j\o. 524. Woensdag 14 1880.
Jaarg.
it. iA 0J iJ
Nieuws- en Advertentieblad
F. DIELEMAN,
AXEL.
voor Zeeuwscli-Vlaanderen.
Staatkundig Overzicht.
FELILLEÏOA.
24< Vergeven, ook Vergeten.
Binnenlandse)! Nieuws.
li ANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
A B O N N E M E N T S P RIJ S
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 3 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent'
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal*
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TAV EK uren.
Order presidium van den heer Lejoyer, voorzitter
van den Franschen Senaat, als zoodanig ook presi
dent van het hof van justitie, is jl. Woensdag de
terechtzitting geopend in zake het proces tegen ge
neraal Boulanger c. s. Ten een ure verscheen de
voorzitter onder tromgeroffel in de zaa! en eenige
minuten later kwam de piocureur-generaal, de heer
Quesnay de Beauepaire.
De griffier las de namen der senatoren af, waar
bij bleek, dat er 26 atwezig waien. Onder dezen
wasLéon Renault, die inden Sanaat reeds verklaaid
had, geen recht over Boulanger te kunnen spreken,
omdat hij hem haatte. De Boulangist Naquet was
opgekomen.
Nadat de griffier, verscheidene processtukken had
voorgelezen, ouder welke het besluit der Raadkamei
ter vervolging van Boulanger, Dillon en Henri Iio-
chefort, stond de procureur-generaal op om het re
quisitoir voor te lezen. Opzettelijk had hij de acte
van beschuldiging zeer beknopt samengevat, zoodat
het hot volslagen onbekend was met de feiten. Hij
diert dus in eene nadere ontwikkeling te treden.
De beschuldigden hebben de bevoegdheid van der
Senaat, om recht over hen te spieken, ontkend.
In den regel spreekt het openbaar ministerie niet
bij processen, waarbij de beschuldigden afwezig zijn
Het dossier wordt dan overgelegd, en daarbij blijft
het. Thans zal hij van die gewoonte afwijken. Hij zal
spreken, en houdt zich overtuigd, dat er na eenige
uien een volledig licht zal zijn opgegaan.
Hierna zette de proc.-gen. uit de stukken van het
dossier uiteen, dat de beschuldigden een komplot
hebben gesmeed om de wettige regeering omver te
werpen en de dictatuur te vestigen. Zoodra Bou
langer directeur-generaal der infanterie was gewor
den, had hij zich reeds de medewerking van gehei
me agenten verzekerd, o. a. van Buret, een man van
een berucht verleden en herhaaldelijk door den rech
ter veroordeeld. In Tunis bediende hij zich van ze
kere vrouw, Pourpre genaamd, die almede herhaal
delijk veroordeeld was wegens oplichterijen, en die
vrouw is Boulanger in de gevangenis van Mazas
gaaD bezoeken. Toen Boulanger minister Van oor
log was, omringde hij zich voor zijne geheime oog
merken weer met schurken, zooals Pech de Cadel,
Foucaut, Mondion, enz.
Vier en veertig verschillende portretten van Bou
langer werden achtereenvolgens verspreid. Een dezer,
waarvan 5000 exemplaren getrokken waren, stelt
hem voor met het onderschrift„Boulanger, protec
tor." Een persoon die binnen de perken der wet
wil blijven, stelt zich niet voor als een Cromwell.
Voorts gaf de proc.-gen. nog een verhaal van zij
ne rol te Clermont-Ferrand, waar hij kommandant
was van een legerkorps.
Nadat de zitting voor eene wijle was geschorst,
wees de proc.-gen. op de rol, die Henri Roehefort,
medeplichtige van Boulanger, en door dezen „den
generaal duf Revanche" genoemd, onder de commune
had gespeeld. Hij beleedigde het legeren het over
wonnen vaderland. Tn een artikel schreef hij, dat
wij onze nederlagen verdiend hadden, en dat de sol-
„Het heeft wel wat lang geduuid eer ik zoo ver
was maar overijling had alles kunnen bederven, en
het is nu het geschikte oogenblik om te handelen."
„Zoo, en wat is het voor een snuiter, dit je ons
brengen zult?"
„Ik heb hem nog niet gezien, maar, naar wat ik
er van gehoord heb, is het een heer, die zeer los
bandig leeft en veel geld verteert. Of hij de hoofd-
aanlegger is, weet ik nog niet, wel dat hij er een
levendig aandeel in genomen heeft
„En weet je al waar de dame en de oude man
gebleven zijn, en wat zij met hen uitgevoerd heb
ben vroeg de commissaris.
„Neen, mijnheer, het eenige wat ik weet, is, dat
deze persoon er aan debet is. De rest moeten we
van hem te weten komen, en van den man, waar hij
nu woont."
