No. 024.
Zaterdag 10 Juli 1892.
8e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeu wsch- V laan de ren.
F. DIELEMAN,
AXEL.
Uit de Pers.
FEUILLETON.
Kuiten land.
AXELSCF
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag-- en Vrij dag-a voud.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
A d v e r t e n t i n van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3 2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
HERIJK.
Wij berinneren belanghebbenden dat
de herijk der Maten en Gewichten dit
jaar zal plaaté hebben als volgt
Hulst, ook voor Clinge en St. Jansteen,
16, 18 en 19 Jiili.
Rapenburg(gemeente Stoppeldijk), voor
de gemeenten Stoppeldijk, Hengstdijken
Boschkapelle, 20 Juli.
Graauw21 Juli.
Kloosterzande, (gemeente Hontenisse),
voor de gemeenten Hontenisse en Ossfe-
nisse. 22 en 23 Juli.
De Hoomsclie Ct. schrijft
„We zouden den heer Domela Nieu-
wenhuis, die bij vele bezadigde en we
tenschappelijke mannen uit zijn partij
zijn crediet schijnt te hebben verloren,
maar voor het minder ontwikkelde deel
nog steeds een afgod is, wel eens willen
vragen waar het heen moet, als de daad
van Geel verheerlijking verdient. Dele
zing van verschillende verslagen over de
demonstratie die gepasseerden Zondag te
Amsterdam werd gehouden, heeft een
zeer onverkwikkelijken indruk op ons
gemaakt, al hebben ook wij er ons in
verheugd, dat Geel zijn viijheid herkre
gen heeft. Hij was te zwaar gestraft,
dat heeft Biederlack in de Amsterdammer,
Kerdijk in het Sociaal Weekblad betoogd j
maar dat een man, die van achter een
boom op een commissaris van politlé
schiet, daardoor een held wórdt, zie dkti
is ons wat machtig. Het moge ter vei
dediging zijn aan te voerendat die
poli tie-commissar is verscheidende malen
hoogst onhebbelijk was opgetreden, de
Onbekommerd om hetgeen men in het
hotel van hem dacht, stapte Seifenstein
deftig, den hoed stevig op de ooren ge-
diukt, den voor hem buigenden portier
voorbp en de deur uit.
Hij moest in Aken goed den weg we
ten, want hij ging door de vele dwars
en zijstraten en stegen met eene zekerheid
die voor een vreemdeling onmogelijk was.
Hij was bijna aan het einde der stad,
en bevond zich in een doolhof der oudste
en beruchtste stegen. Ook hier was hij
volkomen bekend, ging in de nauwste en
vuilste steeg, bleef voor een oud, verweerd,
geheimzinnig huisje staan, en klopte met
een ouderwetschen klopper op de deur.
Reeds deze handelwijze bewees dat mijn
heer Seifenstein hier oude bekenden op
zocht.
In de deur van het huisje werd een
luikje geopend drie gekruiste ijzeren sta
ven beletten echter door dat kijkgat te
zien wel hoorde mer eene vrouwenstem
vragen
„Wat wil mjjuheer?"
„Den graveui Schlich spreken."
Een oogenblik nog monsterde de oude
wantrouwend aen vreemdeling daar deze
echter iu zjjn net uiterlijk uiets verdachts
omstandigheden, waaronder de aanslag
plaats had, hebben bij ernstige menschen
onmogelijk sympathie kunnen verwekken
„Welk een zware verantwoordelijkheid
laadt Domela Nieuwenhuis op zich, door
aan zulke zaken mee te doen 't Kan
niet anders of er zijn enkelen onder zjjn
gehoor geweest, die ook wel eens trek
in schieten gekregen zullen hebben. Men-
schenlevens. 't bestaan van gezinnen schij
nen voor dien apostel van de samenle
ving van hoogere orde al bitter weinig
te beteekenen.
»Door allen, die het wel meenen met
ons volk, dient echter tegen zulke eene
verheerlijking geprotesteerd te worden.
Krachtig geprotesteerd in het belang van
het volk zelf.
„Gebeurtenissen als deze leveren ko
ren op den molen van de mannen die
meenen, dat onze arbeidersstand uit on-
mondigen bestaatze zijn o zoo welkom
aan de groote [liberale] couranten, zooals
de A'ieuwe Rotterdammer, wier Arnster-
damsche correspondent zoo precies weet
wat rijke conservatieve liberale heeren
graag lezen en wat nietze geven stoif
tot juichen aan hen, die 't voor laten
komen, alsof ze het idee van een barri
cade onafscheidelijk verbonden achten aag
bet geroep der hervormingsgezinded. Oni
kort te gaan, de egoïsten en de dommen
doen er hun voordeel mee.
