Jaarg. Zaterdag 24 A 1889 '1 voor Zeenwscli-Vlaanderen. Nieuws- en Advertentieblad F. DIELEMAN, AXEL. Staatkundig Overzicht. Itiiiiiriilaiiilsi'h Nieuws. FEllLLETOX. 27. Vergeven, ook Vergeten. I*?, Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor B e i. g i ij 8Q cent. Afzonderl. numm. 3 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TAV EE uren. Zondagavond is in het Nijverheids-paleis in de „Champs Elysées", te Parijs, een grootsch teest ge vierd, waarbij ter eere van de maires (burgemees ters) van gpheel Frankrijk, een monsterbanket was aangericht voor zestien duizend couverts. Behalve veelvuldige gasten, die uit naam van den Parijschen gemeenteraad genoodigd waren, hadden twaalt dui zend maires aan de invitatie gehoor gegeven. In optocht begaven zich deze laatste» van at het stad huis langs de Rue Rivoli naar het Nijverheids-pa- lei-, dat nog hetzelfde feestelijk aanzien behouden had, als het dat voorliet bal, ter eere van de werk lieden, dioeg. De eeretafel was opgericht in het midden der zaal, op eene verhevenheid, terwijl ver der het geheele schip van het gebouw overdekt was met tafels voor de verschillende mail es van ieder departement, v.wr den Parijschen gemeenteraad en voor de verschillende dagbladschrijvers. Te ruim zeven ure kwamen de President der Republiek, met de hoofden der diverse autoriteiten in het paleis en werden niet levendige toejuichingen gecomplimen teerd. Zooals te legrijpcn i lieten èn disch, èn be diening niets te wenschei: over, zoodat te negen ure de maaltijd, waarbij zich tusschentijds twee orkes ten en een liedertafel hadden doen hooien, afgeloo- pen was. Hierop stelde de heer Chantemps, Presi dent van der. Parijschen gemeenteraad, een dronk in op den President der Republiek en op de Repu büek. De heer Carnot, President der Republiek, nam na hem het woord tot sluiting van het feest. In zijne rede, doorkneed met vastberadenheid en ge kruid met eene toespeling op de vele vreemdelingen te Parijs, haalde hij tevens de bekende woorden aan, dat „iedereen twee vadeilenden" heeft, Til. „het zijne en Frankrijk Hij besloot met den uitroep „Op de Republiek één en ondeelbaarop de vrijheid op de giootheid van Frankrijk! Nauwelijks was 't laat ste woord van zijne lippen gehoord, of als om strijd verdrong zich die ontzaglijke menigte van duizenden naar deVeretafel van den President, om dezen toe te juichen. Bij tfê aanschouwing van dit tooneel zou men waarlijk duizelig worden het was eene ver wal ring op levensgevaar af. Was de ovatie alles behalve ordelijk te noemen even onvoorbereid was ook dit huldebetoon, dat niettemin blijkbaar eene opwelling van sympathie voorden heer Carnot was, die zeer getroffen en aangedaan was, voor deze on verwachte hulde. Deze ovatie heeft voorts meer waarde, dan wat ook het volk op straat moge doen, dat altijd onder verdenking ligt van zich te laten medeslepen door volksmenners, dieniet belangeloos zijn. Door de Duitsche rijk*regeering zal eerlang be proefd worden om de in '81 gevallen drankwet op het tapijt te brengen. Zij wil het drankmisbruik egengaau, door strafbepalingen ten aanzien van het in kennelijken staat verkeeren van dronkenschap in het openbaar. In tegenstelling met die w et in ons land, zal men bet getal drankhuizen niet beperken, evenwel zal de verkoop van drank aan mindeijari gen verboden zjjn Deze, die druk bezig was met een groote koffer in te pakken, had niet gehoord, dat er iemand bin nengekomen was, en bleef nog eenigen tijd in de veronderstelling, dat hij alleen in het vertrek was. „Ziezoo," sprak hij luid in zichzelven, „nu dit er nog in, en dan ben ik weer gereed om hier van daan te gaan. Dan zal ik er eens danig m'n ge noegen van nemen en eens een prettig reisje gaan maken en er voor zorgen, dat het geld van den ouden u»an onder de menschen komt, en mij geluk kig maakt." „Dat is bepaald zeer prettig," viel Kempe hem in de rede. Met verschrikte, verbaasde oogen wendde van San ten zich tot hem, en toen hij daar een vreemden heer bespeurde, was zijn ergernis en schrik natuur lijk nog grooter. „Wat is dat mijnheer voegde hij hem ruw to „hoe komt grj hier, waaraan heb ik uw bezoek danken TWEEDE KAMER. In de gisieren gehouden zitting is het