,7- INDEi DOOLHOF DES LEVENS. No. 555. Zaterdag 29 Augustus 1891. ^e Joarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-V laanderen. F. DIELEMAN, Staatkundig Overzicht feuilleton. moritz lilib. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag'- en rij dagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor Bdlbiê 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER AXEL. Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Brussel is tegenwoordig de vergaderplaats van socialisten en anarchisten. Waren eerstgenoemden verleden week bijna den geheelen tijd in vergade ring bijeenook de anarchistendie niet op het socialisten congres waren geduld, hielden Zaterdag avond een meeting, niet met het oog van propa ganda te maken voor hunne beginselen, maar om te protesteeren tegen hun uitsluiting van het so cialisten-congres, Veel succes had deze meeting niet. Een Spanjaard hield onder luide toejuichingen een uur ongeveer Je vergadering met een vurige redevoering bezig. Volders vooral had het hard te verantwoorden en werd uitgemaakt alsof hij een rustig, stille vend burger was! Verder viel mets belangrijks voor. Om half twaalf was het anar chistisch protest ten einde. Die Franschen en Russen blijven toch maar bes te vrindjes. Geen Rus kan zich in Frankrijk vei- toonen of hij wordt allerschitterendst ontvangen feesten houdt men te zijner eere, alsof het de czaar zelf is. Dit ondervond ook weer de chef van den Russischen generalen staf, generaal Obroutcheff, bij zijne aankomst te Bergerac. Aan het station werd hij opgewacht door de officieren en autoriteiten dei stad. In de straten wapperden Russische vlaggen de menigte was buiten zichzelven van enthousiasme. Novelle van „Zeker, vader," antwoordde Robert, „we zullen haar morgen bezoeken, ze vindt het zeer aangenaam u te leeren kennen." „Wat zijn hare ouders en hoe heet zij onder zocht de advocaat verder. „Ze is eerste zangeres aan ons tooneel," zei de de jonge kunstenaar niet zonder eenige verlegenheid „Malwine Tautenberg is haar naam de moeder is dood, de vader - de vader woont samen met zijne dochter." De laatste woorden kon Robert niet dan aarze lend en onzeker stamelen; hij was immers op dit oogenblik niet op de hoogte van de verhouding tus- schen den ouden beer en de zangereshoewel zij hem overal als haar vader voorstelde. „Tautenberg zeidet ge zeide de raadsheer, met de hand over zijn voorhoofd strijkend, als wilde hij eene daar sluimerende herinnering doen ontwaken. „Ik neb me nooit om uwe tooneelprincessen bekom merd, maar dezen naam moet ik toch meer in mijn leven gehoord hebben 1" „Wel mogelijk meende de tooneelspeler, ,,'t is echter moeilijk* aan te nemen, dat het juist deze twee vertegenwoordigers van dien naam zouden zijn, die ge kent." Den volgenden dag begaven de raadsheer en Ro bert zich op weg. om het voorgenomen bezoek af te leggen. Langzaam wandelden zij door de straten en Leve Rusland Leve de Czaar Leve de keizerlijke familie klonk het uit honderden kelen, waarop de generaal met een „Leve Frankrijkantwoordde. Hem werd de eerewijn aangeboden, waarop de maire een dronk uitbracht op den czaar. De ge neraal antwoordde „Ik drink op alle Franscbe sol daten Leve Frankrijkwaarop de menigte de kreet aanhief„Leve de held van Plevna 1" (Plevna is een vesting in Turkije, bekend door hare ^hard nekkige verdediging tegen de Russen in 1877 en waarbij Obroutchef zich verdienstelijk heeft onder scheiden). Als er nu onder die vol geestdrift zijnde menigte eens enkele laatst overgeblevenen geweest waren van de oude garde van Napoleon, van die forsche grenadiers, waarmede deze de wereld zou veroverd hebben, als het onmetelijke Rusland hem niet had gestuit, zouden dezen ook geroepen heb ben Leve de czaar leve Rusland Zouden deze 't hunne hebben kunnen bijdragen tot6en dier manifes taties die Frankrijk in het oog van ieder moet ver lagen Of zouden zij zich hebben afgewend met een 'traan van smart en woede in het vurige krijgsmansoog en geroepen hebben om dien tijd, waarin Frankrijk groot was in zichzelf en door zich zelf, om dien tijd, waarin hun half-God Frankrijk van overwinning tot overwinning voerde en daardoor bewees, dat Frankrijk geen steun van vreemden noodig heeft om zijn eer naar buiten te kunnen op- wandelparken der volkrijke stad en de jonge man kon zijnen opmerkzamenscherpzienden vader niet genoeg antwoorden zooveel belang stelde de oude heer in de hem nieuwe en vreemde