Ba® aaihaia© IVo. 371. Woensdag 29 Januari 1890. 5' «faarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. DIELEMAV. AXEL. Staatkundig Overzicht. FEUILLETON. Biitnciilandsch Nieuws. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent; voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 3 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal, Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Veel bijzonders valt er tegenwoordig op staat kundig gebied niet voor. De eerste schrik over de omkeering in Brazilië is voorbi), de mededee- lingen over't EngelschPortugeesche conflict beginnen ook langzamerhand schaarscher te worden, groote dingen gebeuren gelukkig niet. dus als men alles nagaat moet men ten slotte nog verbaasd3 staan waar de nieuwsbladen aan al hun stof komen Zoo maar iets uit de lucht grijpen gaat toch niet aan; men zon al heel gauw op de vingers getikt wor den, doch ter zake. De voortdurend® beterschap van .den jeugdigen Spaanschen koning heeft een einde gemaakt aan allerlei booze plannen die leeds gesmeed werden voor 't geval dat de zieke niet herstelde. Het had wel kunnen zijn, dat Spanje dan Brazilië gevolgd had en een republiek geworden was en licht zou Portugal ook meegegaan zijn, want ook daar rust de monarchie op zwakke fondamenten, waaraan de laatste ruzie met EngelanJ natuurlijk het zijne bijbrengt. Voorloopig zal echter alles nog wel bij 't oude blijven. Uit Frankrijk komt als 't ware geen nieuws. Was het niet. dat de kamer zoo nu en dan een woelige zitting hield, waarbij scheldwoorden en soms zelfs klappen uitgedeeld worden, dan zou men in den waan gaan verkeeren, dat er geen Frankrijk meer is. Maar, het is bier ook geen tijding, goede lijding. Het is geen zuivere koffie als er zoo dagelijks over een land geschreven en gewreven wordt. Buitschland en de socialistenwet, ziedaar twee onafscheidelijke begrippen. Een paar diukke we- VEETELLING VAN FRIEDRICH FRIEDRICH. XV. ♦■cSv Daardoor was het schip op de zandbank geraakt en had zoo vreeselijk gestooten, dat het zich bij na oogenhlikkelijk geheel met water vulde. Dat het vaartuig verloren was stond vastmaar haar vader had niet aan het verlies van zijn schip, al leen aan hare redding gedacht. De bemanning die uit vijf matrozen bestond, had dadelijk, toen het schip omhoog geloopen was, de pompen verlaten, en ijlde naar de boot, om zich zoo mogelijk te red den. Vóór het aanbreken van den nacht hadden de matroien het eiland gezien en wilden nu trach ten dit te bereiken. Haar vader echter had be sloten op het schip te blijven in de vaste over tuiging, dat dit het nog wel tot het aanbreken van den dag zou uithouden en er dan redding zou op dagen. Hij had dit den matrozen voorgesteld- maar de vrees maakte hen onbezonnen zij had, den zich in de ranke zwakke boot aan de hoog- ken staan den Duitschers te wachten. De ver kiezingen die aanstaayde zijn, beloven heel wat beweging te zullen meebrengen. Want er wordt gewerkt en ook bewerkt. In Denemarken zijn de verkiezingen ook in vollen gang, of liever ze zijn reeds afgeloopen op eenige herstemmingen na. De sterkte der par tijen is zoowat dezelfde gebleven. De werkstakingen in Belgie zijn nu weer ge ëindigd. De arbeiders hebbbn naar den verstan digen raad geluisterd het werk weer te beginnen, onder verzekering dat de beloften wezenlijk zul len nagekomen worden. Op een 2000 na zijn al len aan het werk gegaan. De mooie koningin van Servie heeft een klein beetje ruzie met liet regentschap gekregen. Zij heeft aan den regent Ristitch een brief gezonden, waarin zij aanspraak maakt op het recht om ha ren zoon zoo dikwijls en zoo lang ie zien als het haar goeddunkt. Zij zegt, niet voornemens te zijn, zich in het vervolg door esnig voorschrift hierin te laten belemmeren. Naar men verzekert overweegt thans de regee ring, of zij de koningin niet eenvoudig uit het land kan verbannen. Met zulke lui valt niet te gekscheren. - Door den minister van financien is aan den architect P. J. H. Cuijpers opgedragen de vervaar diging eener teekening voor nieuwe muntbiljetten die iets kleiner zullen zijn dan de bestaande. Bij kon. besluit van 22 Jan. zijn tot voor gaande zee toevertrouwd. Zij was alleen met ha ren vader op het schip achtergebleven. Spoedig echter was dit geheel vol water. Om op het