\o. 477.
Zaterdag 7 Februari 1891. 6e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch -V laanderen,
F. DIELEMAN,
AXEL.
Staatkundig Overzicht
IliiiiKMilaiidseh Nieuws.
AXELSCHE
IMIMT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent;
voor Bïlgië 80 cent. Afzonderl. numm. 3 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
De Italiaansche Bismarck, den minister-president
Crispi is gevallen. Door dit bericht is de staat
kundige wereld plotseling verrast geworden. Met
186 tegen 123 stemmen is het ministerie in de
Kamer geslagen. En dit is bepaald eene verras
sing, vooral nu de uitslag der algemeene verkie
zingen in Italië zoo gunstig scheen te zijn voor
het Kabinet Crispi. Door sommige bladen was het
reeds geprofeteerd, dat de regeering niet al te vast
op hare meerderheid kon rekenen en er werd nog
bij gezegd, dat die meerderheid ook zoo groot niet
was, als door de regeering werd opgegeven. Vol
gens deze laatste was de toestand zoo, dat, al ver
lieten eenige leden hare zijde, de kracht der op
positie toch voor een goed deel gebroken was. En
nu is het gebleken, dat die kracht volstrekt niet
is gebroken, maar integendeel sterk genoeg was om
het ministerie in de minderheid te brengen bij
eene gewichtige aangelegenheid zooals het ontwerp
tot verhooging der invoerrechten en der belasting
op de alcoholische dranken.
Dadelijk gaf dit ontwerp aanleiding tot eene le
vendige discussie, Het werd nadrukkelijk bestre
den, en onder hen die het verdedigden, waren er
die het deden onder voorwaarde dat de militaire
uitgaven voor de expeditie in Afiika verminderd
werden. De heer Crispi, die in het bijzonder ant
woordde op de aanvallen van den heer Bonghi,
verklaarde op scherpen toon, dat de eerbied jegens
de dooden hom weerhield van het maken eener
vergelijking tusschen het vroegere financieel beleid
der rechterzijde en dat van het tegenwoordige Ka
binet, en hij voegde er bij, dat de tot 1876 ge
volgde staatkunde ten eenenmale verschilde van
de tegenwoordige. De vroegere staatkunde was
kruipend jeg6ns het buitenland.
Die uitdrukking bracht als het ware een schok
in de kamer te weeg. Er volgden hevige intevrup-
tiën. Men zag in die woorden een smaad jegens
de nagedachtenis van mannen als generaal la Mar
mora. Ricasoli, Minghetti, die tot den roem van
het land behooren.
De heer Luzzati, rapporteur, die het financieele
ontwerp verdedigd had, antwoordde dat 's ministers
woorden eene beleediging zijn voor de staatslieden,
die hij altijd heeft hooggeacht en die het land met
hunne beste krachten gediend hebben. Thans, voeg
de hij er aan toe, zal hij tegen het ontwerp stem
men.
Rudini, Bonghi en verscheidene anderen stonden
op en vroegen Crispi rekenschap van zijne woor
den. Crispi hernam dat hij niemand heeft willen
beleedigen.
Maar er volgde nog meer. De heer Finah, mi
nister van landbouw, die met la Marmora, Rica
soli, Minghetti en anderen uit dat tijdperk minis
ter was geweest, stond op en verliet de bank der
ministers, ten bewijze dat hij zich thans afscheid
de van zijn ambtgenoot, met wien h^J dit was
bekend - reeds oneenigheden had gehad. Finali
achtte zich zelf getroffen door hetgeen Crispi ge
zegd had.
Te midden van die agitatie stelde de heer Villa
eene voor bet Kabinet gunstige motie voor. Deze
werd verworpen met 186 tegen 123 stemmen.
Crispi verzocht daarop den voorzitter de zitting
op te heffen daar hij zich naar den koning wilde
begeven om zijue bevelen te vernemen.
Zoo is het gegaan in de Italiaansche Kamer.
Crispi had bij het aftreden van Bismarck wel een
machtigen steun verloren, doch men dacht niet,
dat hij zijn ouden vriend zoo spoedig zou volgen
op het gebied der non-activiteit maar het valt niet
te ontkennen dat de val van Bistnarck den val van
Crispi heeft mogelijk gemaakt of bespoedigd.
Het drievoudig verbond, dat in Italië nog alles
behalve populair geworden is, zou door den val
van Crispi wel eens een weinigje kunnen worden
losgerukt, wel niet heelemaal, maar toch een beetje.
De banden tusschen de drie rijken zijn nog te hecht,
doch als er aanhoudend aan getornd wordt, dan
moeten ze toch op het laatst bezwijken.