„Dat zullen we wel gedaan krijgen. Er is nu ten
minste een begin en de rest zal wel volgen."
Hier werd hun gesprek gestoord door de binnen
daten uit andere landen nooit zooveel gruwelen
hadden bedreven als de Franschen.
Wat Dillon aangaat, hij is als officier, veracht
door zijn mede-officieren. Hij neemt den titel van
graaf aan, zonder er eenig recht op te hebben. Hij
is langen tijd een „chevalier d'industrie" geweest.
Na geleefd te hebben van het geld, hem door vrou
wen verschaft, heeft hij tal van oplichterijen zoe
ken te plegen. Zijn couduite-lijst, als officier doet
zien, dat hij tot 1870 een slecht officier was, en la
ter een onkiesche officier. Hij is weggejaagd uit
het leger.
En thans, eindigde de proc.-gen., nu wij de ac
teurs van het stuk keuuen dat ons bezig houdt,
zullen wij het stuk zelf met kennis van zaken en
in alle onpartijdigheid nagaan.
- Aan het rapport van de Algemeene Synode
der Ned. Herv. Kerk wordt het volgende ontleend:
Het getal godsdienstonderwijzers en onderwijze
ressen in de Nederl. Herv. kerk werkzaam, bedroeg
in de provincie Zeeland 4.
In 1888 hebben van het godsdienstonderwijs ge
bruik gemaakt 265,527 catechisanten, waarvan in
Zeeland 13,980. In 't geheel werden als lidmaten
door aanneming toegelaten 26,190, waarvan in Zee
land 1483.
- Het Radicaal Weekblad deelt mede, dat de
heer F. Domela Nieuwenhuis, de afgevaardigde van
Schoterland, die sinds lang lijdende was aan keel
aandoening, thans in Frankrijk vertoeft en daar
onder behandeling is van een geneesheer. De kwaal
komst van een agent, die een groot pakket brieven
en stukken bracht, die door den commissaris moes
ten gelezen worden. Deze zeide Kempe dat hij hem
wel nader over de ^aak zou spreken, wanneer hij de
bewuste persoon had gevangen genomen, droeg hem-
op daarvoor dadelijk zorg te gaan dragen, en gat
hem zoo zijn afscheid. Hoewel dit den majoor niet
naar den zin was, dat zijn onderhoud op die manier
eindigde, kon hij er echter niets tegen inbrengen, en
hij verliet dan ook na een beleefden groet het ver
trek. Zonder zich verder langer op te houden, ging
hij naar beneden, gelastte aan enkele agenteD om
hém op eenigen afstand te volgen, en verliet het ge
bouw, zijn schreden richtende naar het huis van
Leenman, waar hij den vooruitgezonden agent Pie-
terse op en neer zag wandelen. Met dezen wissel
de hij een paar woorden, en stapte toen den winkel
van den barbier binnen, wiens gezicht ophelderde,
toen hij deuzelfden heer bemerkte, die hem dien
morgen had bezocht, en hem nu zeker kwam ver
tellen, dat hij besloten was de kamer te huren.
Met een beleefde buiging begroette hij hem, en
vroeg of hij de kamer wenschte te huren.
„Neen, mijnheer," antwoordde Kempe hem, „ik
ben dat niet van plan, en ben bet ook nooit van
zins geweest."
De barbier keek hem met verbaasde starende oo-
gen aan, en scheen het niet met zich zeiven eens of
hjj waakte ot droomde.
„Daar staat gij verwonderd van te kijken," lier-
vatte de majoor, „en ge hebt waarlijk reden, je te
ergeren over mijne kleine bedriegerij, maar ik heb
hoop, dat je ergernis zal verdwijnen, wanneer gij de
reden mijner handelwijze verneemt."
Leenman had zich in zooverre hersteld, dat hij
kon zeggen: „ik ben waarlijk zeer benieuwd,'de ar
gumenten te hooren, die u er toe gebracht hebben
om mij met een fraai praatje te willen voor den gek
houden."
„Die zult ge hooren, en, zooals ik reeds gezegd
heb. ze zullen u volkomen billijk voorkomen. Het
is waar, dat het zeer onaangenaam voor u is in de
hoop van uw kamer te verhuren, bedrogen te zijn,
en dat ik, door zoo te handelen, in gewone omstan
digheden een lagen streek zou begaan hebben, maar
wij, in ons beroep, zijn dikwijls gedwongen tot zul
ke middelen onze toevlucht te nemen, om het groo
te doel te bereiken. Gjj moet dan weten, dat ik
behoor tot die nuttige instelling, die voor de vei
ligheid der burgers zorgdraagt, tot de geheime po
litie."
Wordt vervolgd.