VEEMAIIKT
No. 551.
Zaterdag 24 October 1891.
7e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwse h -Vlaanderen.
F. DIELEMAA,
Dinsdag 27 October 1891.
Buitenland.
8. feuilletojl
De bedelares van de Pont
des Arts.
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 8 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent;
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
AXEL.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
TE AXEL
OP
België. Koning Leopold, de vorige week
eene wandeling makend langs den dijk
te Ostende, ontmoette aldaar den heer
Armand Villette van den Gaulois en
baron de S. Met beide heeren zette hij
zijn weg voort en had daarop een gesprek
met den eerste over de beruchte mede-
dedeelingen derFransche bladen betrek
kelijk het bondgenootschap, dat door
Belgie met Duitschlanl zou zijn gesloten.
„Is men nog altijd in Frankrijk over
tuigd, vroeg de Koning onverwacht, dat
ik Belgie aan eene vreemde mogendheid
heb overgeleverd
Op de vraag van den heer Villette wat
de toespraak van burgemeester Buis te
te Maiseille beteeken de, zeide de koning,
dat diens rede volkomen zijn gedachten
had weergegeven indien hij zich in de
plaats van den heer Buis had bevonden,
zou hij niet anders hebben gesproken.
Ook bevestigde Z. M. het bericht dat de
heer Buis voor zijn vertrek naar Marseille
een lang onderhoud met hem had gehad.
Alle overige verhalen, door de Fransche
pers te zijnen koste opgedischt, o. a.
dat hij na 1871 bij Thiers en Bismarck
stappen zou hebben gedaan ten gunste
van zijne kandidatuur voor den Fran-
schen troon en over het onderteekenen
van een tractaat, noemde de koning ver
zinsels. Belgie als neutrale mogendheid
mag voor den eenen noch voor den an
deren staat partij trekken. Schending
van Belgisch grondgebied achtte bij door
geen zijner naburen mogelijk.
Z. M. scheen zeer ontstemd en opge
wonden over de hem door de Fransche
bladen [toegedichte plannen en eindigde
zijn gesprek met de hoop te uiten, dat
de confrères van den heer Villette nu
niet zouden gaan vertellen, dat zij met
hun drieën op den dijk te Ostende een
duister komplot hebben gesmeed.
De koning heeft den heer Buis in
particulier gehoor ontvangen en hem zijne
bijzondere tevredenheid betuigd over de
wijze waarop hij zijne zeüding naar Mar
seille heeft volbracht.
Zondag ochtend te 9 uur is door
een arbeider, Thinart geheeten, op den
directeur der werkplaatsen van Sclessin,
in de nabijheid van Luik, den heer De
wandre, een moordaanslag gepleegd. Drie
revolverschoten, door hem gelost, hebben
alle den directeur getroffen, wiens leven
in groot gevaar verkeert.
De arbeider Thinart is vroeger gerui-
men tijd werkzaam geweest aan de ge
noemde fabriek, maar na de werksta
king in Mei 11. als een der raddraaiers
niet weder als arbeider aangenomen.
Evenwel slaagde hij er in elders werk
te vinden, doch onlangs is hij ook daar
ontslagen, zoodra men de reden vernam
van zijn vroeger ontslag.
Zaterdag ochtend heeft hij zich daarop
naar den heer Dewandre begeven met
het verzoek, herplaatst te worden. Niet
geslaagd zijnde, heeft hij zich waarschijn
lijk hierover willen wreken.
Italië. Te Catanzaro en Calabrie heeft
onder aanvoering van den syndicus en
senator Rossi eene groote manifestatie
plaats gehad tegen den paus en de Fran
sche bedevaartgangers. Alle daar ge
vestigde vereenigingen en de leden
van den gemeenteraad namen er
deel aan. De manifesteerenden vormden
een grooten stoet en begaven zich naar
het hotel der prefectuur om er hunne
manifestatie voort te zetten. De prefect
verscheen toen op het balkon en sprak
de menigte aldus toe Indien de Fran-
schen ons willen beleedigen, laten zij
dan in Italië komen, niet met den pel
grimsstaf, maar met de bajonet, die de
Italianen wel zullen weten terug te
dringen.
- Eene samenkomst van den Itali-
aanschen minister-president Rudini met
den Russischen rijkskanselier Von Giers
heeft tot allerlei geruchten aanleiding ge
geven, wat dan ook wel te voorzien was.
