8(' Jaarg.
i\o. 615.
Zaterdag l Juni 1892.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch- V laan deren.
F. DIELEMAiY,
AXEL.
16 FEUILLETON.
1911^10.
Buitenland.
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent*
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Aanstaanden Dinsdagavond zal
van dit blad geen nummer ver
schijnen.
DE KERMIS.
Ze is weder in aantocht, de oude da
me. Maar och, 't is om medelijden met
het schepsel te krijgen, zoo armoedig
ziet ze er uit. Ieder jaar, als we haar
weer zien terugkeeren, is ze zichtbaar
vervallen. Haar afgedragen plunje heeft
geheel en al het voorkomen van een ver
vallen grootheid. Want dat is ze Vroe
ger was ze, toen ze nog in „goeden doen"
was, het volksfeest bij uitnemendheid.
Jong en oud zag reikhalzend de dagen
te gemoet, waarop inspanning voor uit
spanning plaats moest maken, waarop
naar hartelust kon worden genoten van
al hetgeen kramen en spellen ten beste
gaven. Ieder zorgde er voor, tegen dien
tijd een duit op zak te hebben, om al-
zoo in de gelegenheid gesteld te zijn, te
kunnen deelnemen aan de algemeene
pret, om iets to kunnen zien en hooren,
wat vreemd was en niet zoo maar da
gelijks viel waar te Demen.
De kermis is echter meer en meer
ontaard. Zij draagt thans een geheel
ander karakter dan vroeger. Wat zij
te zien geeft, is voor niemand bijna
meer nieuw. Een draaimolen, een goo
chelaar van den vierden rang, een kun
stemakerstroep van nog minder allooi,
een opstand of wat van zeildoek, waar
in een met stol bedekt en oudbakken
Novelle van
W. H A IJ F F.
Uit liet Hoogduitsch.
Zij vermoedt het nietzacht, argeloos
als een onschuldig kind bespeelt zij de
harp, alleen zwaarmoedigheid ontsnapt in
zachte klanken aan hare borst, aan dat
volle van liefde gloeiende hart, waaivoor
het staal reeds gewet is. Zij fluistert in
de verte groeten vol liefde toe aan hem,
die haar wil dooden het verlangen schijnt
hem in hare armen te roepen, hij zal ko
men om haar te vermoorden zij bidt
voor hem, Desdemona zegent hem hem
die haar vloekt.
De majoor verdeelde zijne blikken tus-
schen de zangeres en Sophie. Zij luisterde,
in weemoed verzonken, naar haar lieve
lingslied een traan hing aan hare wim
pers, zij weende onbewust om haar eigen
lot. De harpakkoorden stierven weg. Sophie
keek nadenkend, droomend voor zich heen.
Als ik eens sterf, zal het mijn zwanen
zang zijn, weerklonk het in de herinnering
van den majoor. Waarlijk, zij heeft de
waarheid gezegd, zeide hij bij zichzelven,
het was de zwanenzang van haar geluk.
Othello trad op. Sophie's opmerkzaamheid
was nu niet meer op de cpera gevestigd,
rommeltje van snoep en galanterie, eeni-
ge schreeuwende draaiorgels, zullen toch
voor het grootste deel der menschen niets
nieuws, nog veel minder aanlokkends
bevatten. Wat thans de kermissen voor
het meerendeel, hier althanste zien
geven, och, het is zoo luttel, zoo erg
min. En dat is het, wat we tegen haar
hebben.
Degelijkheid zit er geen greintje meer
in. Gelegenheid om op fatsoenlijke, ge
paste wijze te genieten, voor wie er ge
bruik van wil maken, biedt de kermis
niet. En daarom ook zeggen we De
kermis is uit den tijd.
