Biiiiiciilandsch Nieuws.
Gemengd Nieuws.
de uitroeping„Ik smeek Uwe Majesteit om ge
hoor en rechthem een verzoekschrift aanbood.
.De keizer beloofde, het te zullen lezen, stak het
bij zich en reed verder.
De adressant is een Russisch edelman en gewe
zen grondeigenaar te Kiew, waar hij voor onge
veer 100.000 roebels bedrogen werd. Hij deed alle
moeite om aan zijn geld te komen maar werd
ten slotte zelf veroordeeld tot 18 maanden gevan
genisstraf. Reeds vroeger had de czarin hem be
loofd dat zij den czaar over hem zou spreken,
maar daarvan was niets gekomen, zoodat hij nu
uit Ruslard" over Weenen naar Kópenhagen ge
reisd is, om den czaar zelf zijn verzoekschrift te
overhandigen.
Er blijkt dus geene reden te bestaan, om te
vermoeden dat men met een kwaadwillige te doen
had. De man moet reeds over de Deensche gren
zen gezet zijn.
Gedurende de maand Augustus heeft de schatkist
blijkens den staat der rijksmiddelen ƒ9,627,585
ontvangen. De directe belastingen, de waarborg,
de indiiecte belastingen en de akten voor de jacht
en visscherij hebben te zamon 366,444 minder
afgeworpen dan in Augustus 1890, doch van de
overige middelen is de gezamenlijke opbrengst
374,169 grooter geweest, zoodat het totaalcijfer
eenen vooruitgang aanwijst van ƒ7700. Van be
lang is alleen de vermindering bij de indirecte be
lastingen. Bijna 3 ton beloopende, is zij hoofdza
kelijk veroorzaakt door lagere opbrengst der suc
cessierechten (ƒ214,000 minder); maar tevenszjjn
de 3 overige middelen van deze groep achterlijk
gebleven. De zegelrechten gaven 51,000, de re
gistratierechten 20,500 en de hypotheekrechten
bijna 500 minderwaarbij echter in aanmerking
worde genomen, dat in Augustus 1890 de opbrengst
bijzónder bevredigend was. Sedert den aanvang
van dit jaar hebben de indirecte belastingen onge
veer 5 ton minder aan de schatkist opgeleverd
dan in hetzelfde tijdvak van 1890, en zijn 2.6 ton
beneden de raming voor Vue gebleven, terwijl in
het vorige jaar het ramingcijfer reeds flink was
overschreden.
Van de accijnzen is in Augustus 2.9 ton meer
ontvangen dan verleden jaar. Bijna uitsluitend is
dit te danken aan de suiker 965,424. tegen
ƒ751,565); terwijl voorts het gedistilleerd en het
zout vooruit zijn gegaan. Van het geslacht valt
alweder vermindering te meldenvooi de maand
ruim ƒ7000, of 3»/0, voor de 8 maanden ƒ126,400,
of 67, pet.
Posterij en telegrafie zijn zich blijven bewegen
kronkelden zich slangen uit de vergiftigde vloeistof,
legden zich ora den beenigen schedel en veranderden
hem in een Medusa-hoofd, dat mij met groote koude
oogen aanstaarde en het bloed in mijne aderen deed
stollen. Dan weer was het het gelaat eens duivels,
dat mij met blikken vol leedvermaak wenkte hem
te volgen, mij in een hoog stil grafgewelf leidde
een zwart voorhangsel oplichtte en met de uitge
teerde hand naar eene met kaarsen omgeven dood
kist wees. Daarop lag mjjne aartsvijandin stil en
bleek, maar schoon als de witte camelia, die zij in
de verstyfde hand hield.
Een jong man in de kleeding dei keizerljjke lijf
wacht knielde naast het lijk bij mijne binnenkomst
richtte hij zijn hoofd een weinig op, doch wendde
zich terstond met eene uitdrukking der diepste af
schuw van mij at. toen hij rap herkende.
Doch ik moest weer tot mpzelve komenik span
de daartoe al mijn krachten in dankte mijne land-
genoote en begaf mij in het rijtuig, dat een bedien
de voor mij gehaald had. terwijl ik den koetsier het
huis van Raboullain als doel van mijnen tocht op
gaf. Daar eeist kwam ik tot mijzeive ik weet
niet meer hoe lang ik daar bleef en wat wij gespro
ken hebben, alles suisde in mijn hoofd door elkaar;
slechts dat herinner ik mij nog, dat ik den Fransch-
man alles ontdekte en eene soort verlichting gevoel
de, toen ik mijne schuld aan een deelnemend en
belangstellend mensch toevertrouwd had. Raboullain
ried mp aan, Petersburg zoo snel mogelijk te veria-
in dezelfde richting als in de vorige maanden voor
het eerste middel stijgende werkelijke opbrengst,
maar nadeelig verschil met de ramingvuor de
telegrafie vooruitgang in beide opzichten.
