Binnuhlaiiclsch Nieuws. Gemengd Nieuws. dat ofschoon het m bijna ieder geval van strottenhoofdziekte terstond moge lijk is, ten opzichte van den aard der kwaal eene nauwkeurige diagnose te stellen, toch in zeer zeldzame gevallen eerst uit den loop der ziekte haar ka rakter kan worden bepaald. Ongelukkig behoort de kwaal van Z. K. H. tot de laatstgenoemde soort; zoodat de genees kundige wetenschap mij op dit oogen- blik nog niet toelaat, te beweren dat men hier zou hebben te doen met eeni- ge andere ziekte dan chronische ontste king van het strottenhoofd, verbonden met perichondritis." Z. M. de Koning heelt een zeer rustigen nacht doorgebracht en neemt in beterschap toe. Ook dejkleine prinses die ten gevolge van eene hevige verkoudheid te bed moest blijven en thans onder behandeling is, van dr. van Tien hoven is aan de beterhand. De commissaris des Konings in onze pro vincie heeft bepaald dat de loting voor de nati onale militie voor de gemeenten Sas van Gent, Philippine en Overslag, die 13 dezer niet over eenkomstig art. 30 al. 3 der wet van 19 Augus tus 1861 (Staatsblad no. 72) heeft kunnen plaats hebben, nu zal plaats hebben te Axel op Vrij dag 2 Maart a. s., des middags te 12 uren. AXEL, 21 Februari 188 8. De 71e jaardag van Z. M. is alhier op de ge bruikelijke wijze gevierd. Van enkele openbare en particuliere gebouwen wapperde de nationale driekleur. Aan de heden gehouden verkiezing voor een lid eter Prov Staten, namen in deze gemeen te van de 306 kiezers 239 deel. Uontenisse. De geleverde Superphosphaat aan de landbouwersvereenlging „Eigen Hulp" alhier is door het proefstation te Wageningen bevon den van minder gehalte te zijn dan bepaald was en daarom door het bestuur afgekeurd. De aan nemer wilde de zaak in der minne schikken en de meststoffen aan vet minderden prijs van de hand doen, doch hqt bestuur stemde hierin niet toe. Naar men zegt zal de superphosphaat nu in de meestoof te Walsoorden worden gebracht om daar opnieuw bewerkt te worden. I E Z O I) E STIK KEJi. Mijnheer de Redacteur! soms, dat nog eens een prins u ten huwelyk zal vragen „Wat ik geloof, gaat u niet aan. Genoeg, ik wil het niet en duld het ook niet." „Blijf nog een poesje," verzocht Burmeister, haar nog niet vrijlatende. „Ge hebt toch niets te doen." „Méér dan uwe nietswaardige praatjes aan te hooren. Wilt ge me loslaten of niet?" „Laat ze loopen, Frans," zei Brandt met een valschen lach, „ze krabt u anders nog de oogen uit." Nu, nu, niet zoo wild, scbatje." riep Burmeis ter nijdig, „ik bjjt u immers niet!" Het meisje bloosde van schaamte en toorn. „Ik ben uw schat niet," hernam het meisie met fonkelende oogen. „Ik ben de dochter des huizes geene dienstmaagd! En als mijn vader mij niet in bescherming neemt, dan zal ik mij zelve wel weten te verdedigen. Onthoud zulks maar voor het vervolg." Daarop rukte zij zich los en spoed de zich weg, om haie tranen te verbergen. Burmeister en zijne kameraads lachten luidkeels. „Een scherp meisje, die Anna," riep hij, ze zal u nog wel eens de les lezen, Hempel. Pas maar op De herbergier zag zijne dochter met een boo- Voor onderstaande regelen, verzoek ik U plaat sing in Uw eerstvolgend blad. De Heer Mr. Thomaes, verklaarde in een in gezonden stuk voorkomende o.a. in het Hulster blad van 18 Februari j.l. dat hij niet wist of ik hem recht goed had begrepen, toen ik het ge noegen had den geachten schrijver ter loops over het protectionisme