Rinnenlandsch Nieuws. v (jicmcngd Nieuws. van een Mongoolschen knecht, die aan een gouden ketting een pelikaan geleidde. Daar pelikanen niet in de tarieven van de douane opgenomen zijn liet men de dame ongemoeid. Het is thans uitgeko men, dat de deftige dame diamanten smokkelde, en die verborg in den groo- ten snavel van den vogel. Onlangs moet zij op deze wijze een bedrag van 30,000 dollars aan diamanten naar Chicago ge bracht hebben, voor rekening van eene firma in New York, welke evenwel be weert niet geweten te hebben, hoe de diamanten verhandeld werden. De politie doet thans ijverig onderzoek naar de dame en naar den pelikaan. In de najaarsvergadering van de pro vinciale staten van Zeeland, Dinsdag 3 November te openen, zal o. a. ter tafel komen een voorstel omtrent het verzoek van den gemeenteraad van Hoofdplaat om die gemeente op te nemen onder de aanlegplaatsen van den stoombootdienst op de Wester-Schelde omtrent het verzoek van het bestuur van het waterschap Cadzand om rente loos voorschot voor wegsverbetering omtrent het verzoek van het bestuur van het waterschap Groot- en Klein Baarzande om renteloos voorschot voor wegsverbetering en omtient het verzoek van den gemeenteraad van Borssele om een ponton of drijvende aanlegplaats te maken aan de Zuidnol van Borssele en om renteloos voorschot voor de daartoe noodige wegsverbetering. Eindelijk nog voorstellen naar aanlei ding van een adres van het bestuur der „Maatschappij tot bevordering van Land bouw en Veeteelt in Zeeland'", tot wij ziging der voorwaarden, waaronder bij besluit der Staten van 11 Juli 1890, no. 14, aan die maatschappij een crediet is verleend tot bevordering en aanmoediging van de verbetering der paardenfokkerij in dit gewest. Onder de velerlei personen, die door het publiek gerucht werden aau- gewezen als in aanmerking te komen voor burgemeester van Rotterdam, is ook de heer mr. E. Fokker genoemd, wiens naam toch niet uit de lucht gegre pen schijnt te zijn. Intusschen vernemen wij, dat er met zekerheid nog niets om trent zijne benoeming tot hoofd van ons gemeentebestuur te zeggen valt. (N. R. Ct.) - Tot tweeden particulieren secretaris het dan zoo bedoeld „Het is waar," ging zij meer opgewon den voort, „het is waar, de manneD zijn beter, degelijker ontwikkeld, zij bfezitten een helderheid van geest, die iedere half heid of schijngeleerdheid uitsluit en gering acht. Maar hoe gaarne luisteren wg vrou wen naar een gesprek van mannen, dat over onderwerpen loopt, die ons begrip niet te ver te hoven gaan, zooals bij voor beeld een belangwekkend boek, dat we gelezen, of portretten die we gezien heb ben. Wij leeren gewis zeer veel, als we daarbij toehoorders zijn of wel durven me- despreken. Het oordeel dat we voor ons zeiven vormden breidt zich uit en wordt zuiverder, en iedere ontwikkelde vrouw moet zulk een onderhoud aangenaam zijn. Ook geloof ik niet, dat de mannen ons dit kwalijk zullen nemen, als wij slechts," voegde zij er lachend bij, „niet zelve willen schitteren, niet den nederigen kring willen verlaten, die ons eenmaal aangewe zen is." 14. Hoe schoon was ze op dit oogenblik Het gesprek had hare wangen met een hooger rood gekleurd, hare oogen schit terden en de glimlach die op hare lippen zweefde, had iets zoo betooverends, zoo innemends, dat Fröben niet wist wat lip meer moest bewonderen, de schoonheid dezer vrouw, of haar geest, of de eenvou- van H. M. de Koningin