7
ai BJ
287.
Woensdag 5 April 1880.
5«
Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMAN
AXEL.
Staatkundig Overzicht.
FEUILLETON.
BE HOUTVESTER Hl EtREOOV
Fr. Z1MMERMANN.
ltmiieiilamlsrii Nieuws.
0II IS 4 N
Dit Blad verschijnt eiken #insdasr- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent;
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 3 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van ltot 4 regels 25 cent'
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
De plotselinge dood van Ferdinand van der Tae-
len heeft groote ontsteltenis teweeggebracht in het
Belgische liberale kamp en vooral bij de Antwer
penaren, waar de overledene reeds lang aan het
hoofd zijner partij stond en door vriend en vijand
werd geacht en bemind.
De Kamer is bezig aan de begrooting, waarbij
niet veel belangrijks voorvalt. Bij de afdeeling
„Schoone kunsten" drukte de Namensche afgevaar
digde Mélot zijn afkeer uit van de fraaie letteren.
Hij geeft de voorkeui aar. den braven boer, die
van den ochtend tot den avond de vruchtbare
aarde bewerkt en 's avonds opgewekt bij vrouw
en kinderen thuiskomt, boven menig dichter der
nieuwe school, die zijne hartstochten en genoe
gens in gewrongen taal en onverstaanbare verzen
bezingt. Hij is het eens met Molière, die zeide
Men leeft van goede soep en niet van mooie woor
den. Maar de afgevaardigde zeide er niet bij dat
Molière niet door de soep, maar wel door zijne
mooie verzen beroemd geworden is.
De hertog van Ursel, gouverneur der provincie
Henegouwen is te Mechelen candidaat gesteld voor
den Senaat. In de Vlaamsche taal heeft hij zijne
staatkundige geloofsbelijdenis uitgesproken, welke
hoofdzakelijk bestond in eene ondubbelzinnige af
keuring van den persoonlijken militairen dienst.
Over de krediet-aanvrage van 50.000 francs tot
bet uitschrijven van een wedstrijd tusschen de
Fransche kunstenaars voor een gedenkteeken der
Fransche Revolutie heeft de Kamer zijn goedkeu
ring uitgesproken.
Bij de beraadslagingen ging het er weer vrij
luidruchtig toe. De eene interruptie volgde op de
andere. Na de bewering dat Frankrijk door de
revolutie niet veel was vooruitgegaan, bracht een
NOVELLE VAN
XXIX.
„En zulke rcenschen hebben over mijne moeder
den staf gebrokeD, hebben het aandenken mijns
vaders bezoedeld," duisterde Anna verachtelijk. En
nu kwamen haar de laatste woorden van den hout
vester te binnen, die zij door het gesprek met den
boer geheel vergeten had. De houtvester kende baar
vader, hij wist misschien wie hem vermoord had,
en kon haar opheldering geven over alles, wat toen
geschied was. Dat had hij immers gezegd? Zij
haastte zich naar huis en ging de kamer binnen.
ACHTSTE HOOFDSTUK.
De houtvester scheen hare afwezigheid met eens
bemerkt te hebben, zoo diep was hij in gedachten
verzonken. Eerst toen zjj zich over den zieke boog,
ander in het midden, dat het juist de revolutie
was, die Frankrijk zijn rang in de wereld beeft
doen hernemen.
Millerand voegde Lanjuinais toe, dat hij zijn
grootvader verloochende, waarop deze antwoordde
dat zijn grootvader nooit gemeene zaak heeft ge
maakt met de voorvaderen van Millerand en de
zijnen.
Uw grootvader heeft Lodewijk XVI veroordeeld,
riep Maunory tot Lanjuinais.
En deze weerHij heeft den koning voor de
Conventie verdedigd met gevaar voor zijn eigen
leven.
Wilt gij de revolutie waardiglijk vieren, sprak
Lanjuinais verder, dan moet gij de wereld verba
zen door haie gematigdheid. Dat is het eenige
middel om haar te verheerlijken.
Frankrijk moet hulde brengen aan de helden van
dat groote tijdperk, meende Mesureur.
Die hulde hebben zij al ontvangen door het doo-
pen van boulevards met hunnen naam, sprak Paul
de Cassagnac.
Er waren er ook wier naam aan boulevards ge
geven was, maar wij zijn zoo gelukkig geweest,
die namen te doen verdwijnen, voerde Mesureur
hem tegemoet.
Hij sprak verder van Danton als van een der
genen, wie men niet kan nalaten door een monu
ment te vereeuwigen.
Danton is een moordenaar, niets anders, riep de
Maillé.
Een schoft, liet de Cassagnac er op volgen.
Danton heeft in de guillotine al het het monu
ment gehad dat hij verdiende, liet le Cour hooren.
