7gm Zaterdag Jtt/t 1895. 9e Jiiar^. üij wt&tó Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeii wsch-laan de ren DIELEMAN, AXEL. Herijk der maten en gewichten. He Grenskwestie. 89- FEÏILLETOjV. ïii'ip- Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS': per Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. nuuim. ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van tot regels 25 oent; voor eiken regel meer cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Wij herinneren onzen lezers dat die herijk in dit jaar zal plaats hebben in de iïiervolgende gemeenten op de daarbij aangegeven dagen Westdorpe22 Juli des voormiddags. Sas van Gentook voor Philippine22 Juli: des namiddags en 24 Juli. Zuiddorpeook voor Overslag25 Juli des vooi middags. Koewacht25 Juli des namiddags. Axel, 26 en 27 Juli. Zaamslag, 28 Juli. Hulst, ook voor Clinge en St Jansteen 29, 30 Juli en Augustus. Rapenburg (gemeente Stoppeldijk) voor de gemeenten StoppeldijkHengstdijk en BoschkapelleAugustus. GraauivAugustus. Kloosterzande (gemeente Hontenisse) voor de gemeenten Hontenisse en Osse- nisse en Augustus. In het nummer der Scheldebode van 16 Juli jl. ons gracieuselijk toegezonden, komt een artikel voor van de hana des heeren Walter, net lid der Tweede Kamer der Staten Generaal voor bet district Hontenisse, welk artikel voornamelijk aan ons adres is gericht naar aanleiding van de opmerkiDg in ons nummer van 28 Juni jl gemaakt, dat het bij de be handeling der interpellatie-Tijdens in de vergadering der Tweede Kamer van 22 Juni voor den heer Walter eene gunstige gelegenheid zou geweest zijn, orn zich ook eens verdienstelijk te maken in het belang van de' grensboerendat deze klagen over zijn stilzwijgen in zake de grenskwestiedat de heer Walter wel zijn district bezocht heeft, doch dat zulks was bij gelegenheid van een 25 jarig jubilé van een heeroom en dat met be langstelling in het district dit bezoek niet in verband scheen te staan. In dit opstel neemt de heer Walter deze grieven, zooals opmerkingen noemt, eens ondei handen en dat wel op eene wijze, die evenzeer getuigenis aflegt van een kwade bui, als van minachting. Wij mogen hierop natuurlijk het stil zwijgen niet bewaren en zien ons dus verplicht het stuk van den heer Walter eens onder handen te nemen. In een drietal artikels, voorkomende in de nummers van ons blad van en November 1892, tot titel voerende: Monden klauwzeer en Verbod van invoer van vee naar Belgie. is de door ons aldus genoemde grenskwestie breedvoerig be sproken en wij eindigden toen ons dorde opstel aldus ■„"Vrij van deze ziekte (mond- en klauw zeer) kan men dus als ware in ons „land niet zijn. Daarom ware het verstandig, wan neer ons land eene overeenkomst sloot »met BeJgie.zooals bestaat tusschen »Duitschlarid en Oostenrijk-Hongarije en »lusschen dit laatste land en Zwitser- »land. Uit niet besmette streken mag »het vee worden ingeyoerd. Vee uit besmette streken mag direct in gesloten »wagens naar de abattoirs worden ver boerd enweiden van rundvee wordt »toegestaan wederzijds de grens, wan- »neer binnen de 4/K.M. van die grens »geen mond- en klauwzeer heerscht. »Het ligt naar- onze meening op den naar het hoogduitsch van CtOliO RAIMÜÏÏ» 'j'-i DOOR rjil. Richard stond in gedachten verzonken. Weet gij, wie op het oogenblik ontbreekt van de menigte der jongelieden, die op Tannensee hebben verkeerd zoo velen; bedenk bet seizoen is begonnen en dan worden de wintierver* maken in de groote stad opgezocht. Maar eene onder die velen is Wangen. Gij wilt toch niet, dat ik hem mistrou we? vroeg Richard heftig. Ik,'ken heni goed genoeg, om voor hem in te staan, ik zou dit