor deelen dier pro vincie te treffen, dat de invoer van rund vee en varkens in Belgie voortaan beter verzekerd zij dan in de laatste jaren het geval was. Door dit voorstel aan te nemen, ge loof ik, mijnheer de voorzitter, dat de vergadeiing een goed werk zal doen. Als de Staten van Zeeland zich op dit oogenblik over zalk een dringende kwes tie niet uitspraken, zou dit, om een tri viaal woord te gebruiken, aan bangheid kunnen worden toegeschreven. De bevolking van Zeeuwsch-Vlaande ren wordt sedert ettelijken tgd door de Belgen met woorden van broederliefde overstelpt, maar de daden zijn daarme de in strijd. Het lijkt wel de broeder liefde tusschen Kaïn en Abel, waai bij wij de onaangename rol van Abel spelen. Men moet het geduld onzer boeren be wonderen. Ik zal hierover niet meer zeggen. Men moet in Zeeuwsch Vlaan deren wonen om den toestand te kennen. Ik meen daarom, dat de Staten van Zeeland zeer goed zouden doen om dit voorstel aan te nemen. Het amendement wordt voldoende on dersteund en maakt alzoo een onderwerp van beraadslaging uit. De beer Van Teijlingen. Mijnheer de VERTELLING VAN HAN§ WAOHESHUSES- UIT HET HOOGDUITSCH DOOR ANNA. Ook Pablo was levendiger dan hij ge durende de laatste weken geweest was een inwendige ontroering overmeesterde hem, toen hij deze plek betrad en bier voor de trappen van het huis aarzelde hij een oogenblik. Cordelia was geheel overmeesterd door het schouwspelhaar oog zweefde naar den hoogen rotswand der Turbie, dan we der omlaag naar de zich aan hare voeten aan den oever van het meer uitstrekken de Condamine met hare bekoorlijke villa's, naar het reusachtige rotsblok, het oude Monaco, de residentie dei ongezellige fa milie Grimaldi. Een lichte druk van Pablo's arm wekte haar hij beklom de trappen en trok haar met zich mede in de groote door zuilen gedragen vestibule, vervolgens met zekeren haast in de eerste der speelzalen, Pablo had haar niet gezegd wat hier omgingzij, in het verre westen opge groeid, had dus geen vermoeden van al datgene, wat al die menschen zoo vurig en koortsachtig bewoog, zooals zij daar op elkaar gedrongen om de groote tatel zaten. Ge ziet, men epeeltantwoordde hij on geduldig op hare vraag baar arm losla tend naderde hij een der tafels en zijn hooge gestalte overzag den eng daarom gesloten kring. Nu niet! het kon mij ongeluk aanhren gen, sprak hij tot zichzelve nog strijdend met een halt besluit, sloot hij voor een oogenblik de oogen en wendde zich ver voFgens tot Cordelia, die hem met span ning beschouwde. Met zekeren argwaan overzag hij de beide andere tatels, de groepen, die in den grooten salon hier en daar verspreid wa ren, ook zij die op de divans zaten, als zocht hij zonder te willen vinden, en ver volgens bood hij van gelaat veranderend haar den arm, leidde haar weder in de vestibule en door deze op het voorplein. Cordelia had geen aangenamen indruk ontvangen van datgene wat zij had gezien, maar zt| begreep het nog niet rechteerst daar guiten zeide zij tot zichzelve, dat men daar binnen gespeeld had om de hoo ge sommen, die zij gezien had op de groene lakens. Zij had thuis in de couranten gelezen van Ameiikaansche speelholen, op geheven door de politie waarin men ge vallen menschen in hechtenis had geno men en weggevoerdmaar dit hier kon niet hetzeltde zijn, want de bedienden die zij in het rond had zien staan, ten deele in uniform, de pracht der vestibule, de marmeren zuilen, de soldaten die daar buiten op post stonden, het gezelschap eindelijk, daar binnen gevonden, de pracht dezer gebouwen dit kon niet hetzelfde zijn en toch had Pablo zoo haastig haar weer medegenomen. Zg dacht slechts dat hier iets bijzon ders moest gebeuren, en het vermoeden bekroop haar, dat Pablo op zichzelven ontevreden