Ao.
Zaterdag 12 Januari 1889.
i(' Jaarg.
1
i 1 I\ M MJ k3 \J
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zecuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
Beetwortelen.
FEUILLETON.
Staatkundig Overziebt.
I)it Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrij da «ra vond.
ABONNEMENTSPRIJS per 3 Maanden
1 maal per week 25 cent; franco per post 30 cent2
maal per week 50 centfranco per post 60 centvoor
België 40 en 80 cent. Afzonderl. numm. 3 et.
DRUKKER - UITGEVER
AXEL.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
Baar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
O
Die dingen worden in «lenlaatsten tijd druk be
rederreeid.
De beer H. B. Jager, beetwoi telsuikerfabrikant en
voorzitter van den bond van suikerfabrikanten in
Nederland zond ons even voor nieirvejaar een stuk
van zijne hand piet verzoek hetzelve onder de ru
briek Ingezonden stukken op te nemen. Wij heb
ben geen oogenblik geaarzeld dit stuk te plaatsen
daarmede geenszins willemie te kennen geven, da
we instemmen met hetgeen daarin wordt gezegd.
Ieder die van gevoelen met den schryver ver
schilt vindt in ons blad gelegenheid, daarvan te
<loen blijken.
Niemand maakte echter van die gelegenheid tot
nog toe gebruik.
Het ,,wie zwijgt, stemt toe bleek hier nogthans
eene onwaarheid, te zijn, getuige de vergadering
van jl. Zaterdag alhier ten huize van den heer
Koole gehouden.
Daar verklaarde men toch algemeen niet het
gevoelen te deelen, Uitgedrukt in het schrijven van
den heer Jager.
Zulks is ook niet het geval met den, heer C. J
Hocke Hoogenboom, landbouwer te Zonnemaire. De
'ze heeft in een ingezonden stuk in de Middel
burgsche Courant van 8 dezer zijne aanmerkin
gen gemaakt op het artikel van den heer Jager,
dat ook in laatstgenoemd blad werd opgenomen.
Wij willen trachten zoo nauwkeurig mogelijk
des heeren Hoogenbooms aanmerkingen in 't kort
weer te geven, opdat belangstellenden daarvan
kunnen kennis nemen.
De heer H. vindt het vreemd, dat n u reeds
een pi ijs wordt vastgesteld voor 1889, uit onbe
kendheid ten eerste met de suikerprijzen en ten
tweede met Lét suikergehalte dat de bieten in
Cl OCT VEST ER V A BI EIKLCCT-
NOVELLE VAN
Fr. ZIMMERMANN.
xvi.
De houtvester had zich immers gerust als den
dader kunnen aanmelden, daar hij gerechtigd was
den wilddief onder bepaalde omstandigheden neer
te schieten - en waar was Mertens' oude korte buks
gebleven
Men vond geen spoor van den dader. De recht
bank verklaarde met algemeene stemmer., dat Mer
tens dood en waarschijnlijk vermoord was. Met na-
spoiingen nam men het zoo nauw niet wie maakt
er ook zooveel ophet om een armen boer, te meer.
wanneer deze eene beruchte persoonlijkheid, een
vrijdenker is, als deze Merlens. „God heeft hem
geslagen," zeiden de menschen. „Ja, ja, dat is het
loon zijner zonden Het kon niet goed met hem
afloopen."
Daarna stelden de goede zielen zich gerust. Toen
October 1889 zullen bevatten.
De niet aangesloten fabrikanten loven den prijs
van het vorige jaar uit, de bond echter een gul
den meer. Dit geeft geen reden om aan te ne
men, dat eerstgenoemde» elf gulden voldoende ach
ten, want ieder tracht zoo goedkoop mogelijk te
koopen en dan het misbruik van het voorschot
tenstelsel!
De bond heeft den prijs verhoogd met het oog
op het afgeloopen jaar, dat zoo ongunstig ge
weest is. Dat is echter aan de weers
gesteldheid te w ij ten.
Volgens den heer .T. zou door den bond de in
dustrie benadeeld en de landbouw bevoordeeld
worden, wat geen enkel weldenkend landbouwer
vergen zal.
Tot bewijs dat er van een streven tot nadeel
van den landbouw wel zeer zeker sprake is, wijst
de heer H. op het feit, dat steeds verzuimd werd
den landbouwers rondweg te kennen te geven dat
fijner zaad werd verstrekt, dit wordt nu eerst er
kend. De opbrengst per hectare verminderde
daardoor zeer en weiken waarborg heeft de land
bouwer dat niet nog fijner zaad zal worden ver
strekt.
Met het oog op de omstandigheden werd de
prijs der wortels in de laatste vier jaren van 9
op 12 gulden gebracht. Wie bewijst dat genoeg op
die omstandigheden gelet is. De heer H. twijfelt
daaraan.
Ziehier het slot van het schiijven des heeren H.