kunnen, ook al wist ik niet, dat hij aan Magdalena geen liefde meer heeft weg te schenken. Werner trok de schouders op. Men dwaalt zoo licht in zijn oordeel over de menschen, uwe opvliegende natuur yoora vGij waart toch wel te korten tijd met hem te zomen,' om hem werkelijk te kennen, destemeer, daar men hem, beschrijft als voorzichtig en terughoudend Zooveel is zeker, dat het gerucht hen beiden heeft •verloofd, lang reeds voordat die gebeur- »weg der Maatschappij van landbouw en veeteelt 9n dergelijke vereenigingen »die bij de kwestie ten nauwste betrok- »ken zijn, om ter plaatse waar zulks »beboort, de noodige stappen te doen, »ten einde te verkrijgen, dat Belgie zijne »grenzen weder voor ons vee opent; »wie weet hoe lang we anders nog voor »de gesloten poort staan Hiermee is zoo helder als de dag aan getoond, dat wij over de grenskwestie hebben geschreven, nog vóórdat in ons Lagerhuis daarover gesproken was. Toen kort daarop December 1892, de zaak in de Tweede Kamer was besproken, schreven wij in ons nummer van 14 December een artikelgetiteldHet daghet in den Oostenin welk artikel wij den heer Walter over zijn optreden evenmin onzen lof onthouden, als aan de andere sprekers, die over de kwestie het woord voerden. De heer Walter oordeele zelf. Genoemd artikel ving aldus aan; »Bij de behandeling van Hoofdstuk Hl der Staatsbegrooting (Buitenlandsche Za ken) hebben de Zeeuwsche afgevaardig den, de heeren Walter, Hennequin en Yan Kerkwijk, zich zeer verdienstelijk gemaakt, door in ons Lagerhuis eene zaak onder de aandacht der regeering te brengen, waar mede ook wij ons inden laatsten tijd hebben beziggehouden. »Deze gewichtige zaak waarbij geheel Nederland in het algemeen en Zeeuwsch Vlaanderen in het bijzonder, betrokken is, we behoeven bet nauwelijks te zeggen, betreft het sluiten dor Belgische grenzen voor ons vee." Daarop lieten wij ir» het kort volgen, hetgeen door genoemde heeren gespro- tenis plaats haddat hij bestendig in hare nabijheid was, haar overal met on derscheiding heeft behandeld Onmogelijk, onmogelijk het kan niet zijn, riep Richard uit in diepe smart, ver raden van twee zijden, dat ware te veel voor een eerlijk mensch Mijn arme broeder, gii gaat te ver, zeide Werner om hem terneder te zetten. Zii tenminste heeft xx toch niet verraden, want zij had niets beloofd. Bedrogen heeft alleen uw eigen hoop, wellicht ook" hij, op wiens vriendschap gij met al te veel vertrouwen hebt gebouwd, hij wien gij de plaats aanweest, waar uw. schat verborgen was. En toch is het ongeloofelijk, hield/ db schilder vol. Ware ook zijne liefde voor Theresa voorbijgegaan, wat. zou hem dan verhinderd hebben voor die liefde uit te komen, openlijk naar Magdalena's hand te dingen en haar mede te nemen voor de oogen der geheele wereld? Achting voor xnij Hij lachte bitter, zulke dingen zijn niet meer in de mode, mijn jongen, en de ongepastheid zou zwaarder, wegen dan de schaamte. Dat betwijfel ik ook niet, her-nam.Wer ner, maar het zou kunnen zijn, dat hin dernissen van anderen aard hem' tot dien stap gebracht hadden. Zijn vader heeft zich van zijnen eenigen zoon alleen ge scheiden in de veronderstelling, hem een voortdurende plaats verzekerd te hebben naar men in de groote wereld. Hij is zegt, een man brandend van eergierig heid, die slechts met den grootsten tegen stand zich de hoop ontzegd heeft, zijnen zoon in staatsdienst en in eene schitte rende betrekking te zien. Hij heeft als vergoeding daarvoor ten minste eene ver bintenis op het oog met eene aanzienlijke familie en wil het offer eener scheiding niet te vergeefs gebracht hebben. Nim mer zoude hij zijne toestemming geven tot een huwelijk