moest zijn, haar hierheen ge leid te hebben. Zij had willen vragen, maar hij was zoo zonderling bewogen, hij keek zoo ver strooid. En nu vergat zij plotseling, wat haar op de lippen had gelegen, want toen zij nog even aan Pablo's arm het uitge strekte plein overzag, bemerkte zij den- zelfden jongen heer, die haar in Parijs, toen zij zich nog onder Bentes' bescher ming bevond, op de wandelingen, in het theater, overal vervolgd had met zijn op merkzaamheid. Er zijn menschen op wier eerste gezicht de gedachte zich aan ons opdringt, als moesten zij van beteekenis worden in ons ie ven, en dezenindruk ontving Cordelia nu. Pablo zag den man niethij trok haar met zich voort, de stad binnen, steeds verstrooid en zwijgend, antwoördde nauw op haie viagen, toen hij met haar de wandelplaatsen doorkruiste en met een voorzitter, het zij mij vergund namens het Gedeputeerd college den vorigen spre kers ons leedwezen er over te betuigen dat zij dankbaar doch niet voldaan zijn. Ik wensch daarbij den heer Moerdijk niet te volgen op den m. i. verkeerden weg in een openbare vergadering klachten te uiten tegen een naburig rijk, wat ze ker niet bevorderlijk zal zijn aan hot ver krijgen van een gunstig resultaat. ïn het algemeen verslag zijn twee denkbeelden aangegeven, die nagenoeg op 't zelfde neerkomen Gedeputeerde Staten hebben zich bereid getoond aan het verlangen van vele toegemoet te komen, maar hebben zich niet los kun nen maken van het denkbeeld, dat het oogenblik om in deze stappen te doen, niet gunstig is Namens het Gedeputeerd college dring ik dus op aanneming van het voorstel van Gedeputeerde Staten aan. Wat mijzelven betreft zoo heb ik meer sympathie voor het amendement v<m den heer Hammacher, al ware het alleen om te voorkomen dat men Ge deputeerde Staten ooit hel verwijt zou kunnen doen, dat zij een gunstig oogen blik ongebruikt lieten voorbijgaan De heer Van Waesberghe Janssens. Mijnheer de voorzitter, evenals de vorige spreker, mijn collega geef ik de voorkeur aan het door den heer Hammacher voor gestelde amendement, omdat ik het raad zaam en wenschelijk acht dat onze regee ring zoo spoedig mogelijk het verlangde betoog tot de Belgische richt. De beer Pompevan Meerdervoort. Mijn heer de voorzitter, ik zou mijn voorkeur geven aan het voorstel van Gedeputeer de staten. Wordt besloten dat men den droevig hart gevoelde zij, dat de band hem drukte, die hem aan haar ketende, dat al leen de hartstocht had aaneengeknoopt, wat een voortdurende ware neiging had moeten binden. En deze gedachte deed haar huiveren, toen hij haar naar Men- tone en op de Sirena terugleidde. Troos teloos zat zij in haar boudoir, terwijl hij in zijn vertrek zich bezighield met het schrijven van brieven. Toen de avond na derde, zag zij hem alleen in de boot naar den oever vrederkeeren, zonder dat hij er haar iets van zeide. Slapeloos lag zij op haar leger toen de nacht was neergedaald, luisterend naar den riemslag die hem moest wederbrengen. Zij riep hare bediende, de vrouw uit de provincie zij wilde met haar praten, zeide zijzij toch was hier in de nabij heid van haar vaderland, zij dus moest hear vertellen wan datgene, wat daar bo ven geschieddeen uit den mond der dienares hoorde zij, hoe onbezonnen zij geweest was, juist deze plaats te kiezen. Pablo keerde eeist den volgenden mid dag terug zijn gelaat, zijn vermoeide oo gen getuigden, dat ook hij den nacht sla peloos had doorgebrachtin tegenspraak daarmeap was echter zijn ongewone leven digheid. Hij zeide haar, dat hij zijn cre- dietbrieven bij den bankier in Mentonb had moeten afgeven, dat hij vrienden had aangetroffen, die hem in beslag hadden genomen dat hg dezen had uitgenoo-

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1894 | | pagina 1