No. 798.
Zaterdag Maart 1894.
9e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Z e e u w sc b - V I a a 11 d e r e n.
F. DlFLFiYlAA,
D e Ontbind i n g.
F E UI L L E T 0 SL
is de wrake!
Buitenland.
courant
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent;
voor België 80 cent. Afzondert, numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
AXEL.
A dvertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag-en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
UIT DE PERS.
De Middelb. Courant verheugt zich ten
zeerste over het besluit der ontbinding
en meent terecht dat een groot deel der
natie H. M. erkentelijk zal zijn voor de
wijze, waarop zij voor de eerste maal
zich gekweten heeft van een der moei
lijkste plichten, welke op haar als Re
gentes van het koninkrijk rusten.
Door zulk een beslissing heeft zij het
bewijs geleverd den ernst van hare con
stitutioneel plichten te begrijpen. Voor
haar was het een hoogst moeilijke quaes-
tie, te meer nn zij stond voor een be
slissing, waarbij bet niet gemakkelijk viel
zich geheel te onttrekken aan persoon
lijke en andere invloeden dan die van
hare veiantwoordelijke raadslieden, onder
wie ook bovendien verschil van meemng
bestond.
Het Nieuwsblad v. Nederland biengt
mede hulde aan de Regentes. Zij heeft
den volksgeest begrepen, zij heeft in den
maalstroom van tegenstrijdige adviezen,
die baar dezer dagen gebracht werden,
denjuisten weg gevonden, - denjuisten
weg ook tot het hait des volks.
Als straks de beide Koninginnen baar
jaarlijksch bezoek brengen aan de hoofd-
stad zal de warme geestdrift, waarmede
zij worden ontvangen, haar tooDen, hoe
zeer dit flink besluit door allen wordt
gewaardeerd."
De Standaard juicht het besluit der
Regentes tot Kamerontbinding levendig
toe omdat Oranje, getrouw aan zijn his
torische antecedenten, ook nu weer ge
weigerd heeft voor de reactie en tegen
de volksactie te kiezen. Wel had de
Standaard het uitlokken van een beslis
sing op een afdoende redactie van art.
80 der G.W. verkieselijk geacht, maar
nu ie Regentes anders heeft gekozen,
past het in dit opzicht hare beslissing te
eerbiedigen
Het Centrum betoogt dat geen enkel
katholiek principe belet het algemeen
kiesrecht te verdedigen of wal daaraan
nabij komt. »Wij hebben - zegt bet
Centrum - op dit punt de uitspraak
van den H. Vader vóór ons. En zelfs
zijn wij er getuigen van, dat de meest
verlichte mannen onzer Kelk, mannen
mot het hoogste gezag omkleed, piiestois
en bisschoppen, niet aarzelen ons tot
het bewandelen van den democratischen
weg aan te sporen, en daarbij het voor
beeld aan te geven."
Daarom raadt het blad den katholie
ken zich niet tegen den opkomenden
democratischen stroom te verzetten ook
opdat hun niet later voor de voeten kan
worden geworpen: >de kleine luyden zijn
kiezers ondanks Uw verzet, tegen uw
wil."
Alleen 'net belang van een handvol
invloedrijke lieden brengt mee den min
deren man vaD de stembus te weren.
Die worden vooral gevonden onder de
doctrinaire liberale en de katholieken
hebben volstrekt geen reden die coterie
te steunen.
De Tijd vindt de Kamerontbinding
niets ongehoords" omdat het geschil tus-
schen Kamer en Regeering niet ging
109.
NAAR HET HOOGDU1TSCH VAN
CtOl'O RAIffllWD
DOOR
A. A. v. w.
over eenig beginsel maar over een quaes-
tie van toepassing Het liep slechts over
de wijze waarop het volk aan kiesrecht
zou worden geholpenEh omdat de
Kamer niet precies wilde zooals Tak,
daaiom wordt zij thans gestraft. Ver
trouwen in de kracht van een hoog en
edel beginsel of overmoed?" vraagt
de Tijd. De uitslag der verkiezingen zal
het ons de volgends maand leeren.
In de Telegraaf waarschuwt Mr J.