te spreken. Vooraf wil ik zeggen dat de b6er Thomaes op den vooravond der verkiezing onberispelijk han delde door openlijk zijne zienswijze over het pro tectionisme, de groote vraag van den dag, uiteen te zetten. Betreurenswaardig, dat dit loffelijk voorbeeld niet meer navolging vindt, daar de kiezers hier door zouden gevrijwaard worden, mannen te kiezen, die nadat zij gekozen zijn, misschien 7an opiDie zouden kunnen veranderen. Volgens mijne meening heb ik den heer Tho maes zeer goed begrepen, door hem als iemand te beschouwen, die protectionisme noodig oordeelt tot instandhouding van onze landbouwnijverheid. Z.Ed. bevestigt dit trouwens volkomen in zijn ingezonden stuk. Ik wil echter toegeven, dat ik mij niet kon voorstellen dat iemand die bescherming voor ge heel ons land wenschelijk, ja hoog noodzakelijk acht, eene uitzondering maakt voor een in ver gelijking zoo uiterst klein strookje van dat land, hetwelk naar Z.Ed. zienswijze voorloopig niet direct zou gebaat worden door het beschermen de stelsel, iets dat ik den heer Thomaes ten zeerste moet betwisten. Dat ik Z.Ed. die zich als protectionist ver klaarde, geen toestemming vroeg hem als zoo danig bij zijne benoeming voor lid der Staten behulpzaam te zijn, is zeer juist, maar volgens mijne zienswijze, ook totaal overbodig, daar men toch niet veronderstellen mag, men iemand on genoegen doet, in het helpen verkrijgen van dat gene, wat hij gaarne wenscht te t-ezitten, indien dit althans geschiedt door eerlijke middelen, en ik geloof wel dat Mr. Thomaes de door mij ge bruikte wel als zoodanig zal beschouwen. TjOO de heer Thomaes lid der Prov. Staten wordt, dan mag men met recht vermoeden, hij (protectionist) iemand als lid voor de eerste Ka mer zal kiezen die in hoofdzaak zijne zienswijze zal zijn toegedaan, en mocht Z.Ed. soms zelf geroepen worden die betrekking te aanvaarden, dan kan hij ncoit voor vrijhandel in deze tijdstom- standigheden stemmen, wil hij, en hij zal dit, getrouw blijven aan de door hem afgelegde ver klaring. In zulk een geval, zal hij in de eerste plaats verplicht zijn een open oog te hebben voor de belangen van Nederland, al mocht ook volgens zijne zienswijze er een stukje grond te vinden zijn, dat geen dadelijk belang bij bescher mende rechten zou hebben. Ik vermeen om bovenstaande redenen het recht gehad te hebben, Mr. Thomaes als protec- zen blik na, terwijl hij de schouders ophaalde. „Zij heeft haar eigen wil, dat is zoo, en weet met de gasten niet om te gaan. Mettertijd zal ze het wel leeren." „Ach wat," hernam Burmeister gemelijk, „ze moet onderscheid weten te maken. We zijn toch oude bekenden, reeds van? Breslau af, en dan let men nieig zoo op ieder woord." Het noemen van zijne vroegere woonplaats her innerde den herbergier aan hetgeen hij in de cou rant gelezen en bijna vergeten had. „Ge hebt gelijk, Frans," zeide hij „met onde bekenden moet men het niet zou nauw nemen. Ik zal het meisje wel eens flink tot reden bren gen." Rusteloos keken zijne oogen de kamer rond. „Hm en wat ik nog zeggen wilde ge moet straks eens op mijne kamer komen ik heb van een ouden bekende een brief ontvangen, die ons beiden aangaat. Nu, op uwe gezondheid, heeren!" Terwijl hij den arbeiders toedronk, knipoogde hij over het glas heen veelbeteekend tegen Burmeister, waarna hy zich verwijderde, alsof hy in huis nog iets te doen had. In de keuken vond hij Anna, die haastig hare tranen