(jicmciigd Nieuws.
ze goedgezinden om zich als lid bij de vereeniging
aan te sluiten.
In de heden voormiddag .gehouden raadszit
ting is als Rd van den gemeenteraad beëedigd de
heer L. Lamaitre
wordt besloten tot oproeping van sollicitanten
voor de betrekking van onderwijzer met hoofdacte
aan de openbare lagere school, op eene jaarwedde
van 600.
Verder is aangenomen een voorstel van den heer
Lamaitre om het salaris van den telefonist met
25 per jaar te verhoogen voor den tijd van 3
maanden.
Het voorstel van den heer R. van de Ree, tot
afschaffing van den Zondagdienst aan het telefoon
kantoor alhier is met alg. stemmen aangenomen.
Het gewoon verslag volgt a.s. Vrijdagavond.
Tot kerkvoogd bij de Ned. Hervormde gem-
alhier is benoemd de heer A. de Putter.
Ds. F. W. J. Wolf. predikant bij de Ned.
Ger. gemeente alhier, heeft bedankt voor het beroep
naar die gemeente te Gapinge (Walcheren.)
De gewone collecte voor de Oude- en Nieuw
jaarsbedeeling heeft dit jaar 488 en 1 H.L. tarwe
opgebracht, tegen 475,U3 en 2 H.L. tarwe in het
vorige jaar.
Jl. Vrijdag bevorderde tot doctor in de rechts
wetenschap aan de rijks-universiteit te Leiden de
heer D. A. van Eek, geboren alhier, met een aca
demisch proefschrift, getiteld „De dwangmiddelen
van den staat tegenover de gemeente."
Zondagmiddag geraakte bij den Hoekschen
weg een paard op hol, doordat het verschrok van
het fluiten eener boot in het kanaal. In het rijtuig
zaten dr. Dorst en zijn knecht. Dr. Dorst sprong
uit het rijtuig en biak zijn been, het paard stortte
zich van den dijk, tengevolge waarvan het vielen
zich verwonde. De knecht kwam met den schrik vry.
Jl. Zondag had te Hulst een ijsfeest plaats
ten voordeele der armen. Het slaagde naar wensch.
Or-der de deelnemers aan de verschillende wedstry
den werden 50 brooden. 18 K.G. spek, 6 dekens
en bovendien nog kleedingstukken als prijzen uit
gereikt.
Een schaatsenrijder viel dermate, dat hersen
schudding werd geconstateerd.
Men vreest voor het behoud van zijn leven.
Het zoontje van den bakker V. te Kuitaart
(bij Hulst) dat een half jaar geleden zulke hevige
brandwonden ontving, is thans aan de gevolgen
daarvan bezweken. Wat de jongen geleden heeft
is met geen pen te beschrijven, zegt de bericht
gever. (M. CL.)
In de Zaterdag gehoudon zitting van de
Tweede Kamer is aangenomen het wetsontwerp
tot bekrachtiging van verkoop van grond te Hon
tenisse, belioorende aan de R. K. parochie aldaar.
Jl. Vrydag is te Heijkant (gem. Sint Jansteen)
een schuurtje en een stalletje tot den grond toe
aigebrand. Door het spoedig aanrukken der brand
spuit bleef het huis gespaard. De oorzaak is on
bekend. De gebouwtjes waren verzekerd, doch de
eigenares lijdt eene aanzienlijke schade, doordat
zich in dD schuur die als magazijn dienstdeed
eene partij kruidenierswaren geborgen waren,
die slechts verzekerd waren voor het geval zij in
den winkel verbrandden.
Jl. Zondag is te Westdorpe een knaapje van
ongeveer 9 jaar, dat door een paar makkers op
een prikslede werd voortgeduwd, te dicht bij eene
biug gekomen, door het ijs gezakt en eenigen tijd
later levenloos opgehaald, De andere knaapjes kon
den zich nog tijdig terugtrekken.
Den 27sten November zond een bankier te
Londen aan een zijner correspondenten te Amster
dam 4u8 schuldbrieven der Egyptische Daria Sa-
nieh leening, te zamen vertegenwoordigende eene
waarde van 22,000 p. st. of 550,000 frs. De ver
zending geschiedde over Dover-Ostende-Antwer
pen bij het overbrengender post in den naar Ne
derland bestemden trein was het pakket met zijn
kostbaren inhoud verdwenen. De diefstal moet uit
gevoerd zijn tussohen Ostende en Antwerpen, want
de geldbrieven en het aantal pakketten (18) stem
de bij de overdracht te Ostende nog overeen, ter
wijl bij de aankomst te Antwerpen nog slechts 17
pakketten zich bevonden in de met een hangslot
gesloten bewaarplaats voor stukken met aangege
ven waarde.