algemeende bat over de schoolwetsherziening auigev ing rr De heer van Houten begrijpt niet den drang tot be handeling van het ontwerp door de rechterzijde. De katholieken kunnen slechts financieel verliezen dooi de subsidieering der bijzondere scholen, daarin Lim burg en Noord-Brabant de openbare scholen volgens De Bruijn zijn katholieke secte scholen. Alleen ver meerdering van het geestelijk gezag op die scholen kan de katholieken dus leiden. En anti revolutionnai- ren vinden hunne beginselen belichaamd in het ont werp, zooals de christelijke historische kiezersbond „Marnix" en de vereeniging van onderwijzers van de scholen met den bijbel hebben aangetoond. Do regee ring beroept zich wei op de stemmen uit de linkerzij - de opgegaan tot een compromis, maar vergeet te vol doen aan de conditiën, dio gesteld zijn: leerplicht en paedagogiesch goed ingelichte openbare scholen De zaak komt nu neer op een vermeerdering van den belastingdruk. Twee hoofdgrieven ontwikkelt spr. tegen het ontwerp: dat staatsgeld zal gebruikt worden om paedagogie te maken voor bizondere leer stelsels en dat de openbare scholen zullen worden leeggepompt ten bate der bijzondere. Voorts betoogt de heer Van Houten dat subsidieering als systeem ongrondwettig is; dat rechtsgelijkheid tusschen het openbaar en lager onderwijs onmogelijk is; dat de o- penbare school geen moderne secte school is, maar de meest bruikbare bij een gemengde bevolking; dat door aanneming van staatsgeld de vrijheid van bet bijzonder onderwijs zal verkort worden. Een einde van den schoolstrijd is niet noodig. Die strijd was voordeelig voor het openbaar en bijzonder onderwijs en verbroederde de katholieken en protes tanten. Voor hem ligt in de neutraliteit van den staat „Hoe ik hier kom is spoedig gezegd, natuurlijk lantrs de trap en door de deur, die open stond. Waaraan ge mijn bezoek te danken hebt, zult ge aanstonds vernemen. Veroorloof me dat ik de deur sluit." Z-mder daartoe het verlof af te wachten, deed Kempe de deur op slot, nam met het bedaardste gezicht van de wereld een stoel, en zette zich tegen over den verbaasden Van Santen. „Wat weerga, mjjnheer wat beduidt dat! Waar haalt ge de vrijheid van daan om op mjjn kamer te handelen, alsof ge thuis waart, en op die manier bij een vreemde binnen te dringen?" Znoals ik reeds de eer had op te merken' ant wo'ordde Kempe bedaard, „zal u dat zoo aanstond- duidelijk worden, en ik hoop, dat gij dan mijn goed recht zult erkennen." „Welnu, spreek dan!" hervatte Van Santen driftig. „U was dus van plan van hier te vertrekken, en een reisje te gaan maken, en gij veimaaktet u zoo zeer in het genoegen, dat dit u verschaffen zou, dat ge mijn binnenkomst in het geheel niet opmerktet. Zoo groot was uw vervoeiiug, dat zij zelf mij aan stak. Ja, dacht ik, dat is toch iets heerlijks zoo volop van het leven te kunnen genieten, alle mo gelijke vreemde streken te zien en het geld van den ouden man te verteren. Tusschen twee haakjes, ik hoop, dat het hem goed gaat, en hij het genoegen zal beleven van het geld, dat hij u geeft om te reizen." „Wat duivel, kerel, wat bazel je toch. wat gaat het jou aan of ik reizen wil. en wat kan iou de oude man schelen „Misschien niets, misschien veel, maar dat is tot nader orde. Zooals ik zeg, het is een verbazend genoegen te leizen, en ik ben er een dol liefheb ber van. Ik kan me levendig voorstellen, hoe be loerd het moet zijD, wanneer men op eens verhin derd wordt zoo'n heerlijk plan uittevoeren." „Ge wilt toch niet zeggen, dat gij me beletten wilt om op reis te gaan, waarheen ik wil, en wan neer ik wil. Ha, ha, hadat zou een mooie grap zijn, dat zou ik wel eens willen zien." „Nu, misschien zult ge u het vermaak kunnen verschaffen van dat te aanschouwen, want ik ben wezenlijk van plan je daaiiu te dwarsboomen. „Ik geloot waarachtig dat er een van de vijf bij je op de loop is, anders zoudt ge zoo'n onzin niet uitkramen, en ik geloof waarlijk, dat ik reeds te lang naar je geluisterd heb. Wat ter wereld geelt je het recht, om je met mijn zaken te bemoeien 'ik hen geheel vrij. en zal ten minste aan u geen verlot vragen om te gaan, waar ik wil." Wordt vervólgd.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1889 | | pagina 1