©s» stat? laa&üEiiD
No. 385.
Woensdag 19 1899.
5«'
n i iJ IJ
Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
F. ÖIELEMAlV,
AXEL.
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Staatkundig Overzicht.
FEUILLETON.
Biniieiilandsch Nieuws.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzondert, numm. 3 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van ltot 4 regels 25 cent;
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
De ministerieels crisis in Hongarije is afgeloo
pen. Tisza is vertrokken. Graaf Szapary is mi
nister-president en tevens minister van binnej-
landsche zaken, terwijl graaf Bethlen aan het
hoofd van het departement van landbouw zal
staan.
De keizer verzekörde herhaalde malen, dat in
de politieke lichting niets zal veranderd worden
en de nieuwe minister-president eene politiek in
den geest van Tisza zal volgen. In de talrijke
ministerraden en gesprekken met de afgevaardig
den heeft de keizer laten doorschemeren, dat hij
Tisza hoogst ongaarne zag heengaan, en tevens
den wensch uitgedrukt, dat de liberale partij, ook
na het heengaan van haren chef eendrachtig zou
blijven. De keizer verklaarde aan sommige ka
merleden rondweg, dat hij zich geheel bij de po
litiek der meerderheid in de kamer aansloot, en
een optreden der oppositie, door welke aan de waar
digheid van het parlement zoozeer afbreuk ge
daan werd, zeer zou betreuren.
Of het nog niet erg genoeg was met de minis
terieels wanorde, komt uit Parijs het bericht, dat
het geheele ministerie Tirard zijn ontslag heeft ge
nomen en dat president Carnol dat ontslag heeft
aangenomen. Deze ministerieele crisis is boven
ieders verwachting door den Senaat uitgelokt, maai
den afgevaardigden schonk het zichtbare voldoening,
dat het de senaat was, die aan den sedert het ont
slag van Constans vrij onhoudbaren toestand van
het kabinet—Tirard een einde heeft gemaakt.
Men acht het waarschijnlijk dat Carnot den
heer De Freycinet met de vorming van eon nieuw
ministerie zal belasten en dat deze dan de porte
feuille van bmnenlandsche zaken neemt. Verder
noemt men Constans en Bibot als nieuwe leden,
terwijl Faye, Barbey en Fallières hunne portefeun-
les zullen behouden.
Zaterdag heefl keizer Wilhelm het genoegen ge
smaakt, de afgevaardigden te begroeten van de
verschillende rijken, die deelnemen aan de arbei-
dersconferentie. Behalve Duitschland zullen ver-
tegenwoordigd zijn EngelandFrankrijk, Italië
Belgie, Portugal. Spanje, Zweden. Noorwegen, De
nemarken. Nederland en Luxemburg, te zamen
door ruim 60 gedelegeerden.
Dat het den Keizer ernst is met zijne hervor
mingsplannen bewijst zijn bevel dat in de ge-
weerfabriek en de artillerie-werkplaatsen te Span*
dau, waar tot nog toe 12 a 13 uren daags ge
werkt werd de werkdag niet langer dau tien u
ren mag duren.
Van liet aftreden van Vorst Bismarck schijnt
niets meer te komen maar dat de kanselier zijn
roem zal overleven dat staat bij ons vast.
De Keizer maakt weder reisplannen. Den Hen
April moei het Keizerlijke jacht Hohenzollern zee
vaardig zijn. Volgens loopende geruch.en moet
bet plan bestaan Antwerpen en Brussel te bezoe
ken. Zou ons land ook niet eens eene beuit
krijgen
Aan de Fiansch-Duitsche grenzen lieeft weel
een gevalletje plaats gehad zooals nog eens een
paar malen is voorgekomen. Een Franschman
die nabij Belfort over de grenzen was gegaan, i3
door Duitsche grenswachters gearresteerd en ge
bonden onder beschuldiging van strooperij. Voor
deze beschuldiging bestond naar men meldt geen
VERTELLING VAN
FRIEDRICH FRIEDRICH.
XXIX.
-F-WsDH—•4—
Zij vertrouwde zijne belofte, maar kon zij zich
het laten welgevallen waar zij maar al te goed
opmerktedat de vrouw en dochter des huizes
haar haatten?
Het was haar niet ontgaandat zij de oorzaak
was, dat in het gezin van den strandvonder on
genoegen en verbittering ontstaan waren en al
wist zij zich daaraan ook volkomen onschuldig, al
hooide zij noch van den strandvonder, noch van
Hendrik ooit een enkel verwijt daarover, toch
was haar die verhouding pijnlijk. Zij verlangde
naar haar vertreken dit verlangen werd met
den dag sterker.