Te Antwerpen was het hangslot ongeschonden,
maar dit bewijst nietsvoor de internationale kun
stenaars in het vak, die postdiefstallen als deze
plegen, levert een hangslot geen bezwaren op. Dit
bleek o. a. ook drie jaar geleden, toen tusschen
Ostende en Brussel eene soortgelijke poging tot
diefstal ondernomen werd en siechts door een toe
val grootendeels mislukte. Onderweg waren de
dieven, niemand weet hoe, in den waggon
geklommenvoorzien van eene dievenlantaarn
welke echter door eeD toeval gebroken scheen te
zijn, zoodat zij zich met het achtereen aansteken
van lucifers moesten behelpen. Inmiddels was er
veel kostbaren tijd verloren gegaan en duidde bet
fluiten der locomotief aan, dat de trein een belang
rijk station naderde. In de halve duisternis en
inderhaast namen de dieven den zak weg, die voor
de hand lag, gelukkig dien voor Rusland bestemd
welke juist zeer weinig waarde inhield, en de gauw
dieven verlieten den trein. Bij de aankomst was
het hangslor, volkomen ongeschonden, en toch was
de aanwezigheid der gauwdieven in den wagon or.
wederlegbaar bewezen door het verdwijnen van den
voor Rusland bestemden zak, maar bovenal dooi
de tallooze afgebrande lucifers op den vloer van
den waggon.
Het lijdt geen twijfel of ook de diefstal van den
28sten November is wederom door leden van de
internationale gauwdievenbende gepleegd, welke in
spoorwegdiefstallen reeds herhaaldelijk zulke tref
fende blijken van vaardigheid heeft getoond. Zijn
zij Engelschen en met hun buit, wat waarschijn
lijk is, weder op Engelsch grondgebied, dan zal den
afzender weinig anders overblijven, dan om met de
gauwdieven te onderhandelen over den billijksten
prijs, waarvoor hij weder in het bezit van zijn
vroeger eigendom zal kunnen komen.
De Antwerpsche bladen melden nader, dat de
22,000 pd. st. „slechts" zoek geraakt waren, maar
teruggevonden zijn aan boord vau de stoomboot
Dit is zeker voor de Belgische post-administratie
juist niet de vleiendste opheldering.
Het laatste bericht luidt, dat het pakket bij ver
gissing in eene vei keerde richting is verzonden
in elk geval schijnt het thans terecht te zijn.
In de nabijheid van het dorp Idichoro. in
Kroatië, woonde een landbouwer Vimpusek met
zijn beide zoons van 14 en 15 jaar, op een kleine
hoeve. Zijn knecht, zekere Selinger, woonde bij
hem in. Al die personen werden den 2en dezer
door eene vrouw, die bij Vimpusek moest wezen,
dood gevonden. Vol ontzetting snelde zij naar het
dorp en weldra vlogen de boeren daarheen. Aan
gezien rook uit het huisje opsteeg, meende men.
daar 't des nachts geonweerd had, dat het door
den bliksem getroffen was en daaraan de dood der
ongblukkigen moest worden toegeschreven.
Toen men de lijken echter nader onderzocht,
bleek het, dat allen op gruwelijke wijze waren ver
moord. Een dadelijk ingesteld gerechtelijk onder
zoek toonde aan, dat de schedel van Vimpusek ge
heel door een slag met een scherp werktuig gesple
ten was. De twee knapen en de knecht lagen
met verbrijzeld hoofd in bed. Bij het meisje, dat
evenzeer te bed lag was het bovendeel van het
hoofd verbrijzeld en zij had tal van messteken in
bet gelaatzij schijnt met de handen haar hoofd
willen beschermen, want ook de handen waren
zwaar gekwetst.
Na de misdaad begoten de moordenaars de lijken met
troleum en staken het vocht aan; vandaar de rook,
die men aanvankelijk had gezien. Waarschijnlijk
hebben do schoften door brandstichting de sporen
van hun misdrijf willen vernietigen.
Tot nog toe is geen spoor van de moordenaars
gevonden. Niets werd uit het huisje gemist en
men geloott dus met eene wraakneming te doen te
hebben. In de geheele streek heerscht diepe ver
slagenheid over het vreeselijk voorval.
In de vorige week zaten eenige jonge man
nen in een bierhuis te Spandau (Duitschland) by*
een, toen de vraag ter sprake kwam, of het mo
gelijk was, by de heerschende koude - de thermo
meter wees acht graden Reaumur onder nul aan
een bad in de open lucht te nemen. Een van
de jongelui wedde voor een bedrag van tien mark
dat niemand het zou wagen thans te water te gaan.