Wat Crispi nog doen kan is, als afgevaardigde
in de kamer nog steeds zijne stem te doen hooren
ten vooideele van de triple alliantie en het is dus
niet waarschijnlijk, dat het verbond zoo spoedig zal
uit elkander genomen worden. Trouwens, de val
van den grooten Bismarck is zonder merkbare
veranderingen afgeloopen, waarom zou het dan
met Crispi, die toch eigenlijk zóó groot niet is,
anders gaan
In den nacht van Maandag op Dinsdag heeft te
Middelburg een hevige brand gewoed. Bij den
handelaar in vetwaren B. P. van de Vijver in de
Gravenstraat was de brand ontstaan, welke zoo
zenr in hevigheid toenam, dat de spoedig aanwe
zige brandweer niet kon verhinderen, dat het ge-
heele perceel uitbrandde, alsook de daarnaast staan
de winkel van de weduwe C. Boer, welke laatste
met hare kinderen genoodzaakt was, slechts ten
halve gekleed of in nachtgewaad, de vlucht te ne
men, bijna alles in den brand achter moetende laten.
Daar de Gravenstraat zeer nauw is, liepen de
bolendende perceelen der brandende gebouwen groot
gevaar eveneens aangetast te worden, doch de
brandweer, geholpen door de millitairen kweet zich
zoo dapper van hare taak, dat de schade tot het
onvermijdelijke beperkt kon worden, hoe moeilijk
dit den ijverigen mannen ook viel. Een korporaal
viel door een glazen dak, doch bekwam geen ern
stig letsel.
Al wat schade heeft geleden was geassureerd,
de winkel van V. d. V. slechts eerst sedert kor
ten tijd. Deze was niet thuis toen de brand uit
brak, doch wel in de stad. De oorzaak van het
onheil is niet bekend, doch er zijn zware vermoe
dens van brandstichting gerezen tegen V. d. V.
zoodat deze dan ook in hechtenis is genomen. In
verband met deze zaak zijn nog twee personen ge
arresteerd.
De brand heeft eene schade veioorzaakt, zooals
in jaren niet in Middelburg is voorgevallen.
Uit Vlissingen wordt aan de N. R. Ct ge
meld
De dagboot „Engeland," commandant Stasse, is
Maandagavond in den mist bij het zoeken naar de
haven, bij de Schoone Waarden onder Ritthem op
strand geraakt. Passagiers en mail zijn des nachts
van boord gehaald en met rijtuigen en vrachtwa
gens naar hier gebracht, terwijl het vertrek den
volgenden morgen met den gewonen mailtrein heeft
plaats gehad. Dinsdagmorgen is het stoomschip
„Engeland" losgekomen, vermoedelijk zonder ave
rij. Het moet evenwel binnenkomen om in het
droogdok te worden nagezien.
- Aan boord van het bij Tessel gestrande En-
gelsche sroomschip „Elstow" heeft Maandagnacht
het volgende schandaal plaats gehad
Een honderdtal visscherslieden met acht vaar
tuigen er op afgekomen, sprongen op het schip om
er zich, als waien zij zeeroovers, meester van te
maken, meenende dat het schip door de bergers
der lading verlaten was. Nu was echter een dei-
bergers op de „Elstow" overgebleven om de wacht
te houden. Hij verzette zich dan ook t.pgen hun
ne indringingdoch enkelen hunner hielden hem hun
mes tegen den neus, terwijl anderen dreigden hem
in het water te zullen werpen. De man wilde
toen nood vuren aansteken, doch ook dit beletten
zij hem door hem de lantaarns te ontnemen. In-
tusschen begonnen zij de lading in hunne vaartui
gen te lossen doch zij moesten den arbeid spoe
dig staken, toen hunne schuiten tusschen het ijs
dreigden vast te geraken. Zij gingen dus van booid
en brachten hunne vaartuigen buiten het ijs, maar
na eenige uren keerden zij terug in de verwachting
nu beter hun slag te kunnen slaan. Doch inmid
dels kwamen de Heldersche vletterlieden aanzetten,
waarop zij den roof opgaven.
Te Groningen is gearresteerd een assistent
der posterijen J. J. M. die zich heeft schuldig ge
maakt aan bet feit, van rijkswege uitgegeven post
zegels, welke reeds tot gebruik hadden gediend, te
ontdoen van het merk om ze voor verder gebruik
ongeschikt te maken, en ze daarna wederals
waren zij nog niet gebruikt, hebft aangewend,
terwijl hij zich voorts zal hebben te verant
woorden wegens het verduisteren en ten eigen bate
aanwenden van gelden, aan den staat toebehoo-
rende.
De Tweede Kamer heeft gisteren de Steden-
wet tot splitsing der meervoudige kiesdistricten,
aangenomen met 52 tegen 38 stemmen.
In het district Schoterland is de heer Domela
Nieuwenhuis weer candidaat gesteld voor de a. s.
algemeene verkiezingen voor de Tweede Kamer.
Tot verklaring van de verschijning der nieuw e
kwartjes met het jaartal 1848 deelt men aan bet
N. v. d. D. mede:
Indertijd, gedurende de regeering van Koning
Willem II, werd een groote hoeveelheid kwartjes
aangemunt, veel meer dan toen noodig was. Het
overtollige werd in de kelders der Nederlandsche
Bank opgeslagen. Thans nu de bestaande kwartjes,
zooals ieder wel zal hebben opgemerkt, door het
gebruik langzamerhand zeer afgesleten geraakten,
is besloten deze gaandeweg in te houden en ter
vervanging daarvan zijn de kwartjes van 1849 in
hun lange, maar niet voordeelige rust van 42 ja
ren gestoord.