Liefdevreugd en Liefdeleed. 84-2. Woensdag Augustus 1894. 10' «Ltai'g. i O. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- V laan de ren. F. DIELEMAN, Onze Koninginnen in Zeeland. FEUILLETON. AXELSCHE COURANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag1- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER AXEL. Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag TM EE uren. Het verslag van bet bezoek onzer beminde Koninginnen eindigde in ons vorig nummer met het vertrek van HH. MM. naar Middelburg In bet kort is weergegeven de gang der feestelijkheden te Vlissingen en daar bij aangestipt, dat de regen veel bedierf wat andeis zoo schoon en zoo prachtig zou geweest zijn. Overal waar de Koninginnen kwamen werden zij geestdriftig toegejuicht en op de onderscheidene plaatsen werden haar bijzondere ovaties gebracht en bouquet- ten aangeboden. Bij den rijtoer door de Palingstraat werd zulks gedaan door de wed. Geertruida Mos, geb. Onlangs, oud 92 jaar en 6 maanden, de oudste inge zetene op eene nadeze kon het bed niet meer verlaten. Terwijl de Koninginnen op de Rotonde waren, stelde zich de optocht op, die rondging terwijl de Koninginnen de stad bezichtigden De burgemeester van Vlissingen ont ving des avonds het volgende telegram: »Den Heer Burgemeester van Vlis singen. Gevolg gevende aan de bevelen var. Hare Majesteit de Koningin Regentes, heb ik de eer, U WelEdelgestrenge, te verzoenen namens Hare Majesteiten de Koningin en de Koningin Regentes de inwoners uwer gemeente oprecht dank te zeggen voor de buitengewone geest drift, waai mede Hare Majesteiten heden weiden ontvangen. Hoe ook de ver siering uwer stad door het ongunstige weder had geleden, toch hebben Hare Majesteiten zich kunnen ovei tuigen van de hartelijke gevoelens der bewoners van Vlissingen en van de groote moeite, die men in uwe geheele stad heeft genomen om daarvan door uwe schitterende ont vangst te doen blijken Hare Majesteit verzocht U WelEdelgestrenge openlijk allen te willen dank zeggen, zoowel de leden van de eerewacht, de' deelnemers van den optocht en de leden van het Belgisch loodswezen, als zij, die stort buien trotseerden om Hare Majesteiten toe te juichen en te begroeten. De secretaris van H. Majesteit de Koningin Regentes, DE RANITZ." Had gedurende den ganschen Donder dag de regen zonder ophouden gestroomd, op den feestavond werd het gunstig en kon volop genoten worden van de ver lichting der op de reede liggende sche en in de stad en van het prachtige vuur werk, h6twelk door de staf van Bergen op Zoom met muziek werd opgeluis terd. Tot in den vroegen morgen duurde de feestvreugde ongestoord en recht har telijk voort. De dag van Vrijdag was door de Vorst innen bestemd voor het bezichtigen van eenige gestichten en openbare gebouwen. Deze waren de rechtbank, het gasthuis, de nieuwe kerk en het burgerweeshuis in al dezen gebouwen en inrichtingen waren de bestuursleden en andere auto riteiten aanwezig om der Hooge Bezoek sters een woord van welkom toe te spreken. De burgerweezen zongar. een welkomstlied. Na deze bezoeken keerden de Konin ginnen naar het paleis terug om daar te ontbijten. Aan het dejeuner hield jhr mr W. M. de Brauw, Commissaris der Koningin, de volgende toespraak Majesteiten, Het is thans voor het laatst, dat wjj de eer hebben Uwe Majesteiten aan deze tafel in de Abdij te Middelburg te zien aanzitten, ee het groote voorrecht valt mij te beurt van bij deze gelegenheid nog een enkel woord tot Uwe Majes teiten te mogen richten. Dat woord zij een woord van diepge voelde erkentelijkheid voor het groote vertrouwen, dat Uwe Majesteiten wel in het volk en de overheden van Zeeland hebben, een vertrouwen dat naar ik mij vlei, niet