ItuUcnland. Biimcnla nd. zeker aantal jaren verdubbeld bad, ware Friesland gered, en bad men het kwaad juist daar bezworen waar het ontstaan was. Tevens ware dit nood middel dan aan de bijzondere scholen ten goede gekomen, die natuurlijk in Friesland onder gelijke ongunst der tijden gebogen gaan." De Amhemtche Ct. oppert geen bezwa ren tegen de wet, doch gelooft, dat me nigeen na de lezing der adviezen van Gedeputeerde Staten de overtuiging zal verkrijgendat de algemeene nood der gemeenten waarover zooveel wordt ge sproken, toch niet zoo heel groot is. In zes provinciën wordt verklaard, dat aldaar niet zulk een nijpende nood be staat, die het onverwijld subsidieeren van de gemeenten van Rijkswege wettigt, en waar deze erkenning niet met zooveel klem gegeven wordt, vindt men er me dedeelingen bij, die het duidelijk maken, dat binnen de grenzen van bestaande wetsbepalingen de groote lasten, aan de gemeenten meer bepaaldelijk door de wet op het lager onderwijs opgelegd, aanmer kelijk konden verlicht zijn. Men kan uit den overgelegden bundel stukken meent de Amhemsche Ct., gerustelijk de ge volgtrekking maken dat, met uitzondering van Friesland en Limburg, waar zeer bij zondere omstandigheden aangetroffen wor den in ons land de nijpende dringende nood der gemeenten in het algemeen op verre na zoo groot niet is als beweerd wordt. Dat er, buiten de genoemde pro vinciën, slechts achttien gemeenten door de Gedeputeerde Staten geacht worden aan ondersteuning van de Regeer ing be hoefte te hebben, acht de Amh. Ct. hier van een afdoend bewijs. Maar de Amh. Ct. is bovendien van oordeel, dat een flnancieele toestand, die voor niet minder dan zes en zerentig gemeenten met eene bijdrage van 250,000 nog geen 3500 gemiddeld voor ieder te verhelpen is na vele jaren te hebben voortgewoe kerd, niet zóó hopeloos noch onrustbarend is als wordt beweerd. De Amh. Ct. zegt te goed de groote voordeelen te kennen van een vrij ver gaand pessimisme in geldzaken dan dat zij zich door optimis tische indrukken en beschouwingen zou laten wegslepen. Maar in dit geval acht zij de met nauwkeurigheid verzamelde en met zorg bewerkte cijfers der Gede puteerde Staten zoo welsprekend, dat zij den grootsten pessimist tol ontevreden heid stemmen zullen. Ten deele is de tijdelijke regeling der gemeentebelastingen van 1865die met de aangeboren taaiheid van eiken tijde- kwam van zijne moeder, waarin deze hem verzocht zijn vaderlijk erfdeel in ontvangst te komen nemen. Men had het zorgvuldig voor hem beheerd, ook in zijne droeve jaren, om het voor vérbeurdverklarii g te bewa ren. Zoo schreel zijne moeder, en zjj had nooit tegenover hem de onwaarheid ge sproken. Oenzeltdeu zomer nog werd Kastell- Osteu, de rijke eigenaar van een wijnberg bij Nenstadaan den Haerdt, door al dege nen, die hem in zijn lijden bijgestaan had den, bezochtdoor Carïsen en zijne dochter Anna, die in de zonnige, schoone Paltz het verloren genot van den vorigen winter wilde inhalen, en waar in een buurman van Osten een danser vond. die haar voor haar gebeele leven vroeg. En ook de eerwaarde Thewald kwam nog tjjdig ge noeg, om het jonge paar zijn zeg6n te geven. Wie echter aan Osten vraagt, hoe die vroegtijdige, <lie| e plooien op zijn voorhoofd ontstaan zijn, daar hij toch in «e gelukkigste omstandigheden verkeeit, lieve kinderen aan zijne krieën spelen, en het uitzicht van zjjne bezitting zich uitstrekt over hel |)uil:iche vad- rl md valial Baden- -adej: tot Munheini ei: het slot Heidelberg, dan is hij gewoon zjjne Iletty aan te zier. en vertelt dan den vrager de geschiedeni „Op een valscb spoor." E I NU E. lijken maatregel