„Zoolang er geen bond is opgericht, waarin fa
brikanten en landbouwers samenwerken, zal, naar
mijne meening, elk streven eenzijdig blijven. Om
dat de bee.r Jager aan andeien huiten het vak.
zelfs aan studiemanneD, de bevoegdheid ontzegt
de landbouwers voor te lichten, en hij zelf die
taak op zich neemt, meen ik hem als landbouwer
te moeten uitnoodigen minder in «lgemeenen zin
echtei kort daarop de weduwe door eene onbekende
hand uit de naburige stad zes en dertig gulden toe
gezonden werden, d;e, zooals in den bijgaanden brief
gemeld werd, voor eene goede opvoeding van baar
kind bestemd waren, en deze toezending van dien
tijd at geregeld elk kwartaal herhaald werd, toen
werden de boeren opgewonden en de wonderlijkste
geiuchten kwamen in omloop. Had de plotselinge
dood van haar man de arme vrouw tenminste bij
eenige betergezinden deelneming verschaft, zoo keer
den nu allen zich eenparig tegen haar.
„Wie weet, wat er al tevoren gebeurd is," fluis
terde men elkaar in de ooren. „De vrouw heeft
misschien zelve wel deel aan den dood van Mer
tens." Eenigen wilden zelfs weten, dat kort voor
den moord een vreemdeling in het doip geweest
was. die naar Mertens gevraagd had en den ge-
heelen dag bij hem gebleven was. Dit was ook
juist. Een vriend van Mertens, een molenaar, dien
hij in den vreemde had leeren kennen, kwam op
zijne reis te Nauenheim en ging bij hem aan. Aan
dit bezoek nu van den geheimzinnigen vreemdeling
werden door de brave babbelbroers en nieuwtjes-
Terkoopers de onzinnigste dingen vastgeknoopt.
De arme vrouw werd eene vogelvrij verklaarde,
die men slechts met afschuw en afkeer ontmoette'.
Langzamerhand verloor dit gevoelen wel is waar
te schrijven, en meer in bijzonderheden te treden,
minder oppervlakkig te oordeelen en met betër
bewijsgronden voor den dag te komen; dan eerst
kan zijn streven hij de landbouwers vertrouwen
wekktn."
Het te Parijs gehouden republikeinscii congres
is thans gei eed met een candidaat tegenover Bon
langer, voor de aanstaande vei kiezing in het de
partement der Seine. Het is mijnheer Jacques,
lid van den Parijscben gemeenteraad en behooren-
de tot de geavanceerde lir.kerzjjde. Men zegt dat
het congres met zijno keuze niet heel gelukkig is
geweest, daar de heer Jacques geen man is, die
een schitterend staatkundig verleden achter zich
heeft. Hij heeft zijne candidatuur voornamelijk
te danken aan de omstandigheid, dat de radicalen
om hem de republikeinen zullen steunen, daar hij
tot hunne partij behoort. Ondanks dat zal de heer
Jacques een harde noot te kraken hebben tegen
over den hoogvliegenden Generaal. De verkiezing
van 27 Januari zal het voorspel zijn van den
grooten slag die dit jaar in Frankrijk zal geleverd
worden.
Met het Panamakanaal is men ook nog niet in
het reine. De aandeelhouders, gedachtig aan de
oude spreuk, die zoekt zal vinden, zoeken gedurig
naar een nieuw middel om een voldoend kapitaal
bijeen te krijgen, ten einde het kanaal kunne vol
tooid worden. Tengevolge van geldgebrek is een
aantal werklieden ontslagenonder dezen hebben
groote wanordelijkheden plaats gehad, zoodat de
toestand in Panama als verontrustend voorgesteld
wordt. Verscheidene duizenden neger-werklieden
zouden, volgens berichten, de magazijnen hebben
geplunderd.
aan kracht, maar het ging als eene erfenis van het
eeue geslacht over op het andere. Het was met
moeder Mertens niet pluis, dat zag iedereen wel, en
niets is den boer pjjulijker en gehater dan een ge
heim in zijne naaste omgeving. Het moest alles
glad en effen zijn als zjjne landerijen.
Zoo groeide Anna op onder zorg en strijd. Zij
was niet zoo teerhartig als de moeder, maar nam
ïeene besliste houding aan tegenover den afkeer der
buren. In bitteren v rok tegen de menschen, in
voortdurenden strijd tegen vooroordeel en liefdeloos
heid, die haar echter niet den moed en het zelfver
trouwen ontnomen, maar er toe bijgedragen hadden
haar bovendien reeds ernstig karakter nog geslote-
ner en meer in zichzelf teruggetrokken te maken,
had zij haar twintigste jaar bereikt. Daar ontmoet
te Karei haar de eerste en eenige menscb, die baar
minzaam en liefdevol was tegemoet gekomen, eD
wiens gansche wezen haar achting inboezemde. Eene
nieuwe wereld ontsloot zich voor hare blikken, eene
wereld, die ver buiten de grenzen van hare geboor
teplaats lag voor het eerst begon haar hart warm
en jeugdig te kloppen, en werd, in plaats van met
versteenenden haat, met bezielende en bevrijdende
liefde vervuld.
Zij wilde in het eerst zicbzelve niet bekennen,
dat het zoo was. Zij verzette zich tegen het nieuwe