1 No. 66 i. Zaterdag 5 December 18941. 8*' Juarg. bekendmaking. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeen wsc h - V I a a 11 d e r e 11. F. MELËMAN, AXEL. Mond- en Klauwzeer. 17- FEUILLETON. HET PORTRET. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. De BURGEMEESTER van lil l,«T i brengt bij deze ter algemeene kennis: dat gedurende de KERMIS alhier, dat is van 3 tot, en met 7 December e. k de Herbergen en Tapperijen zullen mo gen geopend blijven tot des avonds half twaalf nre dat echter in die localiteiten het maken van Muziek en Zang niet dan na het eindigen van cdle godsdienstoefe ningen zal mogen plaats hebben en dat bij het voorvallen van ongeregeld lieden in genoemde localiteiten voorzeide toela ting onmiddellijk zal worden ingetrokken dat niet zullen worden toegelaten Straat muzikanten, als Orgeldraaiers, Liedjes zangers en dergelijke lieden dat aan niemand dan aan de ingezetenen terlof zal worden gegeven tot het plaatsen tan 'tenten, kramentafeltjes en dergelijke. I En zal deze worden afgekondigd en aan geplakt waar het behoort Rulst, den 25 November 1892 De Burgemeester voornoemd L\ VAN WAESBE RG HE - J ANSSE N S. De heer J. Heemskerk te Hazerswoude, Rijndijk, schrijft als ingezonden stuk het volgende aan de Nieuwe Rotterdamsche Courant „In de jongste zitting der Haagsche Kamer van koophandel is eene uitvoeri ge discussie gevoerd naar aanleiding der klachten, bij de Kamer ingekomen, over de voor den veehandel zoo belemmeren de bepalingen tot beteugeling van het mond- en klauwzeer onder het rundvee. Er werd op gewezen, dat de genomen maatregelen geen doel treffen. Werden aan de eene zijde de landbouwers, die hun erf wilden verlaten, ontsmet, de tot afsluiting aangewezen militairen werden het niet. Zeer ernstig werd getwijfeld aan de mogelijkheid der beteugeling, om dat de slooten, die door de landerijen loopen, de besmetting veroorzaken, waar aan niets is te verhelpen, wijl de aange taste beesten in hot bijzonder behoefte aan water hebben. Ook werd opgemerkt, dat de ziekte geen kwaardaardig karak ter heeft, en er op 2 a.300 beesten slechts één enkel sterft. De enorm groote kosten, die door het rijk worden gemaakt om de ziekte te beteugelen, treffen geen doel, terwijl door de overdreven belemmerin gen in den handel zeer groote schade wordt geleden. „Dienovereenkomstig werd besloten een en ander ter kennis van den minister van binnenlandsche zaken te brengen met verzoek het daarheen te leiden, dat den landbouwers of veehouders minder last wordt aangedaan. „In de omstreken van Delft circuleert een request aan den minister, in gelijk- luidenden zin als hot besprokene in de Kamer van koophandel te 's Gravenhage, waarop leeds 250 handteekeningen wer den verkregen. „De ondergeteekende is met die po- gingeD tot ontheffing van dien druk op den landbouwstand, inzonderheid op den handel, zeer ingenomen en hij zou alle veehouders in de Rijnstreek wel willen toeroepen: „Laten wij ons vereenigen om onze wenscüen aan den minister, tot afwending van dien drukbekend te maken." Het is den ondergeteekende gebleken bij persoonlijk bezoek aan den heer Commissaris der Koningin te 's Gravenhage die den ondergeteekende zeer humaan en vriendelijk ontving, dat onze Hooge Regeering lang niet doof is voor onze klachten en in den gevorderden weg is het dus dringend aan te bevelen ons collectief om verlichting of ontheffing van de belemmerende bepalingen tot den heer minister van binnenlandsche zaken te wenden, beter dan ons langer te zien blootgesteld aan