en van H. M. de Koningin-Regentes is benoemd de le luitenant jhr. C. L. van Suchtelen van Haare, ordonnans-officier. Door den minister van binnenland- sche zaken is aan de Commissarissen der Koningin in de provinciën de volgen de missive gezonden Wegens het doel, waarmede de ver lofganger der militie te lande bij art. 138 der militiewet aan een jaarlijksch onder zoek door den militie-commissaris wor den onderworpen, bestaat er, naar mijn oordeel, grond om van dat onderzoek vrij te stellen de verlolgangers, die zich in Juni met de vereischte toestemming bui tenslands bevonden en daarom niet in genoemde maand tor inspectie behoefden op te komen, indien zij in latere maan den van het jaar aan eene krachtens art. 125 van voormelde wet te hunnen aan zien gedane oproeping onder de wape nen hebben voldaan. Mijn ambtgenoot van oorlog, daarover door mij geraadpleegd, deelt mij bij schrij ven van 19 Oct., Vile afd. M. en S., no. 90, mede, dat hij zich met dat gevoelen vereenigen kan. AXEL, den 24 October 1891. De heer J. Rolff, station-chef alhier, is als zoodanig overgeplaatst naar Hulst. Tot leeraar in de theoretische zee vaartkunde, de stoomwerktuigkunde enz. aan de zeevaartschool te Groningen is benoemd de heer J. J. Poortman, gepen- sionneerd luitenant ter zee le klasse, thans rijkshavenmeester te Ter Neuzen. De heeren J, Lindbout en S. de Graaff te Ter Neuzen, H. F- J. Bijleveld te Westdorpe, A, Bevers te Schoondijko en J. Colijn te IJzendijke, slaagden te Middelburg voor de akte in de vrije- en ordeoefeningen in de gymnastiek. Nog slaagden de heeren J. F. Faas te Ter Neuzen, A. L. Amelunxen te Hoek, J. F. de Windt te St. Kruis, D. A. van Houte te Groede en L. de Klerck te Cad Tot onderwijzer aan de openbare lagere school te Mechelen Wittem is be noemd de heer Nahon, te Stoppeldijk. Naar men verneemt zullen ernstige pogingen worden aangewend tot bet ver krijgen van eene stoomtramlijn IJzen dijke Basse veldeOost-Eecloo Sleidin* geEvergemWoldelgem Gent. Deze ljjn zou slechts voor een klein gedeelte over Nederlandsch grondgebied loopen maar eene directe verbinding ver schaften tusschen Vlissingen en Gent. dig schoone wgze waarop zij zich uitdrukte. „Zeker," zeide hij, terwijl hij haar in ver rukking aanzag, „zeker, wij zouden zeer Onrechtvaardig zijn. als wij zulke teedere en rechtmatige aanspraken niet billijkten. De vrouw, die bij een beschaafden geest, bij lust tot leeren en tot- meer ontwikkeld onderhoud geen deelneming vindt in ha re omgeving, die vrouw moet zich wel zeer ongelukkig gevoelen. Ja waarlijk, zoo alleen op zich/elven staande, moet zg zich wel zeer ongelukkig gevoelen." Josephe kleurde en eene donkere wolk benevelde haar schoon voorhoofd. Onwil lekeurig zuchtte ze en met schrik ontdek te Fröben, dat er eene vrouw voor hem zat, zooals hij ez eene beschreven had. Ja, zonder dit te willen, had hg haar eigen verdriet verraden, Want, kon haar ruwe echtgenoot haar voldoen? Hij, die in zijne vrouw slechts zijn eerste be diende zag, die al het geestige dat den mensch belangwekkend of begeerlijk toe schijnt als onpraktisch veracht, kan die man de aanspraken op het genot van een beschaafd onderhoud bevredigen Wat het niet te vreezen, dat hg haar dit met opzet onthield Eer nog Fröben zijne kalmte in zoo verre teruggekregen had, dat hij het ge sprek eene meer algemeene wending kon geven, zeide Josephe, zonder hem zgne fout te doen gevoelen„Wij