„Nog eens. Geel beging een zeer straf
bare daaddat men hem eenige jaren
gevangen hield was zijn welverdiende
loon en wie zulk een geval exploiteert
op de wyze, als het in Amsterdam ge
schiedde, is den invloed, dien hij bezit,
niet waard. Hij misleidt er zijn volge
lingen door en voert hen in 't ongeluk."
toonde, opende zij terstond daarop de deur,
en Seifenstein trad, zonder eene verdere
uitnoodiging der oude af te wachten, de
deur binnen in het donkere, kleine voor
huis. Zonder zich te bezinnen begaf Sei
fenstein zich naar de trap, ging deze op,
en klopte aan de deur links.
Een barsch „binnen" gaf hem de toe
stemming binnen te treden.
De kamer, waarin hij nu kwam, was
volkomen in overeenstemming met het ou
de gebouw oude wormstekige kasten en
boekenrekken, eene vuile tafel en een
waggelende stoel met hooge met leer o-
vertrokken leuningen maakten het ar
moedige huisraad uit. Op de kasten en
in de boekenrekken stonden opgezette vo
gels, geraamten van dieren, groote fles-
scheu, oude boeken en nog meer ouder-
wetsche rommelhet geheel maakte een
onaangenamen indruk, die door het wei
nige licht, dat door de kleine vensters
viel, nog vermeerderd werd.
Bij een der vensters stond aan een les
senaar een kleine, misvormde man met
een bril op den neus hij keek van zijn
werk op, om den groet van den bincen-
trededne te beantwoorden, en deze aan een
onderzoek te onderwerpen.
Dit onderzoek viel zeker niet ten voor-
detde uit van Seifenstein, want. het klei
ne mannetje bood hem geen stoel aan,
maar vroeg wantrouwend
Wien heb ik de eer te ontmoeten, en
De Haagsche correspondent van de N.
GronCt. maakt de opmerking, dat de
aanneming van artikel 1 der belasting
wet den toestand teekent. Niemand duift
zich meer tegen het beginsel eener be
lasting op 't vermogen verzetten. Dat
is zooveel gewonnen lesidees
m a r c h e n t. Ook bij de rechterzijde
openbaart zich een zucht om toe te
geven de heer M. Mackay heeft
de oogen aan zijne verblinde partijge-
nooten geopend en menigeen zal van die
zijde nog wel meewerken om de ver
mogensbelasting tot stand te doen komeh.
„Tot hiertoe beeft de minister Piersan
alle gevaren door zijn eenvoudig maar
krachtig optreden bezworen. Het is zeer
de vraag of hij daartoe in staat zal zijn,
wanneer de groote quaesties der invoe
ling op zich zelt oi te zamen met de
bedrijfsbelasting en de vraag van de
progressie, ook in verband met de al of
niet verhooging van het gedistilleerd, aan
de orde komen. Dan zal het, vrees ik
zeer spannen. Ed toch geloof ik, dat
alleen een moedig vasthouden aan zyn-
stolsel den minister ten slotte de zege
kan verschaffen. Over de progressie en
't gedistiieerd laat zich des noods nog
een concessie doen, maar op het punt
van de invoering der vermogensbelasting
op zichzelf zal de heer Pierson, wil hij
zijne hervorming niet in gevaar brengen
pal moeten staan. Ik hoor dan ook, dat
hij, terecht, na zyn stellige verklaringen
ten deze, in de aanneming van het on
veranderde invoerings-artikel(50) een
quaestie van vertrouwen ziet en dezet
als het zijn moet, ook stellen zal, Van
daar, dat eerst bij bet einde der discussie
over dit ontwerp, dat over een week
waarmee kan ik u van dienst zijn
Dat zijn twee vragen ineens, mijnheer
Schlich, zeide Seifenstein, terwijl hjj be
daard zijn hoed afzette, zijne handschoe
nen uittrok en deze met zijn bril op een
stoel leihierna nam hij zonder compli
menten een tweede en ging er op zitten,
De kleine man had die gebaren gedeel
teljjk met wantrouwen, gedeelleljjk met
verontwaardiging aangezien, en begon juist
metMijnheer
Rentenier Seifenstein uit Luckenwald,
vervolgde deze bedaard, terwijl hij afwe
rend met de hand wenkte, ik verlang een
pas naar den Haag, in Holland.
