Zaterdag November 1889. 5e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
F. DIELEMAtf,
AXEL.
voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
Staatkundig Overzicht.
FEUILLETON.
si. Vergeven, ook Vergeten.
Itiiiiifiilandsch Nieuws.
Üit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzondert, numm. 3 ct.
DRUKKER - UITGEVER
A d v e r t e n t i n van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uien.
Staatkundigen van naam en rijk aan ondervin
ding, mannen, door en door met de politiek be
kend en in hare geheimen ingewijd en daar
van kan men het toch gerust gelooven verkla
ren, dat de toestand in Europa van dien aard is,
dat aan een verstoring van den vrede, zooais de
zaken nu staan, vooralsnog niet te denken valt.
Wijzigingen van de kaait van ons werelddeel
worden voor onmogelijk geacht, om de vele be
zwaren daaraan verbonden. En, aangenomen, dat
de eene of andere machtige staat lust kreeg, zich
te verrijken ten koste van de kleinen onder de
grooten, alsdan zouden anderen uit naijver dade
lijk de hand aan den ploeg, wij bedoelen aan het
zwaard slaan, om een dergelijken statenrool te
voorkomen.
Mogen de talrijke legernitbreidingen en oorlogs
toerustingen menigeen het hart verontrusten en
den blik met angst op de toekomst doen slaafö,
och, de schijn bediiegt ook hier maar al te zeer
want, hoe sterker een macht zich ontwikkelt des
te ineer zal een andere kolossus zien bedenken,
alvorens den aanval op zijn mededinger te wagen.
Wij denken in dit geval aan het raadseltje van
den molen, ieder uwer ongetwijfeld nog bekend
uit de kinderjaren. Ze loopen allen even hard en
kunnen elkaar toch niet krijgen.
Hoe machtiger, hoe talrijker de legers zijn, des
te grooter zullen do verwoestingen zijn. door ee-
nen oorlog aangerichten, hoe ontzettender de ge
volgen van.den oorlog, des te grooter ook de vrees
voor dien oorlog.
Wanneer de machtige staten van Europa elk
ander aanvielen, waren de gevolgen niet te o-
verzien. Het zou een strijd zijn op leven en dood,
daar het einde noodzakelijk zou moeten uitloopen
Hij zal tenminste niet met bitterheid en wrevel
in het hart in de samenleving terngkeeren, en in
de ondergane straf een onrechtvaardige gestreng
heid zien, dib zijn gemoed vijandig stemt, en hem
tot nieuwemisdaden drijft. Hij heeft het leerui
inzien, dat hij onrecht had, en koestelt den ernstig-
sten wensch, nog te herstellen wat mogelijk is. Maar,
denkt hij, terwijl een bange zucht hem uit den boe
zem rijst, hoe zal aan den anderen kant de maat
schappij het terugkeerend lid ontvangen, nu aan
het recht is voldaan, en de straffende hand is op.
geheven Zal men hem met welwillendheid en me-
dedoogen opnemen, hem de nelpende hand reiken,
en zich over zijn terugkeer verheugen Ot zalmen
hem, als duurzaam aan de openbare schande prijs
gegeven, liefdeloos van zich afstooten, en daardoor
een straf bereiden tienmaal zwaarder dan hij door
stond Ongelukkig moeten wij met schaamte be
kennen, dat dit laatste meestal het geval is, en wij
daardoor maar al te zeer uit het oog verliezen ,dat
op den algeheel01"' ondergang van een der strij
denden. Dat weten de mannen die over vrede
en oorlog te beschikken hebben ook zeer goed en
daarom kunnen we met gerustheid vertrouwen,
dat zij er niet spoedig toe zullen overgaan, zich
te onderwerpen aan de onzekere kansen van een
strijd, welke met recht een reuzenstrijd zou kun
nen genoemd worden.
De bezoeken door de gekroonde hoofden elkan
der over en weer gebiacht, waaraan de keizer
van Duitschland niet het minst deel neemt, zoo
zeer zelfs dat Z. M. wel eens schertsenderwijze
de reiskeizer genoemd wordt, ook zij kunnen als
een geruststellend teeken geacht worden. Bij vij
anden gaat men niet op de koffie. Voor de ont
vangst van een twistzoeker maakt men geen mil-
lioenen onkosten.
Neen, wij voor ons beschouwen het als een ver
blijdend teeken dos tijds, dat de machtigen der
aarde zich met elkander in verbinding stellen en
van aangezicht tot aangezicht de gewichtige staats
zaken behandelen.
Voorzeker, iedere staat, hij zij groot of klein,
heeft in deze tijd, waarin allerlei partijschappen
het hoofd opsteken, wel zooveel in eigen kring te
verrichten, dat a«n de buitenwereld de aandacht
wel wat minder mag gewijd worden, dan „met
velen maar al te dikwijls het geval is. Laat ons
hopen dat de groote mannen dit steeds mogen
beseffen
De Nieuwer Amstelsche politie beeft eene
goede vangst gedaan. Vóór enkele dagen was in
oen huis aan den Amsteldijk ingebroken dooreen
persoon die zich van 's avonds tot 2 uren 's
nachts had schuil gehouden op het daaraan gren
wij tekort doen aan de heilige wet der liefde, en
den ongelukkige daardoor tot wanhoop brengen,
of tot nieuwe misdaden tegen eene maat
schappij, die zich aldus als onverzoenbaar en on
rechtvaardig doet kennen.