met eene arme gouvernante, maar veel eerder zijnen zoon de middelen onttrekken, die hem in staat zouden stel len tot het doen van zulk een stap. Dat ook voor ons het geheim bedekt moet blijven, dat jxiist pleit tegen Wangen welk ander man, als hij geen schurk is, heeft uu ons nog te vreezen? De zaak is geschied, wij zullen streven die ten goe de te leiden. Wangen echter, als hij wer kelijk snoode wijze vertrouwen beeft verraden, Wangen gebiedt een overblijfsel van schaamte, zich voor te verbergen,: waar een ander, als hij met iets reken schap te houden had/ dit. alleen zou moe ten doen met zijn eigen familiebetrekkin gen/Bovendien spreekt voor mijn arg waan nog de omstandigheid, dat li ij een lang gevormd plan om zich in de resi dentie te vestigen, plotseling heeft opge geven om een plaats bij de marine te zoeken. Of "hij dat werkelijk doet? In allen gevalle heeft hij daarmede een voor ken was, nadat do heer Boreel Yan Hoogelanden, lid voor Beverwijk, in zij ne woorden de zaak reeds bad aange roerd. Dat de heer Walter het eerst de grens kwestie, zooals wij die noemen, in de Tweedo Kamer ter sprake gebracht heeft, is dus niet geheel juist; dat is door den heer Boreel van Hoogelanden gedaan, wat evenwel de waaide van het door den heer Walter gesprokene niet ver mindert. ri We hebben overigens nog van geen enkele zijde vernomendat de heer Walter zich bijzonder voor de zaak inte resseerde sedert zijne speech van Dec '92. Wat zou nu natuurlijker geweest zijn, dan dat de heer Waltertelkens en telkens als zich de gelegenheid voordeed om over de grenskwestie te spreken, zich daarbij zou aan sluiten, in ieder ge val van zijne meening blijk geven. .We gelooven, dat een afgevaardigde meer de belangen behartigt van het district dat hij vertegenwoordigt, door te trachten eene zaak in het reine te brengen die zooveel stoffelijk nadeel aan de bewoners van zijn district berokkent, dan een voudig een ander te laten spreken en zelf toe te luisteren. Eenmaal heeft de heer Walter de zaak besproken. Zou de heer Walter in eigen zelfgenoegzaamheid zich verbeelden, dat zijne woorden zooveel invloed hebben, dat die ééne maal vol doende zou zijn om de kwestie uit de wereld te üelpen? In ons nummer van 14 Dec. 1892 schreven we: „Op dit aanbeeld kan niet genoeg gehamerd wor den" en zoo is het. We nemen dus de vrijheid vol te houden, dat de heer Walter zich niet verdienstelijk maakte, door verder zijn mond te houden. Bo vendien wordt de zaak niet alleen ge diend door een met vreemde woorden wendsel gevonden, om zijn vaderstad en zijne betrekkingen opnieuw voor langen tijd den rug toe te keèrenen als hij vermoeid en verzadigd, later werkelijk: dienst neemt en langen tijd van Magda lena gescheiden 'an leeft de arme niet verlatener, dan meaige dame in de groote ■wereld/'' Richard slaakte een diepen zucht en bedekte zijne oogen met de handen. En hebt gij geen enkelen stap gedaan, om zekerheid r.e krijgen Hebt gij geen na vraag gedaan in het huis van den opper-/ jachtmeester of ergens anders, dat op haar spoor zou kunnen brengen Zeker heb ik dat-gedaan ik heb den zwaren gang niet vermeden, het is de meest vernederende gang mijns levens ge weest. Door den opperwachtmeesteraf gescheept met een flauw veelzeggend lach-, /ie, werd rk dooi de gravin ontvangen met het snijdend verwijt, dai ik haar tot op voedster voor hare dochter iemand had "aanbevolen, die weinig meer was dan een deerne. Een kreet van woede ontsnapte 'aan de lippen van den schilder, met moeite dwóng; de oudere broeder hem weder plaats te nemen. (Wordt vervolgd,) AXELSCHE

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1893 | | pagina 1