Zoo heette het, dat Rudini aan Von Giers
den inhoud van het drievoudig verbond
zou bekend gemaakt hebben. Het hielp
niet dat dit tegengesproken werd, en de
overweging dat Italië ter openbaring
van het geheim de toestemming zijner
bondgenooten noodig hadtelde men
niet; de nieuwtjesjagers gingen hunnen
gang. Nu is echter in de Italiaansche
bladen eene officieuss nota verschenen,
waarin uitdrukkelijk het gerucht tegen
gesproken wordt.
De Parijsche Temps verklaart thans
op gezag van zijne correspondenten, die,
gelijk het blad zegt, geput hebben uit
vertrouwbare bronnen, dat het bezoek
van Von Giers met de staatkunde hoe
genaamd niets te maken had. Het be-
UIT HET HoOGDUITSCH VAN
W. HAUFF.
„Goed, ik kan me zulke mannen den
ken maar verder 1"
„Door zulke mannen krijgt het gesprek
meer beteekenis vrouwen, en vooral gees
tige vrouwen, zullen zich onder elkander
niet zoo levendig onderhouden, dan wan
neer er al is het ook maar een enkele
man als getuige of scheidsrechter bij te
genwoordig is. Wanneer slechts door zul
ke mannen allerlei leerzaams en belang
wekkends op het tapijt gehracht wordt,
worden de vrouwen onnatuurlijk opge
wonden. Om een woord mede te kunnen
spreken, om als geestig en beschaafd be
schouwd te kunnen worden, moeten zij
alle zeilen bijzetten om een rijk aandeel
toe te voegen aan den vloed van gedach
ten waarin het gezelschap zich baadt.
Maar. neem mij niet kwalijk, deze bron
is spoedig uitgeputveibeeld u eens, den
ganschen winter lang iedere week zeven
avonden geestig te moeten zgn. Welk
eene kwelling
„Neen, neen, gij maakt het te erg, gij
f overdrijft
„Neen, zeker nietik zeg slechts, wat
zoek aan den koning zoowel als dat aan
Rudini is alleen uit hoffelijkheid gebracht,
daar hij eenmaal in Italië was tot her
stel zijner gezondheid.
Frankrijk. De dochters van generaal
Boulanger zullen van mejuffrouw Mathil-
de Griffith, degen, decoratien, enz. aan
hun vader toebehoord hebbende, terug-
ijgen.
Sommige fijngevoelige Franschen
hebben het den Italiaanschen kroonprins
kwalijk genomen, dat hij bij zijn bezoek
aan het slagveld van Waterloo zou gezegd
hebbenHier werd Europa gered.
De prins heeft echter deze woorden
niet gesprokenals men hem nu maar
niet lastig valt, omdat hij het niet ge
zegd heeft, 't was anders eene schoone
gelegenheid geweest om wat lawaai over
te maken.
Duitseliland. Men verzekert dat keizer
Wilhelm in persoon de aanstaande rijks
dagzitting zal openen. Bij die gelegen
heid zal de keizer nieuwe nadrukkelijke
vredesbetuigingen afleggen en tegelijker
tijd verrassende en belangrijke mede-
deelingen doen.
Amerika. Smokkelaars vinden altijd
nieuwe wijzen uit om hunne waar op
ongeoorloofde wijze binnen te loodsen.
