Biiiiienluiulscli Nieuws.
Met een daverend „leve de Burgemeester en
luide hoera's werd deze, toespraak begroet.
De EA.heer Oggel antwoordde daarop ongeveer:
Getroffen dooi' de schitterende ontvangst, in mijne
dierbare gemeente, moet ik u, mijnheer de Voorzit
ster myneii hartelijken dank zeggen. Zooveel in
mijn vermogen is, zal ik voor uwe belangen wa
-ken en den bloei en de welvaart der gemeente
'trachten -te bevorderen.
En waar u sprak van verschil van gevoelen en
.inzichten, daar geef ik U de verzekering dat ik al
des zal tei' zijde stellen, 0111 Axels burgerij te re
geeren niet alleen ais een burgemeester, maar ook
als een burgervader en recht voor allen zal doen
gelden.
Weder volgde een herhaald gejubel van „leve de
Burgemeester
De beer Ph. J. van Dixhoorn. commandant der
-eerewacht te paard, trad thans nader en sprak Z.
E.A. als volgt toe
Namens de eerewacht te paard bied ik U Edel
achtbare by uwe intrede als hoofd der gemeente
'mijnen harteJijken welkomstgroet aan. Ik ver
'trouw, dat, aangezien ik landbouwer ben en het
spreken in het openbaar niet mijne roeping is,
deze woorden U welkom mogen zijn.
De Buigemeester zeide hierop
-Ik denk u hartelijk voor de eer en hulde mij
toegebracht. Weest echter verzekerd, dat het rui
'tersvolk, evenals het volk van Axel mijn volk en
mij even dierbaar is
Onder luide hoera's en het lossen van saluutscho
tten zette de stoet zich in beweging, om den Bur
gemeester naar de kom der gemeente te leiden, ter-
«wijl de ruiters Henri Mussche en Henri Verhelst
aan weerszijden van het rijtuig, waarin Z.E,A. ge
zeten was, plaats namen.
Aan den tol bij C. L. Sijs genaderd zijnde, werd
aan den Nieuwendijk een tweetal moordsiagen ont
stoken, tenteeken. dat de verbeide in aantocht was.
Aau de Normaalschool weid de stoet door hel
muziekgezelschap „Concordia", dat Z.E.A. met het
„Wien Neerlandsch bloed" begroette, de Zangver
eeniging, de eerewacht te voet onder leiding van
-den commandant J. 't Gilde, en den Gemeenteraad,
'den Secretaris en den Gem.-Ontvanger opgewacht.
Da heer Verbruggen richtte, na het uitstappen,
.het, woord tot den Gemeenteraad, als volgt
Geachte Heeren, Leden van den Raad dei-
Gemeente Axel
Wij hebben de eer' gehad en het genoegen rao-
.gen smaken, den Edelachtbaren Heer D. J. Oggel,
beëedigd Hoofd onzer Gemeente, die gereed staat
als voorganger met U de Gemeentebelangen op
-zich te nomen in uw midden te brengen, en nu
verzoeken wij U zoo goedte willen zijn, U met Z.
E.A. bij den stoet, die zich aanstonds in beweging
zal stellen, aan te sluiten, teneinde te gaan naar
■de plaats waar het eeregestoelte Z.E.A. wacht.
Thans sprak de heer P. Dregmans den nieuwen
Burgemeester ongeveer als volgt aan
Hooggeachte heer Oggel
Dewijl gij door Z. M. onzen geërbiedigden koning
benoemd zijt tot hoofd dezer gemeente, wensch ik
U namens den Wethouder Van Dixhoorn, die mij
opdroeg U te verwelkomen, de leden van den Raad
en de verdere beambten der gemeente, hartelijk
geluk.
lk:hoop dat uwe leiding, om bestuur onder hoo-
gereii-zegen moge strekken, tot welvaart en bloei
der gemeente.
We hopen en vertrouwen, dat U als burgervader,
de belangen der ingezetenen, die van U zullen ge
vraagd en verwacht worden, zult behartigen.
De gemeenteraadsleden U voorstellen, is een ijdel
vertoonze zijn u allen bekend, sedert gerui-
imen tijd waart gij in hun midden werkzaam. Nog-
tans gevoel ik mij verplicht, met het oog op uwe
boogere betrekking hen u op te diagen om met
hen voor de belangen der gemeente te waken.
Moge uwe en onze bede vervuld worden opdat
gij door Gods onmisbaren zegen, in staat moogt
gesteld worden om den duren plicht die aan uw ambt
is verbonden, waardiglijk te volbrengen.
De E.A. heer Oggel beantwoordde deze rede al
dus
Geachte Heer Dregmans!
