No. 107. Woensdag 1 1800. O1' Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. DIELEMAX, AXEL. Staatkundig Overzicht. Hiniicnlandscli Nieuws. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag;- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 3 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Een onderhoud met Bismarck. Da kluizenaar van het Sachsenwald, de oude Bismarck, laat nog altijd van zich spreken. Hij ontvangt gedurig correspondenten van groote bla den bij zich, die hem zijn oordeei komen vragen over den tegenwoordigen toestand van Europa want, als is de man van ijzer en bloed van het politiek tooneel verdwenen, te begrijpen is het, dal hij nog altijd de zaken nauwkeurig nagaat en met een kennersblik om zich heen ziet. Het ad vies van zulk een man, kan men dus mot recht vertrouwen. Het is nu weder een redacteur van het Petit Journal, het meest gelezen volksblad in Frankrijk, die een onderhoud met Bismarck heeft gehad, waarvan wij hier het voornaamste laten volgen. „Ik heb aldus begon do heer Von Bismarck sedert mijn vertrek uit Berlijn geenerlei poli tieke correspondentie meer gevoerd. Wandelingen in het bosch zijn voor mij het eenige middel, om mijn tijd dood te slaan. Geërgerd of gegiiefd, zoo als men heeft beweerd, ben ik nooit. De keizer, wiens dorst naar groote dad6n onleschbaar is, wil de volkeren gelukkig maken ik geloof niet, dat de mogelijkheid van slagen in dit opzicht bijzon der groot is. Ik heb hem dan ook gezegd, dat het mij niet bevreemdde, zijn misnoegen te heb ben opgewekt. Een oud werkpaard en een jong renpaard kunnen moeilijk met elkander in een gareel worden gespannen. Slechts door politiek, en niet door hersenschimmige combinatiën kan men bij de menschen iets uitrichten. Ik hoop, dat de pogingen van den keizer resultaten zullen hebben. Hij was veel op reis en ik kon hem niet begeleiden dientengevolge wonnen andere perso nen zijn vertrouwen. Men had kunnen zeggen, dat ik mij eene schoone slotscène had bereid ik troost mij met het bewustzijn, dat de Duitsche kroon sterk is. Ik ben volstrekt geen tegenstander van eene door het parlement en de pers uit te oefenen con trole integendeel, zonder deze zouden misgrepen onvermijdelijk zijn. De buitenlandsche pers was na mijn aftreden voor mij een minder streng rech ter dan de Duitsche. Bij ons slaakten de vijan den des vaderlands - ik bedoel de partijen een zucht van verlichting, toen ik heenging. Mijn opvolger Caprivi achat ik zeer hooghij is een uitmuntend generaal. Het is voor hem jam mer dat hij in de politiek is verzeild geraakt. Maar mijne buitenlandsche politiek kan hij r.iet verandeien. De Europeesche toestand is afgeslo ten. geen wolkje verduistert den horizont, de vre de is verzekerd. Men weet, dat de moderne na- tien over oorlog en vrede een woord hebben mee te spreken. Niemand zal den aanval willen be ginnen, daar de gevolgen al te verschrikkelijk zou den zijn. Maar de soldaten zijn en blijven de beste waarborg voor den vrede. In het jaar 1875 heb ik een oorlog verhinderd. Moltke had zich tegm dien oorlog niet verzet en de Fransche gezant was zeer verontrust. Daarvan trok Gortschakoff partij om de rol van redder te spelen. Sedert Jat aftreden van Gortschakoff lag eene toenadering tusschen Frankrijk en Rusland voor de hand Belangen en geen gevoelsneigingen vormen het richtsnoer der politiek. Duitschland heeft de Schnaebele-zaak niet uitgelokt en het heett de gevoeligheid van uwe natie niet willen kwet sen. Ook de verovering van Sleeswijk is ons op gedrongen wij zeiven hadden daar geen plan op. Het zou ongerijmd zijn, te beproeven Duitsch land en Oostenrijk te vereenigen tot één keizerrijk met twee hoofdsteden. De Balkan politiek gaat slechts Oostenrijk, Rusland, Italië en Engeland aan. In het conflict over de Curolinen heb ik de scheids rechterlijke uitspraak van den Paus ingeroepen, omdat ik met Spanje op goeden voet wilde blij ven. Dezelfde gedragslijn heb ik in de Samoa- quaestie gevolgd. Waf de sociale quaest ie betreft ik boud heter voor, dat het onmogelijk is de menschheid geluk kig te maken. Eenige socialistische leiders zijn mannen van groot talent. Het avontuurlijke sys teem van Lieoknecht en de maatschappelijke ex ploitatie van den grond en van de nijverheid zijn dwaasheden. Concessien op dit pur.t vermeerderen slechts het aantal der sociaal-democratische partij gangers. Ik acht de Franschen; zij zijn in politieke zaken ernstige compagnons. Het Fransche leger heeft zich sedert 187U vei viervoudigd. Ik hoop en ver wacht, dat de twisten tusschen de beide natier. ge eindigd zijn en dat de groote massa der Fran sche bevolking vredelievend gezind is. Keizer Wilhelm I was zeer dapper; het gevaar had voor hem eene groote aantrekkelijkheid. De uiterst beminlijke en hooghartige keizer Friedrich was het met mij in de Battenberger-quaestie vol komen eens. Ik zal mij candidaat stellen voor den Rijksdag, niet om mijn opvolger in verlegenheid te brengen maar om mijn standpunt te verdedigen. Ziedaar het voornaamste uit het gesprek van Bismarck met den Franschman, waaruit duidelijk blijkt, dat hij het met deu jeugdigen Wilhelm II volstrekt met eens is. Uit het rapport der hoofdcommissie voor de her ziening van de belastbare opbrengst der ongebouw de eigendommen blijkt, dat het rijk, ruim 8,250,000 hectaren groot, aldus kar. worden verdeeld Bouwland 847.244 heet. ol 26 pet.; wei- en hooi land (dijken en bermen daaronder begrepen) 1.167.880 heet. of 36 pet.tuinen, moestuinen, boomgaarden, bloemisterijen en boomkweekerijen 59.873 heet. of 1.8 pet. bosschen (hakhout en opgaande hoornen) 118.283 heet. of 3.6 pet. dennenhosschen 92.256 heet. of 2.8 pet.griend, rijs- en twijgwaarden 8.410 heet. of 0.3 pet.rietlanden, kwelders, gorzen, schor ren, aanwassen of slikken 28.995 heet. of 0.9 pet. heide, veengrond, duin en zand 595.603 heet. of 18.1 pet.vela- en spooiwegen 29.337 heet. of 0.9 pet.; vei graven gronden, moerassenen water 95.007 heet. of 2.9 pet.erven van gebouwen en lustplaat sen 42.982 heet. of 1.3 pet.; onbelastbare eigendom men 80.543 heet. of 2.5 pet.eigendommen wegens vrijdom van de herziening uitgezonderd S5.415 heet. of 2.6 pet. Uit Rotterdam wordt geschreven Eene eigenaardigheid van den tweeden Pinkster dag is, dat hij de stedelingen naar buiten en de stad trekt. Bijzonder groot wa3 ditmaal het aantal buitenlui, d*t op Pinkster-Maandag onze stad kwam bezoeken en daarbij viel vooral op te merken, dat ook onder de boeren de zeden zich belangrijk wijzigen. Voor de bewoners der Overmaasche dorpen was vroeger op dien dag de groote aantrekkelijkheid de zoogenaamde Heulsche kermis. De Heul is eeue buurt aan het eirde der Sch'elade, welke kade, met eene fraaie rij hoornen beplant, van oudsher eene zeer gezochte wandeling was voor de Rotter dammers, die destijds in hunne stad en de naaste omstreken zeer weinig groen vonden. Langs die Schiekade wandelde men dan hetzij naar Ouwerschie hetzij naar den Bergweg, die naar Hillegersberg met zijne zeer gezochte theetuinen aan de Plasson voert. Op den tweeden Pinksterdag nu hadden de boeren en boerinnen uit de Overmaasche dorpen de Schie kade, vooral het gedeelte bij de Heul, in beslagge nomen. De vele herbergen in den omtrek, en voor al de theetuin „Pax Intrantibus" van Odem, op den hoek van die kade en den Bergweg, waren deu ge- heeien dag van den vroegen ochtend af, overvol er werden verbazende hoeveelheden sterken drank gelronkee, en tusschen de jonge landelijke paren werd op de meest ongedwougen wijze gevrijd. Er werd ook druk gedanst en r.iet zelden zwaar ge vochten. Langs den weg vond men talrijke uitstal lingen van eetwaren en versimpelingen van allerlei aard. Dat heette men Heulsche kermis, waaraan ook een deel der stadgenooten plachtte deel te ne men. Thans is van die kermis nog maar een schaduw overgebleven, hierin bestaande, dat meer menschen dan anders langs de Schiekade wandelen en dat die wandeling vroeger in den morgenstond begint. De herbergen rondom de Heul zijn voor het meerendeel verdwenen, en waar eenmaal de vermaarde theetuin van Odem gevonden werd, staan nu deftige huizen. En de boeren en boerinnen, die Rotterdam komen bezoeken, gaan in plaats van naar de Heulsche ker mis, naar onze Diergaarde. Ze'den heeft men daar zooveel buitenlui bijem gezien als ditmaal op den tweeden Pinksterdag. En niet enkel uit de Overmaasche dorpen, maar uit ver schillende streken des lands. Men zag er allerlei kleederdrachter. vertegenwoordigd, ook die der Gel- dersche en Zeeuwsche landbouwende bevolking, en men zag er ook landelijke schoonen die gedeeltelijk als steedsche dames waren opgetuigd, ja zelts boe rinnetjes in de dracht van de streek, waar zij woon achtig zjjn, nmar met glacé handschoenen en para sol», alsmede boerenknapen niet hoedjes als stedelijke dandy's en kneveltjes. Reeds vroeg in den ochtend zag men deze bezoe kers in de Diergaarde roudwandelen, vooral de wildo dieren, de olifanten en de apen bewonderende. Ve len hadden hun proviand medegebiacht, en bleven tot den avond in den tuin. De uitstekende stat- muziek van het 4e reg. met den kapelmeester Mann aan het hoofd, gaf een concert. Het groote onderscheid bij vroegere dagen bestond hierin, dat van de dronkeraanstooneelen en de uit-

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1890 | | pagina 1