afdroogde, toen zij haar vader zag binnen komen. Hij zou niet zien, dat zy geweerd had. „Anna," zeide Hempel op'ruwen toon, „wat tionistisch gezinde Candidaat te stellen. Onder dankbetuiging, Uw. Dienaar. F. HOMBACH. Dames van vijf en twintig jaren denken er niet altijd aan, dat zij een leeftijd hebben bereikt waarop men al grootmoeder kan wezen. Toch moet er, volgens Amerikaansche bladen, te De laware, in Ohia, een vijf en twintigjarige groot moeder zijn. Het is een negerin, die op haar 11e jaar getrouwd, op haar 12e moeder gewor den is, en wier 13 jarige dochter haar nu een kleinkind je heeft geschonken. o— Een geruststellend voorbeeld voor den Duit- schen Kroonprins moet te Parjjs te aanschouwen zijn. Daar woont een 37-jarig man, die sedert twee jaien geen strottenhoofd meer heeft. Hy is, naar hij verklaart, veel gezonder nadat het hem is uitgesneden, en eet, drinkt en rookt met zeer veel smaak. -o- Te Ootmarsum is een varken geslacht, dat aan een inwendig gebrek scheen te lijden, omdat het steeds een ongewoon geluid bij de ademhaling door den neus gaf. Bij het openen bleken long en lever zeer gezond te zijn, maar hij het af hakken bevond men, dat zich in den snuit een pruime- of keisepit had vastgezet. Daar deze pit reeds van een behoorlijke lange kiem was voorzien, had dit dier latei hoogstwaarschijnlijk met een sierlijk boompje op den neus kunnen prijken en daarmede het bewijs leveren, dat Münchhaussens verhalen nog zoo dol niet zijn! o— Hij had er geen cent voor over Een nieuw kiezer te Zevenhuizen, (een arbei der, die wat groot woont) heeft den oproepings brief voor do verkiezing van een lid van den Raad geweigerd „uit vrees dat er kosten aan verbon den waren o— Op de grens tusschen Erpen Yechel is Woens dag avond een onbekend koopman in papier door de tram overreden. De man was door drankgebruik in opgewon den staat, zóó zelfs, dat hem in eene herberg te Erp meer drank was geweigerd, terwijl hij bij het verlaten dier herberg gezegd moet heb ben „Ik ben van avond toch voor den duivel". Vóór het ongeluk voorviel, had de man kort langs de tram geloopen, en had de machinist tef waarschuwing nog de bel geluid. Op eens schoot hij vóór de machine en viel, waardoor hij on vermijdelijk overreden en gedood werd. Ten bewrze, dat de machinist terstond met allen spoed stopte, kan dienen, dat alleen de machine den ongelukkige over het lichaam ging, dat zwaar verminkt werd. 5o Te Oosterhout is een kind van bijna drie jaren in een pot met afgekookte Savoyekool gevallen en heeft zulke hevige brandwonden bekomen, beteekent toch dat voortdurende de preutsche spe len Gy gedraagt u, alsof ge de dochter van een graaf en niet van een herbergier zijt. Wie heeft u toch die domme kunsten in het hoofd gezet. „Niemand vader; ik weet alleen wel, wat my past." „Zoo? Zeker veel beter dan ik? Pas maar op; want als ge de gasten verjaagt, dan hebt ge met my te doen." „Het is schande, vader, dat ge gasten in uw huis duld als die Burmeister en zijne vrienden." „Domme deern," riep Hempel woedend uit, „wilt ge mij de wet voorschrijven, wien ik zal binnenla ten en wien niet Ik zeg het u voor de laatste maal, dat ge vriendelijk tegen de gasten moet zijn, of we zullen eer.s een ernstig woordje met elkan der praten." Anna had hare handen op hare borst samen ge vouwen enkeek haar vader strak aan. Wordt rr/rvolgd.]

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1888 | | pagina 2