is beschaamd geworden. Is er altijd iets aandoenlijks in de on geveinsde aanhankelijkheid van eene gan sche bevolking aan een vorstenhuis waar die gehechtheid zoo natuurlijk en spon taan door een gewoonlijk kalm en wei nig opgewonden volk wordt geopenbaard waar niet do overheden, maar de bevol king zelve het initiatief heeft genomen tot alles wat kan strekken om HH. MM. het verblijf in deze provincie aangenaam te maken waar in vele duizende oogen tranen van innige vreugde hebben ge glinsterd bij het aanschouwen van Neer- lands Koninginnen daar zul'en HH. MM. wel willen gelooven dat Hdg. bezoek voor Zeeland onvergetelijk zal zijn. Wij hopen, dat ook UU. MM. van de zen tocht, al was die uiet altijd zonder bezwaren, eene aangename herinnering zullen behouden UU. MM zullen althans naai ik hoop. bij Hdg. vertrek de over tuiging mededingen, dat ook aan de monden van de Schelde alle harten warm kloppen voor UU. MM. en dat ook daar de oude oranjekleur en het Wilhelmus lied hunne magische kracht niet hebben verloren Zoo Uwe Majesteiten zich geen last en inspanning hebben willen besparen om met dit Gewest kennis te maken, die inspanning is niet vruchteloos geweest, en ik durf UU. MM. de plechtige verze kering geven, dat dit bezoek de eeuwen heugende banden lusschen het Oranje huis en Zeeland heett onverbrekelijk ge maakt. Bij het vertrek van UU. MM. zal ge heel Zeeland U toeroepen, gelijk wij op dit oogenblik reeds deen: »»Ontvangt onzen hartelijken dank voor de ons be toonde welwillendheiden moge God UU. MM. zegenen tot hei' van het lieve Vadeiland De Koningin Regentes antwoordde hier op het volgende »Mijnheer de Commissaris, Ik dank u zeer voor uwe vriendelijke woorden. U kunt verzekerd zijn dat de Koningin en ik van en» verblijf in Zeeland dierbare en gelukkige herinneringen zullen bewa ren. Door uwe goede zorgeu en die van mevrouw De Brauw hebben wij zeer aangename dagen in uwe woning door gebrachtik zeg u daarvoor dank en ik stel u voor. mijne heeren, met ons de gezondheid te willen drinken van den Commissaris dezer provincie en van me vrouw De Brauw." Na het dejeuner werden bezocht het armweeshuis, waar de weeskinderen een lied zongen, het oude mannen en vrcu wenhuis en Zeeuwsch genootschap der VERTELLING VAN CtOJUO RAIMUKD UIT HET HOOGDUITSCH DOOR ANNA. Maai reeds na weinige dagen zou zij den geliefde in haar hart vergiffenis vra gen en erkennen, hoe zijne liefde haar omringde in nood, gevaar en zorgen. Ee nigen tijd daarna, toen de ongelukkige vlucht geschied was, keerde de bediende van Mel bach terug en stelde zich vrijwil lig ten dienste van zijn ïegiment, bewe rend, dat hij tot heden slechts gedwongen bij de oproerlingen gebleven was, tot dezen, die op hunne vlucht aan gewich tiger zaken te denken hadden, dan een paar lieden te bewaken, die zij met ge weld hadden achtergehouden. Zijne ver klaringen waren zoo duidelijk en stellig, dat men geen grond kon vinden, daaraan te twijfelen en zoodra zijn gehoor was afgeloopen en hij verlof gekregen had, een menigte papieren te gaan halen, die zich nog iu Melbachs huis bevonden, be gat hij zich daarheen. Het gelakte hem, zijne meesteres in stilte een brief te ge ven en Elizabeth onderdrukte met moeite een vreugdekreet, toen zij bij den eersten blik op den omslag zag, dat het van ha ren echtgenoot was. Onze zaak is verloren, mislukt door de onverschilligheid dier slaven, die de ke tenen gevoelen en toch den moed niet hebben ze te verbreken. Maar ik ben gered, ik leef voor u en voor het vader land, ik ben vrij. Weet gij wat dat zeg gen wil, Elizabeth? Weet gij wat het is, eindelijk op te treden voor zijn overtui ging en een dienstbaarheid van zich at te werpen, die een smaad is voor