de willekeurige hande lingen van sommige kleine despootjes, die men ryks-veeartsen noemt. „De ondergeteekende ziet zich door die bepalingen belemmerd in het vervoer van ruim ,200 vette varkens, gemiddeld ter zwaarte van 150 kg., wat ongeveer eene handelswaarde vertegenwoordigt van 10 a 15.000. Zoo werd hij tevens be lemmerd in den uitvoer van 24 verkoch te schapen en eenige runderen. Bij al- dieh nu die varkens ziek worden en ster - ven, kan dan de materieele schade, die hij daaraan, en aan de waardevermin dering van ander vee, lijdt, eenigszins vergoed worden door de maatregelen, die worden genomen tot beteugeling van mond- en klauwzeer van eenige zijner koeien Immers neen Het is geld- vei spilling aan beide zijden. De geno men maatregelen treffen geen doel en in den handel lijden wij onberekenbare sphade. „Laten wy ons dan in ons eigen be ilang, wij landbouwers, vereenigen om van dien dubbqjpn druk verlost te wor den." NOVELLE VAN OTTO GRINDT. Eene dochter hebt ge naar hare nei ging gevraagd, vraag ook de andere, of zij mijnen hoogbegaafden jongen vriend Reinwald, die een ernstige liefde voor El vira opgevat heeft Drommels, viel Goldbaum hem met ge weld in de rede, dat heeft de Schilder me ook al gezegd Een jongmensch, die me zoo schandelijk heeft beetgenomen kan ik dat ooit vergeten Zeker, beweerde Ingermann bedaard, ge knnt vergeven en vergeten en zal daar door die eigenschap ten toon spreiden, die den man ir, eiken stand den hoogsten adel verleentzielenadel innigste vereering en liefde van Reinwald zou uw voortdurend loon zijn. Maar 't is waar, vervolgde hij schouderophalend, zielenadel laat zich niet prediken, niet inenten, wanneer zij niet uit den innerlijken aandrang van den mensch ontstaat. Hij zweeg. Ook mijnheer v. Goldbaum zweeg en zag naar den grond" Ingermann trachtte op zijn gelaat te lezen, wat ei in het hart van den in zichzelf gekeerden man om ging. Eindelijk hief de bankier, op wien oogenschijnlijk de openhartige woorden Juist, geachte heer Heemskerk, die woorden zijn ons ais uit liet hart gegre pen. In een drietal nummers van ons blad die van 2, 5 en 9 November, komen opstellen voor, getiteld Mond- en klauw zeer en Verbod van invoer van vee naar Belgie, waarin wij die zaak duidelijk heb ben besproken en aan het slot waarvan we schreven „Het ligt naar onze meening op den weg der Maatsdhappij "van landbouw en veeteelt en dergelijke vereenigingen, die bij de kwestie ten nanwste betrokken zijn, om ter plaatse waar zulks behoort de noodige stappen te doen, ten einde te verkrijgen, dat Belgie zijne grenzen weder voor ons vee opentwie weet hoe lang we anders nog voor de geslo ten poort staan I Eene adresbeweging had het onmid- delijk gevolg van ons schrijven moeten zijn. Eene zaak, zoo gewichtig als de ze, moet niet behandeld worden als een gewoon couranten-berichtje over een moord of diefstal. We hebben enkele personen, die naar wij meenen in onze streek veel, zeer veel invloed hebben, nummers van ons blad gezonden waar in genoemde opstellen voorkwamen, doch van de goede gevolgen hebben we nog niets vérnomën- Wel is er op de graan markt over gesproken, maar meer ook niet. 