Een pijnlijke trek rijst op zijn gelaat, nu hjj
denkt aan den strjjd dien hij te voeren zal hebben
tegen vooroordeel en liefdeloosheid. Zal hij daar-
i n overwinnaar kunnen olijven, of zal hij moedeloos
en geknakt het hoofd moeten buigen onder den ban
vloek eener maatschappij, die niet aan zijn berouw
en beterschap wil gelooven, en oneindig haatdragen
der is dan de wet. Hij had het vroeger gelezen
n gehoord, dat er geen wetten zijn, zoo streng of
o barbaarsch, of er waren strenger en barbaar-
scher zeden, maar zou hij er nu de ondervinding
van opdoen Een angstige zucht ontsnapt hem,
maar toch, hij schijnt een kleine lichtstraal te be
merken in de sombere duisternis, waarin hij zich
zooeven de toekomst voorstelde, tenminste hij wordt
opgeruimder. Zekerde lichtstraal, die nergens ont
breekt, ook niet in het treuiigst en smartelijkst lot,
bescheen ook hem met haar vriendelijk, troostend
licht. Ook hij had in den hangen tijd, die nu voor-
bjj was gegaan, gelegenheid te over gehad om op
te merken, dat er goede en edele menschen op de
wereld zijn, die op hun geheele omgeving een ver
zend ert, op dat tijdstip door een raam naar bin
nen was geklommen, en behalve in andere vertrek
ken ook in drie verschillende bewoonde slaapka
mers was geweest. Op de slaapkamer der dienst
bode gekomen, deed de brutale inbreker haar ont
waken. en moest toen de vlucht nemen, hetgeen
weder door middel van het geopende venster ge
schiedde.
Een paar dagen daarna 's morgens' te half ze
ven merkte een agent van politie, die den Am
steldijk bewaakte, een verdacht persoon op en
bracht hem voor alle zekerheid naar het politie
bureau, waar het den commissaris, den heer De
Klopper, weldra bleek, dat men de hand op den
rechten man gelegd had. Verschillende voorwer
pen afkomstig van de inbraak aan den Amsteldijk
werden bij hem gevonden, terwijl bij voortgezet
onderzoek bleek dat men met een gevaarlijk sujet
en waarschijnlijk ook met den man te doen bad
die de inbraken, welke onlangs te Oosterbeek ge
pleegd zijn, op zijne rekening heeft.
De persoon, een Duitscher, en B. genaamd, is
in verzekerde bewaring gehouden.
Sedert eenigen tijd dwaalt in de Friesche
dorpen een Duitscher rond, die voorgeeft een be
kwaam horlogemaker te zijn. Onder dat voorgeven
tracht hij uurwerken, die defect zijn, machtig te
worden, waarmede hij vervolgens voorgoed ver
dwijnt. O. a. te Surhuisterveen en te Doezuru
bracht hij zijne praktijk, niet zonder eenig succes,
in toepassing. Van de aldus ontvreemde horloges
gelukte het der politie er twee binnen de stad
Groningen in beslag te nomen een in de bank
van leening, het andere bij een horlogemaker. De
oplichter zelf is echter nog in vrijheid en dwaalt
vermoedelijk nog in de noordelijke provinciën rond.
heffe" den en zaligenden invloed uitoefenen, en liet
er zijn wroeging niet minder om gemaakt, dat hij
juist van die menschen liefde ondervond, die hij zoo
veibazend benadeeld en ongelukkig gemaakt had
Ot was het hem niet dikwijls pijnlijk geweest, te
moeten weten, dat bij het juist aan Emma LeDs
te danken had, dat er een ander en heter raensch
in hem geboren was. H etdevolle en medelij
dende toespraak had het reeds vluchtig ontstane be
rouw aangewakkerd, en in hein den lust opgewekt
om zoo mogelijk nog te herstellen, wat liij misdre
ven had. Ook was door haar toedoen d° hevige
haat, dien Gijs voor hem koesterde, belangrijk ver
minderd, en hoewel deze nog lang niet vergeten
kon, wat van Santen hein voor zorg en verdriet
had aangedaan, op verzoek van Emma had hij het
hem vergeven, en hij had zich bereid veiklaard,
wanneer de gevangene in vrijheid gesteld zou wor
den, dezen zooveel mogelijk te helpen en te onder
steunen, op den nieuwen moeilijken er beteren weg,
dien hij zou inslaan.
Met de geruststellende gedachte, dat hjj tenminste
van dien kant hulp en steun zou vinden, sliep hij
eindelijk in.
Wordt vervólgd.