het Duit- sche hart, die een stoute logeu is tegen over zijn heiligste gevoelens O, die vloek der laagheid lag op mij. zelfs als ik rustte aan uw hart, en duizendmaal zeg ik tot mijzei ven, dat alleen de vrije, de innerlijk vrije man de liefde waardig is van zulk eene vrouw - nu zijt gij alleen, maar niet verlaten; uw trots zal u bewaren voor alles, wat een schaduw zou kunnen werpen op uw doen en denken, uwe liefde, o mijn brave geliefde vrouw, uwe liefde, ze houdt mijn beeld heilig en rein in het hart. Maar wat zou er ook gebeuren, als het ooit anders ware - Ik weet het niet, maar ik geloof, dat dan alles voorbij zou zijn, strijd en hoop en alles waarvoor ik leef en deuk. Lang heb ik geweifeld, of ik u alles zou toevertrouwen maar de hoop heett mij misleid, ik bouwde te vast op een gelukkige, uitkomst en wilde u angst bespareu. En in het ergste geval, zult gij het gevaar en de vermoeienissen eener vlucht met mog«n deelen, want wel kan een man die verdragen, maar niet eene jonge teedere "vrouw. Uwe rechters zullen spoedig erkennen, dat gij geheel onbekend waart met mijne plannen en niemand zal u verhinderen, zoo spoedig mogelijk naar mevrouw Von Meringeu te gaan, die ik van hier zelve uwe aankomst zal melden. Ge vindt in mijn schrijftafel een voldoende som voor reisgeld, en ik wensch en ik verzoek u, dat gij zoo spoe dig mogelijk een plaats zult verlaten, waar alleen smartelijke herinneringen of brutale nieuwsgierigheid u «.uilen hinderen. Een trouwe ziel brengt u dezen brief over hij offert zich op uit liefde voor mij, hij maakt den langen weg terug, maar hij zal, naar ik hoop, spoedig middelen vin den om opnieuw mij te volgen. Dörnbeig en ik zijn bjj elkander ge bleven, we zijn behouden hier in Bohemen aangeland en de hertog van Brunswijk, die Duitsche vorst en üuitsche man, heeft ons welwillend opgenomen en onze diens ten niet versmaad- Vooreerst volgen wij hem naar Saksen. Zend rap tijding, zoodra gij behouden bij mewrouw Von Meringen zult zijn gekomen en nu, vaarwel mijne Elizabeth. Bewaar mij uwe liefde, het eenige goed mij gebleven, van alle waarop ik gehoopt had met den blijden moed der jeugd, van alles wat ik gewenscht heb en aan het lot ontwoekerd. O, laat ze mij, die liefde, die mijn staf is en mijn steun, die mg moed geeft en geestkracht, die mijn hoop is en mjjne belooning. God zal u behoeden, en als Hij onze moeiten loont, dan is de tijd niet verre meer, waarop ik u weder aan mjjn hart zal drukken, dat ik opnieuw zal ondervinden, dat bij u geluk te vinden is en rust en vrede. Elizabeth drukte den brief duizendmaal aan haar vreugdedronken hart en de tra nen, die langs hare wangen vloeiden, wa ren ditmaal een dankgebed voor de redding van haren echtgenoot. Zij was besloten, zgne wenschen zoo spoedig mogelijk na te komen en Kassei te verlaten. Nog een laatste verhoor moest zij ondergaan, maar de auditeur had haar gezegd, dat er geen grond bestond voor een aanklacht en het alleen voorden vorm geschiedde. Zonder- vrees reed zjj naar het gebouw der kan selarij de brief van haren echtgenoot had haar al den blijden moed terugge geven dien zjj ooodig had en opgewonden beid, de gelukkige zekerheid, dat hij leefde en geborgen was in veilige haven, maak ten haar verrukkelijk schoon. Het verhoor was reeds bijna ten einde, toen plotseling en onverwacht de koning binnentrad. Hij had zooveel gehoord van de schoonheid dezer jonge vrouw, en Jerome had de schoonheid lief, hij wilde zien, of men hem te veel gezegd had. Maar neen, deze vrouw was engelachtig en bijna ware een kieet vau bewondering zijn lippen ontsnapt, zelfs te dezer plaatse en op dit oogenblik. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1894 | | pagina 1