Vroiik tegen een gevaarlijke leuze die
zich in den verkiezingsstrijd dreigt in te
dringen, de leuze namelijk van vooraf
gaande grondwetsherziening, die merk
waardig genoeg bet eerst werd aangehe
ven door tegenstanders eener finale kies
rechtuitbreiding, mannen als Bahlman,
Rutgers en v. Houten. Terecht wijst
mr V. er op dat het sturen iu die rich
ting de zaak op de langst mogelijke
baan zou schuiven. In het belang der
democratie moet daarom ons wacbt-
wooid blijven »Geen grondwets-, maar
kieswet«herziening in den geest van Mi
nister Tak."
De Stand, wenscht er voor te waken,
dat de antirevolutionairen in de electorale
beweging niet door de radicalen op sleep
touw worden genomen. De agitatie, zegt
het blad, mag geen oogenblik noch in
aard, noch in vorm haar zelfstandig ka
rakter als van de antirevolutionaire
partij uitgaande, verliezen.
Hierop moet ditmaal zelfs te sterker
nadruk gelegd wordenomdat in het
Kamerdebat van radicale zijde met onze
eigenaardige wenscher, schier geen ou-
genblik rekening is gehouden, en ook de
minister Tak over de schrijfproef een
nevel liet zweven, die voor ons verre
van geruststellend was.
Zoo voor als na blijven we daarom
vasthouden aan den beproefden stelregel:
Saam werking des noods met elke staats
partij, mits saamwerking, uitgaande van
eigen zelfstandig initiatief.
In eene drukbezochte zitting van de
Belgische kamer las Dinsdag de minis
ter-president Beernaert eene verklaring
voor, luidende dat het ministerie z\jn
ontslag heeft gevraagd ten gevolge van
de stemming in de afdeelingen over het
wetsontwerp der evenredige vertegen
woordiging. Het zou echter aan het be
wind blijven, tot de koning teruggekeerd
was, die in het buitenland vertoefde
wegens gezondheidsredenen.
De koning, van wien men eerst niet
recht wist waar hij eigenlijk heengegaan
was, wordt ieder oogenblik te Brussel
verwacht.
Zondag had te Londen de groote ma
nifestatie plaats in Hyde Park, gericht
tegen het huis der lords. Men berekent
het aantal arbeiders en burgers die zich
's middags op de Theemskade verzamel
den en zich in optocnt naar het Hyde
Park begaven, op niet minder dan hon-
derdduizeud.
De massa trok in de beste orde op.
Trompetgeschal kondigde de eerste re
de van John Burns, den leider der mee
ting, aan. Hij wees op de belemmeren
de politiek van het hoogerhuis. Voorts
zinspeelde hij op een zinsnede in de re
de, door lord Rosebery te Edinburg ge-
De noodige formaliteiten waren spoedig
in acht genomen, bet was in het belang
van beide partijen, dat de beslissing zoo
spoedig mogelijk viel, want Constantijn
was de vrijwillige gevangenschap moede
en Herberts zenuwachtige opgewondenhfld
had een hoogte bereikt, welke hem on
bekwaam maakte tot denken, tot eten, tot
slapen.
Nog eenmaal stonden Herbert en Ri
chard tegenover elnander, toen de laatste
in naam van Constantijn bij den graaf
kwam het was eer. ontmoeting vol doo-
delijken haat Ier eene, vol diepe verach
ting ter andere zijde.
Toen eeist had de schilder een kort
onderhoud met graaf Wolf en dit onder
houd was zoo vreema en vormelijk, als
hadden ze nauwelijks kennis aan elkan
der De oude man liet niets varen van
zijn beginsel; zoolang op te treden voor
dé eer der familie als die eer met on.
herroepeljjk bankroet was. Maar de strgd
zijner gevoelens deed hem toch leed hei
melijk beminde hij Richard als een zoon,
vervuld van vuiige dankbaaiheid lig
schatte Constantijn hoog, als een zeld
zaain karakter en had zich toch tegenover
hem moeten plaatsen, ter zgde van hem
dien hij inwendig zoo diep verachtte en
schuldig hield aan de daad
Volg uw hart, papa, had Theresa ge
beden, het is een zoo goed, zoo groot, /,oo
rechtvaardig hartGij kunt uwe meening
niet verheien, want hoe ge die ook ver
borgen houdt, ik ken ze toch.