Gedurende de 8 maanden heeft de schatkist in
het geheel 71,979,045 ontvangen of ƒ982,000
minder dan in hetzelfde tijdvak van 1890.
De rede, waarmee de minister van binnen -
landsche zaken, de heer mr. J. P. R. Tak van
Poortvliet, jl. Zaterdag de zitting der Staten-Ge-
neraal sloot, luidt als volgt
„Mijne heeren
„De ernstige ziekte en bet daarop gevolgde over
lijden van Nederlands geliefden Koning wierpen
eene donkere schahuw op het afgeloopen jaar. Zij
deden in groote mate hunnen invloed gevoelen op
don loop der werkzaamheden van de thans ge-
eindigde zitting der Staten-Generaal.
In het regentschap werd eerst tijdelijk voorzien.
Spoedig daarna moest het voor den duur der min
derjarigheid van onze koningin aanvaard worden-
De hieruit voortvloeiende geldelijke regelingen
werden vastgesteld. Het inkomen der kroon werd
voor het nieuw ingetreden tijdvak overeenkomstig
de grondwet geregeld.
Tot al deze maatregelen verleenden de Staten-
Generaal hunne hartelijke medewerking.
De regeling der levende strijdkrachten hield uwe
aandacht langen tijd en ernstig bezig. Het gelukte
evenwel nietdie regeling ten einde te brengen.
De uitslag der verkiezingen leidde tot eene wis
seling van verantwoordelijke raadslieden der kroon.
De koningin weduwe-regentes heeft mij opgedra
gen, u, mijne heeren, haren dank te betuigen voor
uwen ook in deze zitting betoonden ijver tot be
vordering van 's lands belangen.
Door de koningin-weduwe regentes daartoe ge
machtigd, verklaar ik deze zitting der Staten Ge
neraal in naam der koningin te zijn gesloten."
Jl. Vrijdag zijn de ambtenaren, die verleden
jaar tijdelijk bij de volkstelling zijn werkzaam ge
weest. verrast met nieuw werk.
Het doel van deze nieuwe telling is het aantal
der meerderjarige mannelijke Nederlandsche inge
zetenen te berekenen, die vervolgens in enkele
categorieën zullen worden verdeeld.
Een en ander wordt in verband gebracht met
een eventueel in te dienen wetsontwerp betreffen
de het kiesrecht.
AXEL, den 15 September 1891.
Zaterdag voormiddag had alhier van wege de
Maatschappij tot bevordering van Landbouw en
Veeteelt in Zeeland eene stieren keuring plaats.
Slechts vijf stuks waren aangebracht.
De eerste prijs 30 W6rd toegekend aan Abr.
ten, en ik begreep, dat ik mp slechts door eene
haastige vlucht aan de vreeselijke gevolgen mjjner
misdaad zou kunnen onttrekken. De sterrenwichelaar
verklaarde mij, dat ook hij reeds lang het voorne
men had opgevat, de Russische hoofdstad den rug
toe te keeren en sloeg mij voorde reis gemeen
schappelijk met hem te beginnen met vreugde wil
ligde ik zulks in, de bescherming en bijstand van
een ervaren man was mij onder de tegenwoordige
omstandigheid onontbeerlijk. Wel is waar werd het
mij zeer spoedig duidelijk, dat zijn aanbod volstrekt
geen gevolg was zyner belangstelling in mjj of zii-
ner edelmoedigheid maar dat hij zeer grondige re
denen had zich uit Petersburg te verwijderenhij
had zich schuldig gemaakt aan groote bedriegerpen
en vervalschingen en moest elk oogenblik vreezen,
dat zijne misdaden aan den dag zouden komen.
Ik wil hier vast mededeelen wat ik eerst later
vernam. Toen zich bij Natalie de uitwerking van
het vergif openbaarde, had er in het huis van den
graaf eene onbeschrijfelijke verwarring plaats. De
doktersdie terstond geroepen waren herkenden
oogenblikkelpk de oorzaak der ziekteverschijnselen
en wendden krachtige en doortastende tegenmiddelen
aan. De jonge dame had eene bijzondere smaak aan
de thee bemerkt en daarom er maar weinig van
gebruiktdeze omstandigheid redde haar het leven.