De Cassagnac zeide verder nog, wil men schur
ken als Danton hulde brengen? Voor hen is er
geen ander gedenkteeken mogelijk, dar. de guillo
tine op de strafplaats la Roquelte.
Het is schandelijk bovenal geld te nemen uit
wiens kalme trekken en regelmatige ademhaling zij
ne langzame heistelling aantoonden, werd hij haar
gewaar en keek op.
„Heeft hij zich bewogen, Anna? Ik heb niets
gehoord. Mijne gedachten waren ver weg, in het
verledene."
„Bij mijn vader vraagde zij snel.
De houtvester knikte.
„Ge spraakt er van, dat ge hem gekend hadt."
Niet gekend dat niet. meisje. We hebben
elkaar maar eenmaal in het leven gezien in een
boos oogenblik."
Zij zette zich weer naast het bed en vouwde de
handen in den schoot. Zij gevoelde zich gedrongen,
den houtvester om nadere inlichtingen te verzoeken,
dan hij tot nog toe in zijne korte, afgebroken ge
zegden gegeven had; maar een gevoel van benauwd
heid, van angst, waarvan zij zich geen rekenschap
kon geven, verlamde hare tong. De oogen van den
oude, rond door uitputting en door den lang ont
beerden slaap, dwaalden onrustig van zijn zoon op
het meisje, en van haar op hem.
„Ge hebt uwen vader nooit gekend," zeide hij
toen. „Bemint ge hei»?"
„Ik eer zijn aandenken. Zooals moeder mjj ver
teld heeft, was hij een bijzonder mer.sch en veel
verstandiger en beter dan alle anderen in het dorp."
den zak der kleinzonen van de slachtoffers, om
standbeelden op te richten voor de moordenaars.
Met dat doel vrage men geld aan de nazaten der
Jacobijnen. Men opene hiervoor inschrijvingen in
de gevangenissen, in de bagno's.
In d erge lij ken geest werd het debat eemgen
tjjd voortgezettotdat eindelijk tot stemming
werd overgegaan en de zaak afgeloopen was.
Boulanger heeft, zegt men, een beroerte gehad.
Anderen beweren dat hij aan afmatting lijdt en
daardoor wel eens zijn bewustzijn verliest. Antoi-
ne vliegt van het eene feestmaal naar het andeie,
trouw het voorbeeld van zijn tegenstander vol
gende, behalve dat hij nog niet aan afmatting lijdt,
maar dat kan spoedig komen.
Het bulletin aan het paleis te 's-Gravenhagè
luidt
De toestand van den koning blijft onveranderd.
Hd. gebruikt weinig voedsel en mist over 't al
gemeen de nood'ge rust.
Aangaande eene ramp welke de Scheve-
ningsche visscbersbevolking weder heeft getroöen,
bracht de geredde matroos Dijkhuyzen, die reeds
te Scheveninger. is aangekomen, de volgende droe
vige bijzonderheden mede. De logger „De Jonge
Gerard" lag in de streek van Doggersbank, ter
wijl de wind wel krachtig, maar niet bepaald storm
achtig was. Dijkhuyzen was met schipper De
Bruin en diens zwager, den matroos Buitenlek,
op het dek, terwijl de overige bemanning beneden
was om het schoeisel aan te trekken.
De schipper had juist zijne kameraden aange
raden zich goed vast te houden, toen plotseling
eene van de veelvoudige grondzeeën, welke daar
ter plaatse voorkomen, den logger zoodanig aan-
„En heeft uwe moeder u nooit verteld, dat hij
een strooper was
Zij spiong op. „Dat is niet waar dat kan niet
wa»r zijn Mijn vader een wilddief een mis
dadiger
De houtvester knikte. Een wilddiefMen heeft
uw vader zeer verdacht gemaakt, men heeft de eer
van uwe moeder gelasterd achter de waarheid is
iemand gekomen. Uw vader was een vermetele en.
gevaarliike strooper en ik
„Gij riep Anna naar adem hijgend.
„Ik schoot hem neer 1" klonk het van de lippen
des houtvesters.
Een onverstaanbaar geluid, als een onderdrukte
kreet, ontwrong zich aan de borst van het meisje.
„Vloek me niet," vervolgde hij. „Het wa,s eene
snelle, ondoordachte daad, waarvoor God mij zwaar
gestraft heeft, door mij alles te ontnemen, wat mij
dierbaar was. Nu is de laatste slag gevallen
daar ligt mijn Karei, mijn eenige zoon door een
strooper ten doode toe gewond met hem ver
dwijnt de laatste hoop mijns levens. Ik ben een
oud man. Gy een jong meisje, dat niijr doeb-
ter zijn kon. Veroordeel den ouden man voor
ge alles gehoord hebt. Voor niemand heb ik m^
meer le rechtvaardigen dan voor u en ik wil
het."