IIDEIIDODLHDF DES LEVEIS. No. 557. Zaterdag 5 September 1891. 7e Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwse h-Vlaanderen. F. DIELEMAN, Staatkundig Overzicht. FEUILLETON. AXELSCHE COURANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER AXEL. Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlgk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Zooals algemeen bekend is, mag geen rogge meer uit Rusland uitgevoerd worden. Dit verbod staat vanzelf in verband met den hongersnood, welke in een deel van bet groote rijk woedt. De geestelijke Filomanow heeft een reisje gemaakt doorliet gou vernement Kasan. Hij schrijft daarover het vol gende „De stedelingen kunnen zich geen denkbeeld vor men van de ellende en het gebrek, die onder de boerenbevolking voorkomen. Het is op zich zelf reeds vreesehjk te zien, hoe de algemeene sterfte toeneemt, als men daar machteloos tegenover staat. Het is mij onmogelijk alles te beschrijven, wat ik gezien heb, maar ik zal er toch een paar staaltjes van mededeelen. „Vóór een paar dagen bezocht ik het dorp Na- redey. Binnen den tijd van een half uur ontmoette ik zestien menschen, die van ellende compleet wa ren uitgeteerd. De meesten dezer ongelukkigen hadden gedurende de geheele week geen kruimel brood geproefd. Met verwrongen gelaatstrekken en glazige oogen staarden zij mij aan en velen waren nauwelijks in staat, uit hoofde van hun verbazende zwakte, de handen uit te steken naar het brood, dat ik hun voorhield. Enkelen hadden nog slechts de kracht om het op te eten. Tal van lieden zijn gestorven, vóórdat hulp is aangekomen. Hoe langer ik in het dorp verbleef, des te meer ellende ont moette ik. „Op straat voor de huizen en voor de kerk zag 19. Novelle van MORITZ LILIB. Een kreet die door merg en been drong, ontwrong zich aan de borst van het meisjetoen zakte zij buiten kennis ineen, terwijl Tautenberg de deur uitstormde. Ontzet en sprakeloos stonden vader en zoon te staren op de schijnbaar levenlooze. Robert kreeg het eerst zijn volle bewustzijn weer, hg nam de be- wustelooze op en legde ze zorgvuldig op het zachte rustbed. Toen schelde hij het kamermeisje, „Mejuffrouw is door eene plotselinge ongesteld heid aangegrepen," zeide hij tot het dienstmeisje „zend terstond om een dokter en laat tot dien tijd niemand bjj haar toe." Aangedaan en terneergeslagen verlieten de man nen het huis. X. De gebeurtenissen in het huis der zangeres had den de zenuwen van Robert zoo aangetast, dat hij zich niet in staat gevoelde het tooneel te betreden en zich daarom ziek liet melden. Peinzend over de onthullingen, zat hij den volgenden dag in zijne kamer, terwijl de raadsheer aan de schrijftafel werk- ik eene menigte uitgeteerde menschen, zooals men ze alleen in tijden van hongersnood kan aantreffen. Sommigen verkeerden schijnbaar in een staat van ongevoeligheid en algeheele berusting in hun lot. Anderen daarentegen waren bijna wanhopig en schreeuwden luide om brood. Moeders, die haar kinderen hadden verloren, klaagden weenend aan den openbaren weg. Alles wat eetbare waar kan worden genoemd, is sedert lang op. Zoolang de voorraad groenten en vruchten duurde, kon men het leven rekken. Weldra was ook deze voorraad verteerd. De dorpelingen verzamelden vervolgens lindeboomen-bladeren, die zij droogden en stampten, om er een soort moes van te maken. Veertien dagen achtereen hadden zij niets anders te eten, maar dit voedsel kon onmogelijk brood vervangen. „Toen de eerste hulp kwam opdagen, had de dood reeds een grooten oogst gemaakt. Het sterfte cijfer is daarna op onrustbarende wijze gestegen, zoodat b. v. in eene kleine gemeente van 150 gezinnen reeds 47 personen zijn gestorven. Na tuurlijk wordt de hongersnood ook in verschillende plaatsen van ziekten vergezeld." Een prachtige gelegenheid voor Frankrijk om ten bewijze van de groote liefde voor Rusland eens een flinke bezending graan cadeau te doen. In Chili schijnt het iets kalmer te worden. E- venwel gelooven we niet, dat het rustig zal wor den eer Balmaceda van de baan is. Eene Engelsche dame schrift uit Valparaiso over Balmaceda's re geering: „De verrotte regeering deinst voor niets terugGod geve dat het congres spoedig moge zaam