r
DE KERMIS TE AXEL
!Vo. 401.
6" Jaarg.
Woensdag 14 Mei 1890.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMAN.
AXEL.
Maandag 20 Mei 1890,
Donderdag 29 Mei
Staatkundig Overzicht.
FEUILLETON.
Biuiieiilaiidscli Nieuws.
IIAAR GROOTSTE SCHAT
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag'- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzondert, numm. 3 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent J
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
zal beginnen
en eindigen den daaropvolgendeu
des avonds te 12 ure.
De Fransche kamer is ook weder vergaderd. In
een der zittingen van de vorige week beproefde
een Boulangist do regeering eventjes een beentje te
lichten, maar ach, het viel zoo leelijk tegen. Met
groote meerderheid van stemmen weid het plan
verijdeld. De zaak was deze. De heer Laur vond
aanleiding tot eene interpellatie in een schrijven
van den afgevaardigde Lévèque, onder-gouverneur
van hot Crédit-foncier aan den minister van finan
cien, waarin hij zijn ontslag vroeg, tegelijkertijd
den gouverneur van het Ciédit fancier beschuldi
gend van allerlei ongeregeldheden in diens beheer.
Deze brief was door den Matin gepubliceerd. Een
daling der koersen op de beurs was hiervan het
gevolg. Door de officieuse avondbladen werd e
venwel dadelijk een langen brief van Christophle
bekend gemaakt, gericht aan den minister Rouvier,
waarin de beschuldigingen van Lévèque werden weer
legd. Na kennisneming van beide deze 'brieven
nam de ministerraad het ontslig van den onder
gouverneur aan.
Minister Rouvier en de heer Christophle verde
digden zich en het slot van de historie was, dat
eene motie werd aangenomen van den volgenden in
houd„De kamer, akte nemende van de verkla
ringen van de regeering en vertrouwende op hare
waakzaamheid, gaat over tot de orde van den dag!'"
Evenmin als in den Parijschen gemeenteraad, zul
len de Boidangisten ook in de Kamers veel kwaad
meer uitvoeren.
Omtrent Bismarck zijn de meest sensatie wek
kende belichten in omloop. Een drukke briefwis
seling wordt gevoerd tusscben keizer Wilhelm en
den ex kanselier. Waarover? Ja, dat zal wel uit
komen de een denkt er dit, een ander dat van
gevolgen daarvan dijn, dat gewoonlijk de hal geheel
wordt misgeslagen Algemeen verwacht men, dat
Bismarck weldra zal spreken en dan zullen, vol
gens sommigen, dingen aan het licht komen,
waarvan niemand ooit het fijne heeft geweten'
maar die voonamelijk de juiste redenen van 's kan
seliers ontslag zullen ontvouwen. Men bedreigt
Bismarck nu reeds met een wetsartikel, dat hij
zelf gemaakt heel't ter toepassing op een ander.
Dat artikel zegt„Een ambtenaar in dienst bij
het departement van buitenlandsche zaken van het
Duitsche rijk, die het ambtsgeheim schendt door
wederrechtelijke mededeeling van hem officieel toe
vertrouwde of te zijner inzage liggende stukken
of van een hem door ziju superieuren gegeven in
structie of den inhoud daarvan, wordt, mits hem
niet volgens andeie bepalingen een zwaardere straf
is opgelegd, met gevangenis of geldboete tot 5000
mark bestraft." Het zou dus wel eens een put
kunnen worden, voor een ander gegraven, waarin
Bismarck zelf zou komen te vallen,
Het is den Duitschen keizer meer dan iemand
ernst met de regeling der arbeiderswetgeving. In
weerwil daarvan komen echter de socialisten met
een ontwerp voor den dag dat nog verder gaat
dan dat der regeering. Zij vragen een dag van
10 uren, om later op 9 en len slotte op 8 werk'
uren gebracht te worden. Een geleidelijke over
gang dus. Ofschoon er wel niets van zal komen,
is dit voojstel toch verstandiger, dan een sprong
ineens te willen maken van de tegenwoordige re
geling op den 8 uurdag.
Wat de arbeidersbeweging betreft, deze belooft
nog iu omvang te zullen toenemen, als men het
Belgische socialisten blad Le Peuple gelooven mag.
Het voorspelt vóór het einde dezer eeuw een
bloedige sociale revolutie, waarvan het hoofdtoo-
neel in Duitschland za! zijn. Alle proletariërs, an
ders gezegd onbemiddelden der geheele wereld wor
den door het blad uitgenoodigd zich daarop voor
te bereiden. Het einde is dus nog niet te voor
zien.
DOOR
J. C. JANSEN.
9.
