U Woensdag 5 1890. 5' Jaarg. i A h k Niemvs- en Advertentieblad F. DIELEMAN, AXEL. voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Staatkundig Overzicht. FEUILLETON. ©I? QM SI8&&E1® Kinnciilamlscli Nieuws. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzondert, numra. 3 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent, voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE «ren. Volgens mededeeling Vïm de Temps, heeft de hei tog van Orleans „vergunning" gekregen om in de gevangenis te Clairvaox zeker aantal peisonen bij zich te ontvangen. Er zullen twee soorten van bezoekers zijn. Tot de eerste behooren zijne tante, de hertogin van Chartres, hare dochter, prin ses Marguérite, de verloofde van den prins, doctor Guéneau de Mussy en de heer Bocher. Die per sonen mogen eiken dag den gevangene bezoeken geduiende de daarvoor bepaalde uren, dat wil zeg- g;n: drie uren lang. De kolonel de Parseval en de hertog de Luynes, 'a prinsen vriend, hebben verlof gekregen tweemaal 's weeks bij hem te ko men deze twee in het daarvoor bijzonder aange wezen spreekvertiek, en alsdan zal er, naar den gewonen regel, een oppasser bij tegenwoordig we- De vier eerstgenoemde mogen zich met den vaat-beambten, die gratificaties mogen aannemen. De 1000 francs blijven dus te zijner beschikking. Het bestuur van het mijnwerkersverbond m de Rijnprovincie en Westfalen komt voor den dag met een nieuw voorstel, hetwelk aan de opgetoe pen vergaderingen ter aanneming zal worden voor gelegd. Het komt in hoofdzaak hierop neder Aan de rechtens en economisch bestaande te genstrijdigheid van belangen Lusschen de eigenaars van mijnen en de bezittelooze werklieden kan voor goed eon einde gemaakt en de maatschappe lijke vrede kan voor vast tot stand gebracht wor den, alleen dan wanneer de mijnen in eigendom aan de weiklieden overgaan, om ze, door eigen beambten en bestuurders uit hun midden, dienst baar maken voor het algemeen welzijn ziin er geschikte rechtsvormen om de mijnen tot een ge meenschappelijk eigendom der tegenwoordige eige naars of aandeelhouders te maken, dan kan het ook niet moeilijk vallen, andere rechtsvormen vast zen. - prins onderhouden in zijne afzonderlijke kamer; wi. mou ,a"ou, ---- een oppasser zal er niet bij tegenwoordig zijn. I te stellen, waardoor de mijnen tot gemeenschap i:n„,i,A»fnnn ol *«rnro I r\ö!iilr m"rrrxr»H/-\m Hor Haarhil ATI flftürin 3,rt)GHi0nQ6I] veranderin- irbeidsbetrekkingen verbonden ambtenaren en ar beiders overgaan 2o. dat voor zoolang die over gang nog niet heeft plaats gehad, er ten spoedig ste een noodwet worde ingevoerd, waardoor aan de grootste tegenwoordig» verkeerdheden voorloo- pig zooveel mogelijk een einde kan worden ge maakt door, zoo noodig, rechtstreeksche inmen ging der overheden. Dat zal zoo maar dadelijk gebeuren een oppasser zal er met dij tegenwooruig ziju.»ie sieueu, waaiuuui uo myucu Doch er moet zekere suveillance bestaan, al ware pe'.ijk eigendom der daarbij en daarin het alleen om eene ontvluchting te voorkomen, worden gemaakt; deze en dergelijke J i1rYon rlnnr nnf numninir liahhptl t/lfth 1'fV Diensvolgens zal bij dergelijk bezoek een oppas ser in een aangrenzend vertrek of in de gang aan wezig zijn. De directeur van de gevangenis te Clairvaux heeft last gekregen den prins mede te deelen, dat de 1000 francs die deze, uit erkentelijkheid voor de welwillende behandeling, voor zijn vertrok aan den directeur der Conciergerie heeft gezonden om uitgedeeld te worden onder de lagere beambten der gevangenis, niet aangenomen kunnen worden. Het reglement verbiedt het. De beambten der ge vangenis kunnen niet beschouwd worden als pri- gen door onteigening hebben toch reeds plaats in grooten omvang, gelijk bij den overgang van spoor wegen aan den Staat, of op kleinere schaal bij aanleg van wegen, kanalen, vestingwerken, open bare gebouwen, enz. Op giond van dit een en ander wordt voorgesteld, gemeenschappelijk met alle Duitsche mijnwerkers, bij den Rijksdag, den Bondsraad en den Keizer de noodige stappen te doen om te verkrijgen lo. dat do gezamenlijke Duitsche mijnen, door onteigening der tegenwoor dige bezitters, in