vrouwen op het land genieten deze vreugde waar- De heer C. A. Carpreau, directeur der IJzendijksche stoomtram - maatschappij wordt belast met het maken van een voorloopig plan. ochtend kon men aan het Hofplein te Rotterdam getuige zijn van de wreedaardige behandeling van vee, dat in de richting naar het station ge dreven werdniet alleen dat drijvers, gewapend met dikke knuppels, de beesten op de gevoeligste wijze sloegen, maar zij werden daarin nog geholpen door een zwerm straatslijpers, die blijkbaar er be hagen in schepten de beesten met stok ken en zweepen tegen pooten en kop te slaan. Een stier, vermoedelijk vermoeid, stort te aan het Hofplein neder en scheen niet meer gevoelig voor de slagen, die twee drijvers het beest toedienden. Het bloed liep het dier uit bek en neus, ge volg van de wreedaardige handeling die het ondervond. Politie was tegenwoordig, doch scheen niet te weten dat het noodeloos kwellen van een beest bij de wet strafbaar is. (Wij nemen dit bericht over om er de politie te meer op te wijzen dat het noodeloos mishandelen van dieren wel degelijk bij de wet strafbaar is.) Uit Amsterdam meldt men aan de N. R Ct. De avond bijeenkomst van Sequah ken merkte zich door bijzondere woeligheid. Eene bende straatjongens maakte rumoer, zoodat Sequah niet te verstaan was. Het publiek riep gooi ze er uitwaarop ve len begonnen aan dat verzoek gevolg te geven. Half de zaal geleek wel eene vechtpartij, waarin een paar politieagen ten zich mengden. Volgens sommigen zou er met stok en sabel geslagen zijn. Onderwijl speelde de muziek een vroo- lijken marsch. Toen de rust hersteld was had er een ballet plaats, waaraan zestien genezenen deelnamen. De aankondiging, dat dit de laatste avondbijeenkomst was, veroor zaakte groote ontsteltenis, daar velen nog hoopten geholpen te worden, Als eene woedende zee drong men naar voren en klauterde op de tribune. Aan de herrie werd een einde gemaakt door het uit draaien van het gas. Sequah bereikte met moeite zijn njtuig. Door velen werd het plan geopperd ter eere van den wonderdokter wat straat kabaai te maken, maar het onverwach te van het afscheid maakte eene voor bereiding onmogelijk, zoodat men voor lijk zelden. Overigens gevoelen wij ons evenwel niet zoo eenzaam, als het den vreemden wellicht toeschijnt- Wij bezoe ken elkander des te meer, zie slechts wel ke eene menigte aankondigingen van be zoek daar aan den spiegel hangt." Fröben zag er naar en de bewuste kaart kwamhem in de gedachte. »0 ja!" zei de hg, terwgl hg ze te voorschijn haalde, „ik heb daar straks een kleinen diefstal gepleegd" en hg liet haar de kaart zien. „Kunt ge gelooven, dat ik tot op giste; ren niet eens wist, dat mijn vriend ge huwd was. En uwen naam kende ik daar straks eerst door deze kaart. Gij heet Tannensee „Ja,antwoordde ze lachend, „en de zen niet beroemden naam ruilde ik voor den schoonen naam van Faldner. „Niet beroemd Als uw vader de o- versteVon Tannensee was, is u in het geheel niet onvermaard. Zg bloosde. „O mijn goede vader 1 zeide zij. „Ja, men heeft mij wel eens van hem verhaald dat hij een dapper of ficier des keizers was, en hij is als ge neraal begraven. Ik heb hem niet gekend. Eens sleehts toen hij uit den veldslag terugkwam zag ik hem. Nooit zag ik hem weer, hij is reeds dertien jaar dood. „En was hij geen Zwitser vroeg Fröben verder. Verbaasd zag zij hem aan. „Als ik mg niet vergis, zeide mij een tooneel