Ik vind geene woorden genoeg om U mijnen
hartelijken dank te betuigen, voor de treffende en
eervolie ontvangst mij bereid. Zoo ik reeds als
lid van den Gemeenteraad en als Wethouder in
j uw midden werkzaam was, daar is bet mij eene
behoefte bij de zware taak die ik thans gereed sta
te aanvaarden, als burgemeester, als voorzitter van
|uwe vergadering van mijne zijde U de verzekering
te geven, dat ik alles zal aanwenden, om tot wel
vaart der bevolking mede te werken.
Ik reken daarbij op uwen weiwillenden steun
j en medewerking, want met zulk een Raad kan
j veel goeds tot stand gebracht worden.
Het is mijn vurige wensch, dat onder Gods ze
gen onze pogingen daartoe mogen geiukken.
Hierna werd Z.E A. door den beer M. J. van
Doorn, namens de Zangvereeniging een welkomst
groet aangeboden, die daarop door genoemd gezel
schap werd aangeheven.
Daarop weergalmde de lucht van het oorverdoo
vend geroep „leve de Burgemeesterwaaraan
geen einde scheen te komen.
Langzaam richtte de stoet, bestaande uit eerste
helft eerewacht t6 paard, muziekgezelschap, den
Burgemeester met den Gemeenteraad, de feestcom-
j missie, zangvereeniging, kroonsters, eerewacht te
voet. kroners en tweede helft eerewacht te paard
'onder het spelen van een vroolijk marschje door
„Concordia" gevolgd door eene geestdriftvolle men
jschenstroom door de Lange Noord- en de Korte
I Weststraat, zijne schreden naar het Raadhuis, al
waar den Buigemeester door de jongejuffrouw Adr.
Dregmans een prachtig bouquet werd aangeboden.
Terwiil de muziek zich thans op de tribune liet
hooren en eene diente volksmassa zich op de markt
opeenlioopte, had omstreeks 4 ure de plechtige in
stallatie in de Raadzaal plaats.
Na voorlezing van net koninklijk, besluit van 7
Sept., waarbij de heer D. J. Oggel is benoemd tot
buigemeester dezer gemeente, en het proces ver
baal van eedsaflegging, werd hem door den waar-
nemenden voorzitter, met een toepasselijk woord
het waardigheidsteeken overhandigd.
Hierop hield de E.A. heer Oggel de volgende rede
Nog verkeerende onder den indruk van den du
ren eed dien ik jl. Maandag in handen van Zijne
Excellentie den Commissaris des Konings onzer
Provincie heb afgelegd, gevoel ik mij gedrongen, om,
wanneer ik deze plaats heb ingenomen, nog een
woord van dank uit te spreken, allereerst aan den
wethouder Van Dixhoorn; met wien ik een viertal
jaren als wethouder de belangen van Axel in -ie
beste harmonie heb behartigd.
Ik hoop dat God a nog lange jaren moge sparen
om het goede van Axel met mij te zoeken.
De Heeren leden van den Raad moet ik mijnen
hartelijken dank betuigen voor de hartelijke en
eervolle ontvangst.
En daar het mijn vurigste wensch is, om te
waken voor het welzijn en de belangen der ge
meente, daar reken ik op uwen weiwillenden steun
en hoop dat wi] met kalmte en bezadigdheid mo
gen werkzaam zijn en dat Gods onmisbare zegen
daarop moge rusten.
U, mijnheer de Secretaris, wien ik wel mijn
rechterhand mag noemen, ik vertrouw in mijne
nieuwe betrekking op uwen steun en medewerking
Mogen uwe jaren reeds vrij hoog geklommen zijn,
uw hoofd is nog jeugdig en frisch om qaij in mijne
moeilijke betrekking ter zijde te staan.
En hiermede verklaar ik plechtig de betrekking
van Burgemeestsr te hebben aanvaard-
Een daverend applaus volgde va» de zijde van
het talrijk aanwezige publiek, terwijl de heer Van
de Ree den Burgemeester nog een haitelijk woord
van gelukwensching toevoegde.
Maar niet alleen de ter raadzaal aanwezigen, ook
de gansche feestvierende gemeente wenschte Z.E.A.
toe te spreken, tot welk einde hij zich, na de slui
ting der plechtige zitting, voor de pui van het stad
huis, plaatste van waar Z.E.A. met krachtige stem
zich in de volgende bewoordingen uitdrukte
Beminde Axelaren 1
Ik zou geaarzeld hebben, deze taak op mij te
nemen, indien ik niet de overtuiging had. dat gij
een volk zijt hetwelk iiefhebt en eert degenen die
over u gesteld zijn, doch dat geeft mij moed en
kracht om onder opzien tot God mijne gewichtige
betrekking te aanvaarden.