't Is wel opmerkelijk. Wanneer in eene courant iets voorkomt, dat niet be valt, dan wordt de ïedactie bestormd met ingezonden stukken en allerlei min vlei ende opmèikiugen. Beijvert de redactie zich evenwel om in het algemeen belang ite werken, dan wordt hetgeen zij schrijft, eenvoudig doodgezwegen. Er is met onze van den raadsheer boven verwachting die pen indruk gemaakt hadden, langzaam zijn hoofd op en begon Ge hebt wel licht gelijk, ge zijt misschien mjjn eenige. weikelijke, eerljjke vriend, die het goed met me meent, Het kost me in allen geval eene groote overwinning op mezel- ven, iutusschen hij vervolgde niet; maar ging naar de schel en drukte op den knop, Weer kwam de bediende binnen Zeg mijne dochtei Elvira, dat ik haar een oogenblik verlang te spreken Tot uw dienst, mijnheer De bediende verdween. Mijnheer liep, met de handen in eikaar geslagen, de kamer op en neer de raadsheer stoorde hem niet, maar volg de hem steeds met zijne oogen. Elvira verscheen, zeer bleek, den mond vast ge sloten en groette mijnheer v. Ingeiman, die met ernstig gelaat onbeweeglijk stil stond, met een stoai hoofdknikje. Haar vader bleef plotseling voor haar staan Èlvira Papa? klonk het verlegen terug. Hoe denkt ge over dokter Reinwald Geen antwoord. Kunt ge niet spre ken vervolgde Goldbaum ongeduldig. Tk wil weten of hij u bevalt, of ge hem zoudt willen huwen. Neen, neen, nooitriep ze met geweld uit, hare handen als tot afweer uitstrek kend. Hoe Wat vraagde haar vader met de grootste verbazing. Nooit, papa! herhaalde zij,bevend. Is het u ernst, Ëlvira, mengde zich nu Ingermann in het gespiek, of schrikt Luitgard's voorbeeld u af openhartig te zijn Het beangste meisje zag hem aan, maar- geen geluid kwam over hare lippen. Gold baum verhief zijne stemIk vraag u nog eenmaal, of ge hem wilt of niet De raadsheer zegt me, dat Reinwald u bemint Hare oogen begonnen te schitteren. Hij bemint me Ingermann nam hare handen in de zijne En gij? Uw lieve papa staat me toe, mijn collega uw beslissing over te bren- gen. Elvira's voeten wankelden, zij liet zich in de armen vallen van den ouden heer, die nog sterkte genoeg bezat, haar to steunen, Mag ik dan wezenlijk „ja" zeg gen fluisterde zij. Jalachte Ingermann haar toe. Ja! jubelde zij, rukte zich van hem Ls en omhelsde haar vader. Zij werd niet als hare zuster afgewezen. Toe dan maar, in 's hemels naam zuchtte Goldbaum onder hare liefkozingen Zij keek tot hem opEn de arme Luitgard Moet wachten tot ik terugkomver klaarde bij, terwijl zijn gelaat plotseling eené opgeruimde uitdrukking aanDam Marseh beval bij. Ik wil nu geen van u beiden meer zier. kleedt u eerst fat soenlijk aan Ik zal 't ook doen. De raadsheer h6eft niets te doen, hij zal me vergezellen. En ten derden maal liet hij de schel oVergaar, en riep toen de bedien de zich weer vertoonde Het rijtuig voor! Elvira begaf zich naar hare bedroefde zuster, en Ingermann bleef, waar hij was tot Goldbaum gereed was om uit te gaan Waar gaat het dan eigenlijk been vraag de de raadsheer vergenoegd. Ik wil Luitgard's portret eens gaan be zien, en gjj moet er bij zijn Met alle genoegen zeide de raadsh ter Hy herinnerde zich echter het volgende oogenblik, dat Reinwald hem meegedeeld had, hoe Asmus eerst dezen morgen aan het werk zou beginnen, zoodat het bi;ge volg nog niet ver gevorderd kon yn. Doch bij paste wel op iets te zeggen en dacht: We zullen eens zien, hoe de schil der zichzelven uit de val redtHy vraag de ook met opzet niet, hoe bet gekomen was, dat hy Asmus hij Goldbaum had nati getroffen het zou hem toch wel opge helderd worden, hy liet het gerust aan de toekomst over. Het rijtuig bleef stilstaan in de Irm- gardstraat voor .liet huis nummer twee. De beide heeren stegen er uit en klom men de drie trappen op, doch de werk plaats was gesloten, de schilder zelfs niet eens tehuis, (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1892 | | pagina 1