3 r
hj wi Ij
255.
Woensdag 5 December §888. 4'' Jiiarg.
Nieuws- en Advertentieblad
F.
LIJIW,
voor Zeeuw sell-Vlaanderen.
Buitenlandse!) Nieuws.
FEIILLFTOA.
Binnenlandse!) Nieuws.
x.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdajravoml.
A 13 0 N N E M E N T S P R IJ S per 3 Maanden
1 maal per week 25 cent; franco per post 30 cent2
maal per week 50 centfranco per post 60 centvoor
België 40 en 80 'cent. Afzonder!, numm. 3 ct.
DRUKKER - UITGEVER
AXEL.
Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 cent;
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
DLITSCHLAND.
Een afschuwelijke en geheimzinnige moord
heeft Maandag-nacht te Hamburg plaats gevonden.
In den vroegen ochtend vervoegde zich een
jongmensch bij een kruier met het verzoek een
zwaren koffer van zijne woning te halen en de
zen naar de goederenloods der Ameiikaansche
stoomboot te brengen Nauwelijks stond de kot
ter op de aangewezen plaats, toen een der be
ambten bemerkte, dat uit den bodem van den
kuffer bloed sijpeide. De politie liet den koffer
terstond openbieken en toen bleek het, dat zich
daarin het lijk bevond van een groot mansper
soon, dat met geweld in de enge ruimte geperst
was en zware wonden aan het achterhoofd had.
De politie deed terstond huiszoeking bij den af
zender van den koffer en vond bloedsporen op de
meubels. De bewoner zelf. e n jongmensch van
omstreeks 24 jaar, genaamd Gul Dau, die eerst
sedeit acht dagen deze kamers had gehuurd, was
den vorigen avond op den gewonen tijd tnuis ge
komen en had 's morgens, na zijn rekening be
taald te hebben, zijn huis verlaten. Het geheim
zinnige van het geval is, dat de koffer den vori
gen dag r.iet in de kamer stond en dus waar
schijnlijk 'snachts met de g ootste vooi zichtigheid
door bet venster binnen was gehaald.
Na eenige nasporingen werd het slachtoffer her
kend als een in de haven welbekend goederenex
pediteur Hülseberg, die naar gewoonte 's avonds
zijn huis vei laten had om buitenlands"!] geld, dat
hij had ontvangen in te wisselen- Zijne huisge-
nooteri in de meening dat hij 't verdere gedeelte
van den avond met vrienden doorbracht, maakten
zich over zijn uitblijven niet ongerust Men kan
zich hunne or.tsieltenis voorsteilen toen zij der
volgenden morgen de tijding ontvingen. Men ver
moedt dat de moordenaar zich naar Engeland heeft
ingescheept.
De moordenaar van den Hamburger expediteur
Hülseberg beet Jozef Christiaan Dauth en is in
1856 te Sachsenhausen geboren. De politie heeft
dit vei nomen van zyn verloofde, die alle inlichtin
gen en tevens een portret van den moordenaar
verschafte. Met behulp var, dit portret beeft de
politie reeds gevonden, dat Dauth, die hofmeester
was bij de Hamburg Amerikaansche stoomboot
maatschappij naar Antwerpen is gereisd. Vermoe
delijk zal de moordenaar nu spoedig gevat worden.
De vermoedelijke moordenaar van den Hamburg-
sclien expedHeur Hülseberg, die te Kailsruhe in
hechtenis werd genomen, loochent zijne schuld
maar hij erkent, bij den moord tegenwoordig ge
weest te zijn. en ai de gestolen voorwerpen wer
den in zijn bezit gevonden.
DE HOUTVESTER VAN E K L S T->
NOVELLE VAN
Fr. ZIMMERMANN.
DERDE HOOFDSTUK.
In den zaagmolen op Rimlaasgrond heerschten
eene drukte en eene bedrijvigheid, die eene sterke
tegenstelling vore.den, met de kalmte van de bosoh-
woning. De wateren der woudbeek, die de groote
raderen in beweging brachten, suisten en bruisten
met een geweld, dat bijna het geknars verdoofde
der zaag, die, onophoudelijk op- en neergaande, de
gladde boomstammen onbarmhartig doorsneed. Daar
tusschen klonken de stemmen der werklieden, die
steeds nieuwe boomstammen aanbrachten en op de
rolbdan legden, welke ze den vraatzuchtigen tanden
van deu zaagmolen toevoerde.
