No. 621. Woensdag 6 Juli 1892. 8e J larg Bekendmaking Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeu wsch -Vlaanderen. F. DIELEMAlV, AXEL. 3 FEUILLETON. llit de Pers. AXELSCHE courant. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER Ad verten tien van 1 tot 4 regels 25 cent- voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Burgemeester en Wethouders van Axel, brengen bij dezen ter kennis der ingezetenen, dat het perceel, genaamd „Het Nieuwe diep", gelegen achter de alge— meene begraafplaats tot het stor ten van PUIN en andere AF BRAAK is aangewezen. Ter voorkoming van vervolging, wordt een ieder gewaarschuwd, niet buiten de aangewezen plaats PUIN of andere AFBRAAK, op den openbaren weg neer te werpen. Axelden 1 Juli 1892. Burgemeester en Wethouders voornoemd, D. J. OGGEL. De Secretaris, J. A. VAN VESSEM. HERIJK. Wij berinneren belanghebbenden dat de herijk der Maten en Gewichten dit jaar zal plaats hebben als volgt Ter Neuzen, 7 en 8 Juli. Sas van Gent, ook voor Philippine, 9 en 11 Juli des voormiddags. Westdorpe, 11 Juli des namiddags. Zmddorpe, ook vooi' Overslag, 12 Juli des voormiddags. Koewacht, 12 Juli des namiddags. Axel, 13 en 14 Juli. Zaamslag, 15 Juli. De woorden van den kapitein lieten niet na een bjjzonderen indruk op de pas sagiers te maken, en terwijl allen zich naar het voordek begaven, verdiepte men zich in allerlei gissingen en vermoedens, waarbij men zijn naasten buurman wan trouwend aanzag. Twee der beambten gingen met een scheepsofficier benedendeks, om de inwen dige ruimten te onderzoeken de luiken werden gesloten, en nadat alle aanwezigen naast elkaar waren gaan staan, verzocht de achtergeblevene beambte aan de pas sagiers een voor een hem voorbij te gaan, om zich naar de hem aangewezen plaats te begeven. Het onderzoek ging zeer snelde scher pe blik van den beambte scheen ieder tot in het hart te zien, en nu en dan moest hij de eene of andere dame, die hem met een zakdoek voor den mond verlegen wil de voorbjjsluipen, verzoeken, hem goed in de oogen te zien. De grootste helft der passagiers was reeds onderzocht en op weinig uitzonde ringen na, die zich naar bakboord naar den ingang van de kajuit nadden moeten begeven, uaar het achterdek gezonden, toeu plotseling een jonge blonde man de be- Kuist, ook voor Clingeen St. Jansteen, 16, 18 en 19 Juli. Rapenburg, (gemeente Stoppeldijk), voor de gemeenten Stoppeldijk, Hengstdijk en Pöschkapelle, 20 Juli. Graauw, 01 Juli. Kloosterzande, (gemeente Hontenisse), voor de gemeenten Hontenisse en Osse ni&se. 22 en 23 Juli. We ontvingen het volgende adres Aan de Tioeede Kamer der Staten- Ge neraal. Geeft met verschuldigde gevoelens te kennen, Henry Tindal wonende te Am sterdam, thans tijdelijk verblijf houden de te 's Graveland (Huize Swaenenburgh) dat hij in de dagbladen heeft gelezen, dat door den Minister van Oorlog, bij sup- pletoire begrooting, gelden worden aan gevraagd voor de stelling van Amster dam. Adressant acht het zijn plicht op te komen tegen het toestaan dier gelden. Volgens zijne vaste overtuiging is de stelling van Amsterdam, zooals zij is ont worpen en wordt gemaakt, volkomen onhoudbaar bij een vijandeïijken aanval. Tenzij men weder wil aannemen dat een vijand deze stelling aanvallende, niets dan fouten zal begaan. Zelfs een uiterst bekwaam bevelheb ber zal haar onder gunstige omstandig heden niet langer dan vijf a zes dagen met goed gevolg kunnen verdedigen. Om tot zulk een resultaat te komen, een resultaat dat bovendien nog twijfelachtig is, kan men zich niet verantwoord re kenen millioenen te besteden. langstelling van den beambte scheen te ketenen. Ik verzoek u hier aan mijne zijde te blijven, zeide hij tot genoemden jongen man, terwijl hij gelijktijdig een blik op den naast hem staanden scheepsofficier wierp, hetgeen door dezen met een klein knikje beantwoord werd. Als bij toeval veranderde de officier van plaats en ging achter den jongen maD staan, zoo, dat hij dezen goed kon gade slaan, en de commissaris van politie dus niet had zjjne aandacht te verdeelen. De overige passagiers schenen den be ambte niet zeer verdacht, want hij liet ze ongestoord voorbijgaan; wanneer hij echter meende, dat zij zich naar het achterdek zouden begeven, dan vergiste hij zich want allen bleven staan om den afloop der zaak- te vernemen, zelf degenen, die reeds op het achterkek waren, kwamen uit nieuws gierigheid terug, om den gevangen mis dadiger, vervalscher, moordenaar of wat hg nog meer zjjn kon, van nabij te zien. De op zoo schitterende wijze gebrand merkte jonge man wist of niet wat er inet hem gebeurde, of hg was een echte doortrapte schurk, die, daar er geen uit komst meer was, zich maar geduldig in zijn lot schikte en afwachtte, of er latei- een betere tijd om te ontsnappen voor hem zou aanbreken. Van alle kanten aangegaapt en gedeel telgk door de half verstaanbare, allesbe- Reeds sedert jaren is de ondergetee- kende van deze waarheid overtuigd. Toen voor de eerste maal op de begrooling vaD oorlog gelden werden uitgetrokken voor de stelling van Amsterdam, begaf