Zoudt ge haar dan willen afschaffen?
zult ge misschien vragen. Wij antwoor
den hierop niet direct bevestigend. Wan
neer we jaar aan jaar zien, dat ze vol
komen het beeld levert van een tering-
lijderes in de laatste periode, dan zouden
we geneigd zijn, om haar eerder den ei
gen dood te laten sterven, dan haar af
te maken zonder vorm van proces. We
weten het maar al te zeer, dat, wanneer
de bevoegde overheden het besluit na
men de kermis af te schaffen, daarover
tegenwoordig nog veel gejammerd en
geklaagd zou worden. Toen zij, enkele
jaren geleden, ingekort werd, kon men
dit genoeg uit de redeneeringen der spraak
makende gemeente opmaken. Doen, er
zal een tijd komen, en die is naar onze
meening niet zoo heel ver meer, dat het
volk zelf zal verlangen naar 't einde dezer
armzalige vertooning. Wij voor ons ge-
looven, dat een betere weg kan worden
ingeslagen om het volk eenige atwisse
ling te bezorgen in bet eentonige leven ten
platten lande, dan door het een zooge
naamde uitspanning te verschaffen die
zij keek neer naar haren armband, zij
speelde met het sloteen vroolijk lachje
verdrong haren weemoed, hare blikken
dwaalden naar de loge van den majoor
tegenover haar angstig keek deze wat
verder zou gebeuren, God in den hemel,
zij trekt het onzalige papier te voorschijn
en verbergt het in haar zakdoek hjj
meent te zien, dat ze heimeljjk het zegel
verbreekt vol vertwijfeling werpt hij
zich uit de loge naar den gang. Hij weet
niet waarom, maar een onzichtbare macht
drijft hem naar de vorstelijke loge heen,
nog slechts eenige schieden is hij er van
verwijderd, daar hoort hij opeens be
weging in de zaal, men komt uit de loge,
bedienden en hofdames snellen hem ang
stig voorbijeen vreeselijk vermoeden zegt
hem reeds vooruit, wat dit beteekent; hij
krijgt ten antwoordPrinses Sophie is
plotseling in onmacht gevallen
IX.
Droevig, innerlijk verpletterd, zat eenige
dagen na dit voorval de majoor Von La-
run in zqne kamer. Zijn voorhoofd rustte
op zijn hand, zijn gelaat was bleek, zijne
oogen waren half gesloten de anders zoo
sterke man weerhield menige traan, die
zijne oogleden wilde ontsnappen. Hij
dacht aan het verschrikkelijk lot, in welks
innigste weefsel het toeval hem verward
had hij zag al de draden, die, voor wei
nig oogen buiten hem zichtbaar, zich zoo
meer verdierlijkt dan opbeurt.
Ontspanning is een uitstekend middel
om den strijd om het bestaan, voor
bijna ieder zoo zwaarzoo moeielijk,
voor eenige «ogenblikken te doen ver
geten. Maar die ontspanning moet en
mag niet aangeboden worden door een
jaarlijks wederkeerend feest als onze
kermis Daar zijn edeler, opbeurender
gelegenheden om het volk te doen ge
nieten, daar zijn feesten, die van zoo-
danigen aard zijn, dat iedereen er aan
kan deelnemen, welke gevoelens hij ook
moge zijn toegedaan. Wij veronderstellen
en in deze staan we niet alleen, dat één
of twee feestdagen in een jaar, en dan
op verstandige wijze ingericht, ons volk
meer genot zullen opleveren, dan een
viertal halve, kwart of achtste kermis
Het volk wil nu en dan wel eens pret
hebben, zegt men. Goed, maar dan niet
op de wijze, zooals dit op zoogenaamde
hoogdagen en kermissen plaats heeft
Wie dat plezier hebben noemt heeft
geen verstand van uitspanning. We we
ten nu eenmaal, hoe in deze streken ge
woonlijk feest wordt gevierd op zulke
dagen maar we hebben ook meerma
len ondei vonden, zooals bij enkele vader
landsche gedenkdagen, konings en prin
sessefeesten, inhalingen van burgemees
ters, dat zulke feestelijkheden een geheel
ander beloop hebben, dat we dan gewoon
lijk gespaard blijven van de walgelijke
hoogdag- en kermistooneelen en dat het
dan veel geregelder en fatsoenlijker toe
gaat. En dan heeft ieder ook kunnen
zien, hoe algemeen bij dergelijke gele
genheden de deelneming der ingezetenen
was, hoe niemand zich onbetuigd hield
fijn samenknooptenhij zag hoe zij ver
der gesponnen, hoe zij toegeknoopt en
vereenigd, zich vormden tot een hecht net
om een teeder, ongelukkig hart. Onover
winnelijke bitterheid mengde zich it deze
droeve herinneringenzijn oude wapen-
vriend, een zoo schitterende meteoor aan
den horizon der eer, een zoo dapper sol
daat en nu een ellendeling, een eerverge
ten schurk, die, zonder slechts in de verste
verte een anderen uitslag te kunnen ver
wachten, met alle vermogens, die de liefde
bezit, bet onbewaakte hart var< een nau
welijks tot jonkvrouw geworden kind be-
tooverdeIn deze gedachte mengde zich
het beeld van deze zoo eindeloos ljjdende
engel, mengde zich de angst voor een too
neel dat hij in een volgend uur zou bijwonen
Eene aanzienlijke dame, de opperhofmees
teres van prinses Sophie, had hem dezen
middag bij zich ontboden. Ze zeide hen-
zonder achterhouding, dat Sophie door
eene zware ziekte was aangetast en dat de
dokters weinig hoop gaven, want zij noem
den hare ziekte eene aandoening der ze
nuwen. Verder vertelde zij hem dat de
prinses haar alles gezegd had, haar geen
woord had verzwegen van hare strafbare
betrekking Zij wist, dat er zieh in de
residentie slechts een persoon bevond, die
graaf Zroniewsky nader gekend had en
die persoon was de baron Von Larun.