Zij genas volkomen en reikte eenige maanden later
Rosanoff hare hand. Deze laatste had, nadat hij van
mjjn bezoek bij de onderwijzeres ingelicht was, ter-
Koster. landbouwer alhier. De tweede prijs a 20
werd verdeeld tusschen A. A. van Haelst, burge
meester te Zuiddorpe en de Wed. M. van Dixhoorn,
landbouwster alhier.
Bij resolutie van den minister van financiën
zijn met ingang van 1 October a.s verplaatst de
kommies 3de klasse L. A. Pieters van St.lansteen
naar Rapenburg en de kommies 4de klasse H.
Keuning van Rapenburg naar St. Jansteen.
Vrijdag nacht zijn bij den landbouwer L. de
B. te Koewacht 17 kippen ontvreemd.
Donderdag avond werd het lijk van den te
Hansweeit over boord geraakten en verdronken
schipperszoon H. d. K. te Walsoorden aan tien
wal gebracht. liet uitschieten van een boom
waarmede de verongelukte het vaartuig zijns va
ders. waarop hij als knecht werkzaam was, voort
stuwde, was oorzaak van het ongeval.
Uit Ter Neuzen meldt men aan de M. Ct.
Het gehucht Sluiskil neemt in den laatsten tijd
zeer toe in bevolking. Gedurig verrijzen er nieuwe
woninkjes, die bewijzen, dat de drukte aan de
verlengde loskade er tal van werklieden zich doet
vestigen.
Behalve deze nadert de nieuwe Ned. herv. kerk
ras hare voltooiing en heeft met haar lief torentje
een vriendelijk aanzien. De kerkgangers zullen er
zich behaaglijker in gevoelen dan in het oude lo
kaal, dat voor jaren - in den goeden ouden tyd
tot school heeft gediend
En de vergrooting der thans bestaande openbare
school, vordert ook goed, zoodat het te verwachten
is, dat reeds spoedig de schoolgaande jeugd er be
hoorlijk plaats in zal vinden, 't Is waarlijk geen
weelde, dat men dit gebouw grooter maakt.
Een arbeiderszoon te Biervliet, die Dinsdag
nacht jl. slaapwandelende zijne legerstede op den
zolder verliet, is door de opening van den zolder voor
over op den vloer gestort, waardoor hij zich zoo
ernstig bezeerd heeft, dat hij nog steeds lijdende
is aan bloedverlies en er gevaar voor zijn leven
bestaat.
Een zolderluik, en inzonderheid eene trap wordt
zelden in eene arbeiderswoning aangetroffen
eene ladder, voor slaapwandelaars zoo gevaarlijk,
is het gewone gemeenschapsmiddel.
Naar aanleiding van het bericht uit Nunspeet
betreffende de betooveringsgeschiedenis aldaar, in
ons vorig nummer, deelt men van daar aan de N.
R. Ct. nog mede
De predikant heeft den man niet in de kerk aan
gesproken of onderhouden, maar naar aanleiding
stond den waren samenhang vermoed en, daar hjj
voor zijne bruid zijne vroegere verhouding tot mij
wilde geheim houden, door zijn invloed het zoover
gebrachtdat het gerechtelijk onderzoek geschorst
werd, daar de begane misdaad geene ernstige gevol
gen gehad had. De arme onderwijzeres werd in-
tusschen uit hare betrekking ontslagendoch had
het geluk, dat haar het aanbod gedaan werd, hare
vroegere werkzaamheid op een afgelegen riddergoed
in Midden-Rusland weder op te vatten. Daar leeft
en werkt zij waarschijnlijk nu nog.
Op de stoomboot, die ons naar Stokholm bracht,
was mijn omgang beperkt, tot dien van Raboullain;
hij was jegens mij zoo beleefd opmerkzaam bijna
eerbiedig, dat hij mijn volle vertrouwen won en ik
het als een geluk beschouwde, dat hij mij het aan
bod deed eene gemeenschappelijke woning te betrek
ken en eene gemeenschappelijke huishouding te voe
ren. Ik had eene flinke som geids bespaardmijn
reisgezel vertelde mijdat hij insgelijks een aan
zienlijk vermogen bezat, dat voor het grootste ge
deelte in Duitschland belegd was en zoo schenen
wij voor zorgen beveiligd te zijn. De sterrenwiche
laar was teergevoelig genoeg mij voor te stellen,
mij voor de wereld als zijne dochter te doen door
gaan, en na rijp overleg willigde ik zulks eindelijk
in onder voorwaarde, dat hij mijn naam aannemen
en voeren zou.
(Wordt vervolgd.)