Zoo is thans in Amerika een eigenaar
dig geval ontdekt. Eene dame in zwaren
rouw, wier zilverwitte haren eene tref
fende tegenstelling vormden met haar
somber gewaad, kwam dikwijls uit En
geland te New-York aan en stak dan
binnen kort weer den Atlantischen 0-
ceaan over. Steeds was zij vergezeld
ik gezieu, wat ik zelve beleefd heb. Se
dert in dezen tijd zulke conversatie de mo -
de geworden is, worden de meisjes geheel
anders opgevoed dan vroeger. Die arme
sehepsels, wat moeten ze niet al leeren
van hun tiende tot hun vijftiende jaar
Geschiedenis, aardrijkskunde, plantkunde,
natuurkunde, ja zoogenaamde hoogere tee-
ken- en schilderkunst, schoonheidsleer, let
terkunde, om nog niet te spreken van
zang, muziek en dans. Deze vakken leert
de man gewoonlijk eerst na zijn acht
tiende of twintigste jaar goed verstaan
hij leert ze van lieverlede, dus grondiger;
hij leert veel uit zichzelven. weet dus al
les beter te pas te brengen en komt hjj
op zijn drie en twintigste jaar of later
nog in de wereld, dan bezit hij, als hij
ook maar ten halve eenige levenswijsheid
en ervarisg heeft, eene groote zelfstan
digheid. Maar het meisje Ik bid u 1 Als
zulk een ongelukskind op haar vijftien
de jaar volgepropt met allerlei kennis en
kunst in de groote wereld komt, hoe won
derlijk moet haar dan in het eerst alles
toeschijnenZe wordt, al is haar een
zaam kamertje haar veel liever, zonder
genade in alle kringen medegesleept, zij
moet schitteren, babbelen, hare kennis
uitkramen, en - hoe gauw zal zij daar
mee ten einde zjjn 1 Gij lacht? Hoor ver
der Nu heeft ze geen tijd meer om hare
schoolkennis uit te breiden. Weldra zul
len haar nog hoogere eiscben gesteld wor
den. Ze moet, evengoed als de anderen
mede kunnen spreken over kunst en let
terkunde. Den ganschen dag lang verza
melt zij alle mogelijke kunstbeoordeelin-
gen, leest couranten om een oordeel te
kunnen vellen over het nieuwste boek, en
iedere avond is eigenlijk een examen, een
school voor haar. Ze moet dan op de
juiste wijze vortellen wat ze geleerd heeft.
Dat een man van echte beschaving, van
ware kennis, gruwt van zulk gebabbel,
van zulke halfheid, kunt ge licht begrij
pen. Hij zal deze kwade gewoonte eerst
belachelijk, naderhand gevaarlijk vinden
en een vloek uitspreken over deze over
lading, welke de vrouwen uit haar stillen
kring rukt en ze tot halfmannen maakt,
terwijl de mannen halfvrouwen worden,
als zij zich gewennen, alles te bespreken
en te bekletsen naar de wjjze der vrou
wen. Hij zal voor edeler vrouwen die
huiselijke stilte terugwenschen, die eer
zaamheid, waarin ze in allen gevalle heer
lijker schitteren, dan in zulke geestige
kringen
„In hetgeen ge daar gezegd hebt is
zeker iets waars," antwoordde mevrouw
Von Faldner „maar heelemaal kan ik er
niet over oordeelen. daar ik nooit het ge
luk of het ongeluk had, in zulke kringen
te leven. Maar mij schijnt het toe, dat
j daarbij, evenals bij alles, het minder goe
de uit overdrijving geboren wordt. Ik
l moet u toestemmen dat ons vrouwen een
enger kring is aangewezen, een huiselijk
heid die nu eenmaal ons beroep is. Wij
zijn zonder vasten steun als wij ons be
geven op een onzeker pad, als we dezen
kring geheel verlaten. Maar wilt gg ons
de vreugde van een geestig onderhoud
met mannen geheel ontrooven Het is
waar, zoo zeven avonden in de week moe
ten tot iets onnatuurlijks, tot overspan
ning of tot uitputting leidenmaar is
hier dan geen middenweg te vinden?"
„Ik h'eb me misschien te sterk uitge
drukt, ik zou
„Laat mij nu ook uitspreken," zeide zjj
hem beleefd in de 'reden vallende. „Gij
zelf zeidet, dat vrouwen onder elkander
zelden een zoogenaamd geestig gesprek
vaD langen duur voeren. Ik weel maar
al te goed, hoe pijnlijk in een gezelschap
van vrouwen het bijzijn van zoogenaam
de geestige vrouwen is, aan wie alles min
toeschijnt, wat niet algemeen, niet inte
ressant is. Wjj gevoelen ons in het nauw
gebracht en angstig en blozen met ons
beetje kennis liever voor een man dan
voor eene vrouw. Gewoonlijk wordt, als
wij onder vrouwen of meisjes zijn, over
de huishouding, de nabuurschap, wellicht
ook over nieuwtjes of wel modes gespro
ken maar moeten wjj dan geheel tot
dezen kring beperkt worden Moet dan
datgene wat belangwekkend en leerrjjk is,
ons geheel vreemd blijven
„Mjjn hemel ge miskent mjjheb ik