Het wasnu de boot verbrand wasonmoge
lijk baar naar het vaste land over te brengen. De
strandvonder moest eené gelegenheid afwachten
om het eiland te kunnen verlaten en zich eene
nieuwe boot aan te 'schaffenwant dat was eene
reden. Daar kan dus weer heel wat papier over
vuilgemaakt worden.
dringende behoefte.
Eene dergelijke gelegenheid bool zich spoedig
aan. Een voorbijzeilend schip kon hem, Jan en
Auste opnemen.
Vóór zijn vertrek riep hij Hendrik bij zich.
Verlaat Marie nietzei hij. Ge weetdat
uwe moeder en zuster haar vijandig gezind zijn
Hendrik beloofde dit en vroeg nog, wanneer
zijn vader dacht terug te koeren.
Dat kan ik nog niet bepalen antwoordde
de strandvonder. Ik weet niet, of ik wel spoedig
eene geschikte boot zal vinden, en al gebeurt dit,
of de koop dadelijk zal gelukken. Misschien ver
loopen er verscheidene dagenvoor wij terugko
men. Ik zal ook trachten eene geschikte verblijf
plaats voor Marie te vinden, want zij verlangt er
naarvan bier te komenen ik kan haar dat
niet kwalijk nemen.
Maar waarvan zal zij moeten leven vroeg
Hendrik bezorgd.
Wacht maar wacht maar, antwoordde
zijn vader. Ik heb haar belooldhaar niet
verlaten, on ik zal woord houden. Zeg haar dat
nog maar eens' en voeg er dan bijdat zij mijn
onderstand onbezorgd kan aannemenwant dat
ik niet arm ben.
De drie mannen vertrokken.
Hendrik was met Marie alleen in de kamer,
toen zijne moeder en zuster binnen kwamen en
het ontging hem nietdat zij vriendelijker tegen
Bij koninklijk besluit is bepaald
De lichting der militie van het jaar 1890 be
draagt 11,000 man, waarvan 600 voor d6n dienst
ter zee bestemd worden.
De hoegrootheid van het aandeel, door elke pro
vincie in die lichting te dragen, wordt aangewe
zen in de 4de kolom van den staat bij dit besluit
behoorende.
De lotelingen, voor den dienst ter zee te be
stemmen, worden daartoe gekozen uit diegenen,
die zich, overeenkomstig art. 150 vorengenoemde
wet, aangemeld hebben om bij de zeemilitie te
dienen.
Het aantal, door elke provincie te leveren in het
voor den dienst ter zee bestemde doel der lichting,
wordt bepaald, immers voor zoover mogelijk, naar
verhouding, welke bestaat tusschen het getal
dergenen, die zich in de provincie voor den dienst
bij de zeemilitie hebben aangemeld, en het geza
menlijk getal van hen, die zich in het geheele rijk
daarvoor hebben aangemeld.
In de provincie Zeeland zijn ingeschreven 1825
personen en haar opgelegd aandeel bedraagt 519.
Dd. 12 Maart wordt aan de Tijd uitMierloo
geschreven
Op het platteland zwerven tegenwoordig tal van
kooplui in postpapier en andere snuisterijen, ei
genlijk gezegd landloopers, rond, die de groote we
gen onveilig maken en den bewoners vrij wat last
Marie waren dan vroeger. Zij vraagden althans
naar haren welstanden eene dergelijke vraag
hadden zij nog nooit gedaan.
Zou het misschien alleen een gevoel van trots
tegen zijn vader zijn geweestdat haar had te
ruggehouden, de ongelukkige eenigzins te gemoet
te komen Hij vermoedde diten was zeer ver
blijd toen hij zagdat zijne moeder een gesprek
met Marie aanknoopte. Hij gevoelde zich vroolij-
keren de dag ging verder in eene aangename
stemming voorbij.
Toen hij den volgenden morgen weder met Ma
rie in de kamer zat, kwam zijne moeder binnen,
en deelde hem mede, dat er een schip op de on
diepte gestrand was.
- Hoe is dat mogelijk? riep hij. Het weder
is den ganschen nacht kalm geweestde wind is
gunstig en niet hevigen gisteren avond zag ik
nog twee loodsvaartuigendie achter de ondiep
te kruisten.
- Hoe weet ik het? antwoordde zijne moe
der ik ben niet op het schip geweest.
- Ga toch, mogelijk kunt ge nog hulp bieden!
riep Marie die nog met angst aan de stranding
dachtdie haar tot wees gemaakt had.
Hendrik stond op en verliet de kamer. Het
was hem volkomen onverklaarbaar, hoe bij zulk
weer een schip stranden kon.
(Wordt vervolgd.)