Een bakkersknecht ging de weddenschap aan,
hij bood aan tot in het midden der naburige rivier
te zwemmen en dan terug te keeren. De zaak
werd overeengekomen en allen begaven zich naar
de livier. De bakker ontkleedde zich en zijn voor
beeld werd gevolgd door een kastenmaker, die het
zwempartijtje mede wilde maken.
Beiden sprongen in het ijskoude water, zwom- j
men naar het midden der rivier en toen terug.
Toen zij zich heel gauw en zonder zich af te
drogen op 't lichaam der beide dwazen ontstond
onmiddellijk een ijskorst - hadden aangekleed, gin
gen allen op een draf naar het bierhuis terug, waar4
men zich voor het gewonnen geld het noodige bier
en beelwat warme grogjes aanschafte. Naar 't
schijnt heeft bet onzinnige waagstuk de beide jon
ge dwazen niet het minste kwaad gedaan.
Een verschrikkelijk drama heeft de gemeente
Saint Donat in opschudding gebracht.
Voorleden Zondagavond te zes uur, keerden twee
jonggetrouwden, zekere Montel, 23 jaar oud, en
zijne jonge vrouw Marie Consteix, 18 jaar oud,
naar hunne woning op het gehucht Ponnet terug,
vergezeld van vrienden en bloedverwanten.
Op eens weerklonk een schot van achter eene
haag en de bruidegom rolde in het zand. Een
kreet van schrik steeg uit den mond van al de
gonoodigden op hetzelfde oogenblik weerklonk een
tweede schot en de bruid viel op het bebloede lijk
van haar echtgenoot.
De moordenaar, die vei borgen in hét struikge
was op den bruidstoet wachtte, heeft na zijn dub
bele misdaad de vlucht genomen, zonder dat ie
mand zijn gezicht heeft kunnen zien. De genoo-
digden, als versteend van schrik door dit vreese
lijk tooneel, durfden zich bijna niet meer verroeren.
Toen de eerste schrik een weinig over was,
legde men de twee lijken op den kant van den
weg. Men haalde een rijtuig en 't was een lijk
stoet, die het gehucht binnenreed, in plaats van
een vrolijke bruidstoet. Men legde ze op het hu
welijksbed en geheel het dorp verdrong zich wel
dra rond de ongelukkigen, die nog in bruidstooi
waren. Het parket van Issoire en de brigade
gendarmerie van het arrondissement waren spoedig
ter plaats. De vermoedens vielen op zekeren Ma-
naranche, een jongeling tan 22 jaren, van hetzelf
de dorp der bruid. Hij had het meisje ten huwe
lijk gevraagd, maar was afgewezen. Sedert Zon
dagavond was Manaranche uit zijne woonplaats
verdwenen. Maandag deed men overal opzoekin
gen, maar zonder gevolg. Dinsdag evenwel vond
men het lijk van Manaranche tusschen de struiken.
De borst was met een kogel doorboord en zijn
geweer lag nevens hem. Zijn lijk was reeds ge
heel styf. Men denkt, dat hij zich aanstonds na
de misdaad heeft gezelfmoord.
De 23jarige Anna Raschke, dienstbode bij een
Berlijnsch koopman, was met een handwerksman
verloofd, die haar, in den loop van enkele maan
den, al haar spaarduitjes had weten te ontfutselen.
Toch wilde de schavuit, die altijd in geldverlegen
heid, telkens 0{)nieuw, dat zijn meisje hem zou
helpen en toen zij eindelijk verklaarde, dat zij geen
cent meer had, zeide hij dat zij maar moest zien
hoe zij er aankwam kreeg hij geen geld dan zou
hij de verloving verbreken en kwam hij niet tot
haar terug.
Vrijdagmorgen moest Anna inkoopen doen en
had een goudstuk meegekregen. De beklagens
waardige meid kocht echter nietsmaar stunrde
het geld aan haar vrijertegelijkertijd verklaarde
zij in een briefje afscheid van hem te nemen, daar
zij vast besloten had te sterven.
Werkelijk heeft de dwaze Anna dat heilloos plan
nog denzelfdan dag ten uitvoer gelegd. Schippers
ontwaarden, hoe een meisje zich op een houtvlot
ontkleedde en zij snelden, niets goeds vermoeden
de, naar de plek om een ongeluk te voorkomen.
Zij kwamen echter belaas te laat, want Anna was
reeds in het water gesprongen en gezonken, zon
der een enkele maal boven te komen. Op haar