du reeds bijna een men- schenleeftijd gegolden heeft, ten deele de ongelukkige fixatie van bet aandeel der gemeenten uit de personeele belasting waar bi,naar het ooi deel van de Amh. Ct., de belangen der gemeenten zonder schroom noch schaamte aan die van het rijk opgeofferd werden, volgens het blad de oorzaak van den min gunstigen finan cieelen toestand van vele gemeenten, ook behalve deze 76. Dit overwegende komt men, zegt de Amh. Ct., tot de conclusie, dat het door eene betere regeling van het gemeente-belastingstelsel niet onmogelijk zal zijn voor de toekomst betere toestan den te verkrijgen. Doch de bij dit nood wetje gedane mededeelingen toonen van den anderen kant daarentegen aan, meent de A nth. Ct., dat het zeer sterk verschil van toestanden in verschillende provin ciën aan eene algemeene regeling voor bet geheele land grootere moeielijkheden in den weg legt, dan waarop men tot nu toe is bedacht geweest Het voorstel, zegt de Amh. Ct. ineen tweede artikel, staat niet op zich zelf. Uit de circulaire aan Gedeputeerde Staten blijkt, dat de regeering de gemeenten op twee wijzen wil tegemoet komen door haar te ontlasten van de kosten van de uitvoering der Rijkswetten en door haar de gelegenheid te geven tot eene goede inrichting van haar belastingstelsel. Nu meent de Amh. Ct. dat de onge legenheden, waarin vele gemeenten - en daaronder ook de niet onmiddellijk- ver keeren, dieper liggen dan in de uitgaven ten behoeve van Rijkswetten en het gemis van de vrijheid om hare belastingen op de meest geschikte wijze te tegelen. Vele gemeentén lijden onder den exodus van gegoede ingezetenen, die wel de ge meenten verlaten omdat zij buiten te veel belasting moeten betalen, maai' om dat de steden meer levensgenot en betere inrichtingen vonr onderwijs aanbieden. Daardoor ondervinden die gemeentebestu ren het nadeelige gevolg, dat de draag kracht der gemeente vermindert en daarvoor kan een betere inrichting van het gemeentelijk belasting stelsel vooral wanneer men haar in een nauwer verband met het Rijksbe lastingstelsel wil zoeken - weinig of geen baat geven- Alleen de grondbelasting kan, in de zeer uitgestrekte plattelandsgemeenten, eenige hulp geven en het was dan ook zegt de Amh. Ct. de eenige ver dienste van het ontwerp van den vorigen Minister, dat hij de Rijksopcenten op de grondbelasting aan de gemeenten wil af staan. Dat verder het Rijk, door het bureaucratisch systeem van afschuwing geleid, de kosten van uitvoering van vele landswetten dooi- de gemeentekas laat be talen, acht de Amh. Ct. onbillijk en ver keert Toch zou dit blad het een groote ramp achtenwanneer de plaatselijke besturen als werktuigen bij die uit voeling werden ter zijde gesteld doch de kosten van den burgerlijken stand, van de uit voering der militiewet van het gevange niswezen, van de schutterij, alle onder werpen van Rijksbelang, die aan de plaatselijke huishouding der gemeenten vreemd zijn, behooren van de gemeente begroot ingen te verdwijnen, of wat verkieselijker is - door het Rijk te wor den vergoed. Het blad bespreekt daarna de vraag of de politie het openbaar onderwijs en het armwezen onderwerpen van staats- of van gemeentezorg zijn. Het blad acht het alleen politiezorg voor de locale behoeften door de gemeen te noodigvoor onderwijs zou een rui mere bijdrage aan de gemeenten moeten worden toegekend, desnoods met wijzi ging der onderwijswet. En de armen zorg moet zooveel mogelijk zaak zijn van van particulier initiatief, opdat de ge meentebesturen weinig of geen uitgaven voor armverzorging te doen zullen hebben. Over de zaak-Roelants maakt de N. Rot. Ct. de volgende zeer