hij zich naar verschillende leden uwer Kamer, om te trachten hen tot zijne zienswijze over te halen. Hij bezocht om die reden o. a. den Heer Glbichman, thans voorzitter uwer Kamer en op diens aanraden ook den Heer Rooseboom. Hij betoogde toen reeds, dat men nagenoeg alle geiden, die zouden worden besteed voor het maken van deze stelling, genist kon beschouwen als te zijn weggewor pen. De gronden, waarop deze zijne o- vertuiging berust, zijn den tegenwoordi gen Minister van Oorlog tot in bijzonder heden bekend. De stelling van Amsterdam, zooals zij thans wordt gemaakt, komt in hoofdzaak overeen met hetgeen vroeger in eene brochure door den Generaal den Beer Portugael werd voorgesteld. Een tien tal jaren nadat deze brochure was ver schenen, werd deze Generaal benoemd tot bevelhebber van de stelling. Te Amsterdam aangekomen was na tuurlijk zijn eerste werk de stelling op nieuw te bestudeeren, maar thans op het terrein zelf. Het gevolg hiervan was, dat Gene raal Den Beer Portugael spoedig tot het besluit kwam, dat hij vroeger had ge dwaald. Hij had den zedelijken moed dit aanstonds te bekennen en in een me morie den Minister van Oorlog van zijne veranderde zienswijze kennis te geven. In deze memorie wordt uitvoerig en duidelijk uiteengezet waarom de stelling die men thans maakt, bij een vijande- behalve vleiende uitdrukkingen der mede reizigers getroffen, stond hij voor den of ficier, beide handen in zijne broekzakken en het eindje sigaar, dat uitgegaan was, in den rechterhoek van zijn mond latende hangen, als iemand, die pas uit den slaap gewekt is, en zich nog niet goed kan be zinnen waar hij is, en wat er met hem gebeurt. De beide beambten, die benedendeks ge weest waren, waren reeds teruggekeerd, en hadden op een wenk van den commis saris de afzonderljjk geplaatste passagiers (hoofdzakelgk vrouwen) nogmaals aan een onderzoek onderworpen, en kwamen nu juist terug, toen de laatste reiziger als onverdacht het hoofd der politie voorbij ging- Deze keerde zich nu tot den dekofficiar en buigend zeide hij glimlachend Ik dank u Wees echter zog goed me voor een oogenblik de passagierslijst te geven, daarop keerde hij zich tot den nog steeds verstoord om zich zienden jongen man en vroeg dezen Hoe heet ge Deze kromp van schrik ineen, liet zijne sigaar uit den mond vallen en stotterde eindelijk, terwijl hg zoo bleek zag als een ljjk Maar, mijnheer, ik begrijp niet Is ook niet noodig, gat de beambte kortaf ten antwoord, ik verzoek u nog maals om uw naam. Frits Methlow. 'ijken aanval zal blijken onhoudbaar zijn. Van die memorie werd geen notitie genomen, zooals trouwens gebruikelijk schijnt te zijn met de stukken, die niet van het Departement van Oorlog afkom stig zijn. Generaal Den Beer Portugael nam nu zijn ontslag uit den dienst, omdat hij met wilde medewerken tot, en ook niet mede verantwoordelijk wilde zijn voor het daarstellen van zaken, die bij in strijd acht met 's lands belang. De bedoelde memorie moet thans be rusten bij het Departement van Oorlog. De ondergeteekende raadt den Leden uwer Kamer aan dat belangrijke stuk aandachtig te lezen, hij kan dan zelf kortheidshalve volstaan met te zeggen dat hij het eens is met de beschouwin gen van dien kundigen opper-officier. Ook anderen, zeer bevoegde hoofd-of- ficieren. die belast z\jn geweest met commando's in de stelling van Amster dam, zijn van hetzelide gevoelen, zooals uit de militaire tijdschriften blijkt. Om kort te gaan de stelling, die men thans maakt, wordt onhoudbaar aearht door de personen, die er als het ware thuis zijn en 't terrein overal goed kennen ze woidt echter gemaakt op het advies der bureau officieren te 's Hage, die hoe kundig ook, waarschijnlijk niet de terreinkennis be zitten, welke men kan verwachten van personen, die in de stelling verblijf hou den „Dadr waar de denkbeelden omtrent deze gewichtige zaak zoo lijnrecht tegen over elkander staan, eischt 's lands be lang, dat de quaestie wordo uitgemaakt door geheel onpartijdige deskundigen. Adressant stolt daarom voor, dat de regeering in deze het advies verzoeke vau den beroemdsten vesting-bouwkundige on- Uit .1» Uit Gollup. En reist naar Eerst naar New-York, en van daar ter stond naar het binnenland. De beambte knikte en had waarschijn lijk het laatste niet eens gehoord, daar hg reeds de door hem verzochte ljjst in handen had, en de zooeven ontvangen in- lichttiugen met deze vergeleek. Hebt ge soms het een of ander bewjjs bij de hand? vei volgde de beambte, ter- wijl hij de lijst dichtsloeg en naar de beide andere beambten zag, waarbij hg met de hand ever zijne kin streek. Beiden knipten met de oogen en deelden elkaar toen iets mee. De ondervraagde opende zijne jas, en haalde er een toegevouwen papier uit, het welk hij stilzwijgend den beambte over gaf. Deze opende het papier en vergeleek de in den pas aangegeven persoonsbeschrij ving met den bezitter er van. Ge hebt vroeger een bakkebaard gedra gen wanneer en om welke reden hebt ge dien laten wegscheren Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1892 | | pagina 1