Op een giooten hoop balken en planken stond de,
hootzaagmolenaar Holzegger, eene breedgeschouder-
Het verbruik van gedistilleerd a 50 pet., per
hoofd in Nederland, gedurende het jaar 1886 on
langs door de regeering bekend gemaakt, was in:
Noord-Brabant 16.61 (het hoogst te Hensden 18.64,
het laagsl te Putte 1.02); Gelderland 8.52 (het
hoogst te Zalt Bommel 20.42, het laagst te Hem
men 6.05); Zuid-Holland 10.48 (het hoogst te Veur
18.85, het laagst te Schiebroek 0.65); Noord-Hol
land 11.71 (het hoogst te Muiden 16.89, het laagst
te Opperdoes 1.10); Zeeland 5.59 (het hoogst te
Middelburg 11.74, het laagst te Clinge 0.43); U-
treebt 10.88 (bet hoogst te Loenen 18.71, het laagst
te Achttienhoven 0.14J; Friesland 7.50 (het hoogst
te Leeuwarden 17.76, tiet laagst in Dantumadeel
3.09); Overijssel 9.11 (het hoogst te Stad-Almeloo
19.41, het laagst te Wilsum 0.-34); Groningen 10.44
de, reusachtige gedaante, met een rood, rond gelaat,
dun lichtrood haar en een paar kleine oogen, die
goedig rondkeken, Hij had een boek in de eene,
een lang potlood in de andere hand en noteerde de
nummers der pijnboomstammen. die langs eene glad
de, van boomstammen vervaardigde baan, door de
houthakkers van Rimlaashoogte naar het dal ge
zonden werden. Elke boom werd, zoo spoedig bij
beneder. was aangekomen, door de knechts van den
molenaar in ontvangst genomen. Dezen sloegen er
eene ketting om, waarna twee krachtige werkpaar
den ze naar den molen sleepten, die is het midden
van het dal, nauwelijks een honderd scbieden van
den voet van Rimlaashoogte, verwijderd lag.
Dp oogen van den molenaar waren overal. Nu
eens bad bij iets te bevelen aan de timmerlui, dan
weer aan de knechts en noteerde intusschen de stam
men of spoorde met een paar krachtige woorden de
paarden aan. Zijne donderende stem bebeerschte
door al het rumoer en geraas been als eene oorlogs
trompet het arbeidsveld.
Een krachtige boomstam kwam pijlsnel de bel
ling af, zoodat door de wrijving de rook opsteeg,
en bleef krakend liggen. Nog trilde hij van den
geweldigen val, toen de knechts hem reeds met den
ijzeren kettinghaak gepakt hadden.
„Tweehonderd elfriep er een, het op de voor-
(het hoogst te Groningen 18.75, het laagst te Bel
lingwokle 3.58); Drenthe 7.12 (het hoogst te Mep
pel 15.89, het laagst te Ruinen 1.96); Limburg 3.14
(het hoogst te Valkenburg 15.27, het laagst te
Maasniel 0.33).
Over het geheele rijk was het 8.99. Verder was
het te Amsterdam 15.12, Arnhem 16.82, Breda
14.88, Delft 14.72, Dordrecht 13.56, 's Graven ha -
ge 15.34, Haarlem 13.96, 's-Hertogenbosch 15.39,
Maastricht 3.35, Nijmegen 15.5:3, Rotterdam 14.55,
Schiedam 6.72, Tilburg 9.42, Utrecht 16.35, Zwol
le 17.48.
Volgens bericht in de katholieke bladen zal
de algemeene vergadering der Nederlandsche ka
tholieken, om te protesteeren tegen den toestand
aes Pausen, niet den lOden, maar den 17den De
cember te Utrecht worden gehouden.
De aaitsbisscliop en de bisschoppen van Neder
land hebben een adres gezonden aan Z. H. den
paus, waarin zij openlijk betuigen dat zij, over de
algebeele handhaving van de waarheid en het ge
zag des Roomschen leerstoels, met beslistheid vast-
houden en uitspreken wat de katholieke wereld
belijdt- dat, tot volledige uitoefening der Apos
tolische rechtsbevoegdheid en van het leeraarsambt,
lie Roomsche opperpriester eene macht noodig heett,
die aan niemand ondergeschikt, waarlijk zeltstan
dig isen dat mitsdien, door Gods bijzondere be
schikking de opvolgers van den H. Petrus de tij
delijke macht hebben vei kregen, welke bij den te-
genwoordigen toestand der maatschappij voor een
goede, een onbelemmerde leiding der kerk en der
zielen alleszins noodzakelijk is en, ongerekend den
wettigen oorsprong en de uitnemende en verschei
dene titels, onschendbaar moet zijn volgens het
duidelijk gebleken raadsbesluit der Goddelijke Voor
zienigheid.
Verder herhalen zij daarin de betuiging van lief
de en verknochtheid jegens Z. H., wraken opnieuw
zijde ingebrande getal aflezend.
„Tweehonderd elfherhaalde de molenaar en
schreef de cijfers in zyn boek. „Tijs die stam
daar is te sterk gesnoeid," riep hi, en wees in de
richting van den molen, „de zaag tnoet er niet te
scherp in gezet worden we verliezen anders te
veel hout en krijgen er niet de juiste dikte der bal
ken uit. De kanten behoeven niet zoo nauwkeurig
op elkander te passen. Loop gauw de kerel
snijdt er me weer een hal ven stam af
„Drommelsbrulde bij op hetzelfde oogenblik
tegen den knecht, die de paarden stuurde, „beul de
dieren niet zoo af. De stam blijft daar baken aan
een steen, ziet ge het niet, blind uilskuiken? Moet
ik overal zeli bij zijn
Weer vloog er een stam ir, het dal. „Nummer
acht en negentig," riep de knecht.
„Nummer achten negentig," herhaalde Holzegger
bedaard. „Zoo, nu gaat het; huhu, Fritz, voorwaarts!
Geef Fritz eens met de zweep, Toni, hij is lui. Ge
moet de ketting wat strakker aantrekken, ze glijdt
af. Wat is dat nu weer met den molen? De ra-
ders gaan, alsof ze in meelpap rondslaan. August
moet de sluis optrekken, we vorderen anders niet.
Drommels, moet ik dan alles alleen doen?' Hij zette
zijne muts af en veegde zich het zweet van het
vooi hoofd.
