No. «42. Zaterdag 17 September 1892. 8e Jaar». Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch -V laandereii. F. DIELEMAN, Dit de Pers. FEUILLETON. \\s:i.scin: Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER AXEL. Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent'; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Rhenania schrijft Hoewel het Rijn-Kanaal hoofdzakelijk voor de Rijnvaart is bestemd, zou het dwaasheid zijn, te ontkennen dat het tevens voor vaartuigen der marine van dienst moet kunnen zijn. Het ligt niet op onzen weg, dit aan te toonen. Ook zouden wij er de voor keur aan geven, dit punt geheel buiten bespreking te laten maar nu eenmaal de onvoldoende afmetingen van het ka naal zijn gebleken en de Kamer van Koophandel niettegenstaande het zijde lingsche démentiin de jongste raadszit ting aan Rhenania gegeven, beraadslaagt over aan den minister van Watei staat Handel en Nijverheid te doen aanzoeken om het kanaal door gepaste maatregelen beter aan zijndoel te doen beantwoorden, du mogen wij niet nalaten, gewag te maken van een omstandigheid, welke op die voorstellen ontegenzeggelijk van groo- ten invloed zal zijn, omdat het een be lang van het kanaal in het juiste licht plaatst, al is dit ook niet rechtstreeks bij den minister van Waterstaat alleen. Een der monitors ontving een dag of veertien a drie weken geleden van bet departement van marine order om van Amsterdam binnendoor langs het Rijn- Kanaal naar een zuidelijke provincie te vertrekken. In de eerste brug gekomen zijnde, bleek de doorvaartwijdte daarvan eenige centimeters te gering, zooduc de monitor verplicht was terug te keeren, om over zee zijn bestemmingsplaats te boiGikGR Wij staan dus hier voor een tweele dig feit en tevens voor een niet te ver goelijken fout, namelijk dat öf tijdens het kanaal in aanleg was monitors van de tegenwoordige grootte nog niet be stonden, - en dan had men ze niet zoo groot moeten bouwen, of dat ze reeds zoo groot waren, en dan is verzuimd geworden, aan de bruggen dienovereen komstige afmetingen te geven Doch afgezien nog van de bruggen, die in geval van nood uit den weg ge ruimd kunnen worden, dienen wij voor een oogenblik te veronderstellen dat Nederlaud in staat van oorlog verkeert, 's Lands verdediging zou dan kunnen noodzaken, om b.v. van uit Amsterdam binnendoor monitors naar de Lek, de Waal, of in omgekeerde richting, of naar een ander bedreigd punt te dirigeeren. Verondersteld nu, dat zich het geval voordoet, dar een of meer dier vaartuigen op het Rijn-Kanaal order ontvangen te rug te keeren, of dat zij voor den vijand moeten wijken, dan zullen zij genood zaakt zijn het geheele kanaal, op zijn minst tot aan de kruising van den Leid- schen, Vaartschen Rijn, tot Nichtevecht of in tegenovergestelde richting, door te stoomen, om te kunnen keeren, of de terugreis achterste voren of met behulp van sleepbooten te doen manoeuvres, die, zoo zij dan nog uitvoerbaar zijn, toch in elk geval kolossaal tijdroovend en noodlottig kunnen wezen en geacht moeten worden niet overeen te komen met 's lands belangen en verdediging, en dat alleen omdat het kanaal een bo dembreedte van slechts 20 meter heeft er. overigens nergens afwijkt in breedte, die het voor de kleine monitors, onge veer de helft korter dan groote rijn schepen, mogelijk zou maken te zwaaien. 