dek te kunnen blijven, zonder door de hevige stort zeeën te worden meegesleurd, had haar vader haar en zichzelven aan het overschot van dun gebro ken mast vastgebonden. In dezen toestand had den zij den langen nacht in vreeselijken angst doorgebracht. De eene golf na de andere was over het dek geslagen, en bij iedere stortzee had het schip ge trild en dreigde het geheel vernield te worden. Om haar tegen de koude van het water te be schutten en voor verstijving te behoeden, had haar vader haar vast tegen zich aangedrukt en voort durend haar hoofd en hare handen gewreven. On beschrijfelijk lang had die nacht geduurd. Zij had den dood niet meer gevreesd, maar hem zelfs als een verlosser uit dien toestand gewenscht. Eindelijk was de dag aangebroken en hadden zij ookjj het eiland kunnen zien. Dit had de sluime rende levensvonk weder aangewakkerd. Met groo- ten angst hadden zij de naderende boot gadege slagen, die, als den toeleg gelukte, redding zou brengen eindelyk Zij viel luid jammerend achterover en was niet in staat verder te verhalen, maar dit was ook niet noodig, want wat verder gebeurd was, wist de strandvonder even goed, nog heler zelfs. Hij zag weer het verkleumde, bleeke gelaat van den ka- zitter en burgerlijk lid en hunne plaatsvervangers in den militieraad voor de lichting der nationale militie van 1890 in de provincie Zeeland benoemd: tot voorzitter mr. W, A. graaf van Lijnden, lid der Prov. Staten tot zijn plaatsvervanger mr. O. Lucasse lid der Prov. Staten tot lid W. J. Spien- ger, lid van den gemeenteraad van Middelburgen tot zijn plaatsvervanger mr, A. P. Snouck Hur- gronje lid van den gemeenteraad van Middelburg. Het hoofdbestuur van den Volksbond, Ver een iging tegeo drankmisbruik, heeft zich bij cir culaire gewend tot de besturen der afdeelingen, de provinciale en de plaatselkije correspondenten en de leden van den Bond. iu wier gemeente garnizoen ligt, waarbij zij, ter uitvoering van de door de in 1889 gehouden algemeene vergadering verstrekte opdracht, worden verzocht, het hoofd bestuur te willen inlichten omtrent de rogeier, waarin men zich in hun garnizoen houdt ter uit voering van de reglementsbepalingen op het ver- leenen van avond- en nacht permissies aan mili tairen en aan schepelingen bij de Marine. Met het oog op de in genoemde algemeene ver gadering uitgesproken wenschelijkheid, dat afdee- lingen en correspondenten zullen bevorderen dat de bevoegde macht verkoop van sterken drank in het klein des morgens niet vroeger toesta, dan ten minste een halfuur na den aanvang van den arbeid, met inachtneming intusschen van plaatse lijke omstandigheden, wat betreft den tijd waar op de werkplaatsen worden geopend, zijn de af deelingen en correspondenten tevens uitgenoodigd om, voor zooveel dit niet is geschied, aan dit on derwerp in hunne omgeving hunne aandacht te piteinhy zag diens oogen hij hoorde nog den klank zijner stem, toen hij verzocht eerst zijne dochter te redden; hij voelde hem aan zijne han den ontglippen om door de stortzee te worden meegesleurd. Verder durfde hij niet denken. Hij streek met de hand over het voorhoofd als om een beeld uit zijne ziel te wisschen, dat er zich vast, o zoo vast in geworteld had. Des strandvonders vrouw en Tine hadden zich ;edurende het verhaal van Marie nauwelijks ver roerd. Het had ook niet den minsten indruk op haar gemaakt, want zy haatten de vreemdelinge, die, naai zij meenden, met haar bleek gelaat den strandvonder betooverd had. Tine kon daarenbo ven maar niet vergeten, dat zij bij dit meisje was achtergesteld. Beiden moeder en dochter hadden liever gewild, dat zij ook verdronken was, in plaats van nu ge red te zijn en verzorgd te moeten worden. Hendrik was terwijl Marie vertelde, meer en meer de bedstede genaderdzijne oogei: hield hij onafgewend op haar bleek schoon gelaat gericht geen woord was hem ontgaan in zijne verbeel ding had hij den angst en de gevaren, waarvan zij verhaalde, mee doorleefd. Toen Marie eindelijk in vertwijfeling uitriep „mijn vader is dood nu sta ik geheel alleen en verlaten!" trad hij snel op haar toe, greep hare hand, en zeide met bewogen stem „Neen verlaten zijt ge nietIk zal u ter zijde staan en besCber- men (Wordt vervolgd.) .Mi

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1890 | | pagina 1