Dan moet ge u naar de politie begeven;
ik heb geen kantoor voor passen, mijn
heer.
Eigenlijk niet, meende Seifenstein glim
lachend, maar een nagemaakte is ook goed!
voegde hij er scherper aan toe.
Maar mijnheer ik begrijp u niet
antwoordde de bultige schouderophalend,
zonder een enkel oogenblik met zijne klei
ne, maar scherpe oogen de bewegingen
van Seifenstein uit het oog te veriipzeu
Mijn hemel, 't is toch zoo eenvoudig
als ietsge zult me voor géld en goede
wooiden een fijnen pas met stempel ver
vaardigen voor den rentenier Seifenstein
uit Luckenwald naar Holland V
De kleine schudde het hoofd, en legde
beide armen op de hooge leuning van een
voor hem staanden stoel.
wordt verwacht, de groote slag zai wor-
geleverd. Het slotartikel beslist over het
lot der belastinghervorming, Daarop is
dan ook aller oog gericht."
In het land der Britten heerscht groo
te agitatie door de verkiezing. Er zijn
thans gekozen 205 conservatieven, 36
unionisten, 182 Gladstonianen, o Parnel-
listen en 35 Anti-parnellisten. De con
servatieven winnen 13, de unionisten 7,
de Gladstonianen 54 zetels. Onder de
ongelukkige kandidaten, die reeds op het
kiezersslagveld zijn gevalien, behoort ook
Stanley, de Afrika-reiziger met zijn twij-
lelachtigen roem. Op zijn Boulanger's
bad hij op de kiezers gewerkt met bil
jetten, die al zijne titels en waardighe
den in herinnering brachten. Zelfs voer
de hij zyne vrouw mede en stelde haar
voor als een nakomelinge van den groot-
sten liberaal, van Olivier Cromwell, 't
Menscü diende tot reclamemiddei voor den
op een Parlementszetel belusten Stanley
Dit alles heeft echter niet belet, dat
Stanley zelf in eene kiesyeigadering bij
na half dood werd ge$bMen en bij de
stemming vifel als- eêtt Wsteen. By een
vorige gelegenheid beleed de bevrijder
van Emin Pacha, dat die bevrijding slecht
een uithangbord was geweest voor zijn
tocht door Afrika, maar dat hij in wer
kelijkheid was gegaan otii den Duitscheis
het bezitnemen van centraal-Afrika te
beletten. Wie gelooft hem hier niet?
Maar toch wat ellendige middelen wór
den er soms niet gebezigd om te komen
waar men wezen wil. Bah zulke men
schen deugen niet vóór volksvertegen-
Dan heeft men u naar een verkeerd
kantoor verwezen, mijnheer, zride hij glim
lachend, ik hai del wel in oudheden, zoo
als ge hier ziet, maar in passen, stem
pels, enz., doe ik niet en k e n ik zelfs
ook niet
Ik wil u eens wat zeggen, mijn waar»
de Schlich ik houd me met zulke dom
me praatjes niet op, en laat me niet af.
schepen, zeide Seifenstein, terwijl hy op
stond, ik weqr zeer goed wie ge zijt, en
dat ge datgeen, wat ge niet hebt, maken
kuut. Waarvoor dus zooveel praatjes?
Ge maakt me een pas, en ik betaal
daarvoor 200 gulden ik dacht, dat
ge het daarvoor wel kondt wagen, te meer
daar ik toch het land uitga.
Hij was by deze woorden naar de tafel
gegaan, en haalde uit zijn broekzik een
rolletje geld, dat hy nu op tafel liet val-
len.
Hier is geld Zuiver blank zilvergeld!
Dus ter zake 1
De kleine nam de rol van tafel en be
zag ze eep oogenblik, legde ze echter ter
stond weer viak voor Seifenstein nee: en
zeide nu Als ge meent, dat ik me voor
die paar gulden twintig jaar gevangenis
straf op den bals zal balen, dan vergist
ge u verschrikkelijk! Ge zijt rijk, ge
kunt opdokken beneden de duizend gul
den doe ik het niet, geen duit minder!
Wordt vervolgd