24. Somrner, de eigenaar van het logement was een vriendelijke man, die ook in Amerika geweest was en daar den giond slag gelegd had van zijn tegenwoordigen welstand, en nu en dan verhaalden ze elk aar nog laat in den avond, wanneer reeds alles sliep, het een en ander uit de nieu we wereld. Op zekeren dag hadden zij weer tot zeer laat in den avond zitten praten en Methlow, die moe begon te worden, haal de zijn horloge, dat hij van den struik roover in Californië geërfd had, te voor Schijn, om te zien hoe laat het was. Zoodra de waard het zag, keek hij er met de grootste aandacht naar. Dat is nog een ouderwetsch Neurenber ger ei, zeide hij glimlachend met onvaste stem, 'mag ik het eens van nabij zien9 Waarom niet, zeide Methlow en maak te de gouden ketting los, om den waan het horloge over tafel heen toe te reiken ik denk, als dat oude ding praten kon, dan zou het ons heel wat te vertellen Lebben. De waard hoorde van dat alles niets hi) had zijne geheele aandacht op het hoi- loge gevestigd hij bekeek het van ach teren en van voren en opende de achter Deze omstandigheid boewei in 't openbaar nog niet behandeld, is in ruime kringen, alsmede aan de departe menten van marine en oorlog en, wat het slimste is, ook in het buitenland be kend en aldaar in militaire tijdschriften besproken. Nochtans is men zoo kort zichtig, om niet thans reeds bij de Re geering aan te dringen op het maken van wisselplaatsen, ten einde niet alleen bedoeld gevaar bijtijds te voorkomen, doch tevens aan de volkomen gerechtvaardig de klacht, dat het kanaal in den tegen woordigen toestand bij een eenigszins le vendig rijnverkeer onmogelijk kan vol doen, een einde te maken. „Wij hebben me9r dan eens laten door i schemeren, dat zich op het kanaal veel ernstiger gevallen hebben voorgedaan, dan die welke het onderzoek uitlokten, en dat dit, als het aanspraak op deugdelijk heid wil doen gelden en geen farce zal zijn, alleen er op berekend is, om ons op een dwaalspoor to brengen of in slaap te sussen, daarvan in 't belang van Am sterdams rijnvaart tevens gewag zal moeten maken. „Hetgeen ten opzichte van de moni tors als bewezen geldt, mag veronder steld worden even zeker voor elke bin- nenlandsche stoomboot van gemiddelde afmetingen te gelden, want er bestaat van Amsterdam tot Utrecüt en tusschen- gelegen plaatsen voor dezen geen moge lijkheid op het kanaal te kunnen keeren, veel minder nog voor een rijnschip het moet, den Rijn afkomende, voor U- trecht bestemd en gelost zijnde, in de richting Amsterdam op zijn minst tot Nichtevecht opsleepen of aan zijn staart tot in den Vaartschen Rijn teruggetrok ken worden, wijl de cirkelvormige draai- kom en de aangewezen losplaats Utrecht ten oosten der schutsluis te eenenmale onvoldoende zijn om het schip te kunnen doen keeren. Is er een enkele reden in dien toe stand van het kanaal te berusten Zou den wij weder mo6ten zwichten voor lauwheid, voor persoonlijke invloeden en consideratiën, en zouden wij ons niet moeten schamen, als in ons land geen mannen waren te vinden van zelfstan dig karakter en bekwaamheden, die de gemeentelijke en 's lands belangen ook op scheepvaartgebied weten te behartigen De interpellatie van den heer De Vries van Buureu kon het was vooruit te zien niets baten. Zij was niet genoeg zaam voorbereid, bepaalde zich tot een ondergeschikt punt en bood door bewoor dingen en inhoud aan het Dagelijksch Bestuur gelegenheid te over om zich van de zaak af te maken. En zou bedoeld rapport door den voor zitter in hoofdzaak wedergegeven zijn, dan valt het bovenstaande niet anders dan als een zeer gepaste aanvulling aan te merken. Wij zouden aan den ernst, die in deze wordt geëischt, te kort doen, als wij wilden antwoorden op de beschou wingen van het Handelsbl. in zijn nummer van 8 September naar aanleiding van het door ons het eerst in de wereld gezon den ongunstig bericht over het voor de scheepvaart opengestelde gedeelte van het Rijn-Kanaal. Wij doen inderdaad verstandiger, het Handelsblad niet voort durend op zijn volslagen onkunde en pirouetten te wijzen, wantGegen Dumm klep. Hij scheen de daarop gegraveerde rijters van buiten te leeren, want hij be woog de lippen, zonder iets te zeggen. Nu, voor den drommel, man, wat heeft die oude kast u toch gedaan, riep einde lijk Beier een weinig geërgerd. Ge ziet er zoo vreemd uit wie weet hoe zeer! De waard deed het horloge weder dicht en gaf het Methlow terug. 