Inwoners van Axelhet Voor mij zoo dierbaar
plekje grond, waar eens mijn wieg op stond, gaat
mij na aan 't hart, ik zal daarom van mijne kant alles
aanwenden, om uWe belangen te behartigen, voor
uw welzijn te waken en uw geluk te bevorderen.
Ik hoop niet aileeö voor u te zijn een burgemees
ter maar ook een burgervader, zoover eed en plicht
mjj gebiedt. Ik reken op uw aller medewerking,
ik reken er op uwe achting te blijven genieten,
welke ik zoo menigmaal mocht ervaren.
Aan u mijne heeren leden van de feesteommis-,
sie, ja aan allen rnrjn icnigen dank voor den fees*
telijken intocht mij bereid, voor de hulde mij ge
bracht. Indien bet mij vergund zjj eene opmer
king ie mogen maken zij is dezete veel eer is mij
bewezen, gij hebt te veel voor mij gedaan.
Axelaien viert blijde feest op dezen dag maar
viert ook waardiglijk feest opdat wij geen klach- 1
ten van u mogen hooren, dan brengt gij nogmaals
een dankbare hulde aan uwen buigemeester
Ik eindig met den wensch dat de gemeente van
Axel, in welvaart en bloei onder mijn bestuur
voortdurend moge toenemen.
Leve de Axelaren
Weder klonk uit volle borst en herhaaldelijk
„leve de Burgemeester
Daarna werd in dezelfde volgorde van zooeven
e-'ire wandeling door de straten ondernomen, waar
bij de Mnziek en bet gezang van de talrijke be
langstellende en geestdriftvolle menigte eikander
afwisselden.
Te circa 5 ure stapt Z.E.A. na den optocht aan
zijne woning af en werd de stoet op het Markt
plein ontbonden.
Concordia bracht daarop nog eene serenade bij
de weduwe J. P. Oggei.de moederdes Burgemees
ters, waarvoor door den oudsten zoon van deze
laatste hartelijk dank werd gezegd, voor de eer
zijne grootmoeder bewezen.
Alsnu gaf ieder aan eigen feestviering uiting,
waardoor de vreugde meer algemeen werd.
Door den Raad werd zijnen nieuwen voorzitter
ten 6 ure een diner aangeboden, waar menig har
telijk woord ten beste werd gegeven.
Te 7 ure gaf de zangvereeniging eene uitvoering
op de tribune, welks verlichting en illuminatie, even
eens als die van het stadhuis een schitterenden aan
blik opleverden. Ook de poort voor de woning des
Burgemeesters, alsmede enkele bogen in verschil
lende straten waren verlicht.
Te half negen was ieder trouw op zijn post om
getuige te ziin van het afsteken van het vuurwerk.
Toen de eerste vuurpijl de lucht doorkliefde en
hare gekleurde starren liet nedervallen, ruischte de
muziek over de tiootden van de talrijke toeschou
wers. vv aarvan een ïuid hoera het gevolg was.
Toen zoo het een na het ander was ontstoken,
wachtte ons het wapen van Axel, waarnaar ieder
reikhalzend uitzag.
Eindelijk stond in een oogwenk het lang verbeide
stuk in vollen glans en kiemen voor ons en als
om den E.A. heer Oggel eene verrassing te berei
den. lazen we er in vurige en duidelijke letters
onder„leve de Burgemeester."
Als uit een mond hief dein vervoering geraakte
menigte denzelfden juichtoon aan en ten hoogste
voldaan over het prachtig stuk ons door den heer
Eug. Hendrickx van Antwerpen, geleverd, verlieten
we het marktplein, terwijl de feestvierende men-
schen massa nog gedurende geruimen tijd gezellig
bijeen bleef, tot het sluitingsuur ons van elkander
scheidde in de overtuiging, dat Axel een schoon
en waardig feest heeft gevierd.
En hiermede meenen we een zoo getrouw moge
lijk verslag te hebben geleverd en ons van onze
lang niet gemakkelijke taak te hebben gekweten.
Ten slotte mag een woord van lof en eer aan de
feestcommissie in het bijzonder en aan de ingeze
tenen in het algemeen, voor den feestdag ons be
reid en de loffelijke wijze, waarop zij hun edel
achtbaar Hoofd hebben ontvangen, niet achterwege
blijven.
In de Dinsdag gehouden vereenigde zitting van
de beide kamers der Staten-Generaal is door den
heer Mackay, minister van koloniën, de volgende
rede gehouden