juiste opmer king. De heer Keuchenius heeft reeds naar aanleiding van het geval van kapitein Roelants eene interpellatie aangekondigd. De minister zal dus de gelegenheid heb ben, de belastingen van zijnen voorgan ger en van hem zeiven te verdedigen. Inmiddels achten wij het, bij al het ru moer dat er over deze zaak wordt ge maakt, niet ondienstig mede te doelen, wat de middernachtzendeling J. van dei- Steur in de Standaard schrijft over het geen er te Arnhem bij dit zendingwerk zoo al voorvalt. Men begon daar dat werk onder eenen algemeenen tegenstand. Het gepeupel werd tegen de zendelingen opgeruid en omgekocht, en geheele troepen militairen - ook onder officieren maakten het hun lastig. Er werd zelfs van de sabel gemaaktde zendelingen werden overal achtervolgden meermalen, zegt Van der Steur, was zelfs hun leven in gevaar. Hiernaar kan men beoordeelen, hoe wei nig vreedzaam dit werk verloopt. Nu heeft man zich voor te stellen, wat de gevolgen kunnen zijn, wanneer aan bemoeiingen, die zóóveel verzet vindén en zóóveel wanordelijkheden uitlokken, een officier deelneemt. Van der Steur deelt mede, dat, toen kapitein Roelants in uniform aan het zendingswerk deelnam, hij slechts zwijgend had heen en weer te loopen, om de mindere militairen op de vlucht te jagen. Dat was de uit werking van de uniform. Maar den officier in burgei kleeding kent m6n niet of heeft men niet te kennen neemt hij aan de bemoeiingen der zending deel, dan moet hij meer doen dan zich vertoonen en bijgevolg stelt hij zich bloot aan al het geen waaraan, volgens Van der Steur zelf, de andere zendelingen blootstaan hij wordt in wanordelijkheden en vecht partijen betrokken, kan in botsingen ko men met (niet zelden beschonken) mili tairen van ondergeschikten rang, in moei lijkheden worden gewikkeld met de poli tieen wat niet al meer. Alles dingen waarvoor een officier of wie er anders een openbaar ambt bekleedt, veel meer dan een ambteloos burgei zich te wachten heeft. Een officier ook inzonderheid hier om, omdat hij te waken heeft voor de handhaving der discipline ,in het leger. Wanneer zulke overwegingen er toe hebben geleid om dezen kapitein niet in aanmerking te brengen vooi den hoofd officiersrang, dan kan daarom nog niet gezegd worden dat hij gestraft werd, om dat hij de zedelijkheid trachtte te be vorderen. Alles komt hier aan op de wijze boe hij dat deed. en op de plichten, die in zijne positie van bevelvoerend officier op hem rustten. Dinsdag morgen had te Parijs de mi nister van binnenlandsche zaken een conferentie met den prefect van politie, den directeur der algemeene veiligheid, den rechter van instructie Athalin en den procueur- generaal om hun nieuwe instruc ties tegen de anarchisten te geven. De politie heeft alle keldergaten aan de gebouwen van den senaat en het Palais Bourbon en aan de huizen der omliggende straten laten dichtstoppen. Twee metselaars vonden Dinsdagmor gen voor de colonnaden van den Louvre twee patronen. Voorts werd in het huis van een commissaris van politie in de Rue St. Germain des Prés een kloine bom gevonden. Ouder de bevolking heerscht groote opgewondenheid. Vele vreemdelingen verlaten Parijs. Zorgvuldig werden alle huizen, waarin rechtelijke ambtenaren wonen, bewaakt. Maandag wierp een individu een helscbe machine met brandende lont in een huis op den Boulevard Magenta. Den concierge gelukte het spoedig de lont te blusschen. Twee arbeiders 7onden een buis met een onbekend preparaat voor bet mi nisterie van financiën. In hoeverre alle deze berichten op waarheid berusten, is moeilijk te beslissen. De algemeene opgewondenheid onder het publiek maken