als te Rotterdam bewaard bleef. Merkbaar was het echter dat het door het publiek niet verwachte afscheid verkoelend werkte. Sequah laat veel te- leurgeslelden achter. De Midd. Crt. van gisteren bevat de volgende Stormberichtei.. De nieuwe storm, die de kust van Groot-Brittanje heeft geteisterd, richtte groote schade aan en heeft verscheidene menschenofters gekost. Een Fransche brik leed schipbreuk nabij den lichttoren Saint Catharine; vijf matrozen verdronken. Een Fransche schoener strandde bij het eiland Wight; de bemanning werd gered doch de kapi tein werd ernstig gewond. Te Sandgate waren de bewoners der aan zee liggende huizen en van het Her stellingsoord in hevige onrust. De golven sloegen 70 tot 80 voet hoog. Tengevolge der overstroomingen in Engelandna de hevige stormen der laatste dagen, heeft tusschen Oorsham en den Box-tunnel een aardval plaats gehad, die den Great Western-Spoorweg versperde. Een pleiziertrein naderde juist, toen het ongeval gebeurde, de gevaarlijke plaats, maar werd gelukkig bijtijds tot staan gebracht. In den omtrek van Sandgate stond, tengevolge van den hoogen golfslag bii den storm, op Dinsdag 11. alles onder water de weg tusschen Folkstone, Sand gate en Hythe was niet te berijden. De dijk nabij Seabrook had zeer te lijden, Belangrijke werken tot oeverver dediging waren daar het laatste jaar uit gevoerd bijna alles is weggeslagen door het water. De kustwachters te Anglesey hebben veel wrakhout gevonden, zoodat zij voor vele scnipbreuken vreesden. Te Maryport stond de zee zoo hoog als zij sedert dertig jaren niet gestaan heeft-. De kaaien werden overstroomd en zeer beschadigd. Tengevolge van de hevige regens, die den stroom vergezelden, trad de Trent buiten haar oevers en overstroomde een groote uitgestrektheid bouwland. Te Stockwith werden de sluisdeuren door het water medegesleept. Verschei dene woningen staan onder water. In het dorp Wyton werd het dak van een woning door den wind opgenomen, de schoorsteen kwam naar benoden, de steenen vielen in het bed der eigenares die aan het been ernstig werd gewond. In het visschersdorp Baltray, aan den mond der Boyne, wies het water zoo snel, dat de bewoners zich slechts met groote moeite in hun vaartuig konden redden. ne moeder mij, dat hij bloedverwanten in Zwitserland had. „En uwe moeder, heet die niet Laura en stamt ze niet af van een Spaansch geslacht Zij verbleekte, zij sidderde bij deze woorden. „Ja, zij heette Laura,ant woordde zij „maar mijn God, wat weet ge dan van ons, waarom Van een Spaansch geslacht ging zij voort. „Neen daarin dwaalt ge, mijne moeder sprak Duitsch en was eene Duitsche." „Wat? Is uwe moeder dood? „Sinds drie iaar,zeide zij op wee moedigen toon. „O, wees niet hoos, als ik verdsr vraag, had zo geen zwart haar en evenal gg, bruine oogen 1 Gelijkt gij niet veel op haar „Gij kendet mjjne moeder riep ze angstig en sidderde heviger. »Neen; maar ik ga u een zonderling toeval verhalen 1" hernam Fröben. „Ik moet mij al erg vergissen, als ik meteen braaf bloedverwant uwer moeder heb lee ren kennen." En nu verhaalde hij haar van Don Pedro. Hg zeide haar, hoe zg bij het portret kennis met elkander ge maakt hadden, haalde de kopie van zijne kamer en liet haar die zien. Hij ver telde haar hoe hunne vriendschap inniger geworden was en hoe Don Pedro hem zgne geschiedenis verteld had. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1891 | | pagina 2