omgeving. Plotseling bleef de raadsheer staan en keek een jongeling na, die zooeven zijne pel voor hen afge nomen had en hen voorbijgegaan was. Robert had den groet van den knaap vriendelijk beantwoord. „Drommels!" zeide Stern, „dat is die doofstom me lummel, die ons verleden zomer in de nabijheid van UmeDau tweemaal heeft overvallen." De tooneelspeler lachte. „Ge meent dien persoon, die op den weg van Umenau naar Arnstadt uwe paarden moedwillig schuw gemaakt en toen nog een aanslag gedaan heeft op het leven van uw reisgezel? Helene heeft me er over geschrevenmaar ditmaal vergist ge u, de jonge man is noch doofstom noch een misdadigermaar hij is de bediende van den ouden heer Tautenberg, die hem reeds als knaap tot zich nam en zeer tevreden over hem is." Hoofdschuddend keek Robert's vader nog steeds den zich voortspoedende na; de verklaring zijns zoons scheen hem weinig te bevredigen. Zij gingen dan verder en kwamen eindelijk aan de woning der zangeres. Malwine was door Robert van het voorgenomen bezoek verwittigd en ontving den geliefde en diens vader in hare kleine met smaak en sierlijk ingerichte gezelschapskamer. De kunstenares spreidde tegenover den ouden heer eene onweerstaanbare beminnenswaardigheid ten toon, zoo dat de raadsheer den besten indruk ontving van de verloofde zijns zoons. Eene zekere bescheidene ach terhoudendheid, die het sluwe meisje zichzelve op gelegd bad, liet niet na in Robert's vader eene gun stige meening over Malwine op te wekken in plaats van, zooals hij verwachtte, eene behaagzieke, trotsche houden. O Frankrijk, nog dierbaar Frankrijk, zou den die veteranen hebben uitgeroepeu, waar is uw roem, waar is uw grootheid, waar is uw gevoel van eigenwaarde. Want het moet uw eigenwaarde ver minderen^ wanneer gij één van hart en één van zin beschouwt met dat ruwe onbeschaafde Rusland. Franschen vergeet gij, dat er een, Siberie achter Rusland ligtdat in Rusland dwarfs gezag meester is boven recht Wilt Gij U zoo verlagen door de vrees Als de bezielende tonen van de Marseillaise door uwe schoone dieven klinken als het „Aux armes citoyens" u in de ooren schalt, voelt gij U dan niet eerder opgewekt om tegen dien czaar ten strijde te trekken, om op te rukken voor dat ge slagen, voor dat getrapte Russische volk, dan om U deemoedig te voegen naar zijne keizerlijke wil? Want zoover gaat het, Franschen. Of denkt gij dat die plaag van iederen weidenkenden Rus niet zoo veel mogelijk zal trachten te proflteeren van uwe Pruisen vrees? En zal hij, die in zijn lijk gewoon is aan slaafsche onderwerping aan volslagen gemis van rechtsbewustzijn zoo licht tevreden zijn. Fran schen, wees gewaarschuwd! Hoor naar de stem van hen die u beminnen. Maakt u vrij van Rus land versterkt uverdeelt u niet door strijd in ei gen boezem, maar vereenigt u allen als zonen van hetzelfde huis, dan wordt gij krachtig, krachtig als niet te weder te staan, en vrij van uwe verlagen de Russen vereering. kunstenares te vinden stond hij tegenover een be scheiden, de waarde van anderen gaarne erkennend, maar hoogst beschaafd en met alle verstandelijke en lichamelijke voorrechten toegerust meisje. Met zelfvoldoening bemerkte de listige zangeres dat zij de vooroordeelen van den ouden heer voor haar stand overwonnen en haar sluw spel gewonnen had met des te grootere zekerheid bleef zij de gekozen rol getrouw. „Ge moet ook mijnheer Tautenberg leeren ken nen, vader zeide de jonge tooneelspeler opstaan de. »ik zal u bij hem aandienen." „Goed zoo, Robert 1" antwoordde de raadsheer, die door zijn gunstig oordeel over Malwine vroolijk gestemd was. „Het is mij aangenaam, mijne aan staande familie te leeren kennen," vervolgde hij glimlachend, zich tot Malwine wendend. U w vader is op zijne kamer vraagde Robert. Het meisje knikte. „Hij is echter ongesteld en de heeren moeten het dus niet kwalijk nemen, wan neer hij zich bet genoegen moet ontzeggen ben te ontvangen." Hij is ongesteld herhaalde de jonge man „des te meer aanleiding heb ik naar zijn welstand te vernemen," Hij spoedde zich heen en kwam na korten tijd terug met het berichtdat mijnheer Tautenberg binnen enkele minuten in de gezelschapskamer zij ner dochter zou verschijnen. Malwine kon een inwcndigen angst nier, bedwin gen. Eerst nu, nu haar verloofde zijn vader als raadsheer Stern voorgesteld had, had zij vernomen, dat Nerz een aangenomen naam van Robert was. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1891 | | pagina 1