't Is wezenlijk een oud, belangwekkend horloge, zeide hij toen, maar 't is tijd, dat we gaan slapen. De beide gasten dronken hun glas bier uit en spraken nog in hunne kamer met verwondering over de plotselinge stilzwij gendheid en onrust van den waard. Toen de vrienden den volgenden mor- gen opgestaan en gekleed waven en om hun ontbijt te schelden, verscheen spoedig de waard, maar in gezelschap van twee heeren in burgerkleeding. We wilden de heeren verzoeken ons, wanneer ze hun ontbijt gebruikt hebben, te vergezellen, zeide de een en zette zich op een stoel, dicht bij de deur, terwijl de andere op dezelfde wijze de andere kant der deur innam. Methlow en Beier zagen elkaar tamelijk verbluft aan en eerst na geruimen tijd gelukte het Beier om met gedwongen glimlach te zeggen Dat 's weer een mooi begin in ons vaderland! De heeren zijn zeker beambten der politie Een van hen stond op en liet hem een kaartje zien, waaruit bleek, dat zulks we zenlijk het geval was. Wanneer er hier geene vergissing plaats heeft, dan wil ik me laten opeten wie weet hoe zeerbromde Beier, terwijl hij zijn koffer op zij schoof en zich tot Meth low wendde. Laat die rommel maar staan en laten we eerst meegaan naar het bureau van politie, opdat we weten, waarvan er spra ke is, want deze heeren zullen ons moei lijk uitstel kunnen geven. Dat zouden we wel kunnen, zeide de een droogweg, het zou echter toch niets nut zijn ge zult op het bureau het noo dige wel vernemen. Wilt ge zoo goed zijn me te volgen? De beide vrienden zetten hunne strooie hoeden op en volgden den beambte naar buiten op straat verzocht deze aan Beier naast den anderen heer te willen loopen, daar ze anders misschien opzien zouden verwekken. Laten we dan een rijtuig nemen, zeide Beier wrevelig, ik gevoel geen lust om met bekende politiebeambten de geheele stad te doorwandelen en me door de Ber- lijners te laten aangapen als een hoog verrader. - He 1 Koetsier wacht even, riep hij een voorbijrijdend rijtuig toe, breng ons eens waar die heeren willen. De koetsier hield stil en knikte: hjj had niet noodig te hooren waarheen hij gaan moest, hij wist het welnaar de Molkenmarkt. Hier aangekomen werd den goudgravers afgenomen alles wat zij bp zich hadden ringen, horloges, papieren, enz., waarna men ze elk in het bijzonder, naar een klein, eenvoudig gemeubileerd kamertje bracht. Beiden waren nu niet meer twg- felachtig waarom het eigenlijk handelde zij begrepen dat zij voorloopig in hechtenis waren genomen, en waarom V'! Daar zij een voor een voor den rechter van instructie moesten verschijnen, zoo konden zij elkaar hunne wederzijdsche vermoedens niet mededeelen, en ook later niot hunne verbazing, toen zij scherp on dervraagd werden over het oude gouden horloge. Nadat Methlow haarfijn verteld had, hoe hg in het bezit er van gekomen was en de rechter ongeloovig glimlachend gezegd had„Ge hebt mettertijd de geschiedenis netjes uitgedacht we zullen u echter spoedig wat anders verteller,," moest Beier voorkomen en deze verhaalde bijna woor delijk dezelfde feiten. Ook hem gaf de rechter den raad zich eens goed te be denken en de waarheid te zeggen^ want zulke sprookjes kon hij misschien wel een oude vrouw maar niet de politie wijs maken. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1892 | | pagina 1