natuurlijk alarmbegeerige journalisten zich ten nutte om interes sante berichten de wereld in te zenden, ofschoon niet altijd vertrouwbare. Met het oog op de nieuwe tijdregeling hebben Ged. Saten aan de gemeentebe sturen van Zeeland een uittreksel uit den brief van den minister van binnen landsche zaken dd. 10 Maart gezonden; en daarbij dien besturen in overweging gegeven na den nacht van 30 April op 1 Mei e. k. op het telephoon- of tele graafkantoor in hun gemeente, of waar dit niet aanwezig is, op het naastbijge- legen kantoor van het juiste uur zich te vergewissen en de klok der gemeente daarnaar te regelen. Vóór 15 April a. s. zullen zij gaarne van die besturen vernemen of zij wen- schen mede te werken tot het invoeren van den Greenwicher tijd in de samen leving. (N. R. Ct.) - Naar wij vernemen zal binnenkort bij den Uitgever L. J. Veen te Amster dam verschijnenExtaze, een boek van geluk door Louis Couperus. AXEL, den 5 April 1892. Door den burgemeester van Ter Neuzen is ter kennis der ingezetenen ge bracht. dat dezer dagen 27 monsters specerijen en voedingsmiddelen bij door het lot aangewezen winkeliers of slijters aldaar, bij name genoemd, zijn gekocht en tot onderzoek opgezonden naar het bureau voor scheikundige en mikrosco- pische onderzoekingen te Middelburg, en dat de uitslag van dat onderzoek is ge weest, dat zuiver, vrij van schadelijke bestanddeelen of bijmengselen zijn be vonden 19 monsters tarwebrood, tarwe meel, koffie, thee, witte suiker, gemalen kaneel, azijn, cognac, roode wijn en bier; 6 monsters melk waren vrij van scha delijke bestanddeelen, doch verschillend in qualiteit; 1 monster bruine suiker was zeer onzuiver en van slechte qua liteit, dooi de vele zouten van de stroop afkomstig, en 1 monster peper van slechte qualiteit, vermengd met zand. (N. R. Ct.) Bij kon. besluit van 31 Maart is benoemd tot dijkgraaf van den polder Nieuw-Othene, M. Dieieman Wz. en tot plaatsvervangend dijkgraaf van den polder Vergaert, P. F. de Vleeschauwer. Door den minister van binnenland sche zaken o. m. benoemd tot kweeke- lingen aan de rijkskweekschool voor on derwijzers te Middelburg: A. A. Rade makers van Westdorpe en A. L. Kok van Zaamslag. Zaamslag. Niet zoo heel ver van ons 1 dorp, op eenige passen afstands benoor- den den plublieken straatwegdie van hier naar Ter Neuzen looptstaat eene landhoeve, die er alleraardigst uitziet en bewoond wordt door de weduwe A. Die ieman met haren zoon, verder nog eene jeugdige dienstmeid en een zoogenaam de knecht, die nauwelijks de kinderschoe nen ontwassen is. Op die landhoeve nu is in den nacht van jl. Vrijdag op Zaterdag een ontzet tende misdaad gepleegd, die, hoe vreese- lijk de ontknooping ook zijtoch nog treurige gevolgen na zich had kunnen sle pen. Ongeveer ten 11 ure des avonds,, terwijl de bewoners der hofstede allen in diepen slaap gedompeld lagenweid op het alleronverwachts de voordeur van het woonhuis op gewelddadige wijze met een zwaren houten paal opengestooten waarna 4 personen de kamer binnen drongen die tot slaapplaats dient van moeder en zoon. Dit alles was voor de onverlaten slechts het werk van één oo- genblik. Vóór dat de weduwe in staat was tot bezinning te komen van den ontvangen schrik en hare slaapstede te verlaten, stond men reeds vóór haar bed waar men haar met geweld uitsleurde en op de onmenschelijkste wijze mishan delde. Men heeft haar zoo vreeselijk toegetakeld, dat zij daardoor belangrijke, wonden aan het hoofd heeft bekomen terwijl éen harer vingers letterlijk afge slagen of afgetrapt is, waardoor eene ha-

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1892 | | pagina 2