Jaarg.
]\o. 325. Zaterdag 10 1889.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
AXEL.
Staatkundig Overzicht.
FEUILLETON.
23 Vergeven, ook Vergeten.
niiineiiiaiidscli Nieuws.
iXELSCHEafflCOlRANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België SO cent. Afzonderl. numm. 3 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent'
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
De beraadslagingen over het wetsontwerp betief
fende den kinder- en vrouwenarbeid zijn in de Bel
gische kamer geëindigd. Een drietal Henegouwsche
afgevaardigden zongen den lof van den arbeid in de
mijnen en beweerden onder andere, dat met het oog
op de gezondheid die arbeid boven den arbeid in
vele fabrieken te verkiezen is dat de arbeid niet
zwaar is, omdat telkens daaraan een lange rust
voorafgaatdat de hulp der vrouw in de mijnen
niet kan gemist worden dat ook kinderen tusschen
10 en 12 jaar, mits met beperkten werktijd in de
mijnen moesten toegelaten worden, omdat zij anders
den arbeid niet leerden dat geene industrieele on
derneming, van welken aard ook, pensioen?- en
voorzorgskassen voor den arbeider gesticht heeft
dat er in de diepst mijngangen beter luclit is dan
in de hooggelegene, omdat daar beter voor lucht-
ververaching gezorgd wordt; dat de nachtarbeid niet
aan kinderen en minderjatige vrouwen verboden
moest worden, omdat het in de mijn toch altijd
nacht is, en zij dus juist het zonlicht missen, in
dien hun arbeid van 10 a 12 uren slechts geduren
de de dagnren plaats hebben kan en nog meer an
dere mooie dingen.
De heer Jan-on zeide, dat, wanneer de mijnar-
beid bij daglicht en onder het oog van het publiek
geschieden kon, niemand het wagen zou den mijn
arbeid door vrouwen te verdedigen. In de mijn is
de vrouw niets meer dan een lastdier, en teiwijl
men de vrijheid van arbeid voor haar heet te ver
dedigen, verdedigt men feitelijk het slecht begrepen
belang der irdustrie. Om in de mijn den arbeid
der vrouw door den man te doen verrichten, moet
er meer loon worden betaald ziet daar, zeide de
heer Janson, het geheim van het verzet der nijver
heid.
Thans kan de balans opgemaakt worden van de
verkiezingen voor de gewestelijke raden in Frank-
ïijk, daar de herstemmingen zijn afgeloopen. In
drie departementen is de meerderheid van repubii-
keinsch anti-republikeinsch geworden, zoodat deze
laats ten in vijftien gewestelijke raden thans de meer
derheid hebben. In een of twee departementen zal de
getalsterkte gelijk zijn; in al de overige hebbende
republikeinen de meerderheid.
Boulanger is bij de herstemmingen ne'-gens ge
kozen. Het is waar, hjj heeft verklaard zich ditmaal
nergens kandidaat te stellen maar zijne vrienden
schijnen toch in verscheidene kantons, door propa
ganda als anderszins, voor hem gewerkt te hebben.
In hef kanton Lorient verkreeg hij 3 stemmen te
gen ruim 2000, die op den republikeinschen kan
didaat waren uitgebracht.
De Engelscben hebben in Egypte een goeden
.dag geslagen. Ziehier wat generaal Grenfell aan
den minister van oorlog telegrateerde
„Ik verkende Njoen.i's kamp in den ochtend met
20 huzaren, en bevend hem juist uittrekkende. Zij
ne manschappen kwamen onverschrokken aanrukken
en ik retiteerde noordwaarts, totdat ik den vi]and
tot op vier mijlen van ons kamp had gelokt. Nu
avanceerde ik en na een gevecht van zeven uren,
nadat er twee stellingen genomen waren met de
bajonet, dreef ik den vijand terug in de woestijn,
waarbij Njoemi zelt met al zijn voornaamste Emirs
en 1500 zijner strijders sneuvelde. De Derwischen
hernieuwden veischeidene malen den aanval. De
huzaren en de Egyptische ruiterij achteivolgden den
vluchtenden vijand, waarbij velen zijner strijders
werden over de kling gejaagd, terwijl het tenige
overgebleven kanon, 50 vaandels er. een groot
aantal geweren en speren werden buit gemaakt.
Onze verliezen zijn nog onbekend, doch niet zwaar.
Luitenant Cotton is gevaarlijk, majoor Hunter licht
gewond. Al de Britsche troepen kunnen thans naai
Kaïro ierugkeeien. Ik schat de strijdmachten der
Derwischen nog op 3000 man, met eenen grooten
nasleep van volk in hun gevolg."
De keizer van Duiischlar.d is bij zijn grootmoe
der Victoria op visite. Lang heeft het geduurd eer
de reis ondernomen werd, doch de keizer schijnt
thans zijn afkeer van al wat Engelsch is overworn
nen te hebben. Natuurlijk zijn aan dit bezoek tal
van feesten en partijen onafscheidelijk verbonden.
„Daar is waarachtig Kempe weer boven water.
