Zaterdag 24 December 1887. 5° J aar
1
J
Nieuwjaars-advertentiën,
DE HOLLE BOOM.
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Nieuws- en Advertentieblad
F. MELEMAN,
•25 CENTS,
Buitenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
mj> ny
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond
ABONNEMENTSPRIJS per 3 Maanden
1 maal per week 25 cent; franco per post 30 cent2
maal per week 50 centfranco per post 60 centvoor
B a L g i 60 et. en 1,20. Afzondert numm. 3 ct.
DRUKKER - UITGEVER
AXEL.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent;
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren,
As. Dinsdagavond zal van dit blad
geen nummer verschijnen, en ook niet
op Dinsdag 3 Januari a.s., doch in plaats
daarvan zal op Maandagmorgen 2 Janu
ari een nieuwjaars-nummer worden uit
gegeven, waarin
Tegen vergoeding van
zullen worden opgenomen, dewelke tot
uiterlijk Zaterdag 31 December des na
middags 2 ure ingezonden kunnen wor
den.
Zij, die zich met 1 Januari a.s. op dit
blad'abonneeren, ontvangennaar gelang
het abonnement, de vóór dien datum ver
schijnende nummers gratis.
De Uitgever.
Geheel Brussel is vol van den dief
stal, door een gemeente-ambtenaar ten
stadhuize gepleegd, en waarvan wij kor
telings, in ons nummer van jl. Vvoens
dao- reeds het een en ander hebben
7.)
NOVELLE VAN
A..
Beiden vertrokken op denzelfden dag in de maand
Juni. Het scheen mij toe dat Valeska reeds eem-
gen tijd vóór hun vertrek hare vroegere opgeruimd
heid had verloren. Zij vroeg mij op zekeren dag
of ik overtuigd was, dat Arno mij beminde, ik
antwoordde haar lachend, dat ik daar zoo zeker
van was als van mijn leven; en den daarop vol
genden dag vroeg zij mij, of ik geloofde, dat
Robert mij liefhad. Ik lachte weder enzerde, dat
ik zulks niet gelooide; dat hij, Robert, mocht zeg
gen wat hij wilde; doch dat hij geene ware lief
de voor mij gevoelde.
Zij keek mij aan, alsof hare oogen mijne gedach
ten wilden lezen.
„Iedereen bemint u, IrmgardIk wenschte, dat
ik rijk was," zeide zij zuchtende.
„Maar, Valeska," hernam ik, „niemand, wiens
liefde eenige waarde heeft, zou om uw riikdom
medegedeeld.
Volgens het contract, door de ge
meente gesloten met de velschillende
Banken, welke deel uitmaken van het
syndicaat, hetwelk zich met de geheele
uitvoering belastte van de conversie van
alle gemeentelijke leeningen, moesten
de in de vervroegde trekkingen met
premiën uitgelote obligaties der ver
schillende oude leeningen, nadat dooi
de Banken de daarop getrokken prijs
voldaan was, op overeengekomen wijze
worden geprofiteerd, en aldus ter veri
ficatie worden aangeboden aan de af—
deeling „financiën' ten raadhuize, waar
na zij moesten worden vernietigd. Deze
afdeeling stond onder leiding van den
hoofdambtenaar Hennet, terwijl daaraan
als ondergeschikt ambtenaar ook werk
zaam was zekere Adolpbe Baudet, een
22-jarig jongeling, die wegens zijnen ij
ver en "zijne oppassenheid het volste ver
trouwen zijner superieuren genoot. De
verificatie der door de Banken aangebo
den obligaties geschiedde door dezen
Baudet, die op ongeregelde tijden aan
zijnen chef verantwoording deed om
trent het gevoerde beheer en de lijsten
benevens de aangeboden stukken hem
ter goedkeuring ter hand gesteld.
Voor eenige dagen nu maakte de heer
Hennet de opmerking, dat de verificatie
eene sterkere neiging voor u opvatten.
„Maar neem eens aan," zeide zij mij schuchter
aanziende, „dat iemand u bemint, maar dat hij he
u niet durfde zeggen, omdat gij ar^ waa™-
.Dat is in uw geval niet waarschijnlijk, Vales
ka/' hernam ik. „Eens zal er een dag aanbreken
dat er een ridder komt, die deze goudgele lok
gen meer bemint dan alle diamanten en al het
goud der wereld."