I Met een angst, met een verlangen, d it
aan vertwijfeling grenst, driDgt de ODge-
of behoefde te houden om mee een steen
tje aan te dragen om de feestvreugde te
verboogen.
Konden we het in onze gemeente een
maal daarheen leiden, dat de kermis ver
vangen werd door meer edele volksver
maken, we gelooven, dat het zedelijk peil
van ons volk er niet door zou 'dalen.
Niemand zal ons verdenken als hij de
ze regelen leest, dat we tegenstanders
zijn van behoorlijke ontspanning, doch
het zal een ieder, hopen we, niet on
duidelijk zijn gebleken, dat we in geenen
deele voorstanders zijn van die onzalige,
tot allerlei uitspattingen aanleiding geven»
de pret, zooals eene week als de vol
gende aan een deel van ons volk door
middel van een zieltogende, niets betee-
kenende kermis zal geven.
Afrika is het Zwarte Werelddeel, zoo
wordt het genoemd omdat daar zooveel
zwartjes wonenIn den laatsten tijd
zijn daar nil heel wat blanken bijgeko
men, dank zij de groote #n belangrijke
ontdekkingsreizen van een Stanley en
meer anderen, maar ook vooral door de
zucht der Europeanen om hunne bescha
ving aan de Zwartjes te doen deelachtig
worden, waarvoor men gelieve te lezen
„hebzucht en eigenbelang".
De eerste vruchten der Europeesche
beschaving zijn gewoonlijk dronkenschap
en geloofsverdeeldheid. Met slechte je
never en brandewijn zijn de zwartjes ge
makkelijk te vangen. Gaat dit een beet
je goed, dan wordt het zendingswerk aan-
gevangen. Zoo is het ook gegaan in Oe
ganda, een koninkrijk dat dicht bij liet
Victoria Nyanza meer ligt. Daar heb-
lukkige er op aan u zonder getuigen te
spreken. De opperhofmeesteres wist wel,
hoezeer dit indruischte tegen de vormen
der etiquette, maar de aanblik op hit
jammerende kind dat alleen nog deze eene
zaak op aarde scheen te willen in orde
brengen, verhief haar hier boven. Zjj
waagde het, om den majoor den voorslag
te doen, dezen avond onder haar geleide
in het geheim naar de zieke te gaan.
De majoor had niet »neen" gezegd. Hjj
wist, dat hij haar niets vertroostends zeg
gen kon, maar hg gevoelde, hoe bij eene
zoo diepe droefheid het verlangen om die
smart mede te deelen aan een ander, on
overwinnelijk moest worden.
Maar wat moest hij tot haar zeggen
Moest hij niet vreezen door haar te aan
schouwen, door de droeve herinnering der
laatste dagen zoo te ontroeren, dat zijn
hevige smart baar nog ongelukkiger zóu
maken Mog was hij in gedachten daar-
aan verzonken, toen hem werd gemeld,
dat men hem wachttede oude opperhof
meesters stond met haar rijtuig voor de
deur zwijgend plaatste hij zich aan hare
zijde.
Ge zult de prinses zeei slecht bevinden
zei deze dame in tranen, ik geef alle hoop
op. Ik kan mij niet denken, dat in het
onderhoud met u, heer baron, nog eenige
redding voor haar kan gelegen zijn
C Wordt vervolgd.)