vast, gemeenschappelijk en on vervreemdbaar eigendom aan de daaraan in vrije VEETELLING VAN FRIEDRICH FRIEDRICH. XXV. Wel hadden de jaren het gelaat veranderd, maai er was één trek, die allen twijfel wegnam. Bij bet rechteroog bevond zich een litteeken, dat ont staan was door eene wond, die Frederik eens ge kregen had. toen hij met zijne broeders spelende op een bij het buis liggend anker was gevallen Voor zijne herinnering doemde weder het beeld op van den vroolijksn, levenslustigen knaap, zoo duidelijk, als het hem jaren lang niet voor den geest had gestaan. Hij is het, - fluisterde hij Jan toe. Deze antwoordde niet, want ook hij had zijn broeder herkend. Haal eene spade en een lap zeildoek, -- be val de strandvonder aan Auste. Waartoe zeildoek? vroeg Auste verwonderd Doe wat ik zeg, antwoordde Klaas Aaken De drie broeders waren thans zonder getuigen bijeen. Als wij hadden kunnen vermoeden, dat hij het was... begon Klaas. Het gebeurde is niet ongedaan te maken, viel Jan hem in de rede. Het zou mij veel waard zijn, indien dit rao geliik was, vervolgde Klaas. Denkt ge, dat wij het ooit zullen kunnen vergeten? Dit strakke ge laat zal ons overal vervolgen. Wij hebben hem eens van het eiland verdreven, en later nauwe lijks aan hem gedacht, omdat wij meenden, dat hij reeds lang dood was, maar nu is hij terugge keerd en het leed' dat wij hem eens berokkenden, wreekt zich dubbel zwaar vreeselijk Wij moeten het dragen, sprak Jan strak voor zich op den grond stavend. Maar hoe hoe? riep Klaas hartstochtelijk. Hij bukte zich en sloot de oogen van den doode. Auste kwam met eene spade en een lap zeil doek terug. Het lijk werd er ingewikkeld, en de drie mannen droegen bet naar het naasto duin, om hef daar, waar reeds zoo menigeen zijn graf ge vonden had, ter aarde te bestellen. De knecht moest het graf graven. De strand vonder en Jan stonden er als verpletterd bij. Het zal hem wel hetzelfde zijn, of hij hier in het zand of ergers anders op een kerkhof ligt, zei Auste, terwijl hij groef. Hij had toch eens moeten sterven, en of dat wat vroeger of latei- gebeurt, is al hetzelfde. Intusschen, hij had ge Bij de uitgevers Dorsman Odé te Ylcardingen verscheen onlangs het eerste nummer van den 3den jaargang van „Jong Holland", geïllustreerd Week blad voor jongelui, onder hoofdredactie van J. Hen drik van Balen. De inhoud daarvan is zeer aanbe velingswaardig. De platen munten uit door keuri ge bewerking en de tekst beantwoordt ten volle aan de eischen, die men aan een tijdschrift voor jongelui van 12 18 jaar kan stellen. Boeiende verhalen, wetenswaardigheden op verschillend ge bied, natuurkundige kunststukjes en tot besluit een rubriek, „Wat kan ik worden," die zeer zeker velen ouders welkom zal zijn, daar zij daarin steeds vinden de examenopgaven en voorwaarden voor alle rijksbetrekkingen en tevens wekelijksche op gaven* van alle betrekkingen waarvoor jongelui ge. vraagd worden. Dus ook een vraagbaak voor ou ders en voogden. De uitgevers zenden gaarne een nummer gratis ter kennismakiug. makkelijk nog kunnen leven Bij deze woorden wierp hij een boosaardigen blik op den strandvonder; maar deze bemerkte het niet, en scheen zijne woorden niet verstaan te hebben. Zoo, nu is het graf klaar, zeide Auste ein- delijk. 3 Dieper, dieperbeval de strandvonder. Het was hem, of de doode, als hij niet diep genoeg begraven werd, uit zijn graf zou kunnen komen, om als zijn beschuldiger op te treden. De knecht gehoorzaamde blijkbaar mei tegen zin; hij prevelde althans binnensmonds en grijn zend eenige woorden, die de strandvonder niet verstond. Hij had zijne eigene gedachten over de zaak. Die zal de kist niet meer komen halen; zei hij halfluid. Het graf was gereed. Het lijk werd in het zeil doek aan oen rand nedergelegd om neergelaten te worden. Zoo veel omslag was nog nooit door deze mannen met een doode gemaakt. Wacht, dat kunnen we gemakkelijker doen! riep de ruwe knecht, en beproefde het lijk met den voet in het graf te stooten. Ellendelingviel Klaas Aaken uit, en duw de den knecht zoo onzacht ter zijde, dat hij in het zand tuimelde. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1890 | | pagina 1