Waar hebt ge al dien tijd gezeten Voor welke
zaak ben je zoolang weggeweest?" zoovioeg men
hem. „Opsporing van een verdwenen dame" ant
woordde hij „met wat er nog bij komt. Het zal een
ingewikkelde geschiedenis worden."
„Zoo, en ben je er al achter vroeg men verder.
„Nu, dat scheelt heel weinig, en van daag zal ik
nog wel meer te weten komen, als we er van avond
een achter slot zetten."
„Ed wie zult ge inpikken
„Dat zult ge van avond wel zien, ik kan er nu
niet meer van zeggen. Vertel me liever eens, of de
commissaris op het bureau is, ik wilde hem even
spreken."
„Ik geloot" zeide er een „dat hij net uitgegaan
is, maar ik zal het even hooren-" En de daad bij
het woord voegende, verwijderde hij zich, en kwam
weldra terug met het bericht, dat de commissaris
naar de zitting van het gerechlshot was gegaan,
Da Tweede Kamer is bijeengeroepen op 20 Au
gustus a.s. des namiddags te 2 uren.
A X E E. 9 Augustus 188 9.
Ze leefden heel vreedzaam en genoegelijk in de
voor hen bestemde woning, het varkenshok. Met
hun beiden deelden ze al hetgeen hun werd toe
geworpen, in één woord, zij aten en zij dronken;
maar aan lijden en sterven, daar dachten zij niet
aan.
Daar kwam de gevreesde vlekziekte en tastte
een der diertjes aan. De veearts kwam er bij,
wat ten gevolge had, dat een bordje voor de stal
deur moest worden aangebracht, verkondigende,
welk verschrikkelijk drama daarbinnen werd af
gespeeld.
Men was bezig het bordje te plaatsen maar
de eigenaar, minder op een dergelijk „merkbaar
teeken" gesteld, nam terwijl de viijheid het zie
ke dier door middel van een hamer zoo onzacht
aan te raken, dat het tengevolge van die behan
deling bezweek. Hjj meende daardoor tegelijk met
het zieke varken ook van k6t bordje bevrijd to
zijn. Met de woorden„schei maar uit, hij is al
doodliep hij zegevierend naar buiten, om het
zijns inziens thans onnoodige plaatsen van het
„Dat spijt me geducht" antwoordde Kempe, „want
dan komt'hij niet zoo spoedig terug. Ik dien echt,cr
toch op hem te wachten, want ik moet hem nood
zakelijk spreken. Ondertusschen zal ik eens zien,
welke agenten er beneden zijn, die ik gebruiken kan
om rue te helpan bij de arrestatie." Dit zeggende
verliet bij bet vertrek, en kwam hij in de kamer,
waar de agenten op de bevelen hunner superieuren
wachtten. °Hij wierp een snellen blik op de aan
wezigen, en riep eindelijk: „Pieterse!"
Present, mijnheer was het antwoord van den
aangesproken agent, die van zijn plaats opstond en
den majoor naderde.
„Je moet eens gaan naar de C.-stiaat, daar woont
een' barbier Leenman, en dan moet je nauwkeurig
da kamer b„ven den winkel in het oog houden. De
heer. die daar woont, zal gaan verhuizen, ik moet
weten, waar hij naar toe trekt. Je blijft daar sur-
veilleeien tot ik kom, behalve natuurlijk in het ge
val. dat hij eerder vertrekt, dan volgt ge hem."
„Begrepen, mijnheer, ik zal er voor zorgen."
De agent vertrok, en Kempe begaf zich terug naar
het vei trek, waar zijn collega's gezeten waren, die
hunne plaatsen weder bezet hadden, en het afgebro
ken gesprek op nieuw hadden voortgezet. Zij had
den elkander allen veel te vertellen van de lotge
vallen, die ieder in den laatsten tijd had ondervon
den, en van de scherpzinnige middelen, die men had
aangewend om dezen of genen misdadiger in han
dende krjjgen, en aan zijn gerechte straf over te
leveren. Het was hun allen aan te zien. dat zij ge
woon waren vlug en scherp te denken en snel ge-
volgtiekkingen te maken en allen hadden dien ge-
oefenden blik, dien we bij Kempe hebben opgemerkt,
aan wiens aandacht zelfs het schijnbaar onbeduidend
ste met ontging. Zoo zaten zij geruimen tijd te
praten tot dat eindelijk een agent aan Kempe bericht
kwam brengen, dat de commissaris teruggekomen
was, en hem verwachtte. Aan dit epontbod haastte
hij zich te gehoorzamen, en weldra bevond hij zich
dan ook in tegenwoordigheid van den commissaris.
Wel, Kempe", voerde deze hem tegemoet, „weer
terug en hoe staat het met de zaak
„Uitstekend, mijnheer, een der dader« of mede
plichtigen zal ik 'nog heden arresteeren, en uit hem
zullen "we dan de rest wel krijgen, en het Sjne te
weten kome» van de geschiedenis, die tamelijk duis
ter is."
Zoo, dus heb je nu voldoende bewijzen om er
iemand voor te pakken
„Ja, mijnheer, het zou al heel raar en zonderling
moeten loopen, als ik nu den rechten persoon niet
bij d.n top h.d" Wordt vmdsd