was. Daar werd aan de deur geklopt en de jonge man, dien de oude heer den vorigen dag als den doofstommen bedelaar meende te herkennen kwam de kamer binnen. De raadsheer stond op, doch de bediende begaf zich naar den tooneelspeler en reikte hem een tamelgk omvangryken brief over. „Ge waart verleden zomer in Umenau vraagde de advocaat op strengen toon het jonge mensch strak aanziende. Ik vergezelde mijnen heer daarheen," bevestigde de bediende. „Dan vergis ik me ook niet," hernam de raads heer, „gij zijt dezelfde knaapdie me op den Gic- kelhahn den brandbrief in handen wist te spelen en later bijna een onoverzienbaar ongeluk begaan had." Ik heb geene reden daarover nog langer te zwij gen van deze verplichting ben ik nu ontheven daar mijnheer vertrokken is en ik niet meer bij hem in dienst ben," verklaarde de knaap. „Ik han delde op last van mijnheer Tautenberg, die me meedeelde, dat gij naar Ilmenau gekomen waart om u wegens een verschil, dat nog uit de studentenja ren dagteekentaan hem te wreken hij was het echter moede om wegens eene kleinigheid uit jongelingsjaren door u vervolgd te worden." „De bedrieger heeft de hoogeschool in het geheel niet bezochtriep de raadsheer, zich tot zijn zoon wendend, driftig uit. „Wel heeft bij grondige re denen eene ontmoeting met mij te voorkomen." „Mijnheer Tautenberg is vertrokken, zeidet ge vraagde Robert. „Hg is sedert gisteren verdwenen," antwoordde overwinnen. Balmaceda is een maniac van de ergste soort. Hij herinnert in zijn wreedheid en tirannie aan Nero. Elke week worden hier in de gevangenis 3 4 politieke gevangenen in 't geheim doodgeschoten. Honderdenvrouwen en mannen, dames en heeren, worden op de afschuwelijkste wijze gegeesela en velen hunner bezweken onder de mishandelingen. Mijn man kreeg in het einde van Mei bericht dat de regeeiing na 31 Mei zijn diensten niet meer noodig had zonder eemge schadevergoeding werd het contract verbroken." Een groot Duitsch koopman in Chili, thans in Dnitschland vertoevende, verklaarde o. a.Het schoone land zal eerst betere tijden kennen als de schavuit Balmaceda en zijn handlangers gevallen zijn. Chili is zulk een rijk land en als de con grespartij overwint, zullen wij spoedig betere toe standen beleven. Het verbitterde gepeupel te Santiago stak de huizen van Balmaceda en zijne handlangers in brand. Balmaceda moet zich naar Talcahuana hebben begeven om zich aldaar in te schepen naar Mon tevideo, hoofdstad van Uruguay. De algemeene verkiezingen voor de nieuwe ka mers zullen spoedig plaats hebben. Altamirano is voorloopig gouverneur van Valparaiso en de vloot der congrespartij is aldaar binnengeloopen. Volgens een gerucht is Balmaceda door een ezel- dry ver welken hij mishandeldedoodgeschoten. Meneer was op de vlucht en het ging niet vlug genoeg naar zgn zin. de knaap meteen droevigen glimlach. „De juffrouw heeft me vandaag een vierendeel jaars vooruit be taald en me gezegd, dat ik morgen het huis moet verlaten. Naar het kamermeisje me vertelde, heeft mijnheer Tautenberg in een briefje aan zijne dochter het voornemen uitgesproken naar een overzeesch land te gaanzij behoefde geen onderzoek naar hem te doen, men zou hem nooit weerzien. De juf frouw heeft den geheelen nacht aan hare schrijfta fel doorgebracht." »Die ontkomt zijn noodlot toch niet, de arm van het gerecht reikt verzeide de oude heer meer tot zichzelven dan tot de aanwezigen; toen gaf hg den knaap met de hand een wenk, dat hg kon vertrekken. Robert had zich naar het venster begeven en den brief geopend. „Van Malwine," zeide hij tot zijn vader, »het zijn mededeelingen uit haar leven." Het schrgven was aan Robert guricht en luidde: „De gebeurtenissen van dezen dag leggen mg de plicht op de volgende bekentenis af te leggen om u de noodige ophelderingen te verschaffen Ik rijt daarmee lang gesloten wonden open, aan welke ik. naar ik voel, zal dood bloeden ik wek daarmee herinneringen op aan de zwaarste uren mijns levens, die ik meende dat voor immer begraven waren maar ik geef u door dezen de verschuldigde inlich tingen over den man, die mijn naam voerde, en over de verhouding, in welke ik tot hem stond. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1891 | | pagina 1