Ik zacr, dat haar de tranen in de oogen stonden
en mij bekroop een zekere argwaan, dat niet alles
met haar in orde was. Zij was echter de oudere
en ik mocht niet nieuwsgierig schijnen oi een ver-
vertrouwen uitlokken, dat zij mij met vrijwillig
Sï'ik zal nu kort zijn, Bertha, want wat ik nog te
zeggen heb is zeer treurig/'Alijn beminde en mijn
neef namen den twinstigsten Juni afscheid van ons.
Wij ontbeten nog met elkander. Valeska kwam
echter niet beneden, doch liet zeggen, dat zij zich
ongesteld gevoelde en den geheelen dag hare ka
mer zou houden. Het heeft mij steeds berouwd,
dat ik toen teveel aan mijn gevoel toegaf en mi
om niets bekommerde. Vader was den geheelen
dacr wegens zaken afwezig. Eerst tegen zeven
uren des avonds ging ik naar Valeska s kamer,
klopte aan, daar de deur gesloten was, doch kreeg
der ingekomen obligaties zoo langzaam
vorderde, terwijl het toch bekend was
dat verreweg de meeste uitgelote Pr^"~
mies der verschillende leeningen reeds
door de Banken waren uitbetaald. Hij
liet, hoewel nog niets kwaads vermoe
dende, den beer Baudet verzoeken, den
volgenden dag hem inzage te verschaf
fen van het door hem verrichte werk en
de ingekomen uitgelote stukken. Dien
volgenden dag 's ochtends nu ontving
hij op zijn bureau een kort sbhrijven
van den heer Baudet waarin deze be
richtte dat eene ongesteldheid hem ver
hinderde op het bureau te komen, doch
dat hij met twijfelde of zijne ongesteld
heid zou van korten duur zijn. Hoe
wel deze ongesteldheid nog in geenen
deele zijnen argwaan opwekte, droeg
de heer Hennet, die den ochtend voor
de bedoelde verificatie had vrijgehou
den, eenen der andere ambtenaren op,
zekeren heer Yerbeke, om met hem de
verifiatie te doen. Zeer spoedig reeds
bleek toen dat de zaken van Baudet
niet in orde waren, en dat er nummers
ontbraken van reeds uitgelote en uit
betaalde premiën, o. a. obligatiën der
leening 1879, waarop prijzen van 100,000
en 25,000 frs. gevallen waren. Het on
derzoek werd voortgezet en bracht ver
volgens aan het licht, dat geheele pa-
geen antwoord. Op datzelfde oogenbik kwam ook
mijne kamenier boven.
Juffrouw Valeska slaapt," zeide zij. ,lk heb
ree'ds verscheidene malen beproefd de deur te o-
penen. Zij klaagde over hevige hoofdpijn. Mis
schien is het beter haar niet te storen."
Ik dacht zulks ook en ging heen. Toen va
der tehuis kwam, wilde hij terstond naar Valeska
gaan om te zien, hoe het met haar was. Ik stel
de hem echter gerust en beiden dachten wij niets
kwaads. Den volgenden morgen in de vroegte
kwam mijne kamenier mij zeggen dat het in Va-
leska's kamer zoo buitengewoon stil bleef. Ik
voor mij geloefde echter, dat zij nog sliep, en dat
er geene reden was tot bezorgdheid. Doch bij
het ontbijt kwam zij ook niet beneden, en vader
zond nu eenige lekkernijen naar hare kamer. Ma
rie keerde spoedig terug en zeide, dat zij op haar
voortdurend kloppen geen antwoord ontvangen
had. Nu gevoelde ik eenigen angst en snelde de
trappen op. Ik beproefde de deur te openen,
doch tevergeefs, en liet nu vader roepen.
In een oogenblik was hij.bij ons; zijn gelaat
was bleek en zijne handen beefden. Eindelijk werd
de deur opengebroken. Wij vonden de kamer le
dig het bed onaangeroerd. Geen spoor was er
van Valeska te ontdekken. Mijn vader verloor