Wat hem zelden gebeurde, hij was het
tig geworden tegen zijn kind, dat hij '/oo
teeder liefhad. Schaf mij bewijzen tot
dusverre is er steeds sprake van bewerin
gen niemand kan verwachten, dat ik
mijn eigen geslacht beschimp, ik ben gei-u
schoft, die de waarheid wil onderdrukken
maar eerst moet zij meer onfeilbaar op
treden. dan in de bijzondere meening eens
enkelen. Gij kent de wereld nog niet,
maar ik zeg het u, op het oogenblik dat
ik mij van Herbert afkeer, is de «tal over
hein gebroken. Zal ik dit doen, zonder
daartoe verplicht te zijn? Ja, als daar iets
goedgemaakt kon worden, als Magdalena
daarmede teruggeroepen werd tot het zon
nelicht en tot haar kind, als hare eere
was aangetast en daarmede hersteld kon
worden, of Veronica gebrek leed aan liefde
of aardsche goederen Maar nu zou het
niets zjjn dan een wraakzuchtige triomf
voor den heer Richard Lenz. Laat ieder
strijden voor zijn eigen naam de mijne
is mij, naast u, het dierbaarst op aarde.
Het verder beloop van het drama bleef
Theresa verborgen Constantijn kwam niet
weder, de aanwezigheid van Richard, wel
ke bij den onweerzwangeren, onaangena
men toestand het huis niet mocht betre
den bleef haar onbekend en haai vader
vermeed het, over de sombere aangelegen
heden met haar te spreken.
Nu had dit drama een treurig einde
gevonden in Tannenseaopnieuw verhief
zich een graf, als eer. bolwerk ter be
schutting des gratelijken naams en nog
eens was de kreet naar recht en gerech
tigheid verstomd.
Toen graal Woll een poos voordat het
ïijtuig, hetwelk Constantijns lijk mede-
voerde, door het vergulde hek van het
slot reed, toen zag men dat niet hij al
leen dit op zoo ongewonen tgd had be
zocht. In een der voorkamers was het
grijze hoofd zichtbaar van den ouden zaak
waarnemer Ruben, die in spanning de
landstraat opkeek. In het portaal trad
hij den graat tegemoet, in wiens trekken
dé ontroering meer sprak, dan woorden
vermochten te doen.
De zaakwaarnemer stiet de deur open,
welke in de tuinkamer leidde en volgde
hein, die voorging, raidden in het vertrek
bleef staan en op den toon der diepste
smart zeideEr is een groot ongeluk ge
beurd, Ruben, hij is dood
Wie, om Godswil, wie, heer graaf V
Wangen, de goede Wangen O, Ruben,
dat is voor mij een harde slag, wat heeft
de eer van mijn naam mij reeds gekost.
Geloof, vertrouwen en nu dit jonge dier
bare leven, zoo rjjk, zoo waar en trouw
Ren oogenblik stond de oude jood spra
keloos.
Zoo was mijn vermoeden juist, zeide hg
vervolgens diepbewogen, ik dank God,
dat ik hem eerst vergiffenis heb kunnen
vragen voor iedere verdenking, welke ik
onvoorzichtiglijk ten zijnen opzichte ge
koesterd heb, eer ik hem kende.
Hij was verheven boven iedere verden
king, hernam de graaf smartelijk, hij,
dit wist ik immer, hij was het niet, hij
boette alleen vreemde schuld. Men zal
hem hierheen brengen onder hetzelfde dak,
dat hem als broeders heeft beschut,
in het huis, dat hij als kind der familie
betrad, zoo vertrouwend en braaf. O
ware hij nimmer gekomen, ware hij bij
zijnen vader gebleven, had hij nimmer de
hand gbdrukt, welke nu den dood ham
geven moest
Welke uren hebben wij al beleefd, wel
ke uren zullen er nog komen
Onderzoekend keek hij de kamer rond,
de oogen des zaakwaarnemers volgdeu
hem.
Verlangt ge iets, heer graaf?
Uitgeput knikte hg.