Gusta was onder dit verhaal één belangstelling
geworden. Zij had niet gedacht, dat het onder
houd zulk een loop zou hebben genomen en daar
om antwoordde zij ook spoedig
„Neen, Oom, wees gerust; u bedroeven zou nog
mogelijk zijn. maar u storten in het ongeluk
nooit, nooit
„"Welnu dan ik ga verder. Nog weinige da
gen 4 Augustus en het zal 17 jaar geleden
zijn, dat uw vader en ik onze koffers pakten en
van Grefwalt, waar wij destijds woonden' vertrok
ken om een bezoek to brengen aan de beroemde
grot van Han en daarna verder te reizen naar de
Zwitsersche Alpen.
Wij waren niet rijk, noch uw vader, noch ik,
ofschoon wij er wel voor doorgingen.
Hij had een kapitaal van ongeveer ƒ80000 bij
verschillende gedeelten uitstaan, goederen bezat
hij in het geheel niet.
Ook mijn rijkdom overtiof maar weinig den
zijnen. Doch zuinig als we leefden, en groote
liefhebbers van reizen, waren we toch in staat
aan onzen lieveiingswensch te voldoen. Vol hoop
van het onvergelijkelijke Zwitserland te zien en
te doorkruisen gingen we op reis. Op die reis
liep ons in den beginne alles mee; doch de 10e
Augustus was de ongelukkigste dag mijns levens.
Dien dag zouden wij het beroemde St. Bernards
klooster gaan bezichtigen. Roekeloos als uw va
der wel een weinig was, alles durvende wagen
en onmiddellijk door schoonheid en pracht in ver
rukking gebracht, stond hij soms, ondanks alle
waarschuwingen, op vooruitstekende rotspunten
waar nauwelijks enne gems zou gewaagd hebben
den voet te zetten.
Zoo kwam het dan ook, dat hij zelf nog op ge
ringe hoogte en op een plaats waar de beklimming
in het geheel niet gevaarlijk was uitgleed en ver
dween in eene spelonk. Een doffe plomp, een
akelig gekerm volgde.
De opening was niet diep en de wanden wa
ren met geen punten bezet; zoodat wij al spoedig
hoorden, dat de ongelukkige Goddank nog leefde.
IJlings sloeg ik een touw om het middel en eeni
ge seconden later stond te op den bodem der spe
lonk naast uwen vader. Hoe akelig was het
De Eerste Kamer nam het ontwerp tot onteige
ning van den locaalspoor Sauwerd naar Roodescliool
aan, Hoofdstuk koloniën werd r<a eenige discussie
zonder stemming aangenomen, waarna de Kamer
kalm is gescheiden.
In de zitting der Tweede Kamer van Donder
dag vond nog plaats de interpellatie Heldt over
het gebeurde te Hoogeveen op 14 April 11.
Op dien dag trokken 3 a 400 veenarbeiders naar
Hoogeveen eene brigade veldwacht vergezelde den
troep om wanorde te voorkomen. De arbeiderstroep
ging met de Nederlandsche vlag voorop. De plaat
selijke verordening te Hoogeveen verbiedt optochten
zonder vergunning. De politie heeft dus aangeraden
geene optochten te houden. De veenaibeiders ga
ven daaraan geen gevolg. In het hotel Thomas had
eene samensprekirg plaats tu«schen bazen en werk-
daarbinnen, Boven mij het licht van den dag
en de blauwe lucht; hier de eerste oogenblikken
niets dan duisternis. Toen ik eindelijk alles flauw
onderscheiden kon, nam ik mijn broeder op, wik
kelde hein in een meegenomen laken, dat ik ver
volgens aan het touw bond «n liet ons daarna
door den gids en de reisgezellen optrekken.
Hoewel ik aanvankelijk meende, dat door spoe
dige hulp alles nog wel ten beste zou keeren zag
ik mij, bovengekomen, geheel teleurgesteld. Nog
even opende hij de oogen en sprak„Jan, ik
moet sterven, ik voel den dood reeds in mijn
binnenste" toen zweeg hij een wijle.
Bij dit gedeelte van het verhaal was Agusta
in tranen losgebarsten. Snikkend riep zij „Mijn
arme vaderDe heer Kroesmulder stond op,
oponde een lessenaar en haalde daaruit een voor
werp. dat lrij in de rechterhand hield; toen plaats
te hij zich weder en vervolgde
„Terwijl in allerijl om geneeskundige hulp ge
zonden werd en iedereen zich beijverde het noodi-
ge te doen was ik op de knieen bij bem neer
gezegen en sprakWillem wees gerust, ik hoop